Onbegonnen Werk
Mysterie rond gracht
is nog niet opgelost
Over letters gesproken
WOENSDAG 23 DECEMBER 1981
"Het mysterie rond de Leidse
gracht in oorlogstijd", dat vo
rige week hier aan de orde
werd gesteld, heeft tal van
reacties opgeleverd. Maar he
laas, het geheim is, volgens
mij, nog niet ontsluierd.
Voor wie vorige week deze ru
briek ten onrechte heeft over
geslagen even dit: in het zo
juist verschenen deel 10b van
"Het Koninkrijk der Neder
landen in de Tweede Wereld
oorlog" komt een foto voor
van een gracht met afgehakte
bomen. Het onderschrift
luidt: "Een gracht in Leiden
in maart '45". Ik wilde weten
om welke gracht het precies
gaat, maar het Rijksinstituut
voor Oorlogsdocumentatie
noch dr. L. de Jong kon mij
daaraan helpen. Vandaar
het beroep op de lezer).
i ge-
daarom de foto nogmaals
aan, maar nu "gespiegeld".
Alleen de sterken gaan door.
Bezoek
Mijn zondag werd bepaald op
gefleurd door George Hotze
(68), wonend aan de Hoge
Mors. Hij schelde aan het
eind van de ochtend bij mij
aan om enige informatie te
spuien over de naam van de
gracht-in-de-oorlog. Omdat
het buiten koud was, vroeg ik
hem fxinnen te komen. Dat
wilde-ie niet. Toen ik hem met
enige moeite had overge
haald, zei hij in de gang: "Ja,
maar heeft u geen kinderen".
"Zeker, maar die zullen u stel
lig in leven laten".
Eenmaal in de kamer beland.
van Omtzigt draaiden"), met
blik naar de Haven. Geen
twijfel mogelijk. Hij had
daar een broer wonen, dus hij
wist het piekfijn, 's Ochtends
was hij nog naar de plek toe-
gefietst. 't Klopte. Zeker we
ten.
's Middags ben ik zelf naar de
Oude Rijn gegaan. Wat ver
drietig moest ik vaststellen
dat het beeld niet klopte. Hij
heeft, vrees ik, iets willen zien
dat er niet was.
Maar dat lesje in de ochtend zal
me nog léng heugen.
Van Aken
Nu al staat vast dat Tinus van
Aken (PvdA) na de verkiezin
gen niet meer in de Leidse ge-
Leidse kroniek
door Ruud Paauw
werd aangedaan. Ja, grote
hansen deden het vast ook zo.
Tot het moment kwam dat je
merkte dat er maar weinig
dchter stak. Het was een
vórm, nauwelijks iets meer.
Gejongleer met zeepbellen.
Van Akens glorieperiode reikte
van 1955-1965. De gemeente
raad was toen voornamelijk
gevuld met bedaagde heren
die niet in hun slaap wensten
te worden gestoord. Met zijn
buitenkant-allure kon Van
Aken daar lang de indruk
wekken de man van de toe
komst te zijn. De illusies die
hij ongetwijfeld heeft gekoes
terd, gingen in scherven in
1966, het revolutiejaar. Van
Akens generatie bestuurders
werd plots geattaqueerd door
woedende, goed opgeleide
Welke suggesties heb ik
kregen
1) Schelpenkade, naar de Witte
Singel toekijkend; 2) Jan van
Goyenkade, ook met blik
naar de Witte Singel; 3) Oude
Rijn, ter hoogte van de kleu
terschool Clara Dozy, met
blik naar de Haven; 4) Stille
Rijn; 5) Niet-gedempte deel
Levendaal, van de Korevaar-
zijde bekeken; 6) Oude Vest,
Oude Singel, kijkend naar de
Turfmarkt; 7) Potgieterlaan,
met de blik naar de Haag-
weg; 8) Groenhazegracht; 9)
Zuidsingel; 10) Rapenburg
voorbij de universiteitsbiblio
theek, blik naar de Vliet.
De Zuidsingel werd zelfs door
vier personen genoemd, de
andere ook vaak meermalen.
Behoudens het laatste punt heb
ik alles met de foto in de hand
ter plekke gecontroleerd ge
lijk een opsporingsambte
naar - en tot mijn diepe
droefenis ondeugdelijk be
vonden. Het stelsel van brug
gen in de verte of de "knik"
op de voorgrond ontbrak. Nu
moet je met conclusies wel
zeer voorzichtig zijn, zoals J.
Masurel, Lammenschansweg
90, mij terecht voorhoudt,
want er is na 1945 verschrik
kelijk veel veranderd in, rond
en aan de grachten.
Opvallend was dat maar liefst
drie lezers (Masurel, Verbeek
en Oudshoornhet gevoel
hadden dat het negatief ver
keerd was afgedrukt. U treft
weigerde hij hardnekkig te
gaan zitten. "Als ik dót doe,
blijf ik hier uren hangen,
want ik ben een doorprater".
Dat deed hij nu stódnd.
In een half uur tijd passeerden
de meest uiteenlopende on
derwerpen de revue: van
Zuid-Afrika via de betekenis
van de auto in het Nederland
se verkeer tot aan de doelma
tigheid van het Leidse ge
meentebestuur.
Als ik af en toe wat te berde
bracht, sprak hij me zeer
krachtig jegen, iets wat ik al
jaren niet meer gewend ben.
Prachtige, schilderachtige
man. Gezworven over de hal
ve wereld. Met twee knuisten
het brood verdiend als smid
en loodgieter.
Wat de naam van de gracht be
trof: dat was de Oude Rijn,
ter hoogte van de kleuter
school Clara Dozy ("daar
waar de beurtvaartschepen
meenteraad terugkeert. Zo
luidde' onlangs een berichtje
in de krant. Hij was niet meer
op een bepaalde lijst van
kandidaten opgenomen. Van
daar.
Het trof me wat onaangenaam.
En dat is eigenlijk vreemd,
want ik heb nimmer tot zijn
bewonderaars behoord. Verre
van dat. Maar Van Aken
hóórt in de gemeenteraadhij
zit er al zo lang in dat ik wel
eens denk dat hij hem heeft
uitgevonden.
Heel even, in mijn journalistie
ke luierjaren, heeft hij me
geïmponeerd. Zo rond 1960.
De manier waarop hij zijn dik
ke agenda voor zich op tafel
gooide, de machtig met pape
rassen gewilde tassen en dan
zijn tddl. Hij bediende zich
van een in de hel uitgevon
den, super-ambtenaarlijke
stijl van spreken, waarbij
slechts spaarzaam de punt
L)e geheimzinnige gracht, waarvan een foto in het deel 10b van
"Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog"
staat. Deze foto is daar het spiegelbeeld van. Wie lost het raadsel
op? Welke gracht is dit?
jongeren met psychedelische
haartooi, spijkerpak, open
hemd en vormloos schoeisel.
Vlotte types die ddchten de
problemen van hun tijd in
een handomdraai op te kun
nen lossen. Jongens die niets
van zijn hovelingen-gedrag
wilden weten, die het alfabet
ook zo heel anders dan hij
hanteerden.
Hij handhaafde zich in de
storm, dat kón hij, maar
daarbij bleef het.
In 1974 werd hij met vereende
krachten in de wethoudersze
tel getild, na huiveringwek
kend onhandig te zijn opge
treden in de beruchte kwestie
rond de Welzijnsbron.
Als wethouder én loco-burg
meester zwoegde Van Aken
harder dan wie van zijn col
lega's ook. Niets was hem te
veel. Je trof hem overal aan
waar de gemeente diende te
worden vertegenwoordigd.
Zijn tassen waren voller dan
ooit te voren. Hij begróef zich
bijna in de papieren. Indi
sche jaren maakte hij. Maar
zo groot als zijn ijver was, zo
gering zijn besluitvaardig
heid. J
Na vier jaar wethouderschap
stelde zijn partij er geen prijs
meer op dat hij in de raad te
rugkeerde. Hij kwam op een
onverkiesbare plaats te
staan. Maar toen enige kame
raden het lieten afweten,
maakte hij toch zijn rentree.
De laatste tijd was het stil rond
hem. Hij zat er nogal broe
dend bij.
Hij moet het ook zelf zijn gaan
beseffen: vroeger komt nooit
meer terug.
Rampen
Als Wim Plasmeijer van uitge
verij De Kler-Waanders niet
heeft gejokt dan ligt op dit
moment deel 4 in de winkel
van het vervolgwerk "Hut
spot, Haring en Witteblrood",
getiteld: 'Leiden, Leienaars
en hun rampen", onder
redactie van dr. Dick de Boer.
Veel aandacht in deze afleve
ring voor de ramp met het
kruitschip op 12 januari
1807. Vlakbij de Langebrug
meerde Adam van Schie zijn
vaartuig af met 37.000 kilo
kruit aan boord. Vervolgens
kookte hij op nonchalante
wijze zijn potje. De explosie
die volgde bracht een ontzet
tende ravage teweeg. Ruijn
150 mensen kwamen om, er
vielen 2000 gewonden. Het
water vloog over de instorten
de huizen (Zonneveldstraat,
Raamsteeg, Vliet, Garen-
markt) heen. Het Rapenburg
kwam ter plekke even droog
te staan. De ontploffing werd.
tot ver voorbij Leidens gren
zen gehoord. Maar in Leiden
zelf besefte niet iedereen wat
er gaande was. De dove
vrouw van de theoloog Te Wa
ter keek na de knal even van
haar handwerkje op en
vroeg: "Zei je ietsl Te Water?"
Koning Lodewijk Napoleon
spoedde zich naar Leiden,
hielp zelf mee met het red
dingswerk en schonk de stad
uit eigen beurs 30.000 gulden.
Hij deed nog veel meer en
hield er de bijnaam "De va
der der ongelukkigen" aan
over.
Tot in juli was men bezig met
puinruimen. Op de kaalslag
bij de Langebrug werd veel
later het Van der Werfpark
aangelegd.
Alvorens het zo ver was had
men uitgebreid gediscus
sieerd over de vraag of de
ontploffing moest worden ge
zien als een straf van God of
niet.
De stadhuisbrand van 1929
komt ook uitvoerig aan de or
de. Vele kostbaarheden gin
gen verloren. "Slechts één
ding bleef onbeschadigd: de
kluis die in 1904 door de fir
ma Lips geleverd was, met
volledige inhoud. En daar
over hadden verscheidene
burgers behoorlijk ingezeten,
want behalve de stad waren
zij de eigenaars van de in
houd. De kluis was namelijk
gevuld met...duizenden sta
ven goud".
Vreemd. Waarom dat goud
dddr en niet bij een bank?
Zou die kluis er nog zijn? En
wat zit er nu in? Zou wethou
der Bordewijk voor alle ze
kerheid toch maar niet even
gaan kijken?
Leidens belegering door de
Spanjaarden (1573-74) wordt
uiteraard ook de nodige
ruimte gegeven. (Jammer ge
noeg vermeldt De Boer hier
niet wie nu als eerste de hut
spot vond; dat had ik wel ver
wacht na de trammelant bij
deel 1).
Wat mager wordt de enorme
oorlogsschade behandeld die
Leiden in december 1944 op
liep bij het bombardement op
de Stationswijk. Maar al eer
der heb ik gemerkt dat de ge-
beurtenissen in Leiden 1900-
'50 niet zoveel aandacht krij
gen.
Desondanks weer een afleve
ring met pakkende leesstof.
Dr. De Boer eindigt, bijna tra
ditiegetrouw, tamelijk merk
waardig. Hij schetst de ramp
die Leiden op dit moment
treft: "Nog dagelijks legt een
blikken vijand een cordon om
de stad. Hij probeert langs
hoofd- en sluipwegen de stad
binnen te dringen. Het ver
keer schaart zich als een mo
derne ramp in de reeks die
door het verleden te zien is.
Uitlaatgassen en denderende
wielen richten meer schade
aan dan vele branden".
Als de serie ten einde is moet er
maar een deeltje worden ge
schreven dat luidt: "Leiden,
Leienaars en Dick de Boer".
Letters en cijfers behoren tot onze belangrijkste communicatiemiddelen.
Dat is al eeuwen zo, hoewel het er de laatste tijd op lijkt, dat het alleen
nog maar om de cijfertjes draait... Door middel van letters en cijfers -
symbolen dus - kunnen we informatie aan anderen doorgeven, op het
moment dat we er zelf niet bij zijn. De ontwikkeling van deze symbolen
gaat ver in onze geschiedenis terug. Pictogrammen (beeldtekens) zijn
de meest primitieve vorm van het schrift en werden onder andere ge
bruikt in het oude Egypte. Wij kennen ze nog in de vorm van verkeers
borden en dergelijke.
Onze schrifttekens komen voort uit het Arabische schrift. In eerste in
stantie werden alle letters met de hantf geschreven - de monnikken in
de middeleeuwen bereikten hierin een hoge graad van (soms zelfs artis
tieke) perfectie. Met de komst en in de loop der tijd zeer ver gaande
ontwikkeling van de boekdrukkunst verdween dat „persoonlijke tin
tje" uit het schrift. Toch had elke belangrijke periode een duidelijk
herkenbaar schrift met een geheel eigen „karakter", net zoals we dat in
de (bouw)kunst zien.
Tegenwoordig hebben we de keus uit honderden soorten letters; ook
voor het gewone „huis-, tuin- en keukengebruik". De zogenaamde af-
wrijflettersysternen (Mecanorma, Letterpress) komen (bijna) volledig
aan onze wensen tegemoet: pretletters, sierlijke letters, nostalgische
letters, verdrietige, vrolijke, gezellige, maar ook serieuze, zakelijke, we
tenschappelijke, technische, enzovoort-letters kunt u in alle grootten
krijgen en op een eenvoudige manier zelf verwerken.
Al die letters (en hetzelfde geldt voor gewone drukletters) worden door
speciale ontwerpers ontwikkeld en het maken van een nieuw lettertype
is echt geen kleinigheid. Er moet met zeer veel rekening gehouden
worden: leesbaarheid, drukbaarheid, stijl, vorm, afmetingen, lay-out,
enz. Toch blijft het uiteindelijke resultaat in de meeste gevallen een
„letter voor iedereen", zowel om te lezen als om mee te „schrijven". Met
dat laatste bedoelen we dan typen, opplakken of afwrijven.
Mogelijkheden en keus genoeg dus, voor iedereen; de laatste paar ja«u
echter is de belangstelling voor het echte „schrijf-werk", het letterteke
nen en calligraferen enorm toegenomen. Het zijn met name de „ama
teurs", die de kunst van dit oude handambacht als hobby herontdekt I
hebben. Niet zo vreemd overigens, want het komt maar al te vaak voor,
dat u een tekst gewoon „mooi" wilt opschrijven, of zelfs wel van een
persoonlijk tintje wilt voorzien. We denken dan bijvoorbeeld aan het
zelf „schrijven" en illustreren van kerst- en nieuwjaarskaarten, felicita
tie-, geboorte- of uitnodigingskaarten, menu's, oorkonde's, speciale
brieven, verhaaltjes of gedichten, teksten in foto-albums, bij films of
diaseries, enzovoort. Al met al voldoende redenen, om eens wat meer
aandacht aan ons handschrift te besteden - en dat geldt eigenlijk voor
vrijwel iedereen.
Op diverse volksuniversiteiten en in creativiteitscentra in Nederland
worden hierin cursussen gegeven. Denk niet dat het „saaie" materie is,
integendeel zelfs: als u er eenmaal aan begint, is de kans groot, dat u er
voorlopig niet meer mee ophoudt.
Wilt u meer over dit boeiende onderwerp weten, dan kunnen we het
boekje „Lettertekenen" uit de „Kreatief-en-kundig"-serie van uitgeve
rij Gaade van harte aanbevelen. Werkelijk alle aspekten van het letters
ontwerpen, tekenen en gebruiken komen aan de orde, soorten letters,
benodigd materiaal en gereedschap, inkten en verven, letters tekenen,
of schilderen, of uitsnijden, spatiéren, lay-out, stijl en vorm, enz. Het
boekje kost f 19,50 en is verkrijgbaar bij alle boekhandels.
QM3aaNVMV03Q sriud 3J.SOWI 30 0H330NVMV03D C1I3HH3M3Z 30U330NVUV030
PRACHTIGE KEUKEN IN ZANDKLEUR
KUNSTSTOF
Ahn 270 cm. 4 QQC
van 3950,- NU1999
EIKEN HOEKKEUKEN
ZWAAR MASSIEF EIKEN LAMELLEN
KEUKEN
EIKEN LANDHUISKÊUKEN
donker
ZWAAR MASSIEF EIKEN KEUKEN
Min 7535™- NU 375
WITTE KUNSTSTOF HOEKKEUKEN
SSSPf 36»
ZWAAR MASSIEF EIKEN1
LANDHUIS KEUKEN
Grandioze keukenshow
tijdens de feestdagen
Onze Baaf1ZÜ^dc
en Putte (N.Br.)
2e en 3e kerstdag
nieuwjaarsdag
2 en 3 januari
Geopend van 10 17uu
ZWART MASSIEF EIKEN DIAGONAAL
LAMELLEN KEUKEN
7„^%u 4950,-
EIKEN FUN LAMELLEN KEUKEN
9167?-NU 4950,-
ZWAAR MASSIEF ANTIEK EIKEN
CASSETTEKEUKEN
Alm 270 cm
van 8439,- NU tlW
ZWAAR MASSIEF EIKEN KEUKEN