Eteffatf
l@ir§@[nl§
Larsen"Euwe waait met alle winden mee
fasci
nerende
van
schaken
is dat
ik de
beste
ben..."
ZATERDAG 8 NOVEMBER 1980
de andere deelnemers boor
devol excuses zaten en Jan
Timman in zijn slotspeech fel
uithaalde naar de kritische
pers blijkt Larsen de opinie
van de journalisten te de
len.
„Als er na twee uur spelen nog
maar één pot aan de gang is, is
dat voor het publiek niet te
begrijpen. De spelers moeten
dat toch door hebben. De
helft van de partijen waren
tijdens het Interpolistoernooi
niet interessant; op die ma
nier gaat het toernooi naar de
knoppen. Voor de organisato
ren is er geen enkele reden
meer om door te gaan; er is
geen nieuws meer onder de
horizon. Spelers en organisa
tie zijn oude vrienden onder
elkaar geworden. Aan scha
kers die alleen maar zeggen
hun best te doen en verder
slechts remiseren heb je
niets".
In 1964 werd de regeling dat je
voor de 30e zet geen remise
mocht spelen afgeschaft. Ter
ere daarvan hield Pachman
toentertijd een mooie speech,
waarin hij garandeerde dat er
geen salonremises zouden
gaan vallen. In het eerste de
beste toernooi remiseerde
hijzelf echter in al zijn 13 par
tijen. Dat vind ik schijnheilig.
Wel zouden de toernooiorga-
nisatoren wat inventiever in
hun opzet kunnen zijn. Alter
natieve toernooien als Lone
Pine en de BBC-t.v.-kamp
brengen duidelijk leven in de
brouwerij. Het zijn ook de
toernooien zelf die mij uitput
ten. Van het schaken op zich
zal ik nooit moe raken".
Tot veler verbazing produceert
Larsen tussen zijn partijen
door nog een groot portie
rondeverslagen voor diverse
kranten. Zijn „lotgenoten"
die na korte remisepartijen
vaak al half op apegapen lig
gen zien dit allemaal hoofd
schuddend aan. Immers Lar
sen speelt ook nog eens de
langste partijen van allemaal.
De Deen maakt daar zelf geen
punt van: „Ik leg graag aan de
mensen uit wat er gebeurd is;
meestal geschiedt dat name
lijk erg slecht. Zelf denk ik
het beter te doen. Bovendien
houd ik van schrijven, ik vind
het erg leuk om te doen. Wel
moet ik toegeven dat het tij
dens het Interpolistoernooi te
veel van het goede was. Nor
maal gaat het goed. maar nu
wreekte het zich. Vier blun
ders kostten mij vier punten.
Daarom ben ik wel van plan
het schrijven te gaan minde
ren. Het schaken moet voorop
blijven staan".
Het eenzame bestaan van prof
schaker levert voor Larsen
nauwelijks problemen op:
„Je hebt een grote vrijheid, je
kan gaan en staan waar je wilt.
Vervelend is alleen het lang
durige verblijf in hotels, ter
wijl ik ook maar vier maan
den thuis bij vrouw en kinde
ren zit. Te eenzijdig vind ik
het schaken niet. Het is net als
met elk ander werk. Je wordt
erdoor geabsorbeerd, maar je
houdt toch ook nog wel tijd
over voor andere dingen. Ge
vaarlijk wordt het pas als je al
een volledige dagtaak bezit en
dan nog eens al je vrije tijd in
het schaakspel gaat ste
ken".
Op de vraag wat hem het meest
fascineert in het schaken
komt Larsen met een ondub
belzinnig antwoord: „Het fas
cinerende vind ik dat ik de
beste speler ben. Ik begrijp
meer van het spel dan de an
deren. Vanwege de blunders
die ik maak komt dat niet al
tijd uit de verf, maar die zoge
naamde topschakers zijn ei
genlijk maar krukken. On
langs heb ik dat in Buenos Ai
res (1979) en Bugonjo (1980)
nog bewezen. Trouwens ook
in Tilburg was ik de beste,
want zonder de vier partijen
die ik vergooide zou ik onbe
dreigd eerste geworden zijn.
Er wordt ook beweerd dat ik
te optimistisch speel. Naar
mijn mening is daar geen
sprake van, het betreft hier
één van die wijdverspreide
misverstanden die over my
de ronde doen"
LEIDEN - Ook politiek en scha
ken hebben met elkaar te ma
ken. In tegenstelling tot vele
andere sporten betreft het hier
echter een ijsberg waarvan 90
procent onder water ligt. Af
en toe komt er iets van de
problematiek boven drijven,
bijvoorbeeld als Victor
Kortsjnoi weer eens alles op
„tilt" zet. De ex-Rus uit zijn
gram echter met dusdanig
veel tam-tam, dat vaak met
diens beweegredenen waar
om hij zo handelt in de publi
citeit komen; het spektakel
overheerst de motivatie.- Ook
Bent Larsen kan over deze
materie mee praten. Veel spe
lers van zijn kaliber deinzen
er voor terug om over dit ge
voelige onderwerp concrete
antwoorden te leveren. Lar
sen heeft daar evenwel geen
moeite mee.
Tegenover Kortsjnoi en diens
optreden staat Larsen vrij
sceptisch: Jn sommige ge
vallen ligt zijn situatie inder
daad moeilijk. Daar staat te
genover dat veel van zijn
handelingen wel erg irratio-
neel zijn. Kortsjnoi houdt er
niet van dat iemand hem
graag mag. De oud Rus be
ging daarbij veel stommitei
ten. Neem nu bijvoorbeeld
zijn wereldkampioen
schapsmatch tegeii Karpov in
het Filippijnse Baguio-City
(1978). Nog voor de aanvang
begon hij organisator Cam-
pomanes van een pro-Russi
sche houding te beschuldigen.
Gevolg was dat hij een notoir
anti-communist alsnog in
Russische handen wist te
drijven".
Rode gevaar
Misschien dat hij zich anders
gaat gedragen als zijn vrouw
en zoon eenmaal uit de Sow-
jet-Unie weg zijn. Op deze
manier zal dat echter nog
lang duren. Zijn gedrag valt
eigenlijk niet onder de nor
male standaards te beoorde
len. Weliswaar wist hij in eer
ste instantie op een juiste wij
ze de niet politieke aspecten
van de zaak te onderstrepen,
maar door anderen geraakte
hij toch langzamerhand in
een politiek vaarwater ver
zeild. Wellicht put hij energie
uit zijn woede, het rode ge
vaar te mogen bestrijden
schijnt hij wel leuk te vin
den".
Voor het probleem van de Russi
sche boycot tegen Kortsjnoi
heeft Larsen een kordate op
lossing: ,f)e toernooicomités
moeten Kortsjnoi gewoon uit
nodigen. Komen er geen Rus
sen meerMooi. dan vliegen
de Russen er maar uit. Dan
binden ze wel in. Als Kortsj
noi meer handelbaar was ge
weest, zou het misschien ook
wel zo gebeuren. Nu niet. De
FIDE demonstreert weer eens
haar zwakte. Ze zou wat moe
ten doen, maar in plaats
daarvan denkt men er alleen
maar aan hoe men de Russen
in de organisatie moet hou
den".
Eind december treden Kortsjnoi
en Robert Hübner in principe
tegen elkaar in het strijdperk
om uit te maken wie de nieu
we uitdager van Anatoli
Karpov zal worden. Velen
dichten de oud-uitdager
daarbij de beste kansen toe.
Larsen beschouwt Hübner
daarentegen als de grote fa
voriet.
Onderschat
Hübner wordt zwaar onder
schat", aldus Larsen. ,Hij
voldoet niet aan het klassieke
Kortsjnoi-Fischer beeld en
wordt daarom door het grote
publiek niet als volwaardig
gezien. Hij heeft echter de ei
genschap om de fouten van de
statenloze Kortsjnoi goed uit
te kunnen buiten. Kortsjnoi
komt te frequent in tijdnood
en heeft grote hiaten in zijn
openingsrepertoire omdat hij
daarin te veel experimen
teert. Hübner is in de tijd
noodfase zonder meer sterker.
Bovendien valt hij absoluut
niet te intimideren. Ik geloof
daarentegen dat er niet teveel
waarde aan de door de Rus
sen tegen Kortsjnoi gehan
teerde boycot moeten hechten.
Hij kan immers toch voldoen
de toernooien spelen. Wel kan
Victor Kortsjnoi
het zo zijn dat hij zelf in een
negatief effekt van die boycot
gelooft. Puur suggestief zou
het dan zeker een rol kunnen
spelen".
In een eventuele match met
Karpov geeft Larsen Hübner
(nog) weinig kans: Hübner
heeft op één uitzondering na
nooit goed gespeeld tegen
Karpovde wereldkampioen
zal dan ook weinig moeite met
hem hebben. Dat ligt, of mis
schien moet ik wel zeggen lag,
met Kortsjnoi iets anders. In
Baguio was Karpov eerst
duidelijk de sterkste, maar la
ter geraakte hij vermoeid en
kwam hij in de problemen.
Toch geloof ik dat de Rus bij
een hernieuwd treffen weinig
moeite zal hebben met zijn
aartsvijand. Naar mijn
smaak is Kortsjnoi immers
aan het aftakelen. Karpov
vind ik trouwens geen slechte
wereldkampioen. Ik zou ook
niet durven te beweren of hij
zwakker of sterker dan Fi-
scher in zijn beste tijd is. Er
wordt nog al eens laatdun
kend over zijn taktische kwa
liteiten gesproken, maar laat
ik daarover dit zeggen: Kar
pov is nu een betere Tal dan
Tal dat momenteel zelf
is."
Herhaaldelijk heeft de op Las
Palmas wonende Deen belas
tingreden, een goed kli
maat en een goede schaakor
ganisatie deden hem beslui
ten zich daar te vestigenin de
clinch gelegen met de FIDE:
de wereldschaakorganisatie.
Vooral diens oude voorzitter,
dr. Max Euwe, staat bij hem
in een zwart dagboek.
Alle winden
,JZuwe waaide met alle winden
mee. Als je met hem discus
sieerde was hij het helemaal
met je eens, maar als hij dan
weer de opinie van een ander
vernomen had, bleek hij plots
weer volledig overstag ge
gaan te zijn. Herhaaldelijk
lag ik met hem overhoop. Als
persoon mag ik hem dan ook
niet. Als speler ligt dat an
ders. Zijn stijl was vroeger
zeer ambitieus. Zijn grote
verdienste vond ik dat het
hem gelukte om Aljechin te
verslaan".
„Maar ook na het vertrek van
Euwe is er noa niet veel in de
FIDE veranderd", volgens
Larsen. „Olafsson is een bete
re president dan Euwe, maar
echt goed kan ik hem toch niet
noemen. De organisatie is nog
steeds een puinhoop, wat dat
betreft is er nog geen verschil.
Als speler heb je nog steeds
niets te zeggen in de FIDE.Nu
willen ze tijdens het komende
congres op Malta voorstellen
om de kandidatenmatches af
te schaffen en over te gaan tot
het organiseren van een groot
toernooi om daarin te bepalen
wie de uitdager van de we
reldkampioen wordt. In zo'n
toernooi zouden echter veel te
veel Russen komen te spelen,
die onderling kunnen gaan
regelen wie de winnaar
wordt. Dat is natuurlijk geen
gezonde toestand.Het voorstel
wordt echter gesteund door de
i'oorzitter, het bureau van de
FIDE en de Russen, zodat de
vergadering wel voor zal
stemmen. Komt het echt zover
dan zullen sommige westerse
grootmeesters weigeren te
spelen. Ikzelf weet nog met
wat ik in zo'n geval zou
doen".
Timman
Neerlands hoop Jan Timman
betoont de laatste tijd een con
stante vorm. Dit tot vreugde
van de Nederlandse schaak
wereld, die juist i n Timmans
wisselvalligheid diens grote
zwakte zag. Zo met naar de
opinie van Bent Larsen: ,Jk
had een jaar geleden een erg
hoge dunk van hem. Hij
maakt nu echter een slechte
periode door. Zijn spel is met
zo fris meer; het steunt veel op
kennis van de openingstheo
rie.Op dit moment analyseert
hij teveel. Zijn resultaten zijn
Wel goed, maar dat zegt met
alles Het lijkt erop of hij al
tevreden is met de dingen die
hij tot nu toe bereikt heeft.
Wellicht is zijn familieleven te
goed, dat dan echter wel in de
positieve zin des woords be
doeld".
Tijdens het Interzonale toer
nooi te Rio de Janeiro (1979)
speelde Timman erg slecht: hij
faalde tegen de zwakkeren.
Overigens geloof ikmet dat de
voor Ttmman fatale winst-
partij van Petrosianop Ivkov
(waardoor Petrosian en niet
Tunman zich roor de kandi
datenmatches plaatste) door
gestoken kaart was, daar is
Ivkov de man met naar. Als
Petrosians urouui er is gaat er
altijd wat mis en is er altijd
iemand die dan de zwarte
pi et toegespeeld krijgt. Dit
alles wil niet zeggen dat ik
Timman met als een van de
interessantste schakers van
dit moment beschouw".
goed met me. De pers schreef
gewoon onzin, wat mijn resul
taten ook aantonen. Ook in
onderlinge matches kan ik
goed spelen, ik had alleen
vaak pech en verloor nipt.
Problemen met de FIDE
speelden mij ook vaak parten.
Soms komt het voor dat ik
een toernooi niet waardeer;
dan krijg ik het gevoel van
„waarom ben ik hier?" en
speel ik vervolgens als een
dweil. Tijdens het afgelopen
IBM toernooi was dat bij
voorbeeld het geval. De air
conditioning functioneerde
daar niet goed, waardoor het
meteen mis met me was. In
dit soort zaken schuilt ook de
aan mij toegedachte grillig
heid"
LEIDEN - Bent Larsen een zonderling tussen de
zonderlingen? De Deense topschaker heeft in zijn
optreden zeker de kenmerken van de ware schaker.
Wegens zijn eigengereide optreden opereert hij ech
ter vaak als een eenling. In een aantal opzichten ligt
er dan ook een wereld van verschil tussen hemzelf
en veel van zijn collega's. Zijn mening druist vaak
linea recta tegen die van de anderen in. Op momen
ten dat die anderen juist in diep filosofisch gepeins
over vak en varianten verzakken, rollen bij hem de
volzinnen in hoog tempo uit de mond.
Het Deense talenwonder uit
zich als een echte persoon
lijkheid, die zijn opinie niet
onder stoelen of banken
steekt. Vanwege zijn humo
ristische schrijfstijl is hij te
vens een hooggewaardeerd
schaakjournalist. Larsen zou
eigenlijk een Deense Donner
genoemd kunnen worden, al
is deze betiteling in omge
keerde zin natuurlijk beter op
zijn plaats.
Ook zijn speelstijl is heel apart,
al weigert Larsen dat zelf te
geloven. Onberekenbaar, met
een op de eigen theorieën ge
baseerde openingsstijl. Qua
tactiek is hij eveneens een
buitenbeentje. Larsens
nieuwste vondst is momen
teel een uiterst economisch
verbruik van de bedenktijd.
Terwijl de opponent al in he
vige tijdnood bivakkeert
heeft Larsen vaak nog meer
dan een uur over. Maar al te
vaak schudt de Deen geves
tigde (theoretische) opinies
omver. Zo wist hij bijvoor
beeld tijdens het laatste In
terpolistoernooi vriend en
vijand te verbazen door een,
door vrijwel iedereen als re
mise getaxeerde, stelling te
gen Robert Hübner op over
tuigende wijze naar winst te
voeren.
Na in 1956 zijn doorbraak naai
de sub-top gemaakt te heb
ben leek de nu 45-jarige Deen
aan het eind van de jaren zes
tig hard op weg naar een we
reldkampioenschap. Het ene
toernooi na het andere werd
door Larsen gewonnen. On
vermijdelijk leidde dat tot een
confrontatie met Robert Fi
scher. De voorschermutse
lingen vonden plaats tijdens
de in 1970 te verspelen match
tussen Rusland en een team
van de „rest van de wereld".
Omdat FIDE president Max
Euwe verwachtte dat Fischer
het hardst aan de bel zou
trekken wenste hij de Ameri
kaan op het eerste bord te
plaatsen. Larsen pikte dit
echter niet, dreigde zich terug
te trekken, waarna Euwe en
Fischer tenslotte inbon
den.
Larsen daarover „Fischer was
niet goed geprepareerd op de
match, maar omdat Euwe
verwachtte dat de Amerikaan
de grootste mond op zou zet
ten strafte hij de goede om de
slechte zijn zin te geven. Bij
mij was hij daarvoor echter
aan het verkeerde adres"
Sindsdien is het tussen Lar
sen en Euwe altijd haat en
nijd geweest. Lange tijd
kwam hij niet in Nederlandse
toernooien uit, daar hij zich
niet in het hol van de leeuw
wenste te begeven.
De echte krachtmeting met Fi
scher liep echter voor Larsen
op een fiasco uit. In de in het
Ajnerikaanse Denver ver
speelde kandidatenmatch
werd het maar liefst 6-0 voor
Fischer. Larsen zocht weder
om bij Euwe zijn boeman:
„Euwe was toentertijd een
soort manager van Fischer.
Hij was er ook voor verant
woordelijk dat de oud-we
reldkampioen in eigen huis
kon spelen. De Amerikaanse
bond wist dat probleemloos
via Euwe door te drukken.
Het hete en droge klimaat in
het hooggelegen Denver nek
te mij vervolgens volledig.
Om goed te kunnen spelen
heb ik perfecte condities no
dig".
Volgens velen is Larsen deze
klap niet meer te boven ge
komen. In de kandidaten
matches kwam de Deen im
mers niet meer uit de verf,
terwijl zijn incidentele toer-
nooisuccessen aan zijn speci
fieke kracht als toernooispe-
ler (het winnen van de zwak
keren) werden toegedicht. De
niet om excuses verlegen zit
tende Larsen bestrijdt dat:
„In '72-'73 ging het al weer
door
Ruud
Dobbelaar
Opmerkelijk is de speltactiek
die de Deen heden ten dage te
berde brengt. Terwijl zijn op
ponenten al in hevige tijd
nood bivakkeren, heeft Lar
sen wegens zijn snelle spel
nog zeeën van bedenktijd
oven „Ik speel om tactische
redenen vlug. De voordelen
zijn onmiskenbaar. In de eer
ste plaats rnaak je een sterke
indruk, je opponent wordt
geimponeerd. Het andere pro
is datje na de 40e zet nog door
kan drukken. Immers omdat
je zoveel bedenktijd over hebt
moet je opponent ook verder
spelen, daar hij anders we
derom in hevige tijdnood zou
komen; op zoiets zijn ze he
lemaal niet ingesteld. Het
komt voor datje tegenstander
tijdens de eerste zitting zelfs
tweemaal met een tijdnood-
fase te kampen krijgt. De ba
sis van mijn snelle spel leg ik
door veel na te denken in de
tijd van de tegenstander. Be
langrijk is datje wel moet we
ten wanneer je dat kan doen.
Een goede conditie en erg
veel concentratie zijn zonder
meer een vereiste. Ook Kar
pov speelt trouwens zo"
Korte remisepartijen zijn bij
veel toernooien troef. De dis
cussies over het wel of niet
geoorloofd zijn daarvan laai
den tijdens het laatste Inter
polistoernooi hoog op. Larsen
is een speler die bijna altijd
wint of verliest, remise is voor
hem een vies woord. Terwijl