Troonrede Belang van Miljoenennota opnieuw betrekkelijk DINSDAG 21 SEPTEMBER 1982 Binnenland Het Centraal Planbureau, het instituut dat regering en par lement voorziet van reken sommen over de effecten van beleidsmaatregelen en voor spellingen doet over de eco nomische situatie, heeft zich in zijn reactie op de Miljoe nennota geschaard achter het groeiend aantal critici van het Haagse bezuinigingsbe leid. Begrotingen zijn veel te slordig; inkomsten en uitga ven worden te optimistisch geraamd. Zo werd voor het lopende begrotingsjaar een tekort verwacht van 15,8 mil jard, terwijl nu, met nog drie maanden te gaan, al duidelijk is dat het om bijna het dubbe le gaat (28 miljard). Spelbreker is bovendien het gegeven dat bezuinigingen nog al eens het beoogde ef fect missen. Dat bleek vorige week uit het rapport van de studiegroep begrotingsruim te, een club van ambtenaren van verschillende departe menten die de minister van financiën adviseert. Hun conclusie: "Het over schrijden en steeds verder door Ton van Brussel verruimen van normen, het ontbreken van een meerjarig kader, de verkeerde invulling van ombuigingen en het niet goedmaken van overschrij dingen leiden er toe dat de in vloed van de bezuinigingen op de omvang van de over heidsuitgaven betrekkelijk gering is geweest". Met ande re woorden: in de praktijk blijkt ombuigen te zijn neer gekomen op het aloude "veel beloven en weinig geven". Het verwijt van zowel het Cen traal Planbureau als van de ambtenarengroep treft overi gens de vier kabinetten die sinds 1973 zijn opgetreden; het eerste en laatste kabinet in de reeks het minst. Het ka binet Den Uyl werd pas hal verwege de rit met de nood zaak tot matiging geconfron teerd; het kabinet Van Agt III dat nu regeert, is een minder- heidsploeg, die niet veel meer kan doen dan op de winkel passen. Bezuinigen is een kunst met maar weinig bekwame beoe fenaars. Niet alleen in Neder land, overal ter wereld ver loopt de aanpassing aan de realiteit van de economische teruggang uiterst moeizaam. Bij ons zijn de gevolgen van het falen dramatischer, om- In het jongste nummer van "de journalist", het vakblad van de Nederlandse Vereni ging van Journalisten staat Theo Kroon, medewerker van deze krant, even stil bij het zilveren jubileum van "Het geval-Faas". Dat arti kel van Kroon is meer dan een verplicht gelegenheids stuk, zoals dat bij jubilea wordt geschreven. Het be handelt een spraakmakende affaire, die voor de beroeps uitoefening van parlemen taire journalisten van groot gewicht was en toen al, maar nu zeker, behalve se rieuze ook uitgesproken koddige kanten had. Henri Faas, het lijdend voor werp, was als Haags redac teur in dienst van de toen nog Roomse Volkskrant en had, luttele dagen voor Prinsjesdag, in zijn krant dat de arm van de overheid in een verzorgingsstaat als Ne derland ver reikt. De studiegroep van ambtena ren spreekt in zijn rapport van "het ontbreken van een meeijarig kader" en noemt daarmee één van de belang rijkste oorzaken van de moei lijkheden. In de Nederlandse politiek doen ruwweg twee bezuinigingsopvattingen de ronde, in de wandeling be kend als het één- en tweespo ren beleid. In de ene visie speelt niet de overheid een centrale rol in het herstel van de werkgelegenheid, maar is dat een taak van het bedrijfs leven; in de andere opvatting is het omgekeerde het geval, De politieke praktijk in Neder land is er één van coalitieka binetten en dat leidt er toe dat tot nu toe niet voor de ene of de andere visie is gekozen, maar voor een compromis. Een algemeen bezuinigska- der ontbreekt. Doelstellingen zijn in plaats van op elkaar af gestemd, nog al eens strijdig met elkaar. Ook een bezui- nigsbeleid dat zich over meer dan één begrotingsjaar uit strekt is achterwege geble ven. Bestek '81 was een po ging in die richting, maar bleek al na een jaar niet meer dan dat. Complicaties Er zijn meer complicaties. Voorwaarde voor succes is ook een helder inzicht in de effecten van een bezuini- gingspolitiek en daar heeft het eveneens aan ontbroken. Het Centraal Planbureau speelt zoals al aangegeven op het artikel "Speculaties over de Miljoenennota" ge publiceerd, een artikel waarin hij allerhande zaken uit de doeken deed, die tot Prinsjesdag geheim hadden moeten blijven. Bronnen vermeldde hij niet, maar duidelijk was dat het hier ging om een knap staaltje van eigen nieuwsgaring. Het toen regerende kabinet Drees was er zo verontwaar digd over dat Faas "voor straf' een jaar lang de toe gang tot ministeries werd ontzegd. In kringen van journalisten had het besluit (dat na enkele maanden werd verzacht) begrijpelijk grote deining tot gevolg, om dat het de speelruimte van journalisten in voorkomen de gevallen sterk beknotte. Hoewel persvrijheid ook na dien een goed is gebleven dat terrein een belangrijke rol en hei is niet voor niets dat dit instituut de afgelopen jaren in toenemende mate aan kritiek bloot staat. Het CPB maakt voor het doen van voorspellingen over het reilen en zeilen van de Neder landse economie gebruik van het zg. "Vintaf-II-model, waarmee uit een vergelijking met bekende en onbekende grootheden enige klaarheid kon worden afgeleid. Met dat model kon geen water dat voortdurende bewaking vereist, kan 25 jaar later worden vastgesteld dat een dergelijk geval zich niet snel meer zal voordoen als het de Miljoenennota betreft, want met primeurs rond dat stuk legt geen journalist vandaag de dag nog eer in. In de afgelopen, pakweg, tien jaar is de traditie gegroeid, van bewindslieden (en ook ambtenaren) die, als hen dat gelegen komt, aan de voor avond van Prinjesdag gaar ne bereid zijn, gevraagd en zelfs ongevraagd, de grote lijnen van de geheime be leidsvoornemens uit de doe ken te doen. De afgelopen drie jaar is die praktijk zelfs dermate uit de hand gelo pen, dat de koningin op de derde dinsdag het twijfel achtige genoegen wordt ge gund een tekst voor te dra- dichte prestatie worden ver richt; het CPB heeft dat zelf nooit onder stoelen of ban ken gestoken, maar hanteer de het bij gebrek aan beter. Uit recente uitlatingen van de directeur van het Centraal Planbureau, Van den Beid, kan worden opgemaakt dat het Vintaf-model nu defini tief is afgezworen en vervan gen door een nieuw, het zg. "Freia-model. Voordeel daar van is onder meer dat onge- gen waarvan de inhoud tot drie cijfers na de komma be kend is. Ex-senator De Gaay Fortman sr. heeft daar in het verleden zijn "diepe veront waardiging" over uitgespro ken. Veel indruk heeft dat niet gemaakt, want dit jaar is werkelijk niets geheim ge bleven, van wat de Miljoe nennota aan "nieuws" te bieden had. Er is nog een andere reden waarom de waarde van Prinsjedag tegenwoordig nog maar betrekkelijk is. Voor het derde achtereen volgende jaar is de reikwijd te van het stuk gering. In 1980 bracht het toenmalige kabinet Van Agt I in het zicht van de verkiezingen een opmerkelijk ongeïnspi reerde begroting uit, waar van alom werd geconsta teerd dat het beleidskracht wisse (monetaire) factoren als de rentestand en de koers van bijvoorbeeld de dollar in de berekeningen betrokken kunnen worden. Voorspellin gen van het CPB kunnen daarmee belangrijk aan be trouwbaarheid winnen. Lichtpuntje Dat is één lichtpuntje, maar wie er oog voor wil hebben ziet er meer. Over de vraag hoe en in welke mate de.komende ia- ontbeerde. In hét jaar daar op was datzelfde kabinet de missionair geworden en wist het bij de opstelling van de begroting, dat het nieuwe kabinet er van alles aan zou gaan veranderen. Op het zo belangrijke gebied van het inkomensbeleid bij voorbeeld, werd om die re den volstaan met aanzetten tot beleid. Dit jaar is er weer een demis sionaire regering en zal een nieuw te formeren kabinet er opnieuw alles aan doen om de begroting bij te stel len en "een eigen gezicht" te geven. IJs en weder dienende is er volgend jaar september dus pas weer een echte Miljoe nennota; tenminste als amb tenaren en bewindslieden hun spraakzaamheid weten te beteugelen. ren bezuinigd moet worden, begint meer eensgezindheid te bestaan. Het ministerie van financiën kwam kortge leden met een nota waarin werd aangegeven dat tot 1986 in totaal 35 tot 40 miljard gul den moet worden bespaard. In het licht van de prestaties die in het verleden zijn gele verd, is dat een bijkans on mogelijke opdracht. Onvermijdelijk risico van de uitvoering van zo'n bezuini gingspakket is een stimule ring van de neerwaartse spi raal en dat is juist waar steeds meer verzet tegen bestaat. Een scherpe loonmatiging (en dienovereenkomstig een daling van de sociale uitke ringen) zal de binnenlandse bestedingen nog meer doen afnemen en dat geeft negatie ve impulsen aan de werkgele genheid. De overheid moet behalve matigen dus ook sti muleren. Dat is ook het idee achter het plan van de Til- burgse econoom Schouten dat op het ogenblik zelfs in WD-kring een bescheiden ingang heeft gevonden. Be lastingverlaging in ruil voor het inleveren van prijscom pensatie achtte Schouten dè oplossing. Bezwaren Tegen dat plan is een tweetal bezwaren in te brengen. De alom aangehangen variant van arbeidstijdverkorting komt er niet in voor en het fi nancieringstekort wordt er niet direct mee verlaagd. De bezuinigingen van de over heid scheppen immers vooral de ruimte om ae belasting verlaging te betalen en met om het tekort te verminde- Arbeidstijdverkorting is echter binnen het plan-Schouten heel wel uitvoerbaar. De Rot terdamse hoogleraar openba re financiën, prof. dr. D.J. Wolf son wees daar twee we ken geleden nog eens op in een artikel in het blad "Eco nomisch Statistische Bench- ten". Wolfson haakt in dat ar tikel ook in op het andere probleem, dat van het finan cieringstekort. Zijn betoog komt er op neer dat by toe passing van het plan-Schou ten voorkomen moet worden dat de winst van de loonkos tenmatiging van bedryven wordt beperkt door een waar devermeerdenng van de gul den. Lagere loonkosten bren gen een verbetering van de concurrentiepositie, omdat Nederlandse goederen goed koper geproduceerd en ver kocht kunnen worden. Wordt de gulden meer waard, dan moet het buitenland meer voor Nederlandse prod uk ten betalen. In het recente verle den is dat tot twee keer toe gebeurd. Met andere woorden: ook op dit punt dienen de doelstel lingen op elkaar te worden af gestemd en zullen de banden tussen het beleid van ener zijds de Nederlandsche Bank en anderzyds het ministerie van financiën moet worden aangehaald. Als dat laatste lukt, dan alleen al is er sprake van een historische door braak. Leden der Staten-Generaal. Een Troonrede, uitgesproken on der verantwoordelijkheid van een demissionair kabinet, kan geen beschrijving bieden van plannen en initiatieven waarmee de regering in het nieuwe parle mentaire jaar vorm denkt te ge ven aan het te voeren beleid. Wel past een beschouwing over de problemen waarin ons land ver keert en een aanduiding van de maatregelen welke, met het oog op de ernst en de omvang van die problemen, naar hei oordeel van het kabinet zonder verwijl moe ten worden genomen om uitzicht te openen op economisch her stel. De wereldeconomie vertoont teke nen van een ernstige stagnatie. De produktie groeit niet meer, de wereldhandel nauwelijks. De werkloosheid loopt scherp op. In de Europese Gemeenschap is tien procent van de beroepsbe volking zonder werk. Nederland deelt in die algemene malaise, maar in ons land wordt het pro bleem van het tekort aan werk gelegenheid nog verscherpt doordat de beroepsbevolking en daarmede de vraag naar werk hier veel sneller groeit dan elders in West-Europa. Weliswaar ligt voor het volgend jaar enig herstel in de lijn der verwachting, maar dit zal by lan ge na niet voldoende zijn om een einde te maken aan de toene ming van de werkloosheid. Het ziet er naar uit dat het herstel van de werkgelegenheid nog vele ja ren zal vergen. Het zal zaak zijn gedurende een reeks van jaren met volharding en geduld een beleid te voeren, gericht op het inperken van de collectieve uit gaven en daarmee op het beteu gelen van de voortdurende stij ging van collectieve lasten en het verminderen van het financie ringstekort van de overheid. An ders raakt het bedrijfsleven steeds meer in de verdrukking. Zonder herleving van de bedrij vigheid, zich uitend in investe ringen, kan er geen duurzaam herstel van werkgelegenheid ko men. Het kabinet heeft besloten de lasten die op de bedrijven drukken met een miljard gulden te verminderen. De Maatschap pij voor Industriële Projekten, opgericht om de industrialisatie van ons land te versnellen, zal hopelijk over enkele maanden van start kunnen gaan. Dezer da gen heeft u nota's ontvangen die een nieuw beleid in het vooruit zicht stellen ter aanmoediging van het midden- en kleinbedrijf. Sommige van de daarin beschre ven maatregelen komen ook de land- en tuinbouw ten goede. In de regeringsverklaring heeft het interimkabinet aangekondigd dat het de indiening in septem ber zou bevorderen van een vol waardige begroting, ofschoon de vorming van een nieuw kabinet dan intussen ter hand zou zijn genomen. Sedertdien is het nog duidelijker geworden dat een so lide begroting voor 1983 niet mag uitblijven. Als het financierings tekort van de overheid niet met krachtige hand wordt aangepakt, zullen de overheidsfinanciën on beheersbaar worden. Mocht het tekort op het huishoudboekje van de overheid op het huidige peil blijven dan zal het Rijk bin nen korte tijd van elke vijf gul den die het te besteden heeft er één moeten uitgeven ter betaling van de rente op de staatsschuld. Dat zou onvermijdelijk ten koste gaan van uitgaven ten behoeve van collectieve voorzieningen. Bovendien maakt de overheid door steeds meer op de kapitaal markt te lenen het voor -de be drijven steeds moeilijker aan middelen te komen om te inves teren. De ontwerp-begroting die u heden wordt aangeboden bevat dan ook ingrijpende maatregelen. Die zijn nu nodig om een finan ciële ontreddering straks te voor komen. Het kabinet heeft de no dige besparing op de collectieve uitgaven zoveel mogelijk ge zocht buiten de overheidsinves teringen, zulks om een directe aantasting van werkgelegenheid te vermijden. Zo is op het totale budget voor volkshuisvesting en stadsvernieuwing niet bezui nigd. Binnen die begroting is voor de stadsvernieuwing meer geld beschikbaar gesteld. De no dige bezuinigingen zijn vooral gevonden in de inkomens die uit gemeenschapsmiddelen worden betaald. Volgens de nu bekende gegevens dienen naar het oordeel van het kabinet de inkomens in de col lectieve sector in 1983 te worden gehandhaafd op het peil dat eind 1982 zal zijn bereikt. Op de orga nisaties van werkgevers en werk nemers doet de regering een klemmend beroep om een over eenkomstige matiging te be trachten. Mocht dit beroep niet in voldoende mate worden ge volgd, dan zal het kabinet ter za ke zijn eigen verantwoordelijk heid moeten nemen. Degenen die voor hun levensonderhoud echt op één minimuminkomen zijn aangewezen zullen in 1983 een tegemoetkoming ontvangen die hun koopkracht zover moge lijk veilig stelt. Onze zieke economie kan niet bij toverslag weer op de been wor den gebracht. Genezing is zeker mogelijk, maar vergt vertrouwen en zal geruime tijd duren. Natio nale redemies zyn ontoereikend. Daarom is er juist nu alle reden om de samenwerking in de Euro pese Gemeenschap te verdiepen. Zolang zich echter nog geen structureel herstel voordoet, moeten we ons tot het uiterste in spannen om de werkloosheid, met al het persoonlijke leed en maatschappelijk onheil dat daar door wordt veroorzaakt, zoveel mogelijk in te perken. In het bij zonder geldt dit voor de werk loosheid onder jongeren. Aan passingen in het onderwijs, met name de invoering van kort mid delbaar beroepsonderwijs, kun nen ertoe bijdragen dat meer jon ge mensen een opleiding krijgen die hun een betere kans biedt op een plaats in het arbeidsbestel Het kabinet wil in het komend overleg met de organisaties van werkgevers en werknemers be spreken hoe het arbeidsvoor waardenbeleid dienstbaar kan worden gemaakt aan de bestrij ding van de werkloosheid. Dat gesprek zal onder meer moeten gaan over de mogelijkheden het beschikbare werk over meer mensen te verdelen. Zonder een grondige herziening wordt ons stelsel van sociale ze kerheid onbetaalbaar en zouden ook de wezenlijke verworvenhe den ervan in gevaar kunnen ko men. Daarop afgestemde advies aanvragen aan de Sociaal-Econo mische Raad en aan de Emanci- patieraad zijn in voorbereiding. Ook ter beteugeling van de kos ten van de gezondheidszorg zyn structurele ingrepen nodig. Het gaat er hierbij niet alleen om de voortgaande styging van de pre mies tot staan te brengen. Het gaat er ook om een herschikking van de uitgaven mogelyk te ma ken ten behoeve van de zorg bui ten de ziekenhuizen en betere voorzieningen voor zwakzinni gen en geestelyk gestoorde men sen. Daarop gerichte voorstellen heeft het kabinet ontwikkeld. Tot een herschikking van over heidsuitgaven noopt ook de ver andering in het leeflijdspatroon van onze bevolking: minder kin deren, meer bejaarden. De voor zieningen voor bejaarden zullen uitgebreid moeten worden. Ook voor onze medeburgers die tot de culturele minderheden beho ren, zal meer gedaan moeten worden. De bescherming van de natuur en het milieu zal eveneens meer kosten vergen en ook daarvoor moeten door besparingen elders gelden worden vrijgemaakt. De begroting voorziet in extra uitga ven voor het bestrijden van bo demverontreiniging. De uitvoe ring van het op milieubehoud en veiligheid gerichte Oosterschel- de-project vindt onverminderd voortgang. Nederland is een rechtsstaat. Dat betekent dat de bestuurders en de burgers zich hebben te schik ken naar de rechtsregels die onze democratie heeft voortgebracht. Eigenmachtig optreden kan met worden geduld, zeker niet wan neer dat van geweldpleging ver gezeld gaat. De reorganisatie van de politie moet spoedig haar be slag krijgen. De regering bereidt een wetsontwerop voor om, in af wachting van die reorganisatie, de toeneming van het aantal poli tiekorpsen te beletten. Tot de kenmerken van de rechts staat behoort voorts, dat de bur ger zonder nodeloze belemme ring recht kan verkrygen. De or ganen van rechtspraak en rechts handhaving raken evenwel over belast. Bij het maken van wette lijke regelingen en het beschik baar stellen van rechtsmiddelen zal hiermee, ter wille van de kwa liteit van de rechtsbedeling, meer dan tot dusver rekening ge houden moeten worden. De reorganisatie van de ryks- dienst, gericht op de verbetering van de kwaliteit van het bestuur, vindt gestage voortgang. Het ka binet zal u binnenkort een aantal gedachten ontvouwen over de decentralisatie van overheidsta ken De regering hecht grote waarde aan het behoud van een intensie ve samenwerking binnen de Noord-Atlantische Verdragsor ganisatie en in het bijzonder tus sen de Verenigde Staten en de Europese bondgenoten In het nabije verleden hebben zich ver schillen van inzicht ontwikkeld, met n.ime uver het verrichten van technologisch hoogwaardige leveranties aan de Sowjet-Unie. Die meningsverschillen kunnen en moeten in een geest van we derzijds respect worden opge lost. Zij mogen geen afbreuk doen aan het besef dat de demo cratieën ter weerszijden van de Atlantische Oceaan wezenlijke waarden gemeenschappelijk hebben en ter veiligstelling daar van op elkaar aangewezen blij ven. Bij de viering van twee eeu wen verbondenheid met de Ver enigde Staten is hieraan terecht veel aandacht besteed. Kan West-Europa zich erover ver heugen in vrede en vrijheid te le ven, elders in de wereld worden veel mensen door oorlog en ge weld getroffen. Vooral de toe stand in het Midden-Oosten blyft zorgwekkend. De bewoners van Libanon betalen wel een heel zware tol. Nederland draagt naar vermogen bij tot het tegengaan van geweld in het Midden-Oos ten. Nederlandse militaire die nen zowel in de Sinai-woestijn als in Libanon. Binnen het be raad van de Europese Tien tracht Nederland een politieke oplos sing naderbij te brengen. Het vooruitzicht daarop is onlangs verbeterd, dank zy het recente initiatief van de president van de Verenigde Staten en het bemoe digende antwoord daarop gege ven door de Arabische topconfe rentie te Fez Niet alleen doordat oorlogsgeweld ons bespaard is gebleven zijn wy bevoorrecht. Wij zijn ook een welvarend land. ondanks de eco nomische moeilijkheden die wy nu doormaken. Tal van ontwik kelingslanden, die het toch al zwaar te verduren hadden, wor den door de teruggang in de we reldeconomie onevenredig zwaar getroffen Byna een kwart van de bevolking van onze aard»- kan niet of nauwelyks voorzien in zyn allereerste levens behoef ten. In die achrynende nood te helpen voorzien blyfi de rege ring als een zaak van hoge prion teit beschouwen Onze inspan ning ten behoeve van ontwikke lingssamenwerking blyft op een peil van tenminste anderhalf procent van het netto nationaal inkomen fÉMldlM iM In rechtvaardiger wereldcconomi- sche ordening tot stand brengen blijft geboden. Om vrede en veiligheid te bewaren is een deugdelyke defensie no dig. Maar het is ook een gebie dende noodzaak te blijven werken aan tweezydige wapen beheersing en ontwapening. Van vitaal belang zijn de onderhande lingen in Genéve tussen de Ver enigde Staten en de Sowjet-Unie over het verminderen van de nu cleaire bewapening in Europa en daarbuiten. Hoe die onderhande lingen te doen slagen moet maat staf van het beleid zijn Het kabinet wil onze krijgsmacht zo goed mogelyk inrichten en toerusten, ook voor het verrich ten van vredesoperaties, by voor keur onder het gezag van de Ver enigde Naties Leden der Staten-Generaal, onze samenleving kan door de toene mende werkloosheid onder spanning komen te staan. Van de werkenden wordt een steeds ho gere bydrage verwacht aan de voorziening in het levensonaer- houd van de werklozen. Van de langdurig werklozen wordt ge vraagd solidair te blyven met een samenleving du- hm nu t m stelt zich volledig te ontplooien Meer dan voorheen wordt nu een wissel getrokken op het besef van de burgers m hun urgani ties verantwoordelyk te zijn voor elkaar Vcrantwoordelykheids zin en saamhongheidsbcscf te wekken ligt buiten de macht van de overheid. Die moeten komen uit de burgers zelf De geschiede nis leert echter dat het Neder landse volk juist in tijden van te genspoed die kwaliteiten weet te tonen Door het vertrouwen dat de bur gers U hebben geschonken draagt U, volksvertegenwoordi gers, een byzondere verantwoor delykheid voor het welzyn van ons land. De problemen, waar voor Nederland thans gesteld is. te helpen overwinnen, is een veeleisende taak U moge die taak vervullen in het verrtouwen dat velen U wysheid toewensen en om zegen voor U bidden. Hiermee open ik de zit ting van de Staten-GencraaL

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1982 | | pagina 11