'Geen idioten in mijn krankzinnigengesticht' Ze hebben gewoon een stok gevonden Voorgeest - na zeventig jaar voorbij Boze reacties op dreigende opheffing afdeling aüergologie AZL: ZATERDAG 23 JANUARI 1982 Leiden "Jarenlang zijn we naar Lun- teren naar de speeltuin ge- weest.Daar was een panne- koekenhuisje met een man die dol op deze kinderen was. Toch was het niet alleen ellen de wat de klok sloeg. Nu wordt met weemoed terugge dacht aan de uitstapjes naar de kermis op dne oktober en het weekje Emmen of het tripje naar de Keukenhof. LEIDEN - Precies zeventig jaar na opening worden de twee zwakzinnigenpaviljoens van het Psychia trisch Ziekenhuis Endegeest morgen .officieel ge sloten. De ruim honderd zwakzinnigen die de Voorgeesten nu nog bewonen verhuizen binnen kort, de meesten naar 'Swetterhage' van de stich ting Gemiva in Zoeterwoude, een aantal ook naar gezinsvervangende tehuizn in Leiden en Oegst- geest. De sluiting van Jongens en Meisjes Voor- geest was voor Endegeest aanleiding een gedenk boek samen te stellen: 'Voorheen Voorgeest'. "Het best was mijns 1 van rijkswegen een centraal idiotengesticht ergens op de heide werd opgericht; eene eenvoudige doelmatige in richting onder leiding van een onderwijzer en onder toe zicht van een plaatselijke ge neesheer, waar de gemeente besturen hun idioten tegen de kostende prijs konden plaatsen. Deze prijs zou geen hooge blijken te zijn. In ieder geval hoop ik in het volgende verslag te kunnen berichten, dat geene idioten meer op Endegeest verpleegd wor den". Aldus oordeelde de geneeshee r-directeur van Endegeest in 1897. Als het aan hem lag geen idioten meer in zijn krankzinnigengesticht. Toch ging er bijna een eeuw voor bij eer zijn wens bewaarheid werd: de idioten worden in middels zwakzinnigen ge noemd, de krankzinnigen gaan nu als psychiatrische patiënten door het leven, en er is een geschiedenis van precies zeventig jaar voorbij gegaan waarin de zwakzinni gen in twee aparte paviljoens op het Endegeestterrein woonden. Mijlpaal Het sluiten van Jongens en Meisjes Voorgeest betekent een belangrijke mijlpaal in de geschiedenis van Endegeest. Aan de ene kant geeft het een opluchting, er was al jaren weerstand tegen de huisves ting, de Voorgeesten takel den af. Aan de andere kant gaat het vertrek van de zwak zinnigen Endegeest ook aan het hart. Jarenlang maakten ze deel uit van de Endegees t-gemeenschap en velen woonden er al sinds hun pril le jeugd, kennen nauwelijks een ander "thuis". In elk ge val maakte de afbouw van de Voorgeesten genoeg indruk om een gedenkboek samen te stellen waarin het wel en wee van de paviljoens en hun be woners nog eens de revue passeert. 'Voorheen Voorgeest' is een in drukwekkend werkstuk ge worden, met enerzijds de ge schiedschrijving, anderzijds tal van interviews met be trokkenen en met een map foto's die de bewoners en personeel door de jaren heen in beeld brengen. Er wordt verteld van het 'Gesticht voor Jeugdige Idioten' zoals Voor- geest van de oprichting in 1912 tot 1930 heette. Een tijd overigens waarin het beslist geen lolletje moet zijn ge weest om in de Voorgeesten te wonen. Getuigen hiervan mag een uitspraak van een oude directeur van Ende geest: "Bij deze achterlijken blijven toch de hoogere ge voelens afwezig: zij houden van niemand en hechten zich aan een ieder die hen ver zorgt. Zijn zulke imbecielen eenmaal in het gesticht inge leefd, dan kunnen zij dikwijls gebruikt worden om grof, vuil, maar noodzakelijk werk te verrichten, het schoonhou den van riolen, ruimen van tonnen, enz...." Oorlog Verhaald wordt over de school, een BLO-school die tot de jaren zestig een centrale plaats innam in het leven op de Voorgeesten. Over de cri sisjaren en het moeilijkste jaar in de geschiedenis van de Voorgeesten, 1945: "Vol gens mij was de gaarkeuken van Oegstgeest hier op Ende geest. Het zat hier in de buurt in ieder geval barstensvol Duiters. V-l's en wagens met munitie stonden hier in de laan opgesteld en er werd hout gekapt. Er moest een boom om als er een zieke warm gehouden moest wor den". De evacuatie die op het laatste moment toch niet doorging. Een ouder: "Ze zouden worden overgeplaatst naar Woensel. Naar Woensel! We wisten ons geen raad. Hoe konden we die jongen bezoe ken als hij naar Woensel ging?" Maar de angst kon nog groter: "Of we dat nou in een krantje lazen of over de radio hoorden, maar in ieder geval had Hitier gezegd dat hij deze kinderen een spuitje wou geven. De maatschappij heeft er niets aan, ze kosten alleen maargeld". In de interviews met ouders blijkt overduidelijk hoe moeilijk het is om een kind naar een inrichting te bren gen. Omstandigheden noch weersgesteldheid hielden re kening met de ongerustheid van déze ouders die welis waar jéren geleden een kind wegbrachten: "Op hetmo- ment dat we Endegeest bin nenkomen bérst het onweer los. Met bliksem en donder liepen we naar Meisjes Voor geest en door dat bos kwam toen een groepje oudere men sen aanzetten. Allemaal aan elkaar gebonden, in ge stichtskleren, losse kreten slakend. Een filmer zou het zo waarschijnlijk in elkaar zetten...". In die tijd waren ook de bezoeken voor velen een kwelling: "Vlak tgen el kaar gedrukt zat je daar alle maal met je kind op schoot in dat hok. Hier zaten we met z'n allen, getroffen door het zelfde lot, wachtend op de aankondiging: wil het bezoek afscheid nemen?" kapper werd door sommigen als een uitje gezien: "Je pro beert eens wat uit met die koppen en je maakt geintjes met ze. 'Leen. je bent klaar', zeggen als je die jongen net ingezeept hebt. En hij staat op hoor. ingezeept en wel om even later met die zeepkop terug te keren". Maar toch, de omstandigheden op de Voorgeesten werden nooit optimaal. Er was voort durend geldgebrek, de pavil joens waren het stiefkindje van Endegeest. Een broeder: "Ik wilde kopjes en borden hebben om die jongens te kunnen leren eten, maar je kreeg pas iets nieuws als je breek had. Dus ik ging 's avonds in Oegstgeest de vuil nisbakken langs voor breek. Ik was bij wijze van spreken dolblij met een tas vol scher ven". Het is dezelfde broeder die nu zegt dat de Voorgees ten nooit gesloten hadden mogen worden: mensen die al tientallen jaren op de Voor geesten woonden overplaat sen, daar gebruikte hij het woord onmenselijk voor. "Al les is hier zo vertrouwd voor ze. Zo'n groepje dat in zijn ge heel naar Gemiva gaat, dat is nog het meest ideale. Maar de omgeving - die zullen ze zo missen, de jongens". In opspraak Het stond echter al jaren als een paal boven water dat de Voorgeesten moesten ver dwijnen. De omstandigheden waren er te slecht om los te lopen, zo werd al tijden ge roepen. Er was sprake van overbezetting, te weinig per soneel en te weinig ruimte. Toch kwam de huisvesting van de zwakzinnigen pas in de jaren zeventig goed in op spraak. "Mensonwaardige omstandigheden" en "Primi tieve toestanden" versche nen als vette koppen in de krant en actiegroepen ston den aan de poort van Ende geest pamfletten uit te delen. Er zou gerenoveerd moeten worden en dat gebeurde ook in 1976, hoewel de afbouw van de Voorgeesten toen al vaststond. Vanwege de slech te omstandigheden wilde het bestuur de officiële sluiting echter nietzonder meer af wachten: er wérd verbouwd en er wérd extra personeel aangetrokken. Personeel dat voor een groot deel meegaat naar de nieuwe huisvesting van de patiënten. In maart zullen ze het hoogte punt beleven van een ontwik keling die er al een tijdlang op gericht is de zwakzinnigen op zo'n rustig mogelijk ma nier over te plaatsen. De bei de paviljoens. Jongens en Meisjes Voorgeest, blijven staan. Zij zullen voorlopig dienst doen als wisselwoning tijdens de nieuwbouw die door Endegeest wordt ge pleegd. De oorspronkelijke bewoners vertrekken echter en wat dat betekent drukt een van de ouders misschien nog het beste uit: "Het bos, de plekjes, de wandeling - de oude vertrouwde gang van jaren en jaren. Ondanks alle narigheid en ongerustheid van die jaren is Voorgeest toch een vast punt in je leven geworden. Ik heb mijn sterke twijfels voor het kind. Is het een verbetering of niet?" Het zeventigjarig bestaan én de sluiting van Voorgeest wor den morgen gevierd met de officiële overhandiging van het gedenkboek door wet houder Schoute aan de bewo ners en ouders. Verder is er een fototentoonstelling inge richt en is er 's middags feest met draaiorgelmuziek en ver schillende artiesten. CONNY SMITS In het gedenkboek zegt een van de vroegere directeuren van Endegeest: "Bij deze achterlijken blijven toch de hoogere gevoelens afwezig: zij houden van niemand Als we opbelden om te mel den dat we wilden komen riep hij door de telefoon: Je komt maar. Dan donder ik die andere gasten er gewoon uit". En zelfs de gang naar de Een moeder in het gedenkboek: Maar het liefst ga ik met haar wandelen, laat ik haar schommelen. Dat vindt ze prachtig. Dat is voor mij de zondagmiddag". (Vervolg van pagina 1) LEIDEN - "Straks worden wij pa tiënten gewoon weer in de be kende gele enveloppen verpakt en verspreid over diverse afde lingen", aldus patiënt mevrouw Wezel-Baart. Dit vermoeden wordt door het hoofd van de afdeling allergolo- gie, P. Widjaja, ondersteund nu de onderzoekscommissie van de universiteit in een geheim rap port heeft gesteld dat de afdeling allergologie niet meer met ophef fing wordt bedreigd, maar defini tief moet worden opgeheven. Sa men met zijn assistent in oplei ding mevrouw Nierop, schetst Widjaja de situatie voor de dui zenden aüergische patiënten, die het AZL jaarlijks bezoeken. "Aüergologie is een algemene aan doening van het üchaam. Op vele manieren kan dit zijn uitwerking hebben. Je hebt patiënten met astma, hooikoorts, exceem of een combinatie van deze facto ren. Dat hangt aüemaal samen met hun aüergologische gesteld heid. Nu moeten ze straks voor een verstopte neus naar de afde ling keel- neus en oorheelkunde, voor astmatische aandoeningen naar longziekten terwijl voor het exceem toch zeker de dermato loog er aan te pas moet komen". "De ene arts wil straks met bijnier- schors behandelen, en de ander wil graag met antibiotica de ont steking te lijf gaan. Het overzicht voor de patiënt is zoek. Maar ook voor de huisarts die zijn patiënt moet doorverwijzen En dit wordt kostenbesparend ge noemd? Ze hebben gewoon een stok gevonden om de hond te slaan." Dat is ook de reden waarom me vrouw Wezel-Baart handtekenin gen aan het verzamelen is voor het voortbestaan van de küniek Aüergologie. Ze ziet de toestan den van vroeger weer op zich af komen. Van de longarts ging ze naar de KNO-arts en vice versa. Niemand kon er maar achter ko men wat er precies met haar aan de hand was. Totdat ze onder hoede kwam van de allergologie- afdeling. Er werd precies uitge dokterd waar ze allergisch voor was. "Vanaf die datumging het veel beter. Uit ervaring weet ik dat de andere specialisten ge woon de kennis over aüergieën missen". Kritisch Ook voor de opleidingsplaatsen en onderwijs kan de opheffing na delige gevolgen hebben. Widjéga: "Wie garandeert ons dat het er kende specialisme aüergologie nog naar behoeven wordt onder wezen als iedereen zich er mee gaat bemoeien? Een longarts met een beetje kennis van aüer gologie, zoals men in het rapport aangeeft is voor ons niet accepta bel. En ook niet voor de Specia listen Registratie Commissie (SRC) van de Koninklijke Neder landse Maatschappij voor Ge neeskunde, die bepaalt aan wel ke voorwaarde een speciaüsten- opleiding moet voldoen. En dat weet de commissie heel goed". In het rapport schrijft de onder zoekscommissie daarover: "De specialistenopleiding hebben we buiten beschouwing gelaten, omdat deze taak buiten de pri maire verantwoordelijkheid van de faculteit en AZL valt". Widja ja: "Dat is toch heel süm. Nu is straks gewoon de SRC de boos doener". Een woordvoerdster van het SRC verklaart nog niets van de voorgenomen opheffing te weten. "Maar natuurlijk bekij ken wij zo'n zaak uiterst kritisch. Aüergologie bedrijven terwijl er geen erkende allergologen zijn kan natuurlijk niet". Ook de heer Eijckman van de Lan delijke Specialisten Vereniging meent dat de commissie met he le zware argumenten moet ko men om zo'n erkende vakgroep en afdeling om zeep te helpen. "De afdeling in Leiden is wijd en zijd bekend. Uit heel Nederland stromen er patiënten naar toe. Daarnaast is het ook nog een he le actieve afdeUng. Wie kent niet de hooikoorts weerberichten?" Oude stempel De problemen voor de afdehng zijn in feite ontstaan twee jaar gele den na het vertrek van de met pensioen gegane prof.dr. R. Voorhorst. Hij was de man die de afdeling met zijn onderzoek, on derwijs en patiënten in binnen- en buitenland beroemd heeft ge maakt. Maar hij was tegelijker tijd ook een prof van de oude stempel die absoluut geen be moeienis duldde van andere spe- ciaüsmen. Faculteitsbestuur en directie zag hij helemaal niet staan. Van enige samenwerking was dan ook geen sprake. Voor horst had zelfs verzuimd om op tijd een deskundige tweede man aan te trekken. Voor orde op zaken stellen was het inmiddels te laat. "Of ze op de loer hadden gelegen", vertelt het personeel. Onmiddellijk na het vertrek van Voorhorst greep het faculteitsbestuur in. Waarom kon deze toch altijd als "tweede rangs" beschouwde specialisatie niet gewoon worden opgesplitst en ondergebracht bij de reeds bestaande afdelingen? Opge merkt zij dat de directie van het AZL zich toen nog achter de af deling aüergologie schaarde. In aüe haast werd op kosten van het ziekenhuis een nieuwe aüergo- loog benoemd: drs. P. Widjaja. De patiënten bleven namelijk komen. Waarmee voor de vak groep gelijk het bewijs was gele verd dat Voorhorst niet zaligma kend was. zoals het faculteitsbe stuur wel beweerde. Met de komst van Widjaja veranderde het een en ander. Zwak Widjaja "In het rapport is totaal voorbij gegaan aan de huidige opzet van aüergologie. De com missieleden teren nog op de ideeën van Voorhorst. (Ik wil wel duidelijk stellen dat Voorhorst een groot man voor zijn vak is ge weest). De argumenten die ze aanvoeren zijn voor ons gevoel heel zwak. In het rapport staat bijvoorbeeld dat te verwachten is dat de aldaar werkzame artsen de zeer persoonUjke inzet op dit gebied van het voormalige hoofd van de afdeling en zijn echtgeno te niet zuüen continueren. An derzijds stellen ze: "Het is overi gens de vraag of anno 1981 dit strikt persoonsgebonden, auto nome en soütaire werk binnen het Nederlandse bestel wel zo ge wenst is" Ze verwijten ons dat we ons te veel opstellen als maatschappelijk werker. Dat hebben we in de be ginfase noodgedwongen moeten doen omdat Voorhorst niets had geregeld op dit gebied. Dat is nu anders. We werken nu alleen nog maar met professionele hulpver leners. De commissie pleit er zelf ook voor dat binnen het zieken huis in ruime mate meer maat schappelijke zorg beschikbaar komt voor patiënten met allergi sche aandoeningen. Daarmee er kennen ze het probleem." Me vrouw Nierop "Het is toch heel vreemd dat ze Voorhorst al die tijd maar zijn gang hebben laten gaan en de problemen die toen zijn ontstaan nu op ons willen verhalen. In een tegenrapport hebben we onze hele situatie uit gelegd en aüe argumenten die zu hadden tegen de afdeUng weer legd. Daar is het rapport van de commissie niet eens op inge gaan". Steekspel De voorzitter van de landelijke ver eniging van allergologen, prof K. de Vries vindt de argumenten die de commissie aanvoert ook ronduit zwak. Van deze zijde zijn heilige protesten gerezen tegen de argumenten in het rapport "Het allerergste vind ik nog dat ik door de onderzoekscommissie ben gevraagd om als adviseur op te treden, maar mijn adviezen zijn op geen enkele manier terug te vinden in het rapport Daar ben ik vreselijk kwaad over. Ze hebben mij bijvoorbeeld ge vraagd of ik goede opvolgers voor de plaats van Voorhorst wist, want daaraan werd getwij feld. Ik heb positief geantwoord Dat ze het er niet mee eens zijn akkoord, maar ze moeten het wel opnemen. Dat het opheffen van de afdeling kostenbesparend wordt ge noemd is erg overtrokken. In de nieuwe gang van zaken moeten extra mensen worden aangetrok ken, verbouwingen worden ge pleegd en voor een deel van de patiënten zal gelden dat ze meer dere specialisten moeten gaan bezoeken. Reken maar uit!. Ik kom er langzamerhand achter dat het gewoon een juridisch steekspel aan het worden is waar heel moeilijk tegen te vechten De directie van het AZL wil nu het rapport van de onderzoeks commissie officieel nog geheim is - geen commentaar geven. SASKIA STOELING A ADVERTENTIE

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1982 | | pagina 3