Arnhem in 1944 wèl verraden Prins Bernhard bevelhebber, stadhouder of regent Nieuw deel over Wereldoorlog Duitsers maakten geen gebruik van informatie Discussies rond optreden van Binnenlandse Strijdkrachten DINSDAG 9 DECEMBER 1980 EXTRA PAGINA 13 LEIDEN - In de boekwinkels ligt van vandaag af te koop het nieuwste deel in de serie ..Het Koninkrijk der Neder landen in de Tweede Wereld oorlog" van de hand van de oud-directeur van het Rijks Instituut voor Oorlogs Docu mentatie (RIOD), dr. L de Jong. Het is eigenlijk nog maar een half deel, al bestaat het uit twee boeken met pre cies duizend pagina's. De tweede helft zal in april 1982 verschijnen en weer uit twee boeken bestaan, maar dan met 1.400 pagina's. Dit tiende deel uit de serie be handelt het laatste oorlogs jaar, te beginnen bij de geal lieerde landingen in Norman- dië in juni 1944 en eindigend met de bevrijding van Europa van het nazidom op 5 mei 1945. „Het is het meest omvangrijke deel geworden omdat er in die periode zo ontzettend veel is gebeurd. Om de lezer niet met vier boeken tegelijk te over vallen, heb ik dat laatste jaar in twee betrekkelijk logische helften verdeeld: de bevrij ding van het zuiden en de snelle opmars naar het uitge hongerde noorden". Dr. De Jong hoopt op die manier een redelijke rantsoenering te hebben bewerkstelligd. Hi j ge looft namelijk niet dat de lees honger van zijn afnemers 2400 bladzijden tegelijk zou hebben verdragen. Nog steeds hoopt de schrijver binnen de door de minister van onderwijs gestelde ter mijn met zijn levenswerk klaar te zijn. De termijn loopt af in december 1985. LEIDEN - Na de Britse ne derlaag in de slag om Arn hem in die dónkere sep temberdagen van 1944 deed het sterke gerucht de ronde dat de operatie „Market Garden" aan de Duitsers verraden was. Na de oorlog werd deze ver denking door de parle mentaire enquêtecommis sie grondig onderzocht De conclusie was dat geen enkel bewijs voor het ver onderstelde verraad kon worden gevonden. In het nieuwste deel van de ge schiedenis van de tweede wereld oorlog stelt dr. Lou de Jong ech ter categorisch vast dat de groot ste luchtlandingsoperatie uit de geschiedenis rond de Rijnbrug gen bij Arnhem op 15 september 1944 is verraden door de Neder landse dubbelspion Chris Linde mans, alias „King Kong". Dr. De Jong voegt daar echter onmiddel lijk aan toe dat dit verraad geen effect heeft gehad op het tragi sche verloop van de slag, die on der de titel „Een brug te ver" de geschiedenis is ingegaan. De Duitsers maakten van de infor matie geen gebruik. Chris Lindemans werd al een maand na de slag om Arnhem van het verraad verdacht omdat een gevangen genomen Duitse spion hem als dubbelagent had aange wezen. In alle verhoren bleef hij ontkennen dat hij iets van de aan val op Arnhem had geweten. Hij gaf niet meer toe dan dat hij een aantal onbelangrijke diensten voor de Duitsers had verrich- t. Deze arrestatie werd in de Britse pers breed uitgemeten. Verraad was immers de meest simpele verklaring voor het drama van Arnhem. Maar waar had Linde mans zijn kennis opgedaan? Vol gens sommigen bij de Engelse In telligence, waar hij als dubbel- sion toegang had. Volgens ande ren hadden officieren van de staf van Prins Bernhard hun mond voorbijgepraat. Weer anderen wisten te melden dat „King Kong" zijn gegevens van de prins zelf had. Hij zou immers diens ge heim agent zijn geweest. Onvoorzichtig Dr. Lou de Jong heeft kunnen vast stellen dat er in de weken voordat de aanval op Arnhem werd inge zet geen contact is geweest tus sen Lindemans en het hoofd kwartier van Prins Bernhard. De prins kende „King Kong" overi gens wel. Als vertrouweling van de Britse Intelligence was hij voordien enkele malen op het hoofdkwartier van de Prins ge weest, dat gevestigd was in het kasteel „Wittouck". Hij liep daar rond als een revolverheld uit een film, omhangen met wapens. De vraag waar Lindemans zijn ge gevens vandaan had. wordt door Lou de Jong beantwoord met de constatering van het feit dat men in het geallieerde kamp weinig moeite heeft gedaan de operaüe „Market Garden" volstrekt ge heim te houden. Veldmaarschalk Montgomery verwachtte weinig tegenstand meer van de Wehr- macht. Een spion die in die dagen in Brussel zijn ogen en oren wijd open had, zou er genoeg van heb ben kunnen opvangen. „King Kong" Lindemans moet vol gens Lou de Jong zijn gegevens dan ook hebben opgestoken in de geallieerde milieus waarin hij als agent verkeerde. De Waalbrug te Nijmegen in Geallieerde handen. Lindemans door de Britse mili taire inlichtingendienst door de frontlinie gestuurd om aan de il legaliteit in Noord-Brabant te gaan vertellen dat geallieerde pi loten van neergeschoten vliegtui gen die van plan waren door die linies te gaan, beter konden blij ven waar zij waren omdat de be vrijding op til was. Tevens moest hij proberen bij medewerkers van Philips in Eindhoven aan de weet te komen welke soort brandstof de Duitse V-2's ge bruikten. Door een regen van gra naten slipte Lindemans die nacht door de linies. Onmiddellijk na aankomst in bezet gebied gaf Lindemans aan de Duitse militairen die hij tegen kwam te kennen dat hij naar Driebergen gebracht wilde wor den, waar het hoofdkwartier van de „Abwehr" was gevestigd. Daar hoopte hij de overste Giskes te treffen, bekend van het „Eng- landspiel". Giskes was er niet en „King Kong" Lindemans deed zijn verhaal aan majoor Kiese- wetter. Deze was van de juistheid van de mededelingen van Linde mans allerminst overtuigd. Kiesewetter wist dat hij een dub belspion tegenover zich had en vermoedde dat deze was ge stuurd door de geallieerden om de Duitsers op een dwaalspoor te brengen. De Duitser gaf slechts een nietszeggend bericht door aan zijn superieuren. Maar toen hij later hoorde van de luchtlan dingen bij Arnhem moet hij tegen officieren die bij hem aan tafel za ten gezegd hebben: „Dan is de mededeling van Lindemans toch juist" Geheugenverlies De parlementaire enquêtecommis sie die deze zaak heeft onder zocht, is volgens dr. De Jong te veel afgegaan op het verhoor met overste Giskes, die verklaarde dat Kiesewetter nooit aan hem had doorgegeven dat hij van Lin demans gegevens over de ophan den zijnde aanval op Arnhem had ontvangen. „Dat is nogal wiedes", zegt Lou de Jong nu. Kiesewetter wist ver draaid goed dat het hoofdkwar tier van een van de belangrijkste Duitse opperbevelhebbers, gene raal Model, kort tevoren in Oos terbeek was gevestigd. De gene raal kon na de eerste landingsgolf ternauwernood weg komen. Als bekend zou zijn geworden dat majoor Kiesewetter van de Ab wehr kennis had gedragen van de geallieerde plannen, zonder dit tijdig te melden, dan was zijn le ven niet veel waard meer ge weest. De enquêtecommissie zou er overigens goed aan gedaan hebben niet al te veel aandacht aan de verklaringen van Giskes te hechten. „De man leed aan een vervelend soort geheugenver lies", aldus Lou de Jong. Voor dezelfde commissie heeft na melijk Schreieder (eyeneens be rucht door het ..Englandspiel") verklaard dat Kiesewetter met hem over de mededelingen van Lindemans had gesproken. (Schreieder behoorde tot een an dere dienst dan Giskes) Linde mans heeft dus wel degelijk ge probeerd de Duitse autoriteiten tijdig attent te maken op de ko mende aanval op Arnhem. Er werd niet voldoende aandacht aan besteed. Maar ook als dat wel het geval was geweest, zou de operatie „Markot Garden" daardoor alleen niet zijn mislukt. De Rijnbrug bij Arnhem bleek te ver doordat Montgomery de kracht van de Duitse troepen boven de Rijn op trieste wijze on derschatte en de uit het zuiden aanstormende troepen werden vertraagd in de beruchte corridor tussen Eindhoven en Nijmegen en vervolgens hopeloos vastlie pen in de Betuwe. Lindemans Toen de oorlog uitbrak, was Chns- tiaan Antonius Lindemans 27 jaar. In het Rotterdamse garage bedrijf van zijn vader had hij een ernstige hersenschudding opge lopen, waardoor hij zijn linke rarm moeilijk kon gebruiken. In 1939 kwam hij in contact met de Britse Intelligence en gaf inlich tingen door over in- en uitgaande schepen in Rotterdam. Na de be zetting trad hij bij de Duitsers in dienst als chauffeuren werd inge zet bij transporten naar Vichy- Frankrijk. In die functie ging hy vluchtelingen helpen naar het zuiden te ontvluchten. Hij kwam in contact met „Pilotenhulp" en met Franse en Belgische verzets organisaties. Menigmaal voerde hy liquidatie-opdrachten uit en .werd daardoor ook wel als de „killer" aangeduid. Anderen noemden hem vanwege zijn grote gestalte en lichaamskracht „King Kong". Hij was een zonderlinge man. altijd omringd door vrouwen, uiterst impulsief, een avonturier die met een wapen in de hand alles durf de. Toen hij hoorde dat zijn jonge re broer Hendrik in Rotterdam door de Duitsers was gepakt en ter dood veroordeeld zou wor den. zocht hij contact met de Duitse Abwehr om in ruil voor de vrijheid van zijn broer inlichtin gen te geven over zyn illegale contacten. Volgens de Duitse agent Cornelis Verloop, die hem ook later zou aangeven bij de geallieerden, moet Lindemans aan de Duitsers in Nederland, België en Frankrijk tenminste 267 mensen hebben verrade- Op 26 oktober 1944 werd „King Kong" Lindemans na terugkeer in het bevrijde zuiden gearres teerd. Op de dag voor het begin van zijn proces, op 26 juli 1946, pleegde hij zelfmoord. LEIDEN - „Met zijn plannetje om roverhoofdman te spe len, voorzie ik nog vele moeilijkheden". Met deze zin ka rakteriseerde de minister van oorlog, Lidth de Jeude, in augustus 1944 in Londen de door koningin Wilhelmina doorgedreven benoeming van prins Bernhard tot bevel hebber van de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrach ten. Deze zouden worden gevormd uit leden van de ver zetsbeweging in de bevrijde delen van Nederland. Die benoeming was door de koningin en de prins rechtstreeks geregeld met het geallieerde hoofdkwartier van generaal Eisenhower en werd afgekondigd nog voordat de rege ring een handtekening onder een desbetreffend besluit had kunnen zetten. Eigenlijk had Wilhelmina gewild dat de prins direct opperbevel hebber van land- en zeemacht zou zijn geworden. Zij vond dat na de bevrijding van Nederland van haar de beslissende impulsen moesten uitgaan tot staatkundige vernieuwing van Nederland. Van het kabinet in Londen en van de vooroorlogse politieke partijen had zij geen enkele verwachting. Wanneer de prins opperbevel hebber zou zijn, dan zou haar per soonlijke invloed groter kunnen zijn. Zij vertrouwde erop dat de prins in voldoende mate naar haar zou luisteren. In december deden koningin en prins een nieuwe poging om het opperbevel binnen te halen. Het hoofdkwartier van Eisenhower had er wel oren naar. maar de re gering niet. Die besefte volledig dat de koningin dan veel te veel invloed zou krijgen en daardoor tenslotte het Oranjehuis schade zou lijden. Toen koningin Wilhel mina vol ongeduld begon aan te dringen, aarzelden de ministers niet de portefeuillekwestie te stellen. De benoepiing ging tot woede van Wilhelmina niet door De horden van de prins De houding van de regering in Lon den werd voor een belangrijk deel bepaald door het feit dat er in bevrijd gebied sterke weerstan den waren ontstaan tegen de Bin nenlandse Strijdkrachten die on der de verantwoordelijkheid van de prins de arrestaties van zoge naamde foute Nederlanders had den uitgevoerd. In bepaalde de len van Zuid-Nederland was men zodanig in het wilde weg aan het oppakken geslagen, dat felle reacties van de bevolking niet konden uitblijven. De omstreden r-ge Den Bosch, Baron Speyart van Woer den, vermeldde later dat hij wat de Binnenlandse Strijdkrachten Jail vail Beek betrof had horen spreken van „de Gestapo van de prins", de „hor den van de prins" en „het speel goed van de prins". De problemen waarvoor men zich in bezet gebied zag geplaatst met betrekking tot de zuivering, wa ren niet gering. Het arresteren van foute elementen kon men niet overlaten aan het enige or gaan dat daartoe feitelijk be voegd en opgeleid was, de politie. Een groot deel van de politic had in de oorlog hand- en spandien sten aan de bezetter verleend en moest daardoor eerst zelf gezui verd worden. Het Militair Gezag dat eigenlijk verantwoordelijk zou moeten zijn voor het arrestatiebeleid. had daar geen mensen voor. De enige oplossing was het oppakken van foute burgers over te laten aan de illegaliteit, dus aan de Binnen landse strijdkrachten van prins Bernhard. Dat betekende wel dat alle fouten die daarbij zouden worden gemaakt voor de verant- Prins Bernhard in Maastricht. woordelijkheid van de prins zou den komen. De regering en de Chef Staf van het Militair Gezag, generaal Kruis, weigerden daarom formeel de ar restatiebevoegdheid aan de Bin nenlandse Strijdkrachten te ge ven. Dat nam niet weg dat overal in het bevrijde zuiden mensen zonder vorm van proces werden opgehaald door BS'ers. Ze wer den geinterneerd in gebouwen die daar in het geheel niet voor waren ingericht. Dat heeft geleid tot deerniswekkende wantoe standen. waarvoor de prins door niet weinigen verantwoordelijk werd gehouden. Twintigduizend In het tiende deel van de geschiede nis van „Het Koninkrijk der Ne derlanden in de Tweede Wereld oorlog" schat schrijver dr. Lou de Jong dat in het bevrijde zuiden tenminste twintigduizend men sen zijn gedetineerd. Niemand had een precies overzicht en for meel waren er slechts 3700 gear resteerden geregistreerd. Van vier van de vijf personen die gear resteerd waren, wist het Militair Gezag niet eens hoe zij heetten, waar zij zaten, laat staan waarom zij waren opgepakt. Er was spra ke van een verschrikkelijke wille keur. Het geallieerde oppercommando bekommerde zich daar nauwe lijks om. Door de Amerikanen werd in Zuid-Limburg praktisch iedereen vastgezet die werd aan gegeven onder het motto: wij kunnen beter honderd mensen onverdiend vastzetten dan er èèn die het wel verdient laten lopen! Wie eenmaal vast zat, bleef dat ook. al was hij of zij abslouut on schuldig. De parlementaire enquUtecom- missie heeft na de oorlog vooral de Chef Staf van het Militair Ge zag, generaal Kruis, voor deze misstanden verantwoordelijk ge steld. Dr. Lou de Jong vindt dat niet terecht. Hij acht Prins Bern hard zeker zo schuldig, maar stelt dat de enquUtecommissie er aan voorbij is gegaan dat beiden, zo wel de prins als Kruis, nu een maal moesten roeien met de rie men die zij hadden. En die rie men waren in veel gevallen zelf besmet. Door onvoldoende selec tie konden in de Binnenlandse Strijdkrachten elementen bin nendringen die zelf in de gevan genis thuis hoorden in plaats van in een arrestatieteam. Gered De vele discussies rond het optre den van de Binnenlandse Strijd krachten waren niet voorbijge gaan aan het geallieerde hoofd kwartier. Dat liet in december 1944 aan Prins Bernhard weten dat zijn BS beter opgeheven kon den worden en dat de leden ervan na selectie ingelijfd zouden kun nen worden, hetzij in de Prinses Irene Brigade, hetzij in de geal lieerde legeronderdelen. De prins wendde zich tot het hoofd kwartier van Eisenhower en wist door zijn persoonlijke inzet het voortbestaan van de BS te red den. Hij kon zich daarbij beroe pen op het feit dat de inmiddels opgerichte Stoottroepen een hoogst nuttige functie vervulden aan het front. Maar de ambivalen te houding van de geallieerden droeg er niet toe bij dat er vol doende materiaal beschikbaar kwam voor de uitrusting van dit nieuwe Nederlandse legeronder deel. Daarom trok de prins er per soonlijk op uit om bietsend langs de depots, met aanwending van al zijn koopmanskunst en char me, voorraden los te krijgen. Dit tot grote woede van Montgome ry. die een regelrechte vijand schap tegen de prins ontwikkel de Met dit sot acties verwierf de prins enorm veel sympathie bij zyn achterban, die dienst deed in een koude natte winter zonder af doende schoeisel of kleding. Hij werd zeer populair en dat leide volgens dr. De Jong bij een groot aantal van zijn stafleden tot over schatting van wat de prins na de bevrijding voor geheel Neder land zou kunnen betekenen. Vol gens majoor jhr. Bcelaerts van Blokland, die enige tijd bij de stal van de prins was gedetacheerd, zag die staf bepaalde dictatoriale mogelijkheden voor de prins. „Men dacht de prins als stadhou der van een militair bewind of als een regent die tijdelijk de plaats zou kunnen innemen van de ko ningin". Lou de Jong acht dit alles tekenend voor het gebrek aan democra tisch besef bij enkele van de naas te medewerkers van de prins. En voor hun ambities, want de be trokken officieren namen natuur lijk aan dat zij dan de rechterhand van de stadhouder of de regent zouden worden. Volgens dr. De Jong heeft de prins zelf deze am bities niet gekoesterd. Wel is hem in gesprekken met de prins in 1979 gebleken dat hy zich niet veel meer kan herinneren van wat er in zyn staf In die periode leefde. Onverantwoord Het is de gewoonte dat Lou de Jong die gedeelten van zijn manus cript die over nog levende perso nen gaan, aan deze mensen toe zend met het verzoek of zij op merkingen. dan wel aanvullingen op het beschrevene hebben. Zo heeft prins Bernhard ook kennis kunnen nemen van een passage die dr. De Jong heeft ontleend aan de al eerder genoemde ma joor jhr. Beelaerts van Blokland, toen nog in dienst van de Prinses Irene Brigade. Kort na zijn aankomst in Neder land. begin septembrr 1944, kwam prins Bernhard bij de bri gade op bezoek. Hij stelde de vraag of de brigade een tweehon derdtal Nedenandae SS'crs dis door de Amerikanen krygsge- vangen waren gemaakt - voor het merendeel zeer jonge gedeser teerde leden van een Jeugd stormcompagnie - voor zyn reke ning kon nemen dat wilde zeg gen doodschieten). De brigade commandant. kolonel De Ruyter van Steveninck. wees dit VU SOCk af. „Afmaken van een zo groot aantal was onverantwoord". De hele staf stemde daarmee m. Volgens dr De Jong heeft de briga decommandant met het afwijzen van dit verzoek de Irene-brigade een grote dienst bewezen Op on ze vraag of hij het niet uitermate vreemd heeft gevonden dat de prins met dit verzoek feitelijk heeft aangezet tot oorlogsmis daad, reageert De Jong geïrri teerd: „Ik spreek geen waarde oordeel uit; ik RgMTMI k

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1980 | | pagina 13