Marijt wil nog graag klap maken Van der Meer krijgt een nieuwe kans bij AZ'67 3h|MF DONDERDAG 21 AUGUSTUS 1980 SPORT PAGINA 15 KERKRADE - De kilo meters worden na één seizoen Roda JC nog al tijd blijmoedig gevre ten. Zijn grens heeft hij, Ton Marijt, nog niet be reikt, al ligt die in een andere betekenis zo dicht in de buurt van zijn werkterrein. Het geld verzoet ook in dit geval dus de onaange namere facetten van de arbeid. De bijkans dwingende oproep van 'sociale zakenman' Wil Albeda aan het adres van 'niet actieven' om een arbeids plaats ook eens buiten een straal van 20 kilometer van de woonplaats te zoeken mag dan weinig weerklank heb ben gevonden, Ton Marijt deinst er in elk geval niet voor terug wekelijks 'om den bro de' een aantal malen naar Kerkrade af te zakken. In ge zelschap van zijn Amster damse maat Jan Jongbloed. Naar de 32-jarige verdediger beweert, bevalt de combina tie voetballer/superpendelaar hem "best". Weliswaar kent hij inmiddels alle bomen, huizen, koeien en verkeers borden langs de meer dan 250 kilometer lange route, "maar ach, met een dolletje hier en een geintje daar is de verve ling verdreven en zit je zo op Kaalheide". Maar toch, ook Marijt is niets menselijks vreemd. Eenmaal thuis in Noordwijk, ver weg van zijn Heerlens pension, zit hij toch weieens tegen die afstand naar het Limburgse aan te hikken. Vrij als hij dan is van voetbalbeslommeringen flitst het door hem heen dat "dat kolere-eind morgen weer ge reden moet worden". Vooral 's winters overkomt hem dat. "Dan", geeft Marijt toe, "dan wil het weieens link worden op de weg met die sneeuw en die schuivende vrachtwa gens". "Maar", poetst hij zijn bezwaren weg, "als ik een maal in Kerkrade ben, valt dat allemaal van me af. Dan trek ik het trainingspak aan en dan is het hup, de wei in". Waardering De Noordwijker ontmoet veel waardering in de zo buiten lands aandoende achtertuin van Nederland. De plaatselij ke supermarkt mogen hij en Jan Jongbloed niet verlaten, zonder dat ze eerst de nodige handtekeningen hebben uit gedeeld. De twee elkaar bij leven en dood beconcurre rende Limburgse kranten hebben Marijt "al zeker drie maal" leeggezogen voor een paginagroot verhaal. En deu ren, wat heet, zelfs grenzen gaan hier voor hem open. Zo als die ene keer, toen Jan Jongbloed een in Aken wo nende kennis van zijn broer wilde bezoeken. Op de drem pel van de Bondsrepubliek bleken de voetballers hun paspoorten te hebben verge ten. "Nou, die douanier maakte daar geen punt van, groette ons en riep vervolgens "rijen maar". "Want ik ken Jongbloed en Marijt, voet ballers van Roda mogen van mij zonder pas door".... Ook bij de club wordt Marijt alom geprezen, hij weet dat zelf ook, laatst heeft ie met een grapje zijn populariteit nog gepeild. Na afloop van de vorige voetbalcompetitie stapte Marijt naar manager Hans Coerver en liet, zonder een spier te vertrekken, we ten: "Ik zie dat heen en weer rijden niet meer zitten. Ik word per slot van rekening ook een dagje ouder, hoeveel moet ik kosten? Nou, die Coerver keek alsof ie het wa ter zag branden. Jij, riep Coerver, jij bent niet te koop. Met jouw body kan je zeker nog twee jaar mee. Je hebt hier goed gespeeld, teken maar bij. Dat heb ik toen maar gedaan. Want zolang het li chaam het uithoudt, ga ik door met voetballen. Ik heb nog geen idee wat ik na mijn carrière ga doen, daar lig ik nu nog niet van wakker. Ik zie wel waar het schip strandt". Die handtekening onder het 'verse' contract impliceerde de voortzetting van zijn even ingewikkelde als inspannen de weekprogramma, dat hij in de afgelopen tien maanden zonder morren heeft afge draaid. Het werkschema van Marijt: - Maandag: naar Kerkrade, één keer trainen en overnachten in Heerlen. - Dinsdag: twee keer trainen; 's-avonds terug naar Noord- wijk. - Woensdag: vrij. - Donderdag: naar Kerkrade, één keer trainen en overnach ten in Heerlen. - Vrijdag: twee keer trainen; 's-avonds terug naar Noord- wijk. - Zaterdag: vrij, tenzij er een competitiewedstrijd op het programma staat. -Zondag: voetballen; 's-avonds terug naar Noordwijk. Menigeen zou een dergelijk dienstrooster al na luttele da gen de strot uitkomen. Maar bij Marijt komt geen klacht over de lippen, uiteindelijk heeft hij zelf "voor dit leven" gekozen. "Na mijn periode bij De Graafschap heb ik beslo ten niet meer te verhuizen. En ja, dan resteert dit als enige oplossing". Vrede Het thuisfront, meldt Marijt, heeft eveneens vrede met zijn grootschalige forensenbe- staan. Zijn vrouw schikt zich voorbeeldig in het lot en zijn twee zoontjes vinden zijn ge regelde afwezigheid ook al de gewoonste zaak van de we reld. Goed, als pa thuiskomt wil één van hen nog weieens zeggen "verrek, ik geloof dat er éen of andere oom voor de deur staat", maar daarmee typeren ze volgens Marijt al leen maar hun gevoel voor humor. "En ach", relativeert hij, "iemand, die op de grote vaart zit blijft zes maanden weg. Ik kom nog regelmatig boven water". Het beeld dat Ton Marijt van zichzelf schetst, oogt derhal ve heel wat florissanter dan pakweg een jaar geleden. Toen voelde hij zich door zijn toenmalige werkgever Sparta afgeserveerd. "Ik had daar een goed seizoen gedraaid, maar ze halveerden wel mijn contract", blikt hij achterom. "In principe wilde ik hele maal niet weg bij die club. Met hetzelfde contract had ik zonder meer genoegen ge nomen. Maar het bestuur Ton Marijt: "Ik moet me met een been staande houden in het betaal de voetbal". vond mij te oud, wat ik erg lullig vond. Want oud is alleen de duvel en zijn ouwe moer. Achteraf durf ik te stellen dat mijn vertrek Sparta wel wat puntjes heeft gekost". Na de breuk met Sparta brak voor Marijt een onzekere tijd aan. Onduidelijke makelaars ("Die wilden wat aan mij ver dienen") meldden zich via de telefoon, contacten met clubs als NAC en Cambuur ("Die clubs eisten een verhuizing naar de betreffende plaats") sprongen af, Telstar bood te weinig en KV Kortrijk hield al evenzeer pas op de plaats. Marijt dreigde derhalve tus sen de wal en het schip te ge raken. Ten einde raad belde hij zijn oude trainer Cor Brom met de vraag of die niets voor hem wist. Brom handelde slagvaardig, wist van de de fensieproblemen bij Roda JC en tipte zijn vriend Bert Ja cobs. De Roda-trainer nodigde Marijt uit voor een proefwedstrijd ("Tegen EHC"), de Noord wijker voldeed redelijk, maar de contractbesprekingen met manager Coerver verliepen in eerste instantie allesbehalve soepel. "Het transferbedrag dat Sparta voor mij vroeg, vond ie te hoog. Ik was al 31 jaar en voor een kerel van die leeftijd nog 75.000 gulden be talen, nee, dat vond Coerver te ver gaan". Gepikeerd De gepikeerde voetballer liet het er niet bij zitten, vroeg Coerver een paar dagen later om een nieuw gesprek en belde op diens kantoor Spar- ta-bestuurslid Floor Bouwer. "Als je binnen 10 minuten het transferbedrag niet laat zak ken, ga ik terug naar Noord wijk en vangen jullie niets", voegde Marijt Bouwer ge spierd toe. Het dreigement hielp. Sparta deed wat water bij de wijn en gaf alsnog zijn fiat aan de transfer naar Kerk rade. Na een wat stroeve aanloop ("Ik had afwisselend Bregman en Ehlen achter mij staan") werkte Marijt zich op tot een waardevolle Roda-mede- werker. Hij kijkt intussen met verlangen uit naar de nieuwe competitie. Aan het einde van de 'volgende rit' is hij immers transfervrij "en dan wil ik nog graag een klappie maken". Vandaar dat hem er alles aan gelegen is om met zijn ploeg maten een goede seizoenpres tatie af te leveren. "Aan de voorbereiding ligt het in elk geval niet", stelt hij vast. "De instelling van de groep is goed. de wil om te presteren is er". Daar ontbrak het, althans naar de opvatting van Marijt, vorig seizoen bij sommige spelers nogal eens aan. De be reidheid om tot het einde door te knokken was hier en daar nadrukkelijk afwezig "en daarom hebben we de kans op Europa Cupvoetbal laten liggen". "Jacobs erger de zich daar aan. op het laatst was hij dan ook duidelijk op Roda uitgekeken". Na de komst van nieuwe trainer Piet de Visser ("Een onge looflijk enthousiaste vent. Die praat aan één stuk door, hij lijkt wel een radio") is de zweep over de selectie ge gaan. "En dat bevalt prima", weet Marijt. "Ik ben in elk ge val van plan om er als van ouds tegenaan te gaan. Dat wil ik alleen al doen voor de mensen hier uit de buurt. De supporters. Want die waarde ren mij. En erkenning van die kant is nooit weg voor een laatbloeier, die zich in het be taalde voetbal alleen met een goeie linkerpoot overeind moet zien te houden".. GERARD VAN PUTTEN ROELOFARENDSVEEN - "Ik probeer het hoogste te berei ken en dat is voor mij het Ne derlands elftal. Red ik dat niet, dan zien we wel hoe groot m'n mogelijkheden dan zijn. Dat is mijn instelling, zowel op het voetbalveld als op za kelijk gebied. Bij AZ'67 is dat voor mij haalbaar, ook al moet ik knokken voor m'n plaats". Richard van der Meer (19) is sa men met Leidenaar Fred Fi- lippo bezig om een vaste plaats te veroveren in de hoofdmacht van de Alkmaar- se eredivisieclub. Het Roelo- farendsveense talent, door de voormalige technische leider bij AZ, Hans Kraaij, wegge plukt bij de vierde klasser DOSR, begint aan het voor hem belangrijke derde sei zoen. 'Ik heb een tweejarig A-contract en dat loopt dit jaar af. Hopelijk kan ik nu doorbreken en er volgend jaa r blijven spelen. Want het be valt me in Alkmaar prima. Ik ben ook van plan om er te gaan wonen. Dan ben ik ten minste van dat heen en weer pendelen naar Roelofarends- veen af'. Vorig seizoen maakte Van der Meer zijn entree in de door Georg Kessler geleide forma tie. "Halverwege het seizoen heb ik m'n kans gehad door blessures van anderen. Peters en Van Rijnsoever waren geblesseerd en Van Dongen kreeg een schorsing van drie wedstrijden. In een oefenpar tijtje hebben ze mij toen als laatste man getest. Dat ging goed en de zaterdag erop te gen Excelsior stond ik in het eerste. De jongens accepteer den meen dat is belangrijk in het voetbal. Je moet maar af wachten hoe oudere spelers je opvangen. Ik heb ook altijd veel geluisterd en dat moet, want anders kom je er niet. Tenslotte is er toch een groot gat als je van een vierde klas ser komt". De zoon van een transporton dernemer moest zich in dubbel opzicht omschakelen omdat hij tot dan steeds als aanval lende middenvelder ("mijn favoriete stek, maar bij AZ heb je genoeg klasse met Pe ters, Nygaard en nu Jonker") had geopereerd. Richard van der Meer maakt er geen probleem van om op een voor hem vreemde plaats te spelen. "Ze proberen inderdaad van alles met je. Ergens is dat wel goed omdat je op elke plaats moet kunnen spelen. Boven dien moet je elke kans die je krijgt met beide handen grij pen. Veel kansen krijg je als aankomende jongen natuur lijk niet". Kessler schonk Van der Meer z'n vertrouwen en de Vener maakte de laatste tien compe titiewedstrijden vol als sluit post vaii de Alkmaarse defen sie. De competitie finale liep voor AZ'67 echter op een re gelrechte mislukking uit. Het is immers genoegzaam be kend dat koploper Ajax de Alkmaarders alle gelegenheid heeft geboden om de nationale titel uit de Amsterdamse han den weg te grissen. De afstand tussen de nummers 1 en 2. die aanziennjK was geweest, liep in de spannende slotfase terug tot twee punten, maar - en de Alkmaarse supporters liggen er nog wakker van - AZ kon en wilde maar niet profiteren van verdere Ajax-misstap- pen. Richard van der Meer: "Het breekpunt was eigenlijk die wedstrijd tegen Ajax (uit slag: 2-2). De dwang i te schijnlijk te veel voor ons. Jammer, want voor mij was het helemaal een belangrijke wedstrijd in zo'n vol stadion. We konden het gewoon niet maken. Beide clubs hebben in die laatste periode gewoon ge faald". De AZ-speler legt ook een link met het door de leiding van de club kennelijk verfoeide ge- le-kaarten-systeem. "Compe titiesals die van het afgelopen jaar worden ook door die gele kaarten in de hand gewerkt. Aan het einde van de rit heeft bijna iedereen wel twee gele kaarten. De dreiging van een derde kaart drukt dan extra zwaar, want je kunt niet het risico lopen drie duels te mis sen. Bij AZ zouden ze liever een puntensysteem zien". Voor wat betreft de komende jaargang heeft Kessler al on omwonden te kennen gegeven dat er maar een doel kan zijn: het kampioenschap. Met min der wil de trainer geen genoe gen nemen. Ook in de Europe se bekerstrijd dient AZ zich uit de schaduw van clubs als Ajax en Feijenoord te gaan werken, hoewel dat laatste natuurlijk niet zo simpel ligt. "Bij AZ is financieel en maat schappelijk alles goed gere geld. Het is een echte topclub, alleen moeten de prestaties nog doorgroeien. Dat kost tijd, maar er is veel vertrou wen in Kessler. Hij heeft een hele goede benadering va n het voetbalspel en kan goed met mensen omgaan", meent de tienvoudige UEFA-jeugdin- ternational. AZ speelt in de eerste ronde van de UEFA-cupstrijd tegen het Luxemburgse Red Boys. een opponent die eerder al eens een pak slaag kreeg in de 'Hout'. "Als je de verhalen moet geloven is Red Boys geen probleem voor ons. In Alk maar hebben we al eens met 10-1 gewonnen, dacht ik. De naam AZ is in het land nog onvoldoende bekend. Door die wedstrijden in de UEFA-cup zouden we daar verandering in kunnen brengen",zegt Van der Meer, die verder aan de opbouw van het elftal denkt Schokkende wijzigin gen heeft de ploeg immers niet ondergaan. Jaan de GraaJ (IJsselmeervogels), Roger Schouwenaar (Belgie), Wim van Dongen (Vitesse) en Bart van Nieuwpoort (Telstar) ver trokken. Daartegenover staat de komst van middenvelder Jos Jonker (FC Den Haag) en aanvallers Chris van der Dungen (FC Den Bosch) en Jan Gaasbeek (DOVO) "AZ bouwt verder met de groep die vorig jaar tweede werd. Het is een uitgebalanceerd elf tal. Als dit team bijeen blijft en de blessures meevallen, hebben we een goede kans om kampioen te wordenAjax en PSV hebben verkopen ge daan, die eigenlijk te belang rijk voor het elftal zijn. Ajax mist 'n Krol en 'n Tahamata. PSV, dat vorig seizoen tegen het einde toch constant draaide, zit, zeker n\et de voorhoede, moeilijk", aldus Van der Meer. Hij geeft blijk van een gepast, maar duidelijk optimisme binnen de Alkmaarse spelers groep ten aanzien van de nieuwe puntenronde. On danks een teleurstellende ne derlaag tegen Atletico Ma drid (0-1) en een verloren fi nale van het Amsterdam 705-toernooi tegen rivaal Ajax (1-2) in de aanlooppe riode heeft hij toch de nodige progressie bemerkt"Goed. we wonnen vorig jaar het toer nooi in Amsterdam wel, maar het spelniveau van ons ligt nu hoger dan toen. En dat is een bevredigend perspectief voor de competitie", zegt Van der Meer. Zelf leek hij voor dit sei zoen helemaal uit de boot te vallen door vervulling van de militaire dienstplicht. "Ik werd verkeerd geplaatst en dacht eerlijk dut hel met IM gebeurd xu zijn. Doordat ik in Naarden zat. kon ik niet meer meetramen met de A-groep. Dan ben je snel weer een 'vreemde'. Toen Van Rijnsoever zijn been brak hebben ze wat voor me kunnen regelen. Voorlopig speel ik nu als rechtervleugelverdediger. Gelukku ant ik heb WIM VAN WANROOY

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1980 | | pagina 15