De meedogenloze
karwats van
Gerrit Komrij
KLM moet betalen voor
overvliegen" Indonesië
boeken - boeken - boeken - boeken - boeken - boeken - boeken
Twee thrillers
van eigen bodem
Gek in Schellebelle: een langdradig verhaal
D'66 voor informatiebeleid
Nü met filter...
toch een Lucky!
DINSDAG 7 APRIL 1981
Minder dan een volk van briljante auteurs zijn wij
Nederlanders altijd wel een volk van verwoed kan
kerende kritici geweest, hartstochtelijk bereid om
de vinger (en hele handen en voeten!) op alle moge
lijke zere plekken te leggen. Al in de vorige eeuw
verdrongen literatoren en dominees, vaak beide
functies verenigend, elkander om met verbaal ta
lent en geweld misstanden in literatuur en samen
leving hartgrondig te beknorren.
Illustere voorgangers te over.
Cd. Busken Huet was in de
19e eeuw om zijn vlijmscher
pe pen gevreesd, in het lite
raire strijdperk waar Multa-
luli domineerde waagden
zich enkel verspreide aasgie
ren; een vijftig jaar geleden
ranselden Forum-auteurs als
Ter Braak en Du Perron naar
hartelust koster en dominee,
en na WO II zette W.F. Her
mans gewetensvol en meedo
genloos de foltertraditie t.a.v.
de meer eigentijdse schrij
versgeneratie voort.
Ook de jongste tijden hebben
enige waardige beoefenaars
van het aloude kritische
handwerk voortgebracht,
met name wel zeer talentvol
le knuppelaars als Jeroen
Brouwers en Gerrit Komrij.
De laatste baarde opzien, be
roering èn bewondering met
zijn gebundelde woedeuit
barstingen tegen de dagelijk
se portie nonsens welke de
"treurbuis" ons voorschotelt,
hele 'toernooien met de logge,
domme olifant die televisie
heet" (in; Horen, Zien en
Zwijgen, 1977). Zijn letter
kundige vakgenoten spaarde
hij evenmin de roede (Daar'is
het gat van de deur. Papie
ren tijgers), en voorts heeft
hij zich voldoende ranseltuig
aangeschaft om nog jaren alle
mogelijke uitingen van on
zin. wanbeleid en doodgewo
ne domheid tot bloedens toe
te striemen.
De bundel Averechts, nog in
1980 verschenen, bevat Kom-
rij's jongste zweepoefenin-
gen. op gevarieerde slachtof
fers beproefd. Verdeeld over
hoofdstukken met veelbelo
vende titels als Stokslagen,
Hoe Jefke Tante Stien leerde
spellen? Dood aan de grut
ters of Van de verkante keer
vaart Komrij uit tegen parle
mentariërs. auteurs. Braban
ders. Emmy van Overeem,
NRC en Volkskrant, utopis
ten. politici en nog vele ande
re ezels.
Een stokslagvoorbeeld: "Ik
vrees dat de gedachte dat bij
de parlementaire democratie
iets moois is enkel nog leeft bij
de parlementsleden zelf en de
koffiejuffrouw van de Twee
de Kamer. Hoe kan het ook
anders? De werking van het
Nederlandse parlement be
perkt zich tot die op de lach
spieren. In een Haagse lo
kaliteit, waarvan de wanden
met koopsompolissen zijn be
hangenklotst een aantal on
gemeen zouteloze heren el
kaar in oneindige deining
woorden toe waarvan nie
mand de diepere zin begrijpt.
Het zijn geen woorden meer,
het zijn machteloze bezwe
ringsformules. Zelfs ik be
grijp er meestentijds niets
van, wanneer ik hun televi
siedebatten aanhoor, en ik
haalde toch een diploma of
drie. Parlementariërs, ze vor
men een bespotting van de
menselijkheid. Ze zijn amu-
sisch. Spreeuwen, geen
nachtegalen. Ze zijn wereld
vreemd. Ze zitten achterstevo
ren in een sneltrein, zodat ze
alleen het landschap zien dat
al voorbij is. Het Nederlandse
parlement is een onvrijwillig
Theater van de Lach. Onze
parlementariërs zijn kwibus
sen van belang, gewichtige
narren, voor het grootste deel.
Dit is een constatering".
(p.23).
En voort suist Komrij's Kar
wats. op zoek naar het vol
gende. even gewillige en
slachtbereide offer. Meestal
raak. soms mis, als gevolg
van een zekere merkwaardi
ge verstrooidheid. Daarbij
lijkt het of de olifantshuid
van de bekritiseerden en van
Komrij's lezers gelooider
raakt bij elke slag. Het lijkt
wel, zegt de auteur ergens, of
de mensen meer aandacht
hebben voor de vorm van
zijn kritiek dan voor de in
houd. de verstrekte waar
heid. Meer bewondering voor
Gerrit Komrij
de fraaie fluittoon van de kar
wats dan angst voor de pijlij-
ke aanraking. Laat staan or
dentelijke ootmoed en
schuldbesef.
Multatuli kan er van meepra
ten. Harry Mulisch gaf, enke
le jaren terug, de ranselaar
zelf de schuld: "Voor Komrij
is het volstrekt onbelangrijk
waarover hij zijn mening
geeft, alleen van belang is de
manier waarop hij formu
leert. Waarover het gaat is
van secundair belang en in
die zin is het geen kritiek,
geen informatie, maar litera
tuur, dus in orde."
Het kan dan ook niet toevallig
zijn dat de mooiste stukjes
Averechts gevormd worden
door meer persoonlijke rust
pauzes die de auteur zich
gunt. Met name onder het
kopje Autobiografisch ge
mutst zijn enkele zeer fraaie
reisimpressies (Engeland,
Griekenland) gerangschikt,
terwijl ook de beschouwin
gen over homosexualiteit en
homofiele auteurs behartens-
waardig zijn. Maar zelfs als
Komrij even uitblaast of een
tukje lijkt te doen, houdt hij
zijn zweepje slagklaar; zijn
dommel is maar schijn, en
wee het gebeente van wie van
wat dan ook misbruik maakt.
Dan klinkt weer een hoge
fluittoon. En zelfs het dikste
rund kan bloeden.
Gerrit Komrij. Averechts. Uitg.
De Arbeiderspers, Amster
dam 1980, 29,50.
ROB VOOREN
L.J. Veen BV - de Utrechtse uitgeverij die nogal wat vaderlands
thrillertalent in het programma stopt - heeft opnieuw twee Ne
derlandse titels in de boekwinkels gebracht: "Wie zwijgt stemt
toe" door Hans Neber en "Klein verdrietdoor Theo Capcl.
Ik noem ze in één adem maar behalve het Nederlandse paspoort
hebben de twee schrijvers alleen de uitgever gemeen.
Om mét Hans Neber te beginnen: hij schrijft onder pseudoniem.
In het dagelijks leven is hij officier van justitie in Zwolle. De
uitgeverij wilde zijn naam niet noemen. Begrijpelijk, zó compli
menteus jegens de justitie is Neber niet. In zijn bijzonder
boeiend boekje zit onderhuids nogal wat kritiek verscholen.
Neber heeft het zich overigens niet moeilijker gemaakt dan nodig
was Aan de hand van de gang van zaken tijdens een rechtszaak
ontwikkelt zich het verhaal. Af en toe laat hij de consequent
zwijgende verdachte - een aantrekkelijke jonge vrouw - wat dag
dromen. Zo kan hij de moordzaak in de rechtszaal en de realiteit
tot een eenheid verweven. Het is geen origineel procédé. Het is
de lijn waarlangs al veel auteurs en ook filmers hebben gewerkt.
Maar bij dit alles kan men proeven dat er een vakman aan het
werk is. Iemand die de kneepjes van de gerechtelijke procedure
en het juridische steekspel door en door kent.
Dat de officier van justitie en de rechters in het verhaal wat licht
gelovig zijn nemen we maar voor lief, want juist dat maakt het
mogelijk dat Neber met een lekker vlotte pen een geschiedenis
kan neerzetten die van het begin tot het einde leeft. En een
verhaal waar de lezer gemakkelijk met mééleeft. Hoe onver
wacht - en eigenlijk absurd het einde ook is..
Hoe anders liggen de zaken bij het "Kleine verdriet" van Theo
Capel, dat ook dankzij Van Veen in boekvorm is kunnen ver
schijnen. Want in die geschiedenis wordt de hoofdrol in feite
vertolkt door het toeval.
De hoofdpersoon - de dubieuze-debiteurenjager Hank Stammer -
had die rol eigenlijk moeten vervullen. Maar de beste brave man
rolt volkomen onverwacht van de ene bizarre situatie in de an
dere onlogische toestand.
•Zeker, Theo Capel kan best aardig vertellen. Hij is als een conlë-
icier die met rappe praatjes het ogenschijnlijk onverenigbare
elkaar lijmt. Maar tot ver in het verhaal wist ik nog steeds
ar ik mee bezig was.
Maar toen ineens vielen de stukken in elkaar. Toen was de dode
echt vermoord, waren de fietsen echt gestolen en kwamen er
ook nog verdovende middelen op tafel. Toen merkte ik ineens
hoe goed die Hank zich wel had weten te redden. Ik had het
alleen graag wat eerder geweten. Dan had ik met meer plezier
Capels vlotte verhaaltje gevolgd.
KOOS POST
"Wie zwijgt stemt toe" door Hans Neber en "Klein verdriet"
door Theo Capel, beide verschenen bij uitgeverij L.J. Veen in
Utrecht 16.90).
Een traag op gang komend ver
haal. Zo omschreef desiijds
de gids Boek en Jeugd
School van Schellebelle van
Gertie Evenhuis. Het derde
boek van deze schrijfster
over het Zeeuwse dorpje
Schellebelle kan van hetzelf
de predikaat worden voor
zien. Gek in Schellebelle is
een verhaal dat bizonder
langzaam verloopt. Langdra
dig zou ik haast zeggen Ter
wijl er van alles in beschre
ven wordt, gebeurt er eigen
lijk niet veel bizonders.
Op de vraag waar het bock over
gaat zijn verschillende ant
woorden mogelijk. Over de
verliefdheid tussen Antoine
en Karina. Of over de zonder
linge Pier MuzieTcbeen die
plotseling verdwijnt. Of over
Francine die jaloers is op de
vriendschap tussen Antoine
en Karina en zich buitenge
sloten voelt. Of over de be
krompen mentaliteit van de
dorpsbewoners die alles wat
niet direct in hun straatje
past afwijzen en gek vinden.
En is Pier degene die 'gek' is
in Schellebelle? Genoeg uit
gangspunten tot het opbou
wen van een aardige intrige.
Het begin is veelbelovend met
een aanlokkelijk briefje dat
tot het volgende uitnodigt:
wil je verkering? ja/nee. van
K.
Dat wordt wat denk je dan.
Maar de vriendschap tussen
K. en de ontvanger van het
briefje speelt in het verloop
van het verhaal een onderge
schikte rol. Hetzelfde kan
worden gezegd van de overi
ge componenten waaruit het
boek is opgebouwd. Het ge
heel doet wat oppervlakkig
aan. Gertie Evenhuis is blij
ven steken in het weergeven
van een aantal gebeurtenis
sen en handelingen, waartus
sen een zeker verband be
staat, maar die toch de in
druk wekken als los zand aan
elkaar te hangen.
Om te beginnen wordt de lezer
midden in een verhaal ge
plaatst dat al volop bezig is.
De schrijfster verwijst soms
naar gebeurtenissen die eer
der hebben plaats gevonden
en in haar boek De school
van Schellebelle verwerkt
zijn. Verwarrend voor de le
zer die dit boek niet kent.
Het is niet helemaal duidelijk
wat de kern van het verhaal
vormt, maar ik neem aan dat
dat de gebeurtenissen rond
Pier 'Muziekbeen' Wisse zijn.
Veel wordt gesuggereerd,
blijft vaag en wordt niet uit
gediept. Waarom vinden de
dorpsbewoners Pier een zon
derling en vreemd man?
Waarom wordt een aantal
volwassenen (juffrouw Prille-
wits, zuster Struis, Isaac de
postbode) als typetjes neer
gezet? Gertie Èvenhuis kan
beter. Dat bewijst de rake ka-
Gertie Evenhuis
raktertekening van Antoine,
Francine en Karina. Het ge
voelsleven en de verlegen
houding van deze jonge men
sen ten opzichte van elkaar
weet de serhijfster soms aar
dig weer te geven. De eerste
zoen tussen Antoine en Kari
na bijvoorbeeldAntoine
wist niet precies wat hem te
doen stond. Zou hij haar een
kus geven? Het was het liefste
wat hij wilde, maar zou zij
het goedvinden? Wat waren
die dingen toch moeilijk! Niet
teveel over nadenken, zei hij
altijd tegen anderen. Gewoon
doenZacht was ze. Haar
haar rook naar de regen. Heel
even drukte ze zijn arm. En
dat was dat. Ze begonnen nu
allebei te rennen en te
schreeuwen en gekke gelui
den uit te stoten. Net of er niks
gek was. En alles kon. Of de
wereld van hen was. En niks
aan de hand. Nooit.
Kort, flitsend taalgebruik en le
vensechte dialogen zijn de
sterkste punten van de
schrijfster. De aandacht voor
details is minder groot.
Hoofdstuk zes, bladzijde 44
bijvoorbeeld: ....'Het was een
bewolkte, koude middag.
Geen regen, maar somber
weer met een beetje mist' (re
gel 2).... 'De kleine regendrup
pels beten geniepig in zijn
nek' (regel 12, het regende
toch niet?)'Hij zag dat het
licht van de dag de trage be
weging van de wolken ver
lichtte' (bladzijde* 45, regel 9.
vreemd dat licht, want het
was mistig).., 'Gaat het rege
nen denk je? vroeg Karina'
(regel 21, regent het nou wél
of niet?).
Verder is het wat slordig als er
eerst halsbrekende toeren
moeten worden verricht om
in het huisje van Pier te ko
men 'want de deur zit op slot
terwijl later blijkt (blz 54) dat
de deur niét op slot zit. Mug
genzifterij? Misschien, maar
dat krijg je wanneer het ver
haal zelf niet voortdurend de
aandacht gevangen houdt.
Soms maakt een enkele pas
sage veel goed, zoals de me
ning van Antoine over zijn
opa. 'De eerste keer dat Antoi
ne hem zag, was hij geschrok
ken. Hij had gedacht dat zijn
vader oud was. Maar het kon
dus nog erger. Het ergste
vond Antoine zijn kunstgebit.
Als opa zich kwaad maakte
haalde hij het uit zijn mond
en zwaaide ermee naar pas
serende auto's. Ook wipte hij
onder het wandelen onver
wacht een hele helft van zijn
gebit uit zijn mond. En hup,
weer erin'.... Jammer genoeg
zijn zulke fragmenten erg
schaars.
Gek in Schellebelle lijkt me
een boek voor de doorbijters,
voor wie een verhaal niet per
se spannend hoeft te zijn. Iets
voor lezers die ook plezier be
leven aan een goed geschre
ven boek. Want ondanks de
magere intrige valt niet te
ontkennen dat Gertie Even
huis een vaardig stiliste is.
Gek in Schellebelle, Gertie
Evenhuis, met tekeningen
van Sandra Ireland, uitg.
Van Goor, f 17,90.
MARGOT KLOMPMAKER
(ADVERTENTIE)
DEN HAAG (GPD) - Een Indone
sische luchtvaartdelcgatie zal
vandaag in Den Haag het plan
voorleggen om van de KLM een
vergoeding te vragen voor het
overvliegen van Indonesië, op de
lijnvlucht van Nederland naar
Australië. Ook wil Indonesië het
aantal vluchten van zijn lucht
vaartmaatschappij Garuda ver
hogen van vier tot zeven per
week, met gelijktijdige vervan
ging van de DC-10 door de aan
zienlijk grotere Boeing-747.
Functionarissen van de Rijkslucht
vaartdienst vragen zich af op
welke wijze Indonesië uitvoering
wil geven aan de verlangde ver
goeding. Een financiële regeling
is uitgesloten in het Verdrag van
Chicago van 1944 inzake het in
ternationale burgerluchtverkccr,
waarbij bijna alle landen ter we
reld zijn aangesloten. Het enige
land dat zich aan die bepaling
(artikel 15 b) onttrekt, is de Sow-
jet-Unie.
Bovendien vloeit de Indonesische
cis voort uit een zaak die geheel
los staat van het burgerluchtver
kccr. Door het overvliegen op
een of andere wijze in rekening
te brengen, zou Nederland de In
donesische soevereiniteit erken
nen over alle zeeën van de Archi
pel, een erkenning die Indonesië
en enkele andere landen tot dus
ver vergeefs hebben getracht te
Ook de wens om de vliegfrequen-
ties bijna te verdubbelen en tege
lijk de vliegtuigen door grotere
te vervangen, heeft geen directe
relatie met Nederland. Oorzaak
daarvarv is dat de Boeing-747
door de Garuda niet langer mag
worden gebruikt in het verkeer
met Australië, een protectionisti
sche maatregel van Australische
kant. Daardoor zijn deze vliegtui
gen overtollig geworden.
Een overgang door Garuda op de
Boeing-747 zou de rentabiliteit
van de KLM-vluchten naar Indo
nesië ernstig aantasten, omdat
de tarieven die Garuda in reke
ning brengt lager kunnen uitval
len dan die van de KLM. De
KLM vliegt alleen naar Jakarta,
zodat passagiers die verder moe
ten een aansluitende vlucht per
Garuda moeten betalen. Vliegen
zij vanuit Amsterdam met de Ga
ruda. dan is de aansluitende
vlucht een stuk goedkoper, soms
zelfs vrij.
De RLD verwacht dat de onder
handelingen ten minste de hele
verdere week in beslag zullen ne-
DEN HAAG (ANP) - D'66 vindt
dat de overheid een actief infor
matiebeleid moet voeren. De
partij meent dat de samenleving
steeds meer op informatievoor
ziening en informatie-opslag ge
baseerd wordt en dat er door
technologische vernieuwingen
tal van veranderingen voor de
deur staan of al zijn ingezet.
De democraten pleiten er dan ook
voor een aparte staatssecretaris
voor informatiebeleid te benoe
men, die direct onder de minis
ter-president zou moeten vallen.
Deze staatssecretaris zou er on
der meer borg voor moeten staan
dat er een einde komt aan de hui
dige versnippering van het infor
matiebeleid over vele departe
menten.
Dit blijkt uit de nota "Vingeroefe
ningen voor een informatiebe
leid", die het wetenschappelijk
bureau van D'66 vandaag heeft
gepresenteerd. Te veel centraal
beheerde informatie leidt tot on
gewenste machtsvorming, ook
bij de overheid zelf, en de nota
pleit dan ook voor een zo groot
mogelijke decentralisatie van be
heer.
Centralisatie zou alleen maar moe
ten plaatsvinden als het niet an
ders kan. Om de samenleving zo
veel mogelijk bij het informatie
beleid te betrekken zou gedacht
kunnen worden aan het instellen
van een raad van advies voor het
informatiebeleid.
Wat betreft de onwenselijkheid
van informatiemonopolies wijst
de nota nadrukkelijk op de posi
tie van de PTT. De opstellers van
de nota vragen zich af of het wel
verstandig is de monopolieposi
tie van de PTT te handhaven, ge
zien de enorme toevloed van
nieuwe technische mogelijkhe
den op informatiegebied. Zo
vindt D'66 in ieder geval dat het
beheer over informnatiekanalen
niet in dezelfde handen mag zijn
ais beheer over informatiebe
standen. wat bij het PTT-proef-
project Viditel wel het geval is.
IN HARDBOX 20/2.75