Wandelaars in de file Ook het hele jonge publiek slaat de massa geboeid gade. DONDERDAG 22 JULI 1982 In 'The Synthesis of News' vertelt de befaamde Amerikaanse jour nalist en schrijver H. L. Mencken (1880-1956) hoe hij in zijn begin tijd als verslaggever bij de Balti more Herald een overeenkomst sloot met zijn collega Leander J. de Bekker van 'The American', een man met een bierbuik en een puntbaardje die trots was op zijn Hollandse afkomst: „De Hollan ders, vertelde hij me bij onze eer ste ontmoetingwaren de kam pioen-bierdrinkers van het Christendom, en hadden niet al leen de gratis lunch maar ook de 'growler', de bierkan, uitgevon den, die zijn naam naar zijn zeg gen te danken had aan het Ne derlandse woord 'grauw', wat de grote massa van het gewone volk betekende". Hoewel concurrenten, trokken zij er vaak samen op uit, op zoek naar nieuws, daarbij soms ver gezeld door een reporter van de Sunpaper. De Bekker was de na tuurlijke leider van het trio, die het sein gaf voor een biertje, en een volgend biertje, waardoor het wel eens moeilijk werd om daarna weer op volle toeren te geraken. „Waarom zouden we in godsnaam onze benen uit ons lijf rennen om achter de naam te-komen van een Poolse stuwadoor die door een muilezel overboord is geschopt?", zei hij dan. „De smerissen hebben het te druk met dreggen om het hun te kunnen vragen, en als het lichaam tenslotte boven water komt, misschien morgen of nog een dag later, dan zal zijn naam zo onwaarschijnlijk klinken, dat geen drukker in Baltimore die fatsoenlijk zal kunnen zetten. Bo vendien zullen ze er toch alleen maar naar raden, zoals ze naar driekwart van alle namen in hun boekjes raden. En los daarvan, wie kan het ook maar een moer schelen hoe die man heette? Het feit dat alweer een arme donder zijn leven heeft gegeven om de grote belangen te voeden is geen nieuws: dat gebeurt iedere tien minuten. Wat belangrijk is, het enige dat ons, aasgieren van de pers naar deze godvergeten wil dernis brengt, is de ongebruike lijke wijze waarop hij de dood vond - want mensen worden niet iedere dag door muilezels over boord getrapt. Daarom stel ik jullie voor, waarde tijdgenoten, om de naam van de overledene te houden op Ignaz Karpinski, de naam van zijn weduwe op Ma rie, dat hij zesendertig jaar oud was en op 1777 Fort avenue woonde, waar hij elf minderjari ge kinderen achterliet". „Dit leek zo'n redelijk voorstel dat noch ik, noch de Sun-reporter ook maar enig bezwaar kon beden ken, met het gevolg dat de trieste feiten de volgende dag in alle drie Baltimore-ochtendbladen werden afgedrukt, met nog een aantal levendige details die De Bekker na nog een biertje te bin nen waren geschoten. Deze ar beidsbesparende werkwijze werd al die tijd dat ik voor de Herald Zuid-Baltimore coverdie gehan teerd", vertelt H. L. Mencken. „En ik heb er nooit een klacht over ge had. Ieder van de drie stadsre- dacteuren, die zijn krant met de andere twee vergeleek, ontdekte tot zijn verrassing en genoegen dat zijn verslaggever de namen en adressen altijd goed had, en we werden alle drie zo nu en dan geprezen om onze accurate ver slaggeving. Ik moet daar aan toevoegen dat De Bekker een ge wetensvol man was, die zich nooit verlaagde tot het verzinnen van dingen. Dat wil zeggen dat hij nooit een verhaal fabriceerde dat nergens op sloeg. Als we, door hem geïnspireerd, berichtten dat een dolle hond bij de Punt twin tig kinderen had gebeten, dan was er altijd wel een echte hond op de achtergrond, en onze tel ling van de slachtoffers was min stens zo authentiek als die van de politie. En als we, na het aanme ren van een immigrantenschip aan de Noord Duitse Lloyd Pier, bekend maakten dat sinds de reis vanuit Bremen vijftien tweelin gen aan boord waren geboren, dan was er altijd wel een echte tweeling aan boord om ons ver haal te ondersteunen". Op die manier, schrijft H. L. Menc ken, raakte ik in mijn gevoeligste jaren vertrouwd met de grote kunst van het synthetische nieuws, en leerde ik geleidelijk aan beseffen dat de journalistiek geen exacte wetenschap is. Hij vertelt dan verder, dat hij enkele jaren later dezelfde methodiek wilde toepassen met twee andere collega's, van wie eentje er echter de voorkeur aan gaf de beide an deren met waar gebeurd nieuws af te troeven. Als tegenmaatregel verzonnen Mencken en Kent daarom een tijdlang elke dag een opzienbarend nieuwsbericht, met allerlei verfijnde details die de volgende morgen zowel in de Sun als de Herald exact met elkaar overeenstemden, zodat de drie stadsredacteuren, inclusief die van de American waarvoor de derde man werkte, het als het evangelie indronken. Twee we ken lang bood Alec, de derde man, weerstand, maar toen zijn tegenstanders hun gefakete be richten opvoerden naar twee en later zelfs naar drie of vier per dag, gaf hij zich, op zijn huid ge zeten door zijn redacteur, gewon nen, en sloot hij een overeenkomst met de beide anderen... Het echtpaar Mansveld uit Lei den: nog kwiek en fris na 33 kilo meter. Leidenaar Sjardijn: eens, maar nóóit meer.. De Zoeterwoudse schone Joke van Reyn (24) met een willekeurig uitgekozen militair vermaakt zich opperbest: t Is hier altijd la chen 's avonds, we liggen niet voor twaalven op ons bed". De buurmannen van Nieuwkoop en Dekker uit Leiderdorp hebben grootse plannen om volgend jaar de hele wijk te charteren voor de Vierdaagse. Het is met de Vierdaagse net als met dat rode bittere drankje. Je moet er een teug van ne men en de sfeer, respectieve lijk de smaak proeven om er over mee te kunnen meepra ten. V/at daarna gebeurd is óf het één, óf het ander. Óf je hebt er voor altijd genoeg van, óf je raakt eraan verslingerd. (Maar de meeste deelnemers aan de vier dagen lange wan delmars is mogelijkheid twee van toepassing). De Vierdaagse is toch al een ge beurtenis van uitersten: de kwieke loper en de strompe laar bijvoorbeeld - iets er tus senin lijkt niet te bestaan. De luie bermtoerist en de sportie ve deelnemer - wie bekijkt wie? De twaalfjarige en de hoogbejaarde - de oudste deelnemer telt 88 jaren; de jongste goed elf. Fn het aantal gekken dat tekent voor de 30, 40 of 50 kilometer groeit nog altijd. Dezer dagen logeren er rond de 21.000 wandelaars in en om Nijme gen. De afgelopen jaren is het aantal deelnemers steeds met een duizendtal gegroeid. Het magische getal van 20.000 is nu ver overschreden. Gemid deld valt bijna acht procent af, zodat het nog maar de vraag is of er net 20.000 vrij dagmiddag in Nijmegen wor den onthaald op bloemen.. Het waren er om precies te zijn 21.052; na twee dagen hebben er 1097 afgehaakt. Onder het aantal bedankjes' bevonden zich hoogstwaar schijnlijk niet de namen van het echtpaar Mansveld uit de Leidse Burggravenlaan. Zo wel 'hij' als 'zij' zagen er na goed 33 kilometer gisteren nog zo fris uit dat we voor hen niet hoeven te vrezen. Als ze de krant op een landelijk weggetje bij Wijchen tegen het lijf lopen hebben ze niets dan positieve opmerkingen te spuien. Het weer tijdens hun resp. 37ste en 15de Vierdaag se is dus fantastisch, het lo geeradres prima in orde. Daarentegen klinkt het "eens, maar nooit meer" van Leide naar Sjardijn (29) hartgron dig. Hij doet mee vanwege een weddenschap, die hij op zijn werk afsloot. "Ik wilde alleen kijken wat het is, en wat weet ik nu. Je moet een half uur in de rij staan voor dal je mag vertrekken. Dan sta je daar met een paar dui zend man. Nee, het is leuk, maar ook zwdór". Blote voeten De kenners beweren steevast dat ongeoefenden al op de eerste dag door de mand val len. Vier daag se-lopers zou den tenminste een paar maanden lang geregeld tien tallen kilometers moeten heb ben afgelegd, willen zij een kans maken de begeerde me daille overhandigd te krij gen. Drie uitbundige heren lappen dergelijke bewerin gen aan hun wandelschoe nen, die er toch al niet al te best uitzagen. Vandaar mis schien dat één van de drie de helft van de route maar op blote voeten uitloopt. Het zijn Leidenaar Aad Sterk, Hans Goudriaan uit Noord- wijk en Jaap van de Oest uit Scheveningen. De drie werken als croupiérs in het Scheveningse Casino. Het be gon als een weddenschap ("maar niet om geld, dat mo gen wij niet") met een collega en het drietal zat, voordat het goed en wel tot zijn hersenen doordrong, in Nijmegen. Getraind hebben ze geen van drieën. Dat was nergens voor nodig. "We lopen gewoon op courage". Het drietal ver zoekt de goden wel, want dui zenden wandelaars gaan bij tijds naar bed - maar deze he ren toch echt niet. Drie uur was het de vorige nacht. "We hebben alles gedaan dat ei genlijk niet kan" zegt Hans Goudriaan, "en ddn weer gaan". Militairen Duizenden militairen maken de tocht ook mee. Voor de er varing? De sfeer? De extra vrije dagen? De 21-jarige dienstplichtig militair Van Duyn uit Leiden voert laatst genoemd argument aan. Echt tevreden is hij niet. "Het blijkt dat je maar één vrije dag krijgt als compensatie. Dat is wel erg weinig, en dat heb ik gezegd ook". Het vroege opstaan zit kapitein Wester uit Alphen aan den Rijn niet helemaal lekker. Hij loopt in uniform en met tien kilo bepakking, maar "als je geen blaren hebt en je hebt flink geoefend stelt het alle maal niet zo veel voor. Dat is het niet. Maar we zitten met 8000 man op het militaire kamp. Daarom moet je voor alles in de rij staan. Voor je eten, voor de wc, voor de dou che... Het eten is prima, niks te klagen, maar dat opstaan om drie uur 's morgens is niet alles". Dat begrijpen we. Helemaal alleen tussen grote groepen militairen loopt me vrouw Dubbelaar uit Kat wijk, ook een 'beroeps'. Het is wat kaal, want haar eeuwige wandelpartner, de heer Belt- gens uit Leiden, moest verstek laten gaan. Een tijdens de vo rige Vierdaagse opgelopen ontsteking aan zijn hiel is pas sinds een paar weken ge heeld. Hij sloeg dus maar een jaartje over. Dat is jammer, maar de Katwijkse loopt stug door: "Je loopt in feite met z'n 21.000-en. Hoe ver ik ben? Geen flauw idee, ik vergeet de route gelukkig altijd", en ver dwenen is ze, op weg om haar vijfde Vierdaagse vol te lo pen. Meeslepen Uit de verhalen van streekgeno ten in Nijmegen blijkt eens te meer dat meedoen aan de aloude wandelstrijd een ge- Door Miep Hoenson beuren is, waarin vrienden en bekenden zich laten mee slepen. Zo bepraatte Leide naar Peter Klein ooit zijn vriend Jan Bronmeyer en nu lopen ze de 50 kilometer (nog blaarloos) voor respectieve lijk de achtste en vijfde keer vol. Waarom Jan zich liet om praten? "Het is afzien van je zelf. Je leeft zo gemakkelijk, je zit de hele dag, ik wil wel eens zien wat ik kan". Uiterst tevreden is het tweetal over hun logeeradres. "We hebben ook wel eens een adres gehad waar we als oppas werden gebruikt, maar waar we nu zitten is het klasse. Ze halen films voor ons in huis en steken de barbecue voor Leiderdorpenaar Dekker heeft zijn buurman "gelijmd" om mee te gaan. En met succes. De bewuste man is de heer Van Nieuwkoop en hij is zo enthousiast, dat hij zich voor neemt volgend jaar "de hele buurt" te charteren. Bewo ners van het Leiderdorpse Binnenhof, met name die van de Van Lennepdreef, u bent gewaarschuwd. Een zekere heer De Mey zal het eerste slachtoffer zijn. Meeslepend is het evenement ook voor de drie gebroeders Van Driel: Rien, Aad en Kees. Het was Kees die de anderen "gek maakten" om mee te doen. Vanuit hun woonplaats Hazerswoude zijn ze nu voor de vierde keer present in Nij megen. Om kwart over vier 's morgens staan ze aan de start. Hun dagindeling ziet er verder als volgt uit: eventjes 50 kilometer lopen. Daarna afmelden, het badhuis opzoe ken, een paar uurtjes 'leggen', een hapje eten en vertier zoe ken. Eenmaal thuis in Ha zerswoude gaan ze "gewoon op de oude voet verder" als ambtenaar, electricien en wo ningstoffeerder. Bijkomen? "Nee hoor, niet nodig". Groeten Om sommige oudgedienden tenslotte kunnen we niet heen. Mevrouw Leemans, ook uit Leiden, is in deze kolommen al vaak aan het woord ge weest. Maar wat ze doet is dan ook een ware prestatie: op haar 74-ste wandelt ze haar 24-ste Vierdaagse-kilo- meters weg. Lissenaar J. Stroet doet z'n 25-ste en wordt vergezeld door de heer Van der Meer uit Roelof arends veen: z'n negende. Van der Meers devies is simpel: hij loopt op basketballschoenen en zijn grootste recept is 'het zakkie' met talkpoeder, pleis ters, watten, steriel gaas en ontsmettingspoeder. Geen mens die 'm wat doet. De 69-jarige Leidenaar Lan ontbreekt ook dit jaaeiiiet, al wordt het allemaal minder. Want dat de Vierdaagse nog elk jaar populairder wordt ontgaat hem en wandelgeno- te 'tante Joke' allerminst: "Je kunt het niet tegenhouden. Maar het wordt steeds druk ker. Je merkt het aan de men senmassa's op straat, en op de knelpunten waar de routes samenkomen. Daar ontstaan opstoppingen, je staat in een file". Files ontbreken gelukkig op de terugweg naar Leiden. De snelweg biedt nog even een mooi shot op een brug, waar over in eindeloze rijen de wandelaars sjokken. Op de weg zelf is het heerlijk rustig. PAGINA 13 Roelofarendsvener Van der Meer heeft een eigen recept: het zakkie met spullen voor de voet verzorging. Alphenaar Wester: voor eten, drinken, toilet en douche staat hij uren in de rij.. Het duo Peter Klein en Jan Bronmeyer: films en barbecue op het logeeradres. De gebroeders Rien, Aad en Kees van Driel uit Hazerswoude: om kwart over vier *s morgens aan de start staan. Dienstplichtig militair Van Duyn uit loeiden, maar éen vrije dag ter compensatie van 200 kilo meter lopen. En de massa, zij sjokt voort over eindeloze wegen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1982 | | pagina 13