Bernard Sijtsma
forceert erkenning
Actieverhalen geven
boeiend beeld tropen
Fuchsia is met „bellen" getooid
Kind-koning Matthijsje
Thriller voor
twee camera's
WOENSDAG 9 SEPTEMBER 1981
PAGINA 13
Het komt nogal eens voor dat
schrijvers wier naam of werk
niet ieders boekenplankje
tooit, tenslotte alle hoop op
Roem en Geld laten varen.
Zij worden gewoon weer
huis-aan-huisbladjournalist
of lopen in de WW, net als ge
wone mensen. Anderen grij
pen naar grovere middelen
om het dommelende lezers
volk te wekken.
Plagiaat is zo'n methode, al
leidt die gewoonlijk alleen tot
galg en rad. Vreedzamer en
beslist succesvoller kan het
zijn de aandacht op je te ves
tigen door luidkeels blijk te
geven van Vriendschap met
een Wèl beroemd Schrijver.
Een slijm- en likmethode die
niets dan walging dient te
wekken bij fatsoenlijke men
sen. Het is dan ook niet zon
der mokken te constateren
dat deze tijgersluipgang naar
erkenning de auteur Bernard
Sijtsma dichter bij zijn doel
heeft gebracht.
Vele fans van Gerard Reve zul
len zich het boekje Lieve Ge
rard aange^haft hebben,
een bundel "Brieven aan Ge
rard Reve 1965-1980" van de
hand van Sijtsma. Zoals ge
bruikelijk liegt de achterflap:
"Door de brieven van Bernhard
Sijtsma heen ontslaat er een
beeld van de Volksschrijver
Gerard Reve dat verrassend
anders is. De brieven tonen
evenzeer aan dat Sijtsma een
schrijver is die gelezen moet
worden". Een leugen? De
eerste zin beslist wel: Reve
blijft - mede door het ont
breken van zijn antwoorden
op Sijtsma's epistels in het
bundeltje een uitermate
schimmige figuur: hoogstens
geeft hij blijk van een warme
en gulle inborst door zijn ho-
mosexuele kunstbroedertje
toestemming te geven via
hèm. Reve. enige klandizie te
werven. Maar dan: is Sijtsma
een schrijver die gelezen
moet worden? Vooruit, een
onbekommerd jawel. Hij is
een glibberik en een gladja
nus, maar en dat redt hem
van hel en eeuwige verdoe
menis - hij kan prima schrij
ven. Zijn brieven zijn zeer
leesbaar, vaak geestig, soms
onbeschaamd in hun vertoon
van vastklampen aan Reve's
Roem en getuigen uiteinde
lijk (gelukkig) van ontwikke
ling. zelfstandigheid en vrije
literaire aspiraties.
Sijtsma's laatste brief heeft iets
van verantwoording en ver
ontschuldiging. terwijl ze
ook enig licht werpt op de rol
van de uitgever. Peter Loeb:
"Omdat ik niks beters te doen
had. je hebt van die 'eb-perio-
des'. je weet wel. dan komt er
mets zinmngs tevoorschijn,
hoe je je ook inspant, ben ik
eindelijk eens mijn brieven
aan jou (vanaf '65) gaan or
denen. Kladachtige afschrif
ten. fragmenten her en der.,
en puinhoop. Ik wist dat alles
nog compleet was, maar
moest het eerst aanpakken,
eer ik dat ook bewezen kon
achten. Alles gaan uittypen,
zodat het naar behoren on
dergebracht kon zijn. Voor
wie? Waarom0 Bij het corri
geren dacht ik. al lezende:
'Verrek. Het geheel laat zich
waarachtig als een roman le
zen. Aangezien hij toch te
betrokken is om objectief te
kunnen oordelen, besloot ik
het aan Peter Loeb te sturen.
Wel. hij was uitermate ver
rast. noemde het 'een ontroe
rend document' en had er ook
'een heel andere kijk op Reve
door gekregen'. Zou hij de
mens achter de auteur bedoe
len"?
Dat is pas werken aan je carriè
re: anderen gebruiken om ho
gerop te komen en dat open
lijk toegeven, zo de critici
vóór wezend. Een gelijke po
litiek. maar (nog) geen akte
van békwaamheid.
Die mag gul toegekend worden
na lezing van de eveneens
door Loeb verstrekte bloem
lezing "verhalen die Bernard
Sijtsma in de loop van een
tiental jaren heeft geschreven
en waarvan de beste nu zijn
bijeengebracht in de verza
melbundel As en Regen". Al
dus Johan Polak in een voor
woordje. Uitstekende verha
len. zoals ik ze niet vaak lees
in onze letterkunde. Stijl en
zinsbouw zijn bijzonder hel
der. de gegevens autobiogra
fisch en m een prettige chro
nologische volgorde. Het is
moeilijk uit de verhalen,
overwegend homosexueel
getint, een favoriet te kiezen:
een plusje of minnetje daar
gelaten halen alle een kwalifi
catie van "ruim voldoende"
tot "zeer goed".
Hoewel Reve het le verhaal. De
tuin van de man heit "schier su
bliem" noemt, reikt mijn voor
keur naar het fraaie Een liefde
in Leeuwarden. In deze langere
vertelling worstelt hoofdper
soon Harm met zijn homosexue-
le voorkeur.
"In bed was nog steeds die Ita
liaanse jongen op zijn netvlies,
wilde hij zich bevredigen, maar
durfde niet. omdat er inderdaad
niets anders was dan die film
jongen. Als hij zich rustiger voel
de. maakte hij geen bezwaar te
gen het beeld van Tarzan of een
Romeins soldaat. Maar nu wilde
hij niet. De werkelijkheid wilde
hij. en die was anders. Er moest
toch een meisje bestaan dat hem
begreep en hem zou openbaren
wal het betekende verliefd te zijn
op een vrouw", (p.43) Verderop
ontstaat dan een veelbelovende
relatie met Margje, maar zonder
effectuering op het sexuele vlak
omdat Margje vermoedelijk niet
'durft'. Waarom niet? Is zij ook
homosexueel? Wilde zij even
eens - met behulp van Harm -
het tegendeel bewijzen? Het ver
haal heeft een merkwaardig
open einde en biedt geen uit
sluitsel: des te knapper.
Het is dat de ruimte mij hier ont
breekt anders was ik met genoe
gen op meerdere verhalen inge
gaan. zoals op het treurig/humo
ristische CPN-familieverhaal
Migratie of het prachtige en tra
gische Hoop op herstel. Ver
bluffend goed werk van een
schrijver die - voor deze ene
keer met recht - naar dubieuze
middelen heeft gegrepen om be
wondering af te dwingen. Bij de
ze dan.
Bernard Sijtsma. Lieve Gerard.
Brieven aan Gerard Reve965-
1980.
Uitg. Peter Loeb, Amsterdam
1981.
Bernard Sijtsma. As en Regen.
Uitg. Loeb. Amsterdam 1981.
ROB VOOREN
Bij Nijgh Van Ditmar ver
schenen dit jaar de boeken
Vlucht voor de dood van C.
van Heekeren en De Trinita-
ria van C. Goshnga. Span
nende lezenswaard me verha
len met lokale en historische
details, over Nederlanders in
onze voormalige tropische
gebiedsdelen.
Goshnga plaatst zijn 1U verna-
len op Curacao. Deze kunst
historicus was vijftien jaar le
raar aan het Peter Stuyvesant
College, een roemrucht ly
ceum op Curacao, dat onder
zijn vaak zeer kundige, soms
excentrieke leraren o.a.
Frank Martinus Arion. Bou-
kema en Armand Lee telde:
oud-leerlingen van PSC zit
ten op allerlei plaatsen in on
ze maatschappij.
Witte Lakens heet een schets
van een doodziek jochie:
"Maai." waren zijn laatste
woorden. "In de hemel lopen
we allemaal met witte lakens.
Niet waar. Maai"' Ook ne
gers". Rum gaat over het ver
voer van een lijk. De samen
hangende verhalen over een
barre varkensfokker lijken in
Hollandse ogen misschien
onwaarschijnlijk, maar de
Curacaose kranten (en juri
sprudentie) bevestigen ge
beurtenissen die in ons nuch
tere vaderland ondenkbaar
zijn. Enige invloed van Antil
liaanse schrijvers als Debrot
en Van Leeuwen blijkt uit
Michaela en het titelverhaal
De Trinitaria.
Onder die "boom" vindt de ont
knoping plaats. "Nergens op
het hele eiland had ik ooit
zo'n geweldige trinitaria ge
zien: nooit zag ik een boom
die zo overvloedig bloesemde
als de tijd van het jaar daar
was." De breed vertakte
boom komt steeds terug in
het verhaal, en dat mag ook
wel. want het is een bota
nisch wonder, vrees ik. De
trinitaria - vaker bougainvil
le genoemd - is een stekelige
heester, die als klimplant en
zelfs als heg wordt aange
plant. Misschien heeft Gos
hnga de flamboyant be
doeld'' Dan klopt verder al
les. Deze verhalenbundel
lijkt genuanceerder dan Gos-
linga's verhalen die eerder
ondr de titel De Bullepees
verschenen, daarin schaften
een paar dames zich o.a. een
mannelijke harem van ne
gerslaven aan.
Van Heekeren
C van Heckeren's Vlucht voor
de Dood behandelt de tocht
van een aantal Nederlandse
vrouwen door het binnen
land van Borneo. De Japan
ners zijn geland, een luite
nant leidt hen naar Long Mo-
dang. Van Heekeren is een
indoloog. die als bestuurs
ambtenaar op Sumatra werk
zaam was. toen de oorlog uit
brak. Hij maakte als krijgsge
vangene een wekenlange
mars door de rimboe en
werkte aan de Pakan Baroe-
spoorweg. Grote waardering
kregen zijn documentaire
boeken Het Pannetje van
Oliemans en Batavia seint
Berlijn. Daarbn wordt ook
Trekkers en Blijvers (1980)
vermeld. De stof voor dit laat
ste boek behandelde Van
Heekeren al eerder in zijn
verslag omtrent Long Na-
Ditmaal kiest hij voor een ver
dichting die op een histori
sche roman gelijkt.
Petra van Doorn, de contro
leursvrouw. knap en slank in
haar kakhipak, zag hoe An
nie Weinberg, de jonge Indi
sche onderwijzeres, haar gro
te donkere ogen doordrin
gend op het gezicht van de
blonde luitenant richtte en
zwaar op zijn arm leunde.
Hij torende uit boven zijn om
geving en leek alles met zijn
grijze ogen op te nemen.
Naast Beelaars stond John
Dans. de sergeant, zijn knap
pe. Indische gezicht geheven
naar de luitenant, in afwach
ting van diens bevelen. Har
troerend. volgens mij is die
blonde, luitenant ook niet le
lijk.
Vijftien hoofdstukken belopen
een periode van 8 maanden
in 1942 plus een afronding in
november 1945 Het hetero
gene gezelschap vindt na een
lange mars door de rimboe in
Long Modang een toevlucht
soord. In juni 1942 voegt zich
een gezelschap Engelsen bij
hen. In hun onderlinge con
flicten komen allerlei aspek-
ten van de vooroorlogse kolo
niale mentaliteit naar voren
Een Japanse patrouille over
valt hen en moordt eerst de
mannen, dan de vrouwen en
kinderen uit. De enige overle
vende is de brigadier Van
Campen. die met een Dajak-
meisje in een ladanghuisje is
getrokken. In 1945 tracht hij
Tarakan te bereiken om weer
contact met de beschaafde
wereld te krijgen. De zeden
van de Dajaks. de Japanse
opvattingen en de onderlinge
relaties van de vluchtelingen
worden onderhoudend be
schreven
Als de jonge abonnee, die m
maart en mei belde, weer zou
vragen: "Ja. maar is dat nou
hoge literatuur?" Wat dan te
zeggen^ Noch Goshnga. noch
Van Heekeren hebben met
hun boek een indringende
hoogliteraire creatie beoogd.
Ze hebben een grondige ken
nis van hun onderwerpen en
weten die boeiend, soms
snaaks, te brengen. Zowel De
Trinitaria als Vlucht voor de
Dood zullen beslist gewaar
deerd worden door lezers, die
belangstelling hebben voor
de beschreven plaatsen en si
tuaties.
Tot slot Hugo Raes schrijft me
naar aanleiding van de be
spreking van Het Jarenspel,
dat een penis wel degelijk
kan breken. Twee urologen/
hoogleraren bevestigden dit;
het komt zo'n twee maal per
jaar voor bij mensen "die
nogal originele standjes uit
proberen"; eh, heren? Voor
zichtig. hè
BOUKE JAGT
Cornells Ch. Goslinga. De Tri
nitaria, 25.50 C. van Heeke
ren. Vlucht voor de dood,
29,50. Nijgh Van Ditmar,
's-Gravenhage, 1981.
Het is nog maar een dik half
jaar geleden dat ik na het le
zen van twee thrillers van de
Amsterdamse journalist
Joop van den Broek in deze
rubriek opmerkte dat er van
mij meer verhalen mochten
volgen Ik was nogal gechar
meerd van de wijze waarop
hij zijn spannende histones
in elkaar had gezet Prompte
bediening nu reeds ontving
ik van zijn Alphense uitgever
een nieuw geestesprodukt
Uiteraard weer een thriller.
En weer wordt daarin de
hoofdrol vertolkt door de
zwierige fotograaf Lex van
der Tuvn Walema. Een man
overigens die meer bezeten
is van het ontrafelen van
moordzaken dan van het
schieten van plaatjes. Ieder
zijn meug
Maar deze Lex blijft ditmaal
dichter by huis In vorige
boeken van Joop van den
Broek opereerde hij in Indo
nesië of in Spanje. Dat zorgde
voor een aparte entourage,
die in deze nieuweling node
heb gemist.
Trouwens, hoewel ik tot de
fans van Joop van den Broek
mag worden gerekend, moet
ik zeggen dat deze "Thriller
r twe
mij c
tikkeltje heeft teleurgesteld.
Het verhaal is wel weer goed
verteld, maar er is beduidend
minder actie en de ontkno
ping ziet men al mijlen tevo
ren aankomen Niet elk schot
kan de roos raken.
"Thriller voor twee camera's".
Joop van den Broek, uitg.
Sijthoff 13,50).
KOOS POST
Doemdenkers en onheilsprofe
ten kunnen hun hart ophalen
aan de roman 'Avondland'
van de Noor Knut Faldbak-
ken. In kleurrijke beelden
schildert deze jonge auteur
de ondergang van een glo
rieuze consumptiemaat
schappij, gesymboliseerd in
de stad Sweetwater. Een we
reldstad waarin het maat
schappelijk leven langzaam
maar zeker ontaardt in een
chaos. De individuele vrij
heid wordt opgeofferd aan
steeds ingrijpender maatre
gelen om te redden wat er te
redden valt. De meeste bewo
ners accepteren alles gelaten.
Zo niet de architect Allan Ung.
De afbrokkeling van de wel
vaartsstaat stimuleert Allan
nieuwe wegen in te slaan. Sa
men met zijn 18-jarige vrouw
Lisa en zoontje Boy vestigt
hij zich op de Stort, een gi
gantische vuilnisbelt vlakbij
Sweetwater. Daar, temidden
van afgedankt huisraad, or
ganisch afval en roestige au
towrakken, hoopt Allan alles
te vinden om in leven te blij
ven. Hij blijkt niet de enige te
zijn die er zo over denkt.
De Stort herbergt een bont ge
zelschap mensen dat door de
buitengewone omstandighe
den wordt gedwongen in een
redelijke harmonie samen te
leven. Een leven dat lijkt op
een 'terug naar de natuur'.
Remmingen opgelegd door
de maatschappij vallen van
Allan af. Waarden en normen
- het vernislaagje van de be
schaving - maken plaats voor
de oerwet: doden of gedood
worden in de strijd om het
bestaan. Maar wat Allan en
thousiast als 'natuurlijk' be
stempelt is in feite leven in
een schijn-natuur, een kari
katuur van de consumptie
maatschappij. Hij blijft in
sommige opzichten een wel
vaartskind.
De ontmanteling van het socia
le leven weet Faldbakken
suggestief te beschrijven, al
gaat zijn beeldspraak soms
wel eens te ver. Het leven op
de Stort wordt beheersd door
felle hartstochten en emoties,
beleefd met een intensiteit
waarin ook de seizoenen -
schroeiende hitte afgewis
seld met stortbuien - schijnen
te delen.
'Avondland' is het eerste deel
van een grote 'ecologische'
roman, deel 2 is nog niet ver
taald. Volgens de uitgever
bleek het niet haalbaar beide
delen gezamenlijk uit te
brengen. Het vormen van een
totaalbeeld moet nog even
wachten, er kan alleen een
tussenbalans worden opge
maakt.
Aan 'Avondland' ligt een som
bere levensfilosofie ten
grondslag. Faldbakken geeft
de mens die zijn eigen lot in
handen neemt niet veel kans
van slagen. Van de stille
wens van vele - als het straks
écht rot gaat in de wereld je
rustig terugtrekken op een
stukje grond en geheel 'self
supporting' leven - laat de au
teur ook de complicaties
'Weet je hoeveel r
stad wonen? Kun je even uit
rekenen hoeveel bouwland er
nodig zou zijn, als iedereen
zich de luxe zou permitteren
om op het land te wonen, te
leven van de opbrengst en
verder niks? Je kan vast en
zeker ook niet vertellen wat
we moeten doen met die ne
gentiende van de bevolking
waar eenvoudig geen plaats
voor is in het natuurlijk pa
radijs', houdt de cynische
Stortbewoner Smiley een op
timistische Allan voor.
Misschien geeft het tweede
deel van deze roman een ant
woordt op deze vraag.
Avondland, Knut Faldbakken,
vert. Per Jordal, uitg. Else
vier, prijs f 27,50.
MARGOT KLOMPMAKER
'Als ik koning was, dan zou
ik....'. De droom van ieder
kind wordt werkelijkheid
voor prins Matthijs. Als ko
ning Matthijsje de Eerste
moet hij een groot rijk bestu
ren op een leeftijd waarop ie
der ander kind in de school
banken leert lezen, schrijven
en rekenen.
Een keur van ministers staat de
kind-koning terzijde om hem
van advies te dienen, maar al
gauw heeft Matthijs door dat
ze hem bedonderen. 'Ze zien
me niet voor vol aan', reali
seert hij zich. Hij doet zijn mi
nisters verbaasd staan door
zich te ontwikkelen tot een
krachtige figuur die zich niet
zomaar opzij laat schuiven.
Matthijs ontwikkelt grootse
plannen: er moet een kinder-
parlement komen. Verder is
Matthijs voorstander van ge
lijke rechten voor kinderen
en volwassenen. Maar hij wil
te veel in te korte tijd. Zijn
hervormingen storten het
land in chaos en zijn eigen le
ven hangt aan een zyden
draadje.
'Koning Matthijsje de Eerste'
is een boek van de in 1878 ge
boren Poolse arts Henryk
Goldszmyt. Een man met
vooruitstrevende opvattin
gen over de relatie kind-vol
wassene. Goldszmyt wees op
de eigenwaarde van elk kind
en zijn recht als volwaardig
mens behandeld te worden.
In de Tweede Wereldoorlog
is deze arts-schrijver omge
bracht in het concentratie
kamp Treblinka. Goldszmyt
schreef 'Koning Matthijsje'
onder het pseudoniem Ja-
nusz Korczak. Het boek werd
vertaald en van een inleiding
voorzien door Benjamin Gij
zel. Goldszmyt's opvattingen
over de verhouding kind-vol
wassene vormen de basis
voor dit verhaal.
Gelijke rechten, medezeggen
schap en medeverantwoorde
lijkheid kunnen niet van de
ene op de andere dag tot
stand worden gebracht Dat
wordt Matthys door de prak
tijk pijnlijk duidelijk ge
maakt. Er moet. vooral bij
volwassenen, eerst een men
taliteitsverandering plaats
vinden, die voorbereidend
werk verricht
Goldszmyt-Korczak weet zijn
pleidooi voor beter begrip
tussen kind en volwassenen
aantrekkelijk te verpakken.
Zijn verhaal houdt het mid
den tussen fantasie en reali
teit Hy beschrijft op een hu
moristische. boeiende ma
nier de machtsverhoudingen,
politieke belangen en het
spel van onderhandelen ge
zien door de ogen van een
kind.
De perikelen rond Matthijs be
slaan meer dan 240 dichtbe
drukte pagina's. Dat is vrij
fors voor eau jeugdboek,
maar de inhoud is de moeite
waard. Ook voor volwasse
nen. Jammer dat het boek
nogal abrupt en dus onbevre
digend eindigt In het na
woord wordt verwezen naar
een tweede deel. maar het is
onduidelijk of dit zal worden
uitgegeven.
Koning Matthijsje de Eerste,
Janusz Korczak, uitg. Else
vier, f24,90.
MARGOT KLOMPMAKER
Doorlopende voorstelling -
Ivan Wolffers.
Uitg. Bert Bakker, f27.50.
De toestand van de wereld -
Kidron Segal.
Een politieke atlas. Informa
tie wordt gerangschikt naar
onderwerp en overzichtelijk
in kaart gebracht. Onder
werpen o.a. bewapening,
economie, arbeid, onder
wijs. religie, kernenergie,
politieke macht enz.
Uitg. Bert Bakker. I 34.51».
Truik.i - A di n Iimil.i.ird
Omnibus met drie romans van
Den Doolaard De druiven
plukkers. De herberg met het
hoefijzer Orient Expres
Uitg. Querido, f 37.50
Opperlandse taal en letter
kunde - Battuv
Uitg Querido. f79.-
Bouke. leven en dood met he
roine - De Bie Van Dijk Mo
lenaar.
Het boek op basis van vijf VA
RA radioprogramma' ver
flood van een aan heroïne
verslaafde tongen.
lUitg. Sijthoff. f 17.50
11 m h u lat k mm
Uitg Mculenhoff. f 13.90
D "aroara
Beu herman.
UilR Krcc Spint, f 26.50
In afwachting van stormen
Bertolt Brecht
Uitg. Mculenhoff. f26.50
Wereld van een lappenpop'
Sprookjes in lapjes.
Talloze suggesties voor appli-
ceren met lapjes stof. voor-
n van patronen en kleurrij-
Uitg Thiemc. f 22.50 p.d.
Kinderboeken:
Kai-To. het zingende olifantje.
Uitg Hollandia. f 19.50.
Belfloor en ISnnnevu en het
/i ii i. letee/Dcn neg ui
In VBonMtI» Ihl.le
brund. Avonturen van twee
Uitg. Van Goor' f 11.90 p.d.
haag worden toegepast, wat echt
wel een leuk effect geeft.
Kunnen al die andere fuchsia's dan
niet in de tuin? Zeker wel, maar
's winters moeten we ze binnen
halen. Het zijn werkelijk ideale
planten om op een terras te zet
ten of op een balkon! Daar heb
ben ze de ruimte en u kunt ze van
alle kanten bekijken en... onder
houden. Want u doet er goed aan
de uitgebloeide bloemen eruit te
knippen, tenzij u de bessen wilt
zien. Voor het vermeerderen zijn
die niet nodig, want de fuchsia
laat zich gemakkelijk stekken.
Daarvoor zijn de maanden au
gustus en september gunstig,
hoewel februan-maart ook mo
gelijk is. In het laatste geval
krijgt u niet zulke forse planten
die echter wél nog dezelfde zo
mer bloeien.
Als stek knipt u een kruidachtig
scheutje af van zo'n 8 cm lengte.
Laat er drie blaadjes aan Het
steeltje doopt u in een poeder dat
de wortelvorming bevordert, al
vorens u het in de „grond"
steekt. Die grond bestaat uit een
mengsel van 2 delen turfmolm
en 1 deel rivierzand; dat heet
stekmedium.
Fuchsia-stek zet u vooral niet in de
zon, wél in 't licht en liefst onder
een plastic kap of folie tegen het
verdampen. Na een week of drie
moeten de stekjes in een grotere
pot. Gedurende de winter houdt
u de fuchsia-plantjes bu zo'n 10
graden Celsius over. De uitge
bloeide grote planten snijdt u
wat terug om ze eveneens op een
koele, lichte plaats binnen te la
ten overwinteren. De grond kunt
u betrekkelijk droog houden,
maar in het voorjaar flink mest
en veel water geven.
Een fuchsia-op-stam is een decora
tief element, dat overal past.
Maar niet de hele dag in de volle
zon zetten. Voor enkele tientjes
te koop. Zo'n hoogstam kunt u
ook zelf kweken door het eerste
jaar de zijscheuten naast de stam
weg te nemen. Het tweede jaar
knijpt u de top uit de stam en u
kort de zijscheuten herhaaldelijk
in. zodat zich een kroon vormt.
Erg leuk.
Bekend zijn ook de hangfuchsia's
die in speciale manden (ca. f 10)
aan de pergola kunnen worden
gehangen. Wel goed water geven
en als ze bloeien, die fuchsia's
ook regelmatig plantenmest toe
dienen. Dan bljjvcn ze bloeien.
Vallen knoppen of blad af dan
staan ze of te droog, of ze krijgen
te weinig licht.
De fuchsia heeft vele vrienden. Die
hebben zich verenigd in de Ne
derlandse Kring van Fuchsia
vrienden. (mevr. H. Wit-Njjhuis),
Oranje Nassaulaan 32 te Biltho-
ven. Zij kweken en experimente
ren en kunnen u met raad en
daad terzijde staan, als u iets wilt
weten.
Fuchsia, een vrolijk gezicht in de tuin
Bellenjan. zoals de fuchsia ook wel
toepasselijk wordt genoemd - of
bellenplant - houdt ervan in zijn
eentje te pronken met zijn bijna
exotisch aandoende bloemen.
Die bestaan heel vaak uit ver
schillende gekleurde kelk- en
kroonbladen waaruit meeldra
den én een eigenwijs lange stam
per steken, die voor fraai kant
werk zorgen. Een heel bijzonde
re plant die zowel als kamerplant
als in de tuin tot zijn recht kan
komen.
Om te beginnen: de fuchsia in de
tuin. Als perkplant voldoet hij
meestal niet. Dat komt voort uit
zijn bouw die in groepsverband
wat warrig overkomt. Maar in
zijn eentje kan hij bloeiend zeker
onze aandacht trekken en die
verdient hij ter dege.
Er zijn fuchsia-hybriden die spe
ciaal voor de tuin zijn geschapen,
zoals fuchsia magellanica. In een
halfschaduw hoekje voelt hij
zich het beste thuis. Daar laat hij
u genieten van een „waterval"
van rode bloemen. Er zyn ook
rassen met de van de kamerplan
ten bekende rood wit en rood-
violet combinaties.
Hoewel deze tuinfuchsia's vaak
winterhard worden genoemd,
kunt u ze toch beter met stro of
blad afdekken bij vorst. Vermel
denswaard is nog dat ze wel als