Enquête (2)
Albeda: "Als het erop aankomt
bezuinigen mensen verstandig"
Matiging treft iedereen
ZATERDAG 20 DECEMBER 1980
door
Louis Burgers
en Henk Dam
DEN HAAG - In het hal
letje voor de werkka
mer van minister Albe-
da (sociale zaken) gaat
plotseling het licht uit.
Een secretaresse van de
minister. schaterla
chend, de hand nog aan
het lichtknopje: „Ja he
ren, er moet nu eenmaal
bezuinigd worden.
Daar doen we hier ook
aan mee".
De bezuinigingsgedachte heeft
ons allen te pakken. Albeda
vindt dat een van de „gerust
stellende gegevens" die de
enquête die deze krant in sa
menwerking met bureau In-
tomart heeft gehouden, heeft
opgeleverd. „Men ziet in. dat
er wat gebeuren moet. Dat
blijkt in ieder geval uit deze
cijfers", zegt hij.
Het algemene beeld dat voor de bewindsman uit de
overvloed aan cijfers oprijst: ..Als het erop aankomt,
bezuinigen de mensen verstandig. Men bezuin igt op
luxe artikelen, vakantie, op uitgaan en op energie.
Dat lijken mij verstandige keuzen
Interessant is verder, en soms onthutsend, dat zoveel
mensen denken dat er in de publieke sector kan wor
den bezuinigd. Het is natuurlijk wel bekend dat veel
mensen onvoldoende oog, in mijn ogen dan. hebben
voor de noodzaak iets te doen aan defensie
„Bijzonder jammer vind ik hel,
dat zoveel mensen nog vin
den dat de post ontwikke
lingssamenwerking best wa(
lager zou kunnen zijn. Wij als
regering vinden juist dat, wat
er ook aan de hand is, ontwik
kelingssamenwerking daar
niet onder hoort te lijden. Het
is politiek belangrijk dat wij
dat blijven volhouden".
„Boeiend" noemt Albeda het
om te zien dat nogal wat men
sen vinden dat er op de amb
tenarensalarissen kqn wor
den bezuinigd. ..Al weet ik na
tuurlijk niet of die wens is ge
baseerd op een redenering zo
als de regering die volgt - die
namelijk zegt: we moeten de
mensen in een vergelijkbare
toestand brengen - of dat het
domweg om het argument
gaat: laat een ander maar ma
tigen".
Albeda sluit zijn inleidende op
merkingen af met: „De men
sen zijn geen echte doemden
kers geworden, blijkt uit de
cijfers. Daar ben ik enerzijds
wel blij mee. Het echte doem
denken in de geest van: het is
allemaal afgelopen en we mo
gen blij zijn als we het jaar
2000 halen, is gelukkig een
verschiinsel dal de Nederlan
der niet in zijn greep heeft"
DEN HAAG - In 1981 zal iedereen
merken dat er ingeleverd wordt.
Deze onplezierige mededeling
komt keihard naar voren in het
interview met minister Albeda
(sociale zaken). We moeten maar
vergeten dal bij een nieuw onder
zoek over licualf maanden op
nieuw zal blijken dat de meeste
ondervraagden weinig tol mets
van de matiging gemerkt hebben.
..Ik denk dat de meeste mensen liet
dan wel gevoeld zullen hebben."
aldus Albeda.
„De totale inkomens in Nederland
zullen achteruit gaan met gemid
deld 1.5 procent. Dat is niet ..min
der meer", dal is gewoon minder.
Gewoon, reeel. minder besteed
baar inkomen". Minister Albeda
gelooft dat de minimuminkomens
er relatief weinig van zullen mer
ken. De middengroepen - tussen
35.000 en 60.000 gidden - echter
des te meer.
Volgens de minister moeten we er
maar van afstappen dal het vol
gend jaar. net als in 1980. nog wel
mee zal vallen. ..17 moet met te op
timistisch zijn. De extra loonmu-
tiging wordt gecompenseerd door
de belastingverlaging. Maar ook
bij de al afgesloten cao's was er
sprake van inleveren".
..De belastingverlaging is voldoen
de om de reductie van 8 naar 5
procent te compenseren Maar
ook bij 8 procent leverde iedereen
al 1.5 procent ui. De maatregel
leidt er niet toe'dat het gemiddel
de inleveren verandert. Wel
wordt die op een betere manier
verdeeld. In plaats van voor ie
dereen 1.5 procent varieert het nu
van 0.5 procent tot ruwweg 4 pro
cent".
Minister Albeda legt er de nadruk
op dat de aangebrachte wijzigin
gen vooral voor de lagere inko
mens een verbetering inhouden,
vergeleken met de reeds gemaakte
cao-afspraken. Die gaan er. in
plaats van 1.5 procent, gemiddeld
nog slechts 0.5 procent op achter
uit Dus die moeten gewoon
dankbaar wezen". Dat geldt met
voor de groepen boven modaal:
..Zodra je daar bovenuit komt
kantelt de boel".
'-Iet belangrijkste van de hele opera
tie is echter dal de bruto-
toetieming van alle lonen samen
iieel minder wordt. Door de belas
tingverlaging wordt die eigenlijk
voor een deel door de oi^erheid be
taald. „In die zin is het dus gewel
dig goed voor de werkgelegen
heid. Die wordt nu eenmaal met
bepaald door het netto-inkomen
van de werknemers, maar het
bruto-loon dat de werkgevers
moeten betalen. Dat zijn hun ech
te kosten".
„Anderzijds zou je willen dat ie
dereen er oog voor heeft dat
het met onze economie ont
zettend beroerd gesteld is en
dat we er op dat punt met aan
ontkomen offers te vragen"
Taak
- Je zou zeggen dat daar een
taak voor de overheid is weg
gelegd. Gelooft wdat hel rege
ringsbeleid, dat gericht is op
matiging, goed genoeg uit de
verf komt?
„Dan wil ik allereerst in de her
innering roepen hoe ons be
leid tot stand is gekomen. We
zijn in '78 begonnen met de
matiging zoals die in Bestek
'81 besloten lag. Vooreen deel
werd die matiging gereali
seerd in de vorm van de Be
stek-kortingen. voor een deel
bestond het uit een beroep op
vrijwillige matiging in de
sfeer van de inkomens. In een
latere fase. toen de cijfers
slechter werden en de econo
mische groei in '79 en '80 sterk
ging tegenvallen, is hel beleid
harder geworden. Eerst pro
beerden we in overleg te ko
men tot loonmatiging, wat
niet lukte. Daarom zijn we be
gin januari gestart met een
loonmaatregel".
„Ik heb wel eens schertsend ge
zegd dat die loonmaatregel
opvoedend heeft gewerkt,
een vorm van volwassenedu
catie kan worden genoemd.
Want wat hebben we gezien?
Er is een discussie op gang ge
komen. vooral ook binnen de
vakbeweging. Men ziet in dat
er iets moet gebeuren. Die de
len van de vakbeweging die
dat nog steeds niet inzien, zijn
duidelijk in een minder
heidspositie terechtgeko
men. Dat was in het begin van
het jaar niet zo".
„Maar wat ik wilde aangeven
door in de herinnering te roe
pen hoe we hebben gewerkt:
de manier waarop de regering
de zaak heeft aangepakt - niet
overhaast, niet te veel afdwin
gen, pas als het onvermijde
lijk is met een wettelijke in
greep komen - heeft goed ge
werkt. Het is juist die geleide
lijkheid - die ik bijvoorbeeld
tegenover oud-collega An-
driessen heb verdedigd - ge
weest die ertoe heeft geleid
dat men in brede kring de
noodzaak van bezuiniging is
gaan inzien"
Bedelstaf
„Die geleidelijkheid heeft er
ook toe geleid dat men zich is
gaan realiseren dat het hele
maal niet om zulke verschrik
kelijke dingen gaat en dat we
best een pas op de plaats kun
nen maken zonder dat we nu
allemaal aan de bedelstaf ra
ken. Ik denk dan ook dat heel
veel mensen zullen inzien dat
al dat lawaai in het voorjaar
toch wel wat overdreven
was".
„Dat heb ik trouwens altijd al
gezegd. Het was ook in het
voorjaar al duidelijk dat het
niet om zulke geweldige din
gen ging. vooral niet, omdat
onze economie zo snel rea
geert. Elke beperking van de
loonontwikkeling heeft snel
gevolgen voorde prijsontwik
keling. Bovendien hebben we
ook nog belastingmaatrege
len genomen. Ik vind dat een
heel acceptabel beleid waar
van de mensen weinig in hun
loonzakje merken, terwijl het
geweldig goed is voor onze
economie".
- Het is niettemin opvallend dat
maar zo'n gering percentage
mensen zegt. iets van de loon
maatregel gemerkt te hebben.
Welke factoren kunnen daar
nog meereen rol bij hebben ge
speeld?
„Er zijn een paar factoren. Ten
eerste: ik denk dat het onmis
kenbaar een welvaartssymp
toom is. dat de mensen niet
precies uitrekenen wat ze in
handen krijgen. Dat zoveel
mensen niets van de matiging
hebben gemerkt, bewijst dat
zij zich die matiging ook kun
nen veroórloven. Ook speelt
de ondoorzichtigheid van het
loonstrookje een rol. Veel
mensen hebben, denk ik. pro
blemen om precies te begrij
pen wat ze verdienen en hoe
hun inkomen in elkaar zit.
„Daarbij komt ook de combina
tie loonontwikkeling
prijsontwikkeling. De prijs
stijgingen blijken een beetje
mee te vallen. Natuurlijk. 6.5
procent is nog te veel maar
vergeleken met de omringen
de landen toch een meevaller
tje. Ook de belastingmaatre
gelen - ik noemde ze net al -
hebben ertoe geleid dat het
besteedbare inkomen minder
is ingezakt dan in eerste in
stantie uit de loonmaatrege
len zou kunnen worden afge
leid".
„In ons land is de loonsomstij
ging de laatste vier. vijf jaar
geringer geweest dan in ande
re Westeuropese landen en
het zou zonde zijn geweest als
in '81 die lijn was omgebogen.
Daarom is de gedeeltelijke
loonmaatregel voor '81 een
geweldig goeie zaak".
- We hebben de
vraagd naarhun verwachtin
gen voor volgend jaar. Dan
blijkt dat ruim een derde van
de ondervraagden zegt: ik
denk niet dat ik ook maar er
gens op hoef te bezuinigen.
Hebben die mensen het nu bij
het rechte eind?
„Nee. dat geloof ik niet. Ik denk
toch wel dat veel mensen het
wèl zullen voelen. Als u dom
weg kijkt naar de cijfers, dan
loopt het van een half tot één
procent voor de laagstbetaal
den. tot 3.5 a 4 procent voor de
mensen die meer verdienen.
Er zijn natuurlijk mensen, ik
denk aan de mensen met de
hogere inkomens die aan rest-
sparen kunnen doen. die niet
meer pijn zullen hebben dan
dat ze aan het eind van het
jaar merken dat ze wat min
der hebben kunnen sparen"
„Niettemin denk ik dat de grote
groep, modaal tot twee keer
modaal, best zal merken dat
ze in hun inkomen erop
achteruit zullen gaan. Aan de
andere kant is er toch ook
weer de neiging waar te ne
men dat men overschat wat er
in werkelijkheid gebeurt.
Mensen die horen: 1 tot 4 pro
cent inleveren, denken aan
meer dan wat er in werkelijk
heid aan de hand is".
- Als er bij u nou een enquêteur
langs de deur was geweest met
de vraag: denkt u dal u moet
bezuinigen volgend jaar. en
zo ja. waarop. Wal had u dan
geantwoord
„Ik denk dat voor mij persoon
lijk de bezuinigingen sterk
zullen zitten in de sfeer van
vakantie, uitgaan en dat soort
zaken. Luxe artikelen - ik heb
het laatste jaar toch al niet zo
bar veel in die sfeer gekocht...
het scheelt natuurlijk of je al
dan niet in een duurdere fase
in je leven zit. met studerende
kinderen bijvoorbeeld".
- Een andere vraag. Men zou.
als je een paar resultaten van
de enquête op een rijtje zet.
kunnen stellen dat de mensen
nogal gelaten reageren. Ze
hebben nauwelijks gemerkt
dat ze moeten bezuinigenze
hebben niet nagerekend hoe
veel ze dit jaar tekort zijn ge
komen aan de 26 gulden prijs
compensatie, ze denken dat
het niet uitmaakt welke rege
ring er aan het bewind is. en
ze zijn hel er ook in meerder
heid wel over eens dat de bur
gers moeten -meematigen. Als
je zo'n stemming uil de cijfers
op je aj ziel komen, dan denk
je: zo heeft de overheid mooi
vrij spel om te handelen. Tot
hoe ver kun je nu eigenlijk be
zuinigingen voorschrijven''
Er zullen toch grenzen zijn?
Grenzen
„Ja. er zijn wel een paar gren-
zen. Een belangrijke is. dacht
ik. dat je met het beperken
van de loonsomontwikkeling
niet zo ver moet gaan dat de
koopkracht in die mate wordt
aangetast dat alle mogelijke
Nederlandse bedrijven hun
afzet zien verminderen. Ten
slotte wordt 70 procent van de
afzet van de Nederlandse be
drijven op de Nederlandse
markt gerealiseerd".
„Hel tweede belangrijke punt
is: de mensen zijn best bereid
een stapje terug te gaan. mits
hun buurman dat ook doet.
Te grote verschillen tussen
verschillende groepen wor
den niet gemakkelijk geac-
- cepteerd".
„Al is er wel de gelatenheid
waar u over spreekt, ik denk
toch ook dat veel mensen in
derdaad als gevolg van de
stroom berichten over het
verlies aan arbeidsplaatsen
minder verontwaardigd zijn
over de inkomensmatiging
dan de vakbondsleiding ons
wel eens wil doen geloven.
Men ziet best de relatie met al
die ontslagen en al die bedrij
ven die failliet zijn of op sprin
gen staan".
- Een overgrote meerderheid
van de geenquêteerden denkt
dat het voorde bezuinigingen
met uitmaakt of Van Agt er
nu zit. dan wel Den Uyl Wat
vindt u van die politieke in
schatting?
„Als je naar de oppositie kijkt,
krijg je de indruk dat zij den
ken dat je veel meer aan de
top. en veel minder aan de ba
sis zou kunnen halen. Ik denk
dat dit een standpunt is. dat
mede afleidbaar is uit het feit
dat het door de oppositie
wordt verkondigd. Want ik
denk datje als regering niet zo
erg veel marge hebt ten op
zichte van wat er moet gebeu
ren. Als je kijkt naar wat er
gebeurt in landen die in een
zelfde positie als Nederland
zitten, dan blijken de beroem
de smalle marges van Den
Uyl onmiskenbaar aanwezig
te zijn".
„De marges zijn zelfs zo smal
dat de meerderheid van de
geenquêteerden die u noem
de. niet zo ver van de waar
heid afzit. Niettemin alsjede
oppositie serieus neemt, dan
krijg je de indruk dat men in
'81 de nullijn had willen aan
houden voor de laagstbetaal
den. en dat men voor '80 geen
ingreep had gewild. Alsje dat
bij elkaar optelt, betekent dat
dat de loonsom in '81 bij el
kaar een procent of drie. vier
hoger zou zijn uitgevallen.
Dat zou erg schadelijk zijn ge
weest".
Slechter
„Het land zou bij zo'n regering
van links er aanzienlnk slech
ter hebben voorgestaan Dat
zou tienduizenden arbeids
plaatsen verlies op middel
lange tormijn hebben bete
kent. Ik denk dan ook dat ons
beleid veel heilzamer is dan
dat wat de oppositie voorstelt,
hoewel het dus. nogmaals, de
vraag is of de oppositie, rege
ring zijnde. dat ook had ge-
WAGENINGEN - Hel is niet zc
erg raar dat zoveel mensen
zeggen, dat ze dit jaar niet
hebben behoeven te bezuini
gen. Ze weten niet eens pre
cies hoeveel ze uitgeven. Dal
is de conclusie van Olga Pe-
droli en Peter Veeling. twee
huishoudkundigen.
Het tweetal is vrijwel afgestu
deerd aan de Landbouwhoge
school in Wageningen, rich
ting huishoudkunde. Zij zijn
de auteurs van de zeer recent
gereedgekomen afstudeer
scriptie 'Geld speelt een rol',
dal op een verrassende wijze
aansluit bij een aantal conclu
sies uit de enquête die deze
krant in samenwerking met
bureau Intomart heeft gehou
den.
Olga en Peter deden een onder
zoek naar de financiële situa
tie binnen 15 gezinnen, allen
woonachtig in „een middel
grote gemeente". Wat de ge
zinnen met elkaar gemeen
hebben is het feit. dat ze alle
maal in huurhuizen wonen.
Peter: „Daar mis je dus een ca
tegorie mensen mee die het
erg moeilijk hebben. Dat zijn
degenen die in een dure koop
woning wonen en door een
hoge hypotheek op zulke ho
ge lasten zijn komen te zitten
dat ze ernstige financiële pro
blemen hebben gekreeen".
In ernstige financiële proble
men zitten de 15 gezinnen
waar Olga en Peter een diep
gaand onderzoek naar deden,
niet. De een heeft het wat bre
der dan de ander, maar één
ding hebben ze vrijwel alle
maal gemeen: hun financiële
armslag is in ieder geval nog
wel zo ruim dal ze niet op alle
kleintjes hoeven te letten. En
dat doen ze dan ook niet.
Dat blijkt wel. Van de 15 huis
houdens bleek in maar één
geval een kasboek te worden
bijgehouden. De mevrouw
die dat doet wordt als volgt
geciteerd: „Nou, ik heb een
kasboek en ik hou alles zelf
bij. Dat vind ik dom. alsje het
niet doet. Want ie snijdt jezelf
in de handen. Ik ken iemand
en die kan zich niet herinne
ren wat ze twee maanden ge
leden betaald heeft. En daar
krijg je problemen mee".
Problemen of niet, feit blijft dat
vrijwel iedereen min of meer
op de gok geld uitgeeft. Olga:
„Je kan het misschien het
beste zo zien, dat de mensen
intuitief geld uitgeven. Ze
denken: het kan nog wel. tot
ze een bepaald punt hebben
bereikt. Het punt bijvoor
beeld waarop ze rood staan op
de giro".
Of, om men het rapport te spre
ken: „Samenvattend kan ge
zegd worden, dat het met de
administratie in de huishou
ding slecht gesteld is. Over
het algemeen administreert
men alleen in bijzondere si
tuaties (krapte, onenigheid)
en voor een zeer beperkte pe
riode. Alleen de vaste lasten
zijn soms beter vastge
steld".
Hoe houden de mensen nu hun
uitgaven in de hand? De
meesten immers komen aar
dig uit. Hoe werkt die intui-
tie? Het rare is. dat men het
zelf vaak niet weet. Ter illu
stratie een stukje uit een in
terview dat Peter en Olga had
den met de heer en mevrouw
N.:
Peter: „Hoe merkt u nou dat u
het krap heeft? U houdt geen
kasboek bij. schrijft cheques
uit zonder ze bij te houden.
Als het geld op is haalt u ge
woon nieuw".
Mevrouw N.: „Ja. je ziet toch
wel wat er af gaat. Dan denk
je: hè, dal is een beetje boven
de begroting".
Olga: ..Vaak /iet u het ook te
laat. denk ik"
Mevrouw N „Nee hoor. dat
weetje gewoon. Dat heb je in
je hoofd. Ik weet heus wel op
een bepaald moment, nou
wordt het te gek, nou moet ik
toch eens een tijdje ophou
den".
De twee studenten van de
Landbouwhogeschool merk
ten bij hun onderzoek wel. dat
er een vaag gevoel bij de geïn
terviewden leeft dat het alle
maal achteruit gaat. „Maar
mensen kunnen niet concreet
aanwijzen, hoe het in hun ge
val zit. Iedereen kan wel rede
nen verzinnen om te zeggen:
in zijn algemeenheid gaat het
misschien in hel land niet zo
goed. maar bij mij valt het nog
wel mee"
Peter: „Ze zeggen dan bijvoor
beeld dingen als straks zijn
de kinderen uit huis. dan heb
ben we wat meer. Of: ik kan
nog promotie rnaken. Hel ty
pische is. dat niemand het
omgekeerde doet. Niemand
zegt: de kinderen gaan stude
ren dus we krijgen het moei
lijker. De rekensom wordt ge
woon niet gemaakt. Men
blijkt het niet nodig te vinden
zo naar de toekomst te kij
ken".
Olga „De mensen kijken niet
op een logische manier naar
het geld dat ze hebben te be
steden. We hadden bijvoor
beeld een mevrouw die zei o
nee. ik kijk niet elke dag naar
m'n bankrekening, want dan
word je knettergek"
„En wal ik persoonlijk een sterk
voorbeeld vindt van de onlo
gische manier waarop de
mensen met geld omgaan, rs
het ruilhandeltje tussen man
en vrouw. Dat zijn we erg
vaak tegengekomen Dat gaat
dan zo. de man wil bijvoor
beeld graag een kleuren-tv,
terwijl de vrouw liever
spaart'.
„Dat sparen heeft ze dan in haar
hoofd, omdat ze ooit later
graag een twee-persoonsbed
wil kopen. Wat gebeurt er nu?
Man en vrouw zeggen tegen
elkaar jij je kleuren tv. ik m'n
twee persoonsbed. Zc kopen
het dus allebei, en geven zo
twee keer zoveel geld uit als
ze hadden willen uitgeven.
Dat is dus niet zo verstandig,
maar ze doen het om. cru ge
zegd. van eikaars gezeur al te
zijn".
In vele gevallen wordt voor dit
soortgrote uitgaven niet doel
bewust gespaard. Peter „In
veel gevallen bleken de men
sen het te doen van geld dat ze
buiten het reguliere salaris
krijgen. Van vakantiegeld,
van kinderbijslag. Soms wor
den declaraties opgespaard
en in één keer ingediend als er
iets duurs moet komen"
Eerdere onderzoeken hebben
uitgewezen, dat het idee dat
men aardig met zijn geld uit
komt, niet zoveel met de
hoogte van het inkomen heeft
te maken. In elke inkomensr
groep zitten tevreden men
sen. zo is bij vele wetenschap
pelijke onderzoeken duide
lijk geworden.
Peter „Als je inkomen lager
wordt, pas je je aan aan de
nieuwe hoogte van het inko
men. Je went er aan Het is
namelijk vervelend om iedere
keer tegen jezelf te moeti n
zeggen dat je het minder goed
hebt. Daarom zeggen de men
sen niet zo gauw dat ze erop
achteruit zijn gegaan".