Bejaardencommune houdt bewoners jong "Hun levensavond is een heel stuk plezieriger" Forse karper heeft met groot aas geen moeite ROBBERS I ZATERDAG 30 AUGUSTUS 1980 PAGINA 33 Door l-ïenk Kuipers BAD SEGEBERG - De bewoners van het bejaardentehuis Christansfelde in het Noordduitse plaatsje Bad Sege- berg vervelen zich nooit. Ze praten niet over ziek zijn en doodgaan, maar over de vrijdagse dansavond, het barbe- cuefeest en vooral over hun drukke werkzaamheden: het verzorgen van hun varkens, stieren en kippen, het onder houd van hun moestuin, het oogsten van aardappels, groente en fruit. Om zes uur *s morgens al schalt het lied van de arbeid over de tuinen van Christiansfelde, soms overstemd door het geknor van de varkens en het gesna ter van de eenden. „De mensen hier worden een stuk Meehelpen ouder dan in gewone beiaarden tehuizen", zegt Uwe Menke, de trotse burgemeester van Bad Se- geberg, „hun levensavond is een heel stuk plezieriger en het is nog veel goedkoper ook". Veertig mensen wonen er in deze bijzondere bejaardencommune in Sleeswijk-Holstein. Lang niet iedereen is uit de streek afkom stig. Er is zelfs een bewoner bii uit. het Roergebied, die perse in Christiansfelde zijn laatste jaren wil doorbrengen. „Alles gebeurt op vrijwillige basis", zegt burge meester Menke. „Niemand hoeft mee te werken, maar iedereen wil het. Ze zijn de hele dag bezig, hebben een gezonde eetlust en vallen 's avonds moe maar tevre den in slaap. Pilletjes of poeder tjes hebben ze niet nodig". Een bejaardentehuis waarvan de bewoners jong blijven en een pensionprijs die gemiddeld de helft lager is dan van gewone be jaardencentra omdat Christians felde in zijn eigen voedselbehoef- te voorziet en nauwelijks perso neel heeft. Het klinkt bijna te mooi om waar te zijn. De 84-jarige August Bruhn, die druk aan het zagen is, zegt mon ter „Ik zit nu driejaar hier. Ik ben erg gelukkig, want ik verveel me nooit. Je hebt zoveel te doen, dat je geen tijd hebt om te piekeren. Ik zou nooit meer ergens anders willen wonen". De 87-jarige Rudolf Hanusch, die aardappelen aan het rooien is, denkt er net zo over. En neem nou de 71-jarige Minna Niebock, een van de vrouwen die de varkens, de stieren, de kippen en de een den verzorgen. Als zij 's morgens om half zes de mest aan het kruien is en Helmut Krambeer, de beheerder van Christiansfel de, komt binnen, zegt ze dood leuk: „Zo, ook al wakker?" Helmut Krambeer (58) is van huis uit boer en heeft nooit een studie bejaardenzorg gevolgd. Een klei ne twintig jaar geleden, nadat hij met zijn vrouw Gerda uit de oost zone was gevlucht, kon hij be heerder van Christiansfelde wor den. Omdat het bloed kruipt waar het niet gaan kan ging Krambeer een paar varkens mesten en de tuin wat beter benutten en al gauw vroegen de bewoners hem: „Kunnen we niet meehel pen?" Van het een kwam het ander en al weer sinds jaar en dag bewerken de bejaarde bewoners van het 'Altersheim' van Bad Segeberg drie hectare land. Ze verzorgen negen varkens, vier stieren, veer tig eenden en 165 legkippen, jon ge hennen en mesthaantjes. De oogst bestond vorig jaar uit 3000 kilo beste aardappelen, 250 kilo appels, 250 kilo peren, 200 kilo aardbeien, 100 kilo kersen en zelfs 50 kilo asperges. Om van de boontjes, de doperwten, de prei, de uien, de bietjes, de sla, de pruimen en de frambozen nog maar te zwijgen. In het plaatselijke abattoir laten ze elk jaar een paar varkens en stie ren slachten, maar het uitbenen van het vlees, het maken van al lerlei soorten worst en het roken van puike hammen doen ze ook weer zelf. Groente en fruit die niet direct worden gebruikt, worden geweckt of gaan de diep vries in. De bewoners van Chris tiansfelde maken op ouderwetse wijze jam en vruchtensap waar aan ze ook 's winters nog plezier beleven. „In de zomer komen de mensen gewoon tijd te kort", zegt Helmut Krambeer. „Alleen 's winters gunnen ze zich wat ontspanning. Dan worden er spelletjes gedaan en is er eindelijk gelegenheid om wat te knutselen of te handwer ken". De vrouwelijke bewoners zouden 't liefste zien dat er een paar i dansavond is het gebrek aan heren een beetje storend. i bij zouden komen. Want vooral tijdens de wekelijkse Pensionprijzen In West-Duitsland bedraagt in be jaardentehuizen de pensionprijs zo'n vijftig tot zestig Mark per persoon per dag. Zeg maar 1500 tot 2000 Mark per maand. In Christiansfelde ligt de gemiddel de pensionprijs op 29 Mark per dag, nog geen 900 Mark per maand dus. Daar komt nog bij, dat dit 'Altersheim' geen pfennig subsidie krijgt van de stad Bad Segeberg. Ter vergelijking: in Nederlandse bejaardentehuizen bedraagt de pensionprijs (heel globaal) 1650 tot zelfs 2800 gulden (in Rotterdam) per persoon per maand. Een groot verschil met Bad Sege berg is, dat Nederlandse bejaar den hulpbehoevend moeten zijn om voor een plaatsje in een be jaardencentrum in aanmerking te kunnen komen. En bovendien beschikken de meeste Neder landse tehuizen niet over stuk ken grond. Maar zou er van dat saaie gazon niet een gezellige moestuin gemaakt kunnen wor den? Zouden er naast kanaries en parkieten geen kippen gehouden kunnen worden? De bewoners van de vroegere rusthuizen in Nederland zorgden toch ook voor een groot deel voor hun eigen voedselvoorraad „Dat kostenaspect", zegt burge meester Menke. ..is niet alleen voor de stad Bad Segeberg van belang, maar ook voor de bewo ners. De pensionprijzen zijn hier dermate hoog geworden - en in Holland zal dat niet anders zijn - dat het nauwelijks meer met de pensioentjes te bekostigen is. Dus moeten de bejaarden naar Sociale Zaken voor financiële ondersteuning en dat doet nie mand graag. Daar schamen velen zich voor. De mensen van Chris tiansfelde hoeven maar zo weinig te betalen, dat ze elke maand flink geld overhouden. Als ze voor boodschappen naar de stad moeten, kunnen ze zich een taxi veroorloven en het geld, dat ze vroeger gespaard hebben, hoe ven ze niet in te leveren. Dat geeft Onbetaalbaar ..Ook hier in Duitsland", vervolgt. Uwe Menke, "dreigen de sociale voorzieningen dol te draaien en onbetaalbaar te worden. In ons tehuis draaien we het op een posi tieve manier terug. Het is eigen lijk een ontzettend simpel sys teem. Zo simpel, dat men er el ders nooit aan heeft gedacht. We zijn nog steeds 'einmahlig' in Duitsland". Helmut Krambeer, de man dus die het 'systeem-Christiansfelde' heeft ontwikkeld, ze et heel eer- lijk: "Het is eigenlijk vanzelf ge gaan". En Uwe Menke: „Tot voor kort is er nooit over Christians felde geschreven. Wij vonden het een volkomen normaal systeem, maar dat is het dus kennelijk niet. Misschien dat we navolging krij gen". Helmut en Gerda Krambeer leiden ons rond. De moestuinen liggen er gezond bij. De kersen en de frambozen beginnen al kleur te krijgen. De rode bessen zijn klaar. Gerimpelde vrouwenhan den zorgen ervoor, dat de bessen geplukt worden voordat de vo gels zich er meester van maken. „Kijk, daar hebben de asperges gezeten", wijst Krambeer. „Alles wil hier heel best groeien. Het enige dat ons tot nu toe niet ge lukt is zijn paprika's, 't Is hier te nat". Naast de kippenren zit een groepje bejaarden erwtjes te doppen. Die ochtend hebben ze ook al een hele berg aardappelen geschild en groente schoongemaakt. Want hun werkzaamheden spelen zich. niet alleen buitenshuis af. Ze ma ken zelf hun bedden op, wassen, strijken en zorgen ervoor dat hun kamers en het tehuis schoonblij- ven. „Ik denk", zegt burgemees ter Menke, „dat we minstens vijf personeelsleden uitsparen. Be halve het echtpaar Krambeer hebben we maar één vrouw voor diverse werkzaamheden in dienst. Op jaarbasis scheelt dat zeker 100.000 Mark. Daar komt dan nog eens 200.000 tot 300.000 Mark besparing op het eten bij". Wachtlijst Soms moeten bejaarden, die in Christiansfelde willen wonen, op een wachtlijst, soms ook niet. Op dit moment is er nog plaats voor twee. De vrouwelijke bewoners zouden 't liefste zien, dat er een paar mannen bij zouden komen. Want vooral tijdens de wekelijkse dansavond is het gebrek aan he ren een beetje storend. Niet iedereen wordt toegelaten. „We nemen geen verpleeggeval- len aan", zegt Uwe Menke, „want daar hebben we in Bad Segeberg een speciaal verpleegtehuis voor. En als iemand het niet langer leuk vindt in Christiansfelde - wat trouwens nog nooit is voor gekomen - geen probleem, dan mag hij of zij zo naar een ander tehuis, waar ze wél de hele dag zitten duimen te draaien". Sprak ik vorige week met u over de wispelturigheid van de karper en zijn vindingrijkheid om buiten het bereik van het schepnet te blijven, ditmaal wil ik u een en ander vertellen over het aas en voer waarmee we de karper kunnen verschalken. Een van de aas- soorten die door de karpervissers in ons land het meest wordt toegepast is de aardappel. Hollandser kan het nauwelijks: aardappels als voedsel. Zoals het ons mogelijk is de aardappel te consumeren in gekookte of gebakken toe stand of in frites-vorm, zo is het ook mogelijk de karper op verschillende manieren tot bijten te verlokken. Niet door de aardappeltjes nu eens een lekker bruin korstje te geven en vervolgens in de jus te do pen, maar door de wijzen van presenteren. In de eerste plaats waar het om het formaat gaat. De grootte van de gepresenteerde aard appel kan namelijk in zekere mate selectief werken wan neer het om de vangst van karper gaat. Ik zeg met opzet kan, omdat het geen wet van Meden en Perzen is. Zo is het heel goed mogelijk om met een minuscuul piepertje een karper van twintig pond of meer te vangen. Maar ander som wordt het voor de kleine re karper problematischer wanneer hij een fors uit de kluiten gewassen bintje krijgt voorgeschoteld. Grote aardappel Als ik de Nederlandse karper vissers aan het werk zie, merk ik over het algemeen enige gene op, wanneer het gaat om het gebruik van een forse ADVERTENTIE Vliegvissers opgelet Zaterdag 6 september v.a. j 14.00 uur vliegvis demonstra- ties en castingwerpen met t leuke prijzen, en vliegbind- demonstraties. aardappel. Ook bij die hen gelaars die vooral mikken op de grotere exemplaren- Ik geloof namelijk dat je niet al te bescheiden moet zijn, wanneer je een werkelijk groot exemplaar aan de haak wilt slaan. Belangrijkste argument voor die stelling is de grootte van de bek waarover karpers van twintig pond en meer be schikken. Die heeft namelijk een omvang, die duidelijk maakt dat het opslorpen van een flinke aardappel geen en kel probleem hoeft te geven. Je hoeft er echt niet over in te zitten, dat het beest zich mis schien eens zou kunnen ver slikken. Dé vraag waarom we juist aard appel gebruiken en bijvoor beeld niet een forse brood vlok is vaak een voor de hand liggende zaak. Er be staan in ons land - afgezien van enkele specifieke kar- perputten - geen viswateren waarin alleen karpers voor komen. Wetend dat de karper een van nature schuwe vis is, is de broodvlok meestal een on geschikt aas omdat andere vissoorten vaak het brood van de haak hebben gehaald voor de karper daartoe de kans krijgt. Uitzonderingen na tuurlijk daargelaten. Op de broodkorst kom ik nog terug. Hardheid Aardappelen bij het koken de juiste hardheid geven is voor keukenprinsessen en -prin sen al een problematische zaak, laat staan voor gelegen heidskoks als sportvissers. Uitproberen is meestal de enige remedie. Enige marge heeft u wanneer u weet, dat een aardappel om mee te vis sen beter een beetje te hard kan zijn, dan te zacht. Pappe rige aardappels krijgt u na melijk met de beste wil van de wereld niet aan de haak. Door hun eigen gewicht dringt de puntige haak door de aardap pel heen. De bek van deze grote spiegelkarper maakt duidelijk dat hij ook met wat fors uitgevallen aas geen problemen heeft. Naast de oude vertrouwde aardappel is er nog een scala van andere aasmogelijkhe den. De keuze wordt jaarlijks weer met nieuwe soorten uit gebreid. Het roggebrood, het blokje kaas zijn de al wat lan ger bekende, maar tegen woordig wordt door diverse gespecialiseerde karpervis sers het gebruik van bijvoor beeld katten- en honden- voedsel gepropageerd. De blikjes honden- en kat tenvlees worden dan ver werkt in deegballen. Vooral in die wateren waar nogal overvloedig met meelspijzen wordt gewerkt als aas en voer zouden de resultaten verras send goed zijn. Natuurlijk Over het bevestigen van een aardappel aan de haak doen tientallen theorieën de ronde. De meest ingrijpende - en waarschijnlijk ook meest se cure - is die om bij elke nieu we aardappel de haak van de lijn te verwijderen. Vervol gens wordt de nylonlijn met een naald door de aardappel gestoken, waarop de haak opnieuw aan de lijn wordt be vestigd. Geen geduld Ik wil niets op deze montage af dingen, maar mij zult u het nooit in de praktijk zien bren gen. Om de dóódsimpele re den dat ik er gewoon het ge duld niet voor heb. Ik zie me niet bij elke vervanging de haak opnieuw aan de lijn zet ten. Dan zijn er minder tijd vergende methoden die ook heel goed voldoen. De vraag hoe we de aardappel op de haak zetten wordt in sterke mate bepaald door de afstand die ermee geworpen moet worden. Vissen we op slechts enkele meters van de boot of de oever dan is het met een soepele hengel moeilijk om ook nog een vrij zachte aardappel op zijn plaats te krijgen. Over een afstand van een twintig, dertig meter is dat een volstrekt onmoge lijkheid. Grootste probleem is te voor komen dat de haakbocht door de aardappel heen snijdt. Dat kan door bijvoorbeeld in de haakbocht een stukje brood te leggen. Andere hengelaars gebruiken daarvoor ook wel een grassprietje of ze schui ven een klein stukje van een limonaderietje in de bocht van de haak. De beste oplos sing om verre worpen te kun nen maken is het invriezen van de gekookte aardappels. En meenemen in een koelbox of bijvoorbeeld in een ge koelde aasdoos die sinds kort in de handel is. Met een be vroren aardappel kunnen flinke worpen worden ge maakt. En eenmaal in het wa ter is de aardappel snel ont dooid. Lokken of niet? Over het voeren met aardap- pelkruim of stukjes aardap pel lopen de meningen uit een. De ene hengelaar zweert erbij omdat het de langs de bodem azende karper op de stek zou houden. De ander vindt voeren uit den boze omdat het voornamelijk an ders vissoorten zou lokken, waardoor de schuwe karper niet de kans zou krijgen om het aas te nemen. In beide theorieën zit een kern van waarheid. Het is maar wat je het zwaarst laat wegen. De stap naar een nog natuurlij ker aas: de worm, is maar een kleine. Een flinke worm is ongetwijfeld een aantrekke lijk hapje voor een hongerige karper. Daarvan ben ik wel overtuigd. Iets anders is of de karper die ook in z'n bezit krijgt. Want als er een aas soort is, waarbij er vele kapers op de kust zijn dan is het wel de worm. Een blei versmaadt hem zeker niet, evenmin als een baars of een paling. Erg selectief werkt het dus niet. En dan zijn er nog de zoge naamde kant-en-klaar-aas- soorten. Ze worden geleverd in de meest vreemdsoortige potjes, blikjes, tubes en fles jes. Ze worden omlijst met termen als "geheim", "altijd vangend" en "wonderaas". Alle geheimzinnigheid ten spijt is de samenstelling vaak onthutsend eenvoudig en rechtvaardigt dat zeker niet de gebruikte termen. Geheim procédé Ik kom nog even terug op het voeren, omdat ook op dit ter rein door de verschillende producenten en verkopers vaak wordt geschermd met grote vangsten en geheime procédés. Als alles tot de normale proporties is terug gebracht blijven er enkele nuchtere conclusies over eind. Karper die is ontstaan via een natuurlijke voortplan ting in open water heeft zich in zijn leven steeds moeten voeden met hetgeen het om ringende water hem bood. Dat zal voor het overgrote deel natuurlijk voedsel zijn. Dergelijke stoffen vinden we het gaat ifkomstig uit i de Or- niet terug in lokaas, zodat ook het effect daarvan betwijfeld moet worden. Iets anders i om de karpers de kweekvijve. ganisatie ter Verbetering van de Binnenvisserij (OVB). En dat zijn er met de uitzettingen van de laatste jaren heel wat. De vissen zijn op min of meer kunstmatige wijze groot ge worden. In de enorme vijvers worden ze namelijk gevoed met pellets, waarin alle beno digde voedingsstoffen zijn verwerkt. Het ligt voor de hand, dat deze kweekkarpers aan de pellets gewend zijn. Voeren daarmee kan dus een lokkende werking hebben. Eiwithoudend Dan is er de laatste tijd in de hengelsporthteratuur nogal veel propagande gemaakt voor het zogenaamde eiwit- houdende lokvoer. De argu mentatie die erbij wordt gele verd is dat de karper in veel wateren overmatig veel van meelspijzen aangeboden krijgt. Dat zou op den duur ten koste gaan van zijn ge zondheid. Via een ingeboren mechanisme zou de vis zich in die situatie meer aangetrok ken voelen tot sterk eiwit houdend lokaas. Tenslotte toch nog even het onmisbare brood. Ik zei al eerder dat het een weinig se lectieve aassoort is, die vele andere vissen lokt. Dat brood toch goede diensten kan be wijzen wordt bewezen door karpervissers, die zich gespe cialiseerd hebben in het vis sen met de drijvende korst. Een wijze van vissen die met name in de wat ondiepere sierwateren wordt toegepast tijdens de rustige uurtjes. Dat is dan voornamelijk tijdens de ochtendschemering of ge durende het vallen de avond. Eén ding is zeker, vissen met de drijvende korst is fascine rend. Het is bloedstollend om te zien hoe een flink stuk brood plotseling omringd wordt door een kolkje en ver volgens in het niets ver dwijnt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1980 | | pagina 33