'Ongeluk met pontje was menselijke fout' De dood voer mee op de veerpont '/2 "Luchtbel redding voor mensen in het voor onder" "We wilden kennis mooie geveltjes laten zien" "Ik hoorde van de ramp in de auto" ZATERDAG 11 OKTOBER 1980 Luitenant Bakker - "Je kunt deze aanvaring vergelijken met pol derblindheid van een au tomobilist." DORDRECHT - Nog altijd tast de rijkspolitie te water in het vage. Voor haar is het 'onmo gelijk' dat het'pontje tussen het hartje van Dordrecht en Zwijndrecht midden op de Oude Maas door een met naf ta gevulde tanker kon worden overvaren. Het was klaarlicht, de zon scheen, het zicht was prima en het was niet druk op het water. Zeker zeven mensen verloren het leven. Naar twee opva renden van het voetveer, een man en een kind van ander, halfjaar, zoekt de politie nog Dagelijks dregt zij in de rivier Tot nu toe zonder resultaat. De kapitein van de pont, Van Herik, is verhoord maar heeft geen duidelijke verklaring kunnen afleggen. Omdat de schipper nog niet is genezen van de verwondingen aan zijn hoofd (hij wordt hiervoor verpleegd in een ziekenhuis), gaat de politie later opnieuw met hem praten. Zodra de arts daarvoor toestemming geeft De conclusie van de rijkspolitie is, dat de aanvaring aan men selijke fouten is te wijten. Het veer, dat van boven tot onder is bekeken, vertoont geen ge breken. Hoewel er een nylon draad uit de schroef van het veer is gehaald, wordt niet aangenomen dat dit van in vloed is geweest op het vaar gedrag. De rijkspolitie neemt niet aan dat de tankeF ver keerd heeft gevaren. Is het niet onverantwoord dat slechts één man het veer be dient? Hij moet kaartjes ver kopen de pont, dwars over de Oude Maas, naar de overkant manoeuvreren en ook nog zorgen dat er goed wordt af gemeerd... Luitenant Bakker "De bedie ning van elk schip gebeurt door één man. Een buschauf feur verkoopt toch ook kaar tjes en brengt de passagiers waar ze moeten zijn? Ja, met twee man kan het beter zijn op zo'n boot. Die kan de reizi gers beter in de gaten houden en zo. Aan de andere kant kun je stellen als die twee met el kaar gaan staan praten, schiet je er ook niets mee op. Aan het ongeluk doet dit niks af." Bakker geeft toe dat de Oude Maas, op het punt waar het pontje vier keer in een uur op en neer vaart, een drukke rou te is. Zeker driehonderd 'zwa re schepen' passeren hier elke dag. "Maar", voegt de poli tieman er direct aan toe, "misschien had het zondag beter druk kunnen zijn. Dan word je verplicht goed op te letten. Nu was het rustig en loopje snel kans op een 'black out'. Je kunt deze aanvaring vergelijken met polderblind heid van een automobilist; er is niets op de weg, komt hij een ander tegen, dan klapt 'ie er op." Is het eigenlijk nog wel verant woord om z'n veer tientallen keren per dag een oversteek te laten maken tussen allerlei groot geweld door? Bakken "Als je ongelukken in de toekomst wilt voorkomen, moet je het veer uit de vaart halen. Alle risico's kun je toch niet uitsluiten. Neem nou eens een trein, die heeft een vaste route en tóch gebeuren er ongelukken mee. Daar pra ten ze niet over. Het pontje le vensgevaarlijk? Welnee! En ook die kreten dat het alle maal net goed is gegaan, ach, dat is niet waar. Nog nooit is er bij ons ook maar één klacht van een schipper binnenge komen dat de veerlieden aan hét 'stunten' waren." Zeventien procent van de scheepvaart die passeert, ver voert explosieve ladingen. De tanker die bij de aanvaring was betrokkenwas met nafta gevuld. Is Dordt een ramp be spaard gebleven? 'De ene tanker verscheept zus, de ander zo. Dat is allemaal aan zeer strenge regels ge bonden. Als een pont tegen zo'n tanker botst, zal 'ie zeker niet ontploffen. Dan moet er heel wat meer gebeuren." Opeen paar honderd meter van het veer ligt een brug over de rivier. Waarom wordt die pont dan tóch gehandhaafd? Bakken "De boot brengt de passagiers van centrum naar centrum. De mensen kunnen de auto bij het veer laten staan en lopend hun weg vervolgen. Nemen ze de brug, dan moe ten ze minstens op de fiets stappen en niet al te veel haast hebben. Want het is nog een behoorlijk eindje rijden. Hoe was het gesteld met het red dingsmateriaal op de pont? ^Alle voorgeschreven spullen waren aan boord; drijfban- ken, boeien, lijnen, noem maar op. En ze werkten goed. Heel de handel heeft rondge dreven. Er is nauwelijks ge bruik van gemaakt. Toen het ongeluk gebeurde waren er zoveel bootjes in de buurt, dat binnen enkele minuten 'alles' van het water was." Aan welke eisen moet een veer man voldoen vóór hij het stuurrad van een pont ter hand mag nemen? "Zestien jaar moet hij zijn. Dan mag 'ie op een grote duwboot stappen. Voorwaarden zijn er niet", aldus luitenant Bakker. "We praten al jaren over een vaarbewijs, maar het is er nog steeds niet van gekomen. Een schipper moet grove fouten maken willen wij kunnen in grijpen. In de wet is daarover niets geregeld. Wat de kapi tein van de pont betreft hij had schipperspapieren en een groot aantal jaren ervaring." 'Het was een verschrikkelijke er varing", vertelt mevrouw Den Boer een paar dagen na het ramp zalige ongeluk. Zij, haar man en het vierjarige ventje waren de al- lerlaatsten die uit het vooronder werden gehaald. "Dit beleven maar heel weinig mensen, 't Is een wonderlijke redding. Zeker voor iemand die niet kan zwem- Nooit is bij haar de gedachte opge komen 'dit is het einde'. "Tot het laatst heb ik moed gehouden. We komen niet om, speelde er con stant door m'n hoofd. Ondanks dat wc het stuk voor stuk erg be nauwd hadden. Toen de boot on dersteboven sloeg had ik het wel moeilijk. Ja, op dat moment dacht ik, daar gaan we." Andere kijk Mevrouw Den Boer, deze week een jaartje ouder geworden, heeft nauwelijks tijd gehad op bezin ning. Vrienden, buren en vreem de mensen belden haar op of kwamen aan de deur met een bos bloemen. En in dezelfde week een verjaardag. "Nadenkenzegt ze daarom, "nee. daar is nog geen moment tijd voor geweest. Ik zie de beelden steeds als een soort film aan me voorbijgaan. En tijdens dat on geluk heb ik alleen maar aan praktische dingen gedacht zoals, die stang vasthouden en als je kopje ondergaat diep ademhalen. Natuurlijk, we zullen alles nog wel eens op een rijtje zetten. Daar ontkom je op de duur niet aan. Hoe de kinderen (één van veer tien en één van zeventien jaar) reageerden? Die kregen het na een paar dagen pas goed te kwaad. Ze raakten overstuur door al die belangstelling. Ach, ze zullen het wel verwerken, ver wacht ik. Over een paar maanden zijn ze het wel vergeten. Triest is ook het verhaal van een duiker die was ingeschakeld bij het redden van de drenkelingen. De man haalde z'n eigen vader, die was verdronken, uit het ge zonken bootje. Zonder dat hij dit wist. Pas later op de avond kreeg hij deze trieste mededeling van de politie te horen. Gehalveerd De angst onder de geregelde passa giers van het veer is heel goed te merken. Ze blijven weg. Maken liever een omweg over de brug, dan met het pontje de Oude Maas te kruisen. De 'werkmensen', zo als de pontjesbazen ze noemen, en scholieren, steken nog wel over. Maar moeders met kinde ren die 'even gauw' van Zwijn drecht naar het centrum van Dordrecht willen, blijven thuis. Of doen de boodschappen in ei gen omgeving. "Ik denk", stelt schipper Sabbe, die nu zes jaar zonder incidenten heen-en-weer vaart, "dat we deze week zeker de helft minder be zoekers aan boord hebben gehad. De eerste schrik, he9 Ze komen wel terug. Het moet gewoon slij ten." In koor roepen en Sabbe én zijn collega Lonkhuizen (hij vaart al vijftien jaar op het pontje), dat dit ongeluk niet zou zijn gebeurd als zondagmiddag twee veerlieden zouden hebben gewerkt. "Je komt hier soms ogen tekort", verwoordt Sabbe de mening van beide schippers, t Kan hier ver schrikkelijk druk zijn. Zoals nu, bijvoorbeeld. Dan kun je niet eens overstekenEn met z'n tweeen zie je meer dan wanneer je alleen vaart. Waarmee ik wil zeggen, voor één veerman is dit niet te doen." Lonkhuizen knikt instemmend. Jaren praten Praten over de ongewenste situatie doen de pontjesbazen a) jaren. Geld, daar staat of valt de zaak mee. Overdag varen de schippers met z'n tweeen: van halfzeven 's morgens tot zes uur in de avond Dan vertrekt er een. Eén veerman moet hel werk daarna alleen doen. Tot elf uur 's avonds. DORDRECHT - Steeds weer hoort mevrouw Den Boer het hoge stemmetje van die vierjarige jongen in haar oren. Krampachtig klampte hij zich aan haar vast en probeerde, net als zij, het hoofd boven water te houden in de benauwde kajuit die snel volliep. "Hoe heet jij toch?", vroeg het kereltje elke keer op nieuw en keek de vrouw daarbij vragend aan. Dat de dood dreigend naderbij kwam, had het joch niet in de gaten Een gekneusd bovenbeen en een li chaam vol blauwe plekken heeft mevrouw Den Boer aan het ha chelijke avontuur met het voet- veer op de Oude Maas overge houden. Zij en haar man, die ook in het vooronder zat, zijn gered. Net als die zeven andere mensen, die een beschut plekje zochten tegen de stevige bries die er mid den op de rivier woei. Voor één van hen in de kajuit kwamen de redders net te laat. Mevrouw Den Boer bibbert nog. Ze zag de reusachtige tanker zo op het nietige pontje afkomen toen ze evén door het raam naar buiten keek. "Dat kan niet goed gaan, dacht ik nog bij me zelf. Ik kon geen woord uitbrengen, ik stond werkelijk stijf van schrik." Niet zwemmen Zwemmen kan mevrouw Den Boer niet. Ze zocht daarom snel steun aan een stang in lage het vooron der. Direct erop kwam de klap, het veer sloeg om en ging onder. Het grauwe rivierwater steeg snel in de kajuit. "Elke keer als ik kopje onder ging, haalde ik diep adem. Dat prentte ik mezelf steeds weer in: zorg dat je zuur stof in je longen hebt. Ik kon me moeilijk vastklemmen, omdat het ventje aan me hing. M'n man heeft hem losgemaakt en gezegd wat hij moest doen." Zeker een kwartier tot twintig mi nuten zaten tien mensen opgeslo ten. Wat ze óok probeerden, er was geen uitkomen aan: de deur zat muurvast, er was geen bewe ging in te krijgen. Een ruit in trappen, lukte evenmin. "Achter af gelukkig", zegt mevrouw Den Hun collega Van Herik, de schipper van het rampschip, gaat goed vooruit. Deze week hebben Lonkhuizen en Sabbe in het zie kenhuis met hem kunnen praten. "Die tanker heeft hij helemaal niet gezien", zegt Lonkhuizen. "Maar Van Herik heeft wél uitge keken. Weet je, als je in de stuur hut achterom kijkt, heb je een behoorlijke dode hoek. Vermoe delijk heeft hij daardoor die tan ker niet kunnen zien. De tweede man heeft wél zicht op wat zich achter de pont afspeelt. Vandaar dat 'ie nodig is." Radio De Alblasserdammer Vos, exploi tant van het voetveer, zat m de auto toen hij van de ramp hoorde. Z'n beide dochters hadden de ra- dio 'behoorlijk hard' staan en luisterden naar een favoriete zanger. Vos dreigde de knop om te draaien, zijn vrouw hield hem echter tegen. Want over twee mi nuten was er een nieuwsuitzen ding 'We kwamen net terug van fami liebezoek", herinnert mevrouw Vos zich. "Ja, we schrokken ge weldig. Mijn man was er hele maal kapot van. Hij wilde het op een rijden zetten om zo gauw mo gelijk thuis te zijn. Daar heb ik hem gelukkig van kunnen weer houden. Tenslotte konden we op dat moment toch niets meer doen..." Wat moet je voor de nabestaanden doen. is dé vraag die steeds weer door het hoofd van mevrouw Vos speelt. "Je wilt wa' doen maar wat. Helemaal niks van je laten horen kan toch niet? Je bent toch geen honden? Nee. ik kan het maar niet loslaten. En nu komt dat ongeluk van negen jaar gele den weer naar boven. Ook toen werd er een pontje van ons over varen. Alleen de schipper ver dronk. Ja, je bent de eigenaar, maar ben je dan schuldig aan zo'n ongeluk? Vreselijk is het Heel je leven zal je dit bijblijven." 'Ja", vertelt Lonkhuizen, "er is wel wat gaande. Dat is meestal zo, hè? Als het kalf is verdronken, wordt de put gedempt. Ik verwacht dat het niet zo bar lang meer zal du ren of we gaan de hele dag met twee man varenWaarop hij dit baseert, kan de veerman niet vertellen. Een gevoelskwestie dus, meer niet. De veerlieden Sabbe en Lonkhui zen: ongeluk was niet gebeurd als er twee schippers aan boord waren geweest. Boer. "Dan had er misschien één kunnen ontsnappen, maar de rest was verdronken." Net onder het plafond in het voor onder bleef het water 'steken'. Die kleine luchtbel was de red ding. Voor een oudere opvarende was de spanning teveel. Hij overleed juist voor twee toege snelde schippers de drenkelin gen bevrijdden. De anderen kwamen er, zonder noemens waardige verwondingen, levend uit. Beide varensgezellen dronken sa men, in een stuurhut, een pilsje toen zij een enorme klap hoor den. Ze zagen wat er was ge beurd, bedachten zich geen mo ment en voeren met hun schip naar het midden van de rivier waar het drama zich afspeelde. Met kabels hielden zij het veer boven water. Dal was de redding van de mensen in de kajuit. Met kennis Praktisch nooit maakf mevrouw Den Boer gebruik van het pontje: zij werkt in Capelle aan den IJs- sel, haar man in Rotterdam. Maar die zondag was er een kennis uit Hongarije op visite. Hem wilden ze de mooie geveltjes in oud-Dordrecht laten zien. Vanaf de Oude Maas hadden ze daarop een prachtig zicht. Dus voeren ze met het pontje nam* de overkant. Halverwege werden ze geramd. Geredde vrouw De rijkspolitie te water dregt elke dag naar twee vermiste opvaren den: een kind van 11h jaar en een De angst is nog niet verdwenen: het pontje tussen Dordrecht en Zwijndrecht vervoert de helft minder mensen dan voorheen.... Eigenaar pont

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1980 | | pagina 21