Titel is extra stimulans Hans Boom:'"Ik word alleen prof als er geen enkel risico is" i Frank Hoste en Regis Clere verrassen Heerschappij Hennie Top staat nu wel vast Johan van der Velde gerust gesteld naar Tour Bert Pronk: vergeten GEULLE (GPD) - Na het tijdperk Keetie van Oosten-Hage is het wielrennen bij de da mes op de weg nu over gegaan in de periode Hennie Top. De boe rendochter uit Weteren werd zaterdag in Geul- Ie voor de derde achter eenvolgende maal na tionaal kampioene. En gezien de overmacht waar mee de Gelderse na 70 kilo meter de concurrentie op nieuw van zich afschudde, staat haar heerschappij ook de komende jaren wel vast. 'Hennie Top zal zich in de na bije toekomst alleen behoe ven te bekommeren om te genstandsters als Leontien van der Lienden (evenals vo rig jaar tweede), Wil Bezemer (derde), Mieke Havik, Els Gottschal en Thea van Rijns oever. Maar als de renster van ploegleider Ben Scheper kamp net zoals zaterdag niet met haar krachten smijt en (terecht) vertrouwt op haar krachtige eindschot, behoudt zij een abonnement op de hoofdprijs van het Neder lands kampioenschap. „Maar", merkt de bescheiden Top op, „de laatste twee kam pioenschappen zijn lastiger geweest dan het eerste. Ieder een loert nu op je. Als je des ondanks de titel kunt prolon geren, geeft dat veel voldoe ning". Leontien van der Lienden (uit het Utrechtse Bosch en Duin) vormde zaterdag de grootste bedreiging voor Top. De frêle rijdster, die over een zwakke sprint beschikt, ondernam in de voorlaatste en laatste van de tien ronden een poging GEULLE - Hans Boom woog begin dit jaar de voor- en nadelen tegen elkaar af en kwam tot het naar zijn zeggen onherroepelijke besluit om geen profwielrenner te worden. Zijn part-time baan als ambtenaar op het gemeentehuis van zijn woonplaats Markelo en het uitzicht op een dagvullende job in overheidsdienst, brachten hem ertoe af te zien van een beroepswielercarrière. Hans Boom heft de handen in triomf. Hij heeft gegokt en gewonnen. Daarbij twijfelde de 23-jarige ama teur van de Jan van Erp-ploeg ook aan zijn kwaliteiten. „In elk geval", liet Hans Boom zaterdag middag in het Limburgs Geulle weten na het behalen van de na tionale amateurtitel op de weg, „achtte ik mezelf mentaal niet opgewassen tegen het zware vak van wielrenner". om een kopgroep van acht rensters te verlaten. De ex plosies van Van der Lienden hadden evenwel te weinig be tekenis. „Maar ik heb vrede met mijn tweede plaats, en het feit dat Hennie Top kam pioene is geworden. Ze is de beste op dit moment. Had een ander gewonnen, dan zou ik daar moeite mee hebben gehad. Dan zou ik echt tekort zijn geschoten". Top's derde titel verschafte Ben Scheperkamp zo op het oog weinig reden tot enthou siasme. Na Top te hebben la ten bijkomen van haar in spanningen, ging hij furieus te keer tegen de KNWU. „Het is een schande hoe weinig de Wielren Unie zich aantrekt van het dameswielrennen", brieste Scheperkamp. „Dat hangt er maar een beetje bij". „De begeleiding van de ren sters lijkt nergens op en er worden in ons land nauwe lijks interessante wedstrijden georganiseerd. Het Neder lands kampioenschap bij de dames is een voorprogramma bij de amateurs en profs. Een parade. Het publiek mag naar de benen van de deelneem sters kijken. Het lijkt wel een sekswedstrijd". Damescoach Cor Bijster liet geen kritische noot horen. Hij wees uitsluitend op het (internationaal gezien) hoge niveau van zijn beste rijd sters. „In het buitenland heb ben ze overal maar één abso lute topper. Wij hebben er hier een stuk of vijf, zes". 5 T Nu, met het kampioenstricot om de schouders, de bekroning van een prima seizoen staat Hans Boom opnieuw voor de keuze: amateur blijven of toehappen als dat kampioenschap uit mondt in de aanbieding van een profstal. „Ik ben er toch nog niet helemaal uit", zegt de kersverse titelhou der, die vorig jaar bij het Neder lands kampioenschap beslag leg de op de derde plaats. „Ik heb ondanks een voorhoofdsholte ontsteking in januari en februari een goed seizoen gemaakt, en nu ik kampioen ben geworden, wil ik alsnog overwegen of mijn toe komst bij de profs ligt. Maar dan zal ik een goed contract moeten krijgen. Ik voel er niks voor om mijn handtekening te zetten on der een overeenkomst van maar een jaar tegen een royaal salaris. Financieel wil ik geen enkel risi co lopen". Hoewel Hans Boom, broer van oud-stayer Bert Boom en de zwa ger van ex-wereldkampioen veldrijden Hennie Stamsnijder, al twee jaar tot de vaderlandse amateurtop behoort en verze kerd is van de steun van een ij- zersterke ploeg (Gerrit Solleveld, de winnaar van Olympia's Tour, ULLE (GPD) - De grilligheid van Johan van der Velde heeft in het verleden in het wielerwereld- je al voor heel wat beroering gezorgd. De com mentaren, die de profcarrière van de 25-jarige Rijsbergenaar begeleiden, zijn even wisselval lig als een barometer in Nederland. De ene week wordt hij publicitair in een diepe put ge smeten, kprt daarna klautert hij er onder ap plaus weer uit. Die toejuichingen klonken ook gisteren in het Limburgse Geulle, waar hij zijn tweede nationale proftitel behaalde. Jannus Slendebroek, John van Asten en Hans Daems), is het kampioenschap in Geulle, na een solo in de finale van de 193 kilo meter lange titelstrijd, voor hem min of meer een meevaller. „Voor mijn gevoel fietste ik vorig jaar, toen ik derde werd, beter", verklaart de renner uit Overijs sel. De aanloop naar het kam pioenschap kwam me toen ook beter uit Tussen de LBS-Rund- fahrt (West-Duitsland) en het Ne derlands kampioenschap zaten maar een paar dagen. Dit keer twee weken. En in die twee we ken moest ik op het gemeente huis dagen inhalen die ik had ge mist. Ik heb alleen in het achter liggende weekeinde flink kun nen trainen. Maar het is moeilijk om je vorm op peil te houden als je tussen twee belangrijke wed strijden praktisch 14 dagen stil ligt". De verre van ideale voorbereiding van Hans Boom op de titelstrijd in Geulle bewijst niet alleen dat de pupil van ploegleider Jan Gis- bers capaciteiten bezit, maar te vens dat het parcours in Geulle - voor de vierde keer op rij strijd perk van het NK op de weg - hem voortreffelijk ligt. Het kampioenscircuit, dat bestaat uit een lastige klim die 29 keer genomen moest worden, en een lange afdaling, is geknipt voor Boom, die het verbaast dat zijn prestaties dit jaar in de bergen van de LBS-Rundfahrt en (eer der) de Italiaanse Giro delle Reg- gioni het thuisfront niet hebben bereikt. „In beide wedstrijden", zegt Hans Boom, „heb ik de bergtrui ge wonnen. Ik heb er nooit één woord over gelezen, maar goed mijn aanleg voor het klimmen is me vandaag ook weer van pas ge komen". Die kracht van de Markelose ama teur werd met name door Peter Hofland ondervonden. De cou reur van de formatie-Driessens werd, in het door de vele wisse lingen aan de kop van het veld aantrekkelijke amateurkam pioenschap, twee ronden voor de finish simpel gelost op de Slin- gerberg. Wat Hofland ook pro beerde, hij slaagde er niet in om in de laatste twaalf kilometer de maar een paar honderd meter voor hem rijdende Hans Boom te achterhalen. Een overwinning die -precies op tijd kwam, want zijn optreden in de Dauphiné Libéré had twijfel gezaaid in het kamp van Peter Post. „Maar in de Ronde van Zwitser land ging het al beter en dit zal de ploeg ook wel weer meer ver trouwen geven", meende Van der Velde. Niet alleen voor zijn ploegmaats, die met de keus van een kopman voor de Tour de France toch met de rug tegen de muur stonden, maar vooral voor Van der Velde zelf was de titel van belang. „Het betekent een extra stimulans. Daarom ook vertrek ik helemaal gerust ge steld naar Bazel. Ik heb inder daad dit jaar een dieptepunt ge had, maar dat i voorbij. In Zwit serland is bijna onverklaarbaar de goede vorm teruggekomen en die heb ik vast kunnen houden tot nu toe", stelde hij. Hoewel de driekleur net als de voorgaande vier jaar in bezit kwam van een renner uit de Ra- leigh-ploeg van Post, had Van der Velde wel degelijk een reden om juist aan deze titelstrijd enige waarde toe te kennen. Niet alleen was de strijd met 34 maal de be klimming van de Slingerberg door de barre omstandigheden loodzwaar, de tegenstand liet zich niet zonder meer inpakken. Hennie Kuiper, nog lang niet fit, maar ouderwets vechtlustig, scheurde het veld in de beginfa se in stukken. En in de finale, toen hij al lang en breed onder de douche stond, veroorzaakten Joop Zoetemelk en Peter Win nen lichte paniek in de ploeg van Post. Bang „Ik was", gaf Van der Velde later toe, „bang voor Winnen. Als hij in de beklimming demarreert, zijn er maar weinig die hem kun nen volgen". Winnen, tijdens een trainingsstage in de Pyreneëen en vervolgens in de Ronde van Zwitserland goed in vorm geko men, liet zich inderdaad niet van de wijs brengen door de traditio nele overmacht van de Post- klanten. „Natuurlijk weetje van tevoren dat er eigenlijk niets te gen te beginnen is, maar je wilt toch een zo'n goed mogelijk kampioenschap rijden", meende Winnen. Zijn tweede plaats bevestigde dat hij goed rijdt. Het enige dat niet lukte was een vuist te maken te gen dat machtige blok, dat nu al jaren het proffietsen in Neder land beheerst. Iets wat vooral in de hand gewerkt door de on macht van de ploeg Kuiper. „Er is zaterdagavond een gesprek geweest met hen", gaf Winnen toe. Hij bekokstoofde samen met zijn ploegmaat Theo de Rooy (ge tuige zijn recente tweede plaats in de Ronde van Zwitserland in blakende welstand) en de vier coureurs uit de DAF-formatie een plan de campagne om er een hevige strijd van te maken met de discipelen van Post. „Maar toen zij er in de finale hele maal niet bij zaten kwam daar natuurlijk niets van terecht. Toen is er trouwens in de kop groep niet meer over gespro ken". Dat zou ook een uiterst zinloos ge sprek zijn geweest. Nadat aan vallen van Kuiper - met Jacques van Meer en Frits Pirard - het 67 renners tellende deelnemersveld had uitgedund en later Bert Oos terbosch het probeerde met Van der Velde, kwam na zo'n 130 ki lometer onder impuls van Frits Pirard een kopgroep van tien renners tot stand. Vijf van hen uit de ploeg van Post: naast Pirard waren dat Jan Raas, Ad Wijnands, Henk Lubberding „Niet alleen klimmen ligt me, maar ook solo-rijden", herinnert Hans Boom zich van vorig jaar, toen hij de finale eveneens in zijn een tje naar zijn hand probeerde te zetten. „Ik kon niet veel anders dan weggaan bij Hofland. Toen wij met ons tweeën op kop re den, waren mijn kansen op het kampioenschap klein. Hofland is een betere sprinter dan ik. Ik moest in de laatste kilometers al- les-of-niets gokken". Eenmaal gevlucht met Peter Hof land, hoefde Hans Boom zich over het strijdgewoel achter zich geen zorgen meer te maken. Het NK werd volledig gecontroleerd door de ploeg waarvan hij deel uitmaakt. Boom wist zich in de eindfase in de rug gedekt door Hans Daems (derde), Gerrit Sol leveld (5e), Mark Manders (8e) en Jannus Slendebroek (9e). Hoewel een zuivere individuele krachtmeting als een nationaal kampioenschap geen ploe- gentactiek duldt, viel er ook dit jaar moeilijk aan te ontkomen. De équipe van Jan Gisbers bulkt van het talent en zwaait daardoor op een dergelijk evenement als vanzelf de scepter. Hans Boom: „We hadden van tevo ren drie man aangewezen voor de finale. Solleveld, Slendebroek en ik. Degene die zich het sterkst voelde mocht zijn slag slaan. Ik heb er nog even over gedacht om de vlucht met Hofland niet door te zetten, gezien zijn snelheid in de spurt. Als mijn demarrage zou zijn mislukt, had ik dat vermoe delijk ook gedaan. Misschien had dan Jannus Slendebroek of Gerrit Solleveld de kampioen strui mogen aantrekken. Er was keuze genoeg voor ons". Nederlands amateurkampioen Hans Boom zit vandaag weer achter zijn bureau op het Marke lose gemeentehuis. Er ligt nog achterstallig werk op hem te wachten. „Misschien is de com binatie halve dagen werken-wiel- rennen toch niet zo gek", merkt de deeltijd-amateur op. „Ik ben een zenuwenpees. Ik heb nu af leiding als ik een belangrijke wedstrijd moet rijden. Ik zou, ge loof ik, stapeldol worden als ik niks anders te doen zou hebben dan fietsen en denken aan fiet sen". DEN HAAG - De nationale profwielerkam pioenschappen in het buitenland hebben twee verrassende winnaars opgeleverd. Bij de nationale titelstrijd in Frankrijk eiste Re- gis Clere de hoogste eer voor zich op en in België voegde Frank Hoste uit de ploeg van Peter Post opnieuw een éclatant succes toe aan zijn fraaie overwinningen-reeks van dit seizoen. Pierino Gavazzi pakte zijn tweede titel in Italië, de Zwitser Gilbert Glaus won de gecombineerde strijd van de Westduitse, Zwitserse en Luxemburgse profcoureurs. De 26-jarige Clere nam in Frankrijk de titel over van Serge Beucherie, na een koers waarin Bernard Hinault was afgestapt. Clere had na 252 km een voorsprong van een mi nuut op Bernard Vallet. Frank Hoste, eerder dit jaar winnaar in Gent- Wovelgem en de Vierdaagse van Duinker ken, won in de strijd om het kampioenschap van België op knappe wijze de eindsprint. De man die gewoonlijk de sprint moet aan trekken voor Raas, koos het juiste gat en ver sloeg klassespurters als Van Haerens, De Wolf en Van Calster. Pierino Gavazzi (32), eerder nationaal kam pioen in 1978, versloeg in Italië vier mede vluchters in de eindsprint. Het vijftal, met Baronchelli, kwam met 7 1/2 minuut voor sprong aan de streep. Gavazzi won voor To- relli en Baronchelli en onttroonde daarmee Moser, die net als Saronni en Bataglin geen greep kon krijgen op de wedstrijd. Ook Gilbert Glaus moest sprinten voor de ti tel. Die pakte hij voor zijn landgenoot Wol- fer. Hans Neumayer werd derde en verdien de daardoor de Westduitse titel, Lucien Di- dier pakte met zijn negende plaats de Lu xemburgse titel. Zo moeilijk was dat niet, er reed slechts éen landgenoot van Didier mee. en Johan van der Velde. De an deren waren Joop Zoetemelk, Peter Winnen, Bert Pronk, Jos Lammertink en Adrie van Hou- welingen. Met de eindstreep in zicht werd het bekende spelletje opgevoerd. Opeenvolgende de marrages om de concurrentie te verpulveren. Klap „Er was geen beginnen aan om ze terug te pakken", zei Zoetemelk (door een lekke band van Jan Raas in de laatste omloop van 6,5 kilometer goed voor een derde plaats) na afloop. Lubberding, de kampioen van 1978 en 1979 werd nog gecounterd, en ook regio naal favoriet Ad Wijnands moest er aan geloven. „Ik kreeg ineens een klap van de honger. Ik moest gewoon overgeven. Anders pak ken ze me niet meer terug", klaagde hij. Van der Velde zag het gebeuren. Net voordat zijn ploegmaat door Winnen en Zoetemelk zou wor den ingelopen ging hij aan de haal. „Anders komen we aan de voet van de beklimming en kan Winnen een gat slaan". Die derde maal was scheepsrecht en Van der Velde gaat in de rood-wit- blauwe trui naar de Tour de France. Twee jaar geleden hielp hij in dat tricot Joop Zoetemelk meer dan indrukwekkend over de Alpen en reed hij zijn beste Ronde van Frankrijk. „Misschien", zei de GEULLE (GPD) - Bert Pronk was nijdig. De renner uit de Duitse ploeg Kotter, waarvan tot vorige week ook Didi Thurau deel uit maakte, rijdt al enige tijd knappe uitslagen, maar tot het Neder landse publiek wil dat niet goed doordringen. Erger nog vindt hij dat ook de organisatoren van cri teriums hem kennelijk vergeten zijn. „Er zijn in Nederland zestig crite- lange Brabander, „gaat het nu in die trui weer zo geweldig". riums, maar ik kan er niet één rij den. Toch vraag ik echt geen hoog startgeld, dus ik weet niet waarom ze me niet willen. Want een heleboel kleine renners ko men wel aan de bak. Ik krijg de indruk dat ze me gewoon over het hoofd zien. In het kampioen schap reed ik toch ook mee in de kopgroep, maar ik heb de spea ker niet een keer mijn naam ho ren noemen", treurde hij. De eerste drie van de nationale titelstrijd rijden hier nog in omgekeerde volgorde. Joop Zoetemelk (l) en Peter Winnen leiden het veld bij de beklimming van de Slingerberg, maar moesten later toegeven dat er geen beginnen aan was tegen Johan v.d. Velde, die in hun kielzog mee omhoog gaat.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1982 | | pagina 9