[21 Ruis leeft van zijn schulden op Bahama s Steeds meer ellebogenwerk ■553?" ZATERDAG 23 AUGUSTUS 1980 LEIDEN/ DE KAAG - Zelfs de Leidse belastingontvanger zal wel nimmer hebben geloofd dat zijn laatste poging het recht (en geld) aan zijn kant te krijgen ook maar een kans van slagen had. Een paar weken geleden pro beerde hij het nog maar eens en riep, via de deurwaarder, in een officiële publikatie B. Ruis, „zonder vaste woon- of verblijf plaats", eind augustus voor de Haagse rechtbank te verschijnen. Het gaat daarbij om een formali teit, er moet een notaris worden benoemd, die moet toezien op de verkoop van door de ontvanger van Ruis in beslag genomen on roerend goed, maar Ruis zal het wel uit zijn hoofd laten ook in persoon te verschijnen. Daarmee zou hij zijn eigen vonnis teke- Voor rechtschapen lieden heeft hij dat vonnis al getekend, toen hij in de herfst vorig jaar zijn koffer pakte en met een fors kapitaal de grens over ging. Op weg naar een zonnige toekomst. Om precies te zijn, naar de Bahama's, het uit ze venhonderd eilanden bestaande vakantiestaatje, dat zich ten zuidoosten van de Amerikaanse staat Florida bevindt. Aanvanke lijk vertoefde hij er met zijn vrouw, maar het huwelijk liep op de Bahamaanse klippen; zijn vrouw gebruikte het nog geldige retourbiljet en vestigde zich in middels weer in de Lage Lan den. Ben zelf is niet van plan dat biljetje ooit zelf te gebruiken. Ten eerste heeft hij er niet de minste behoef te aan om op staatskosten te wor den gehuisvest en daar komt nog bij dat hij gewoonweg de tijd niet heeft. Want Ruis zit in zaken en bouwt op het piepkleine Paradise Island, met uitzicht op de haven en het silhouet van het klamme hoofdstadje Nassau, qen villa park met allure. „Kompas Developers" heet zijn ontwikkelingsmaatschappij en om die naam te verklarén, moe ten we even naar het andere ei land waar hij kapitaal vergaarde: De Kaag. Op dat watersportdo mein, ten noorden van Leiden werkte Ruis zich op tot miljonair. In 1970 zette hij er voet aan wal, met tienduizend geleende gul dentjes in zijn knuisten en met de vaste overtuiging dat hij het in de horeca wel zou maken. In feite was het een hem wezensvreemd bedrijf, want voordat hij de pont naar De Kaag nam, verdeed hij zijn tijd als technisch tekenaar, diende vrijwillig zes jaar bij de Marineluchtvaartdienst, die hem ook op het voormalige Neder- lands-Nieuw-Guinea stationeer de, werkte bij Fokker en ging op stap als vertegenwoordiger. Maar pas in de horeca voelde hij zich als een vis in het water. „Het is de vrijheid die je hebt om te hande len en het geld datje verdient. De mensen om je heen. Ik was er dag en nacht, geen enkele dag op vakantie geweest. Het was kei hard werken, dat wel". Al die inspanning legde hem geen windeieren. Op het hoogtepunt van zijn Kaagse carrière, om het zo maar even aan te duiden, was hij de baas van het zeer goed be- ADVERTENTIE ^-"en zilver Een aparte kollek'tie waar devolle en mooie sieraden koopt u bij ons ondanks deze dure tijden tegen de scherpste prijzen. „WAAR VOOR UW GELD" J uwelier v. D. WATER Haarlemmerstraat löi Leiden mÊ^^mEigen ateliers cusam.- ö»v. aan de KotmQtr*myt#:ht 27 to 'h Oravöfihage, Qwow*, de echtrfwden «U* - - wwheen worgde te Aikvm» de en Un<i»n /onoer t» j ie -voor of cm op dc*xk*tJag 26 ftugtw.a 1980 te n.OC uur te vroh» non te t&Qcht&ttfaz cfc VaMntfefcMmr van Arror re tswvjintf# gehoord op eer- took tot benoeming van notarte ie Mora tic móTMtiytiie y&kaott td C&MtSvintter v3n co 10 1980 ter» t&SKttvsr 0 Ru» voornoemd in ixmsg o .-r&r*. «KS* ötKKfefèn De oproep om voor de rechtbank te verschijnen. Het aantal Nederlanders dat jaar lijks huis en haard verlaat en zich met een knip vol niet afgedragen belastinggeld voorgoed in het buitenland vestigt, is onbekend. Zowel woordvoerders van het ministerie van financiën als dat van justitie zeggen geen enkel in zicht te hebben in dat aantal. Jk denk dat dat maar een enkeling is", laat de eerste zich ontvallen, „er worden geen aparte lijsten van bijgehouden". .Klopt", weet Justitie, „in Nederland wordt men wel gezocht, maar intema- Ben Ruis op de bouwplaats met herders die hij meenam van de Kaag klante etablissement Het Kom pas, van het romantische De Twee Wilgen, had hij in de Am sterdamse Korte Leidsedwars- straat de discotheek Jazzland en in Leiden het bruine café De Drie Haringen. Kortom een man in bonis. De in horecakringen gevreesde „Actie Schuimkraag" zette een streep door de rekening. De door de belastingdienst met grote nauwgezetheid gevoerde actie, die voor het eerst in de openbaar heid kwam in het Zeeuws- Vlaamse grensgebied, waar tal van horecamensen gigantische naheffingen kregen, trok als een huivering door heel horecaland. Ook elders vielen klappen (zoals in Tilburg) en ook bij Ruis ging naar zijn zeggen de bel. Hoewel het nog maar die van de eerste ronde was, verlangde de fiscus bij die gelegenheid een half miljoen van hem. Ruis: „Ze kwamen bij me en zeiden: Ruis, je hebt vijfhonderdduizend gul den zwart. Je hebt zoveel inge kocht en zoveel verkocht, dus je moet zoveel verdiend hebben. Maar het is gewoon onmogelijk om het te doen zoals zij zeggen dat het gaat zoveel pilsjes per vat en ga zo maar door. Ze slopen je helemaal, weetje dat. Zes glazen uit een fles wijn, belachelijk ge- tionaal geregistreerd wordt er niet". Dat heeft ook niet veel zinwant be staande verdragen staan uitleve ring voor belastingschuld niet toe. Dat verandert wanneer vals heid in geschrifte of een econo misch delict ten laste kan worden gelegd. Maar dat blijkt, ook al weer volgens Justitie, niet altijd even gemakkelijk. Nederland probeert daar wat aan te veranderen en in nieuwe of hernieuwde verdragen een clau sule opgenomen te krijgen die die uitlevering alsnog regelt. Maar Den Haag kan dat wel willenook de internationale partner moet er oren naar hebben en tot dusver is dat nauwelijks het geval. Hoeveel Nederlanders met een al dan niet forse belastingschuld voorgoed de grens overwipten, mag dan „onbekend" zijn, ver slaggever Udo J. Buys ontmoette er een: oud-horecagrootheid Ben Ruis, die met een miljoen belas tinggeld naar de Bahama's ver dween. Harde Nederlandse gul dens, die Vadertje Staat heel wat liever in de almaar legere schat kist had aezien. ^Ecrfeyelopment OVERLOOKING NASSAU^HAS* °A»ADtS£ •STuoto APaISÜJ!***** (J\ «CHHtcr. Xaradtu coukw* JtSSOCUtES l'ï 0UXTS VMSM'. MMMK Een bord op Paradise Island Developers. 2* ci w atv sup de bouwplaats van Kompas Haitiaanse bouwvakker en de twee woon, als je 'n klant f2,50 voor een glas wijn vraagt, kan je moeilijk miniglaasjes schenken". Alles verkocht Ruis wachtte de bel voor de tweede ronde niet af. „In de tijd van een maand heb ik alles verkocht, ie dere leverancier betaald en ben ik vertrokken. Ik voelde dat het tijd was om op te stappen. In 1970 was ik begonnen met die geleende tienduizend gulden van de bank. Een paar jaar later had ik een paar miljoen. Toen dacht ik: voor ik dat alles kwijt ben, moet ik weg wezen". Niet z'n spaarcentjes en het miljoen (inclusief de nales- sing) waar zijn totale belasting schuld op dat moment uit be stond. Ruis verliet De Kaag in stijl. „Toen ik in 1970 met een Fiat 500 arri veerde, kreeg ik ruzie met zo'n broodaristocraat en heb hem toen bezworen dat ik, als ik ooit zou vertrekken van het eiland, dat met een Rolls-Royce zou doen. Ik heb er een geleend van een vriend, heb de veerbaas een flinke fooi gegeven en heb me la ten overzetten. Voor de rest ben ik met stille trom vertrokken. Ik heb gezegd tegen de mensen - ik had een best koppel personeel, er liep nooit iemand weg - dat ik met vakantie ging en heb ge dacht: dan zullen ze later wel be grijpen wat ik bedoeld heb. Ik heb nog een paar keer geschre ven, maar ik hoef van niemand iets terug. Of ze nou jaloers zijn, ik weet het niet..." De enige die hem niet vergeten is. is „Swiebertje", Joop Doderer, die ook op De Kaag woont en hem regelmatig bericht. „Als hij op reis is, stuurt 'ie me altijd een kaartje", zegt Ruis in zijn appar tement, toevalig nummer der tien. Aan de muur foto's van vroeger, 'onder meer in marine- uniform en een tekening van De Twee Wilgen. Achter op zijn auto een sticker met NL. Die letters staan nu eens niet, zoals de Italianen zo graag van ons zeggen, voor „No Lire", want Ruis heeft met de miljoenen die hij verdiende, de opbrengst van zijn zaken en het achterstallige miljoen van Vadertje Staat de schaapjes aardig op het dro- En dan zijn we weer gearriveerd bij het al genoemde Kompas Deve lopers, de ontwikkelingsmaat schappij, die Ruis noemde naar zijn eerste horecagelegenheid. Het eiland waar Ruis grond kocht, is vrijwel geheel eigendom van Resorts International, een op de Amerikaanse beurs genoteer de investeringsgroep, die ook el ders in toerisme geinteresseerd is. Ze is ook eigenares van het ho ge en chique Brittannia-hotel op heteiland, waarde internationaal vermaarde, inmiddels overleden, excentrieke miljonair Howard Hughes anderhalf jaar lang een hele verdieping afhuurde. En de overleden sjah verbleef, nadat hij Iran verlaten had. korte tijd in een villa op steenworp afstand van Ruis' optrekje. Fameuze klank Vooral bij de Amerikaanse toeris ten heeft Paradise Island een fa meuze klank. De hotels zjn er goed, het heeft een casino, echt witte stranden en een helblauwe lauwe zee. Ruis kan zich inmid dels van zo'n stukje strand eige naar noemen. Hij kocht het van Resorts en verwierf aan de ande re zijde van het eiland - die af stand is slechts enkele honder den meters - bouwgrond, waar hij inmiddels drie schakelvilla's heeft laten bouwen en een zwembad heeft aangelegd. Een van de villa's is voor hem zelf be doeld, met als hobby-achtige uit rusting een tweepersoonsbad kuip met een „bubbelinstalla tie". De andere twee gaan de verkoop in, voor grofweg driehonderddui zend Bahamaanse dollars (staat gelijk aan Amerikaanse) per stuk. „Ik ben ervan overtuigd dat er een markt voor is", aldus Ruis, die zijn aspirant-kopers uit de nabijgelegen VS denkt te betrek ken of uit Duitsland, want vooral uit dat land is het Europese toe risme fors op gang gekomen. Achter de havenzichtvilla's komt een flink aantal appartementen, waarmee hij gedeeltelijk mikt op de kleinere investeerder. Door „time-sharing", wat erop neer komt datje een studio of appar tement voor twee weken per jaar koopt en dus die veertien dagen je eigen huis hebt. Het initiatief van Ruis om op Para dise Island te gaan bouwen, wordt door de regering van de Bahama's ook nog eens met een douceurtje geruggesteund, want het laat op haar kosten aan de ha venzijde een strand opspuiten. Een experimenteel project, waardoor de waarde van het bezit van Ruis enkel nog stijgt. Ruis slijt zijn vrijwillige balling schap met hardwerken. Van 's morgens vroeg tot 's avonds laat is hij op „de bouw" te vinden. Met altijd om zich heen de twee Duit se herders. Helga en Athilla, die vanaf De Kaag met hem mee emigreerden. „Ik heb hier zon, gezelligheid, niemand valt me lastig. Het weekend ga ik meestal op stap. Ik heb hier wat vriendin netjes zitten, tennis een beetje. Ik werk hard en in het weekend doe ik fijne dingen. Het enige wat ik dan mis, is het geroezemoes om me heen, zoals ik op De Kaag had, vooral op zaterdag en zondag mis ik dat erg, dat zijn heel moeilijke dagen", aldus de nu 46-jarige Ruis. Met de zestig Nederlandse families die op de Bahama s wonen, heeft hij geen contact, ook nauwelijks met zijn Paradise Island-buur- man. Amsterdammer Joop Kooi- stra, die naar zijn zeggen zijn for tuin in illegale casino's in de hoofdstad zou hebben verdiend en nu een drie miljoen dollar dure villa bezit. Naast dat huis staat een gigantische paraboolanten ne. waarmee Kooistra meer Ame rikaanse televisiestations kan ontvangen dan de officiële Ba hamaanse televisie, zoals het heet. „Of ik hier altijd zal blijven weet ik nog niet, maar voorlopig heb ik mijn handen vol", aldus Ruis. die het besef dat hij Nederland niet meer (ongestraft) in kan, maar het liefst verdringt. „Wat moet ik ook in Europa doen. als ik m'n familie wil zien, stuur ik ze wel een vlieg tuigkaartje op", zegt hij laco niek... Als hij zich ooit te eenzaam mocht gaan voelen, is er in ieder geval één Nederlander die hem graag in de armen zal willen sluiten: de Leidse ontvanger... 1 -- -Snf- De eerste drie villa's van het project: 300.000 dollar per stuk. De linkse is voor hem zelf bedoeld. Leidse raad ziet na tien jaar CPN-er Hoeven vertrekken LEIDEN - Het CPN-raadslid Dries Hoeven verlaat begin volgende maand de Leidse gemeenteraad. Hoeven heeft er dan meer dan tien jaar raads werk opzitten. In 1970 werd hij samen met mevrouw Van der Blom-Vijl- brief in de raad gekozen -In 1974 verloor de CPN een zetel en ging Hoeven alleen verder. In september 1978 begon hij aan zijn derde raad speriode. Zijn voortijdig opstappen komt niet als een verrassing. Al eerder heeft Hoeven, gehuwd en vader van vijf kinderen, laten blijken zijn werk als apothekers-assistent, zijn aktiviteiten voor de CPN en en het raadslidmaatschap een te zware combinatie te vinden. Hoeven zal begin volgende maand worden opgevolgd door Jan Brands. 99 99 LEIDEN - Dries Hoeven is eigen lijk een veel te aardige man voor de politiek. Een communist in hart en nieren, dat wel. Het is hem met de paplepel ingegeven ver telt hij zelf. Als kind al kwam hij in aanraking met de partij wan neer zijn vader de contributie voor de vakbond ging betalen in het geheelonthouderscafé. "Dan was er altijd wel een pak manifes ten dat rondgebracht moest wor den en dan zeiden ze tegen mijn vader: Joh, kan die jongen van jou dat niet doen voor een reepie Kwatta. Ik wist precies waar de politie-agenten woonden. En die moest je overslaan, want dat soort dingen in de bus gooien mocht niet in die tijd". Dries Hoeven sympathiseerde al vroeg met de partij. Maar echt ac tief was hij in het begin niet. "Ik heb me nooit op de voorgrond gedrongen", zegt hij. "Maar op een gegeven moment rol je er ge woon in. In 1951 kwam ik naar Leiden en ging toen aan het werk bij het adviesbureau van de Een heids Vakcentrale (EVC). In 1954 werd ik pas echt aktief voor de CPN. Ik hield me toen vooral be zig met propaganda voor de partij en met de colportage van De Waarheid. Er is een groot verschil tussen de acties van vroeger en nu. Van kraakacties had je nooit gehoord. Wel voerden we al huuracties en we stonden altijd aan de poort van de fabriek. De afbrokkelende werkgelegen heid in Leiden heeft de partij geen goed gedaan", meent Hoe ven. "Dat heeft geleid tot een verminderd contact met de ge wone werkende mensen. Er is veel industrie verdwenen door de jaren heen: de textiel- en eonser- venfabrieken en de Grofsmede rij. We hebben als partij steeds geprobeerd dat tegen te houden. Volgens mij zijn er ook genoeg mogelijkheden geweest om de zaak te redden". Dries Hoeven werd in 1970, samen met mevrouw Van der Blom. in de Leidse gemeenteraad geko zen. "We hadden toen een CDA WD-college. Dat was een slech te tijd voor Leiden. Er werd wel veel vergaderd, tot soms 3 uur 's nachts, maar er werd niets beslo ten". Vanaf september 1974 zette Hoeven het werk alleen voort. Aan het eind van die periode moest hij een paar maandjes af haken omdat het hem allemaal teveel werd. Toch keerde hij voor een derde periode terug in de raad. "Raadslid zijn van een éénmans- fractie met daarnaast een volle dige dagtaak is eigenlijk ondoen lijk", zegt hij nu. "Meestal kom je er alleen aan toe om je visie op bepaalde zaken te geven. Je houdt geen tijd over om zelf inia- tieven te ontwikkelen. Toch denk ik dat ik de stem van de CPN vaak heb laten doorklinken in de raad. Bijvoorbeeld waar het ging om een snelle nieuwbouw voor het AZL, het politieoptreden tegen Leidse krakers en het ontwikke len van goedkope woningbouw. Je kunt als eenling natuurlijk best wat bereiken. Onze mensen zijn ook heel aktief buiten de partij", meent Hoeven. Gevraagd naar de vele mantelor ganisaties waarin de CPN een rol speelt zegt hij: "Door onze gerin ge inbreng in de raad moeten we het "accent wel veel meer leggen op buiten-parlementaire acties en op het werk in de vakbewe ging. Dat is in onze partij nooit een discussiepunt geweest. We gebruiken onze positie in de raad om acties te ondersteunen en als platvorm om zaken bij het ge meentebestuur aan te kaarten. Als je bepaalde acties rechtstreeks onder de vlag van de CPN voert dan schrikt dat mensen af. Wij stoten vaak ons hoofd omdat men roept oh. dat gaat weer van de CPN uit. Daarom proberen we zoveel mogelijk mensen te ver enigen om een bepaalde dingen te bereiken, onafhankelijk van wat voor politieke, of religieuze opvattingen zij aanhangen. Zo veel mogelijk krachten bunde len. Als CPN-alleen kunnen we nooit een brede basis vinden om een bepaald doel te bereiken". Dries Hoeven is tijdens zijn tien jaar raadslidmaatschap nooit een glad politicus geworden maar gewoon een vriendelijk mens gebleven. Eigenlijk een beetje een communist van de oude stempel, gedreven door idealis me. "Ik zat niet in de raad om de communistische leer uit te dra gen", zegt hij nuchter. "Ik heb wel steeds geprobeerd te stand punten van de partij in de prak tijk naar voren te brengen. Idea lisme is iets wat je in andere par tijen, ook in de PvdA, steeds minder tegen komt. Het eigen belang en het carrière maken voert steeds meer de boventoon. Ook de Leidse raad wordt in toe nemende mate gekenmerkt door ellebogenwerk en het streven naar mooie baantjes. Dat is heel jammer". "Als echte CPN-er moet je meestal heel wat overwinnen om voor je principes te blijven staan. Toen ik op de lijst voor de CPN stond kwam meteen de andere dag de BVD op m'n werk om te informe ren hoe dat kwam. En m'n zoon hoefde de andere dag niet meer op z'n werk te komen omdat zijn vader communist was. Gelukkig staan de mensen niet meer zo af zichtelijk tegenover de CPN als VToeger. Het komt nu wel voor dat andere raadsleden aan mij vragen, wat denk jij hiervan, of: hoe zou jij dat nou aanpakken. Ik heb een goed contact met andere raadsleden. Och, het zijn wel te genstanders maar geen vijanden. En ik heb best begrip voor het standpunt dat zij vanuit hun mi lieu hebben meegekregen". Over tien jaar raadslidmaatschap: "Ik moet zeggen dat, vanaf het moment dat we een links-pro gramcollege kregen, wel het een en ander gebeurd is in de stad Vooral op het gebied van de stadsvernieuwing. Maar er wordt te lichtvaardig omgesprongen met allerlei bedrijfjes in de bin nenstad en er zijn te weinig wo ningen gebouwd. Wij hebben er steeds op gewezen dat de Ste- venshofjespolder snel bebouwd moest worden". Dries Hoeven keert de politiek niet helemaal de rug toe. Hij blijft zijn opvolger, Jan Brands, assisteren bij het raadswerk. Ik ben nu 64 jaar en het werd me te zwaar", geeft hij toe. "Als er dan jongeren zijn die het werk kunnen over nemen dan moetje er gewoon een punt achter zetten". Over de toekomst van de CPN is Hoeven optimistisch: "Ik hoop dat de huidige samenwerking van PvdA en VVD in de volgende periode niet bestendigd wordt. Ik zie voldoende mogelijkheden voor een toekomstige samen werking van de CPN met de PvdA en de andere linkse partij en. Dat is noodzakelijk Jonge mensen denken vaak dat het al lemaal zo hoort als het nu is Maar er is nog een harde strijd nodig om de dingen te behouden die we in de afgelopen jaren door stryd bereikt hebben". JAN RIJSDAM

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1980 | | pagina 3