De na opgelegde democratie het Spaanse fascisme journalistiek" "Geen afbreuk aan geloofwaardigheid NVJ-voorzitter verdedigt acties van journalisten: WOENSDAG 19 MAART 1980 VARIA PAGINA 13 UTRECHT - De landelijke actiedag die de FNV op 4 maart organiseerde tegen de door het kabinet voorgestelde loonmaatregel, heeft een van de tot nu toe minder bekende bonden flinke publiciteit opgeleverd. De Nederlandse Vereniging van Jour nalisten, de jongste loot aan de FNV-stamnriep op tot solidariteit met acties die door leden van ande re FNV-bonden zouden worden gevoerd en tot deelname aan de FNV-manifestatie. Eventuele ac ties zouden zoveel mogelijk in samenwerking met andere bonden moeten worden gevoerd. En acties kwamen er. Acties die zoveel emoties opriepen, dat het soms wel lijkt of de journalisten het raiddel- punt van de actiedag waren. Bij het Algemeen Nederlands Persbureau, dat alle Nederlandse kranten van binnenlands nieuws voorziet, besloten de NVJ-leden op die actie-dins dag tussen 10.00 en 22.00 uur alleen maar hieuws over de acties en alles wat daarmee samenhing door te geven. De directie besloot daarop dan maar de hele nieuwsvoorziening stil te leggen. De NVJ- leden besloten daarop, nadat er een half uur niets op de telexen was verschenen, weer „normaal" aan het werk te gaan. Bij de Nederlandse Dagblad Unie in Rotterdam zei den de grafici alleen maar kranten te willen ver vaardigen met uitsluitend actienieuws. Dit ge beurde uit solidariteit met de journalisten van het Algemeen Dagblad en Het Vrije Volk, die daartoe hadden besloten. Het Algemeen Dagblad kwam op last van de directie niet uit, Het Vrije Volk had alleen actienieuws. NRC-Handelsblad, ook daar gedrukt, wilde een „gewone" krant maken, maar daar stemden de grafici niet mee in. Resultaat was dat er die dag geen NRC verscheen. Bij het Limburgs Dagblad in Heerlen werd door werknemers van buiten het bedrijf gepost. Auto's werden niet doorgelaten. De acties riepen een storm van protest op en het be stuur van de NVJ kreeg de volle laag. Van de direc teuren van de kranten, verenigd in de Vereniging Nederlandse Dagblad Pers, van de hoofdredacteu ren via het Genootschap van Hoofdredacteuren en de Sectie Hoofdredacteuren van de NVJ en van het CNV. Vooral boos was men over de actie alleen nieuws over het stakingsgebeuren te versprei den. UTRECHT - "Ik weiger kranten te laten vergelij ken met aspirines. Ik kan die vergelijking ook hele maal niet volgen, daar be grijp ik niets van. De leden van de NVJ die als actie- vorm hebben gekozen voor een krant waarin al leen maar nieuws over de FNV-actiedag zou staan (maar dat in de ruimste zin van het woord) hebben op geen enkele wijze afbreuk gedaan aan de geloof waardigheid van de jour nalistiek". Aad van Cortenberghe, voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Journalisten, wijst alle ver wijten over manipulatie van het nieuws met kracht van de hand. "Het verwijt dat er door het uitslui tend brengen van actienieuws propaganda wordt bedreven, is waanzin. Waanzin! Het wezen van de journalistiek is selectie, het wel of niet plaatsen van een bericht in de krant. Niemand zal daarbij denken aan propaganda. Propaganda blijkt uit de wijze waarop je een onderwerp behan delt. In alle actiekranten, tenmin ste al die kranten die ik onder ogen heb gehad en dat waren de meeste, heeft men zich beperkt tot berichtgeving over het on derwerp, niet tot de zienswijze hoe er over de actie moet worden gedacht. Het was een uitermate evenwichtige berichtgeving: de werknemers werden aan het woord gelaten, de werkgevers, de politici. Iedereen. Alle partijen kwamen aan bod. Hoe kun je dat nu propaganda noemen." Aad van Cortenberghe constateert dat wat op die vierde maart door een aantal redacties is gedaan, niets meer en niets minder is dan het maken van een andere jour nalistieke selectie dan gebruike lijk. De directeuren verweten vo rige week de journalistenbond dat haar leden door het geven van enkel actienieuws een onderdeel van hun arbeidsovereenkomst, namelijk het redactiestatuut, hadden geschonden. Dat statuut regelt de wijze waarop er berichten in een krant komen en onder wiens verantwoorde lijkheid. "De betrokken acties waren erop gericht een geheel ander produkt te vervaardigen dan door het redactiestatuut wordt voorgeschreven", zo schreven de directeuren aan de journalistenbond. Aad van Cortenberghe is het daar helemaal mee eens. Er werd in derdaad inbreuk gepleegd op het redactiestatuut. Maar "het redac tiestatuut is een onderdeel van de arbeidsovereenkomst. Nu, het inbreuk maken op een arbeids overeenkomst is het wezen van iedere staking. Het gehoor geven aan een oproep tot staking of ac tie door een erkende vakbond is in de Nederlandse wetgeving ge regeld. Als iemand een op die gronden gevoerde actie wil te gengaan, moet hij naar de rechter stappen met de vraag of de actie wel rechtmatig is. Die maakt dat dan uit." De discussie binnen en buiten de NVJ splitst zich op dit moment toe op het punt wat je de voor keur moet geven: de stakings vrijheid of de plicht van iedere journalist informatie te geven. Van Cortenberghe: "Staken is een recht dat ook journalisten hebben. Je hoeft natuurlijk niet altijd van dit recht gebruik te maken". De voorzitter van de NVJ heeft de indruk dat de hoofdredacteuren hun stelling- name vooral hebben gebaseerd op het uitgangspunt "dat zou ik nooit doen" "Zij hebben hun persoonlijke journalistieke af weging laten prevaleren boven het stakingsrecht." Oordeel Het bestuur van de NVJ heeft ge weigerd een journalistiek oordeel te vellen over de acties op 4 maart. "De inhoud van de krant is de verantwoordelijkheid van redactie en hoofdredactie. De NVJ kan en mag dus geen oor deel geven over de inhoud van de kranten. Net zo min als de uitge vers (directeuren) overigens" Een directeur heeft het recht (en het is ook zijn verantwoordelijk heid) een krant al dan niet uit te geven. Van Cortenberghe: "Door de brief aan de NVJ kapittelt de NDP (organisatie van dagbladdi recteuren) in feite haar eigen le den, namelijk de directeuren van de Winschoter Courant en Het Vrije Volk, die wel een actiekrant uitgaven". De directeuren vroegen zich in hun protestbrief aan de journalisten bond af of deze organisatie niet haar recht verliest zich nog langer op te werpen als hoedster van de vrijheid van meningsuiting, als zij het uitgeven van een actie krant rechtvaardigt. Van Corten berghe: „Wij hebben als NVJ ge zegd dat wij het uitbrengen van een krant met alleen maar actie nieuws als een zinvolle actie kunnen waarderen. Wij hebben nooit opgeroepen tot een derge lijke actie, iedere vorm hebben wij aan de leden zelf overgelaten. Maar los daarvan zeg ik op de vraag van de NDP volmondig: ja. Iemand moet zich toch opwerpen als hoedster van die functie. De NVJ is het geweest die heeft aan gedrongen op de invoering van het redactiestatuut waar de NDP nu zo mee schermt. Vóór de in voering van dat statuut lieten we het „hoeden" inderdaad over aan de uitgevers. En we hebben ge zien wat daarvan komt. Dan tel len alleen economische belan gen". De actie bij de Nederlandse Dagblad Unie in Rotterdam, die was begonnen op initiatief van de redactie van het Algemeen Dagblad, leidde ertoe dat ook NRC-Handelsblad die dag niet uitkwam. De redactie wilde wel een gewone krant maken, maar de grafici wilden alleen hun me dewerking verlenen aan een krant die uitsluitend actienieuws bevatte. Daarop zeiden redactie en hoofdredactie van de NRC: „Dan komen we helemaal niet uit". De grafici, die het techni sche gedeelte van de krant voor hun rekening nemen, waren hier toe gekomen omdat ^ij eerder, hoewel zelf niet echt actiebereid, solidair waren geweest met de redactie van het ook bij de NDU gedrukte Algemeen Dagblad. Begrip Aad van Cortenberghe heeft voor deze houding wel begrip. „Je kunt je solidariteit tenslotte maar één keer weggeven". De grafici werd echter verweten dat zij „censuur" hadden gepleegd door de redactie van de NRC voor de keus te stellen „actie-krant of geen krant". Van Cortenberghe: „De inhoud van de krant is de verantwoordelijkheid van redac tie en hoofdredactie. Bij de NRC heeft men besloten op grond van de gegeven situatie geen krant uit te brengen. Ik heb het gevoel dat men nu de verantwoordelijkheid van deze beslissing wil verhalen op de grafici". Van Cortenberghe: „De stelling die nu geuit wordt, dat de grafici in breuk hebben willen maken op de persvrijheid, is net zo onjuist als de stelling dat de journalisten bij de NRC hebben getracht het stakingsrecht te beperken. Je zegt toch ook niet dat bezorgers censuur toepassen als zij, ter ver betering van hun sociale positie, gaan staken. Ieder verwijt van censuur moet verontwaardigd van de hand gewezen worden" Op de rand De moeilijkste klus wacht de NVJ- voorzitter nog in Heerlen. Daar moet hij gaan uitleggen waarom hij niet onmiddellijk een veroor deling uitsprak over de situatie aldaar. Een groep posters aan de poort verhinderde in het gebouw aanwezige redactieleden het pand te verlaten of schiepen een dusdanig psychologisch klimaat dat niemand naar buiten durfde Wat er precies gebeurde, moet de rechter uitmaken. Van Corten berghe veroordeelde de actie op de dag erna niet. „Ik had toen nog geen enkele informatie, hoe moet je dan commentaar leveren op een situatie? Nu zeg ik dat het op de rand van het oirbare is ge weest. Ik weet niet of er sprake is geweest van gijzeling, maar dat de aanwezigen dat gevoel kregen is al bedenkelijk". Volgende week zal het NVJ-be- stuur naar Heerlen gaan om daar met de redactie te praten. Dat de ze zaak verreweg de meeste be roering met zich meebracht, blijkt al uit de stemming binnen het NVJ-bestuur. De stemmen staakten op het punt of Van Cor tenberghe al dan niet onmiddel lijk zijn afkeur had moeten uit spreken. Het bestuur telt negen leden en de voorzitter stemde zelf niet mee. De 4e maart zal voor de Nederland se Vereniging voor Journalisten een dag worden die zij zich nog lang zal heugen. Voor de komen de maanden is er weer discussies tof genoeg. Van Cortenberghe: „Ik wil graag horen wat de leden ervan denken, en dan bedoel ik niet zozeer het nakaarten over die dinsdag, maar vooral het formu leren van een beleid. Er moet iets uitkomen waarmee het bestuur in de toekomst op pad kan. Als men ons beleid afkeurt, wil ik dat ook graag horen, maar er moeten beleidsmaatstaven uitkomen". Discussie De discussie in de NVJ zal onge twijfeld in de Nederlandse pers worden verslagen. Van Corten berghe zegt: „Al die bladen die nu zo tekeer gaan over de selectie normen in de actiekranten - die zijn zogenaamd wel 'normaal' maar juist zij hebben een gndere selectie toegepast. Tot nu toe was het zo dat er niets wat met de NVJ te maken had in de kranten kwam, althans in een heel groot aantal dagbladen was dat het ge val. Dat ging onder het motto: „Wij séhrijven niet over onze ei gen zaak". Dat selectiecriterium hebben zij verlaten. Zou dat iets met de inhoud van de boodschap te maken kunnen hebben?" RIAN KUPPERVELD NVJ-voorzitter Aad van Cortenberghe "Verhouding tassen Vederland en Spanje laatste tijd goed" Volgens de Spaanse minister van buitenlandse zaken, Marcelino Oreja, zijn de re laties tussen Nederland en Spanje de laatste tijd zeer goed. „Wij hebben niet veel problemen en zitten zowel in Europees verband als in het kader van de Verenigde Na ties op één lijn". Door de historische banden is Nederland voor de Span jaarden niet zomaar een Eu ropese partner. In Nederland wordt haar verhouding door meer mensen Spaans ge- sproken dan in enig ander Europees land. Het Spaanse instituut van de universiteit van Leiden staat zeer hoog aangeschreven en het aantal hispanisten is in ons land ongekend hoog. Toch heeft de Tachtigjarige Oorlog heeft bij de Neder landers veel meer oud zeer achtergelaten dan bij de Spanjaarden. De Spaanse koning Juan-Carlos en zijn vrouw betreden de kathedraal Murcia tijdens een officieel bezoek. Morgen zal het koninklijk echtpaar in ons land aankomen. (Vaii één speciale verslaggever) MADRID - Aan de stamtafels van de klassieke Madrileense cafés, waar politieke lijk schouwing tot de favoriete bezigheden behoort, heeft een nieuw begrip het toch al omstandige taalgebruik verrijkt, de „democratura". Na de machtswellust van de veertig jaar durende „dictatura" van het Spaanse fascisme is de „democratura" ontstaan, de opgelegde democratie, het afgedwongen parlementarisme nog voordat het volk uit de a-politieke slaap was ontwaakt. vijf jaar geleden: generaal Franco is, stervende en wordt op een mensonwaardige wijze kunstmatig in leven gehouden omdat zijn naaste omgeving vreest dat de hete revolutie zal uitbreken, zodra het lijf van de dictator koud is. Het volk heeft inmiddels al kennis gemaakt met de opvolger, prins Juan Carlos, die offi cieel heeft waargenomen. „Er zal niet veel veranderen"zegt men in de altijd overvolle cafés. In achterkamertjes worden in het ge heim politieke programma's geschreven, die het aan schijn van het land volledig moeten veranderen .Inde vergaderzalen van de grote Europese, liberale, chris ten-democratische, socialistische en communistische partijen worden miljoenen dollars klaargelegd die ervoor moeten zorgen dat het vertrouwde beeld van de Europese politieke vierdeling ook in Spanje wordt ingevoerd. Basken en Catalanen eisen dat hun onafhankelijke sta tuten van voor de burgeroorlog weer worden inge voerd. „Niets daa rvan", roepen de Madrilenen, „wij moeten als een onverdeeld Spanje zo spoedig moge lijk Europa in". Vijfjaar later: Franco is dood en begraven. Niemand praat meer over hem. Juan Carlos is koning en ver mijdt nadrukkelijk de naam van zijn voorganger te noemen. Diens naam is formeel van de straten en pleinen verdwenen, maar het kost te veel geld om dat ook in de praktijk uit te voeren. Juan Carlos is het symbool van eenheid, democratie en verande ring. De jonge politieke hervormers hebben geen enkele steun gekregen. De macht is na zorgvuldige manipulatie verdeeld onder christen-democraten, socialisten, li bera len en communisten. De Basken hebben hun eer ste zelfstandige parlement gekozen, de Catalanen kiezen het op as. donderdag Alle andere landstreken zullen volgens de Grondwet in de toekomst volgen. Eind volgend jaar wordt Spanje tot het Verenigd Europa toegelaten. De revolutie is voorlopig uitgebleven. Alleen ultra-links en ultra-rechts schenden met terreur de straat en moorden elkaar druppelsgewijs uit. De Baskische guerrillasrijders van de ETA worden geacht na hun politieke overwinning in de regionale verkiezingen hun wapens op te bergen. Het lijkt te mooi om waar te zijn. De grote manipulator van deze „democratura", de christen-libe rale premier Adolfo Suarez, ver keert twee en een half jaar nadat hij na de eerste vrije verkiezingen sedert Spaanse mensenheugenis is verkozen, in ernstige moeilijk heden. Deze man - die de „sfinx van Moncloa" wordt genoemd omdat hij in het presidentiële paleis van die naam zwijgzaam is als het graf - verkeert nu tevens in de positie van de tovenaarsleer ling, die meer blijkt te hebben opgeroepen dan hij beheersen kan. De grondwettelijke opdeling van Spanje in zelfstandige regio's was bedoeld om de nationale eenheid te bewaren door te voldoen aan regionale verlangens. Met de volksstemming over de zelfstan digheid van Andalusië en de eer ste verkiezingen in het Basken land achter de rug en de volks raadpleging in Catalonië op 20 maart in het verschiet, wordt Suarez tot het aanleggen van een aantal noodverbanden gedwon gen, wil hij zijn eigen coalitieparv tij en zijn regering overeind hou den. Monsterverbond Na de dood van generaal Franco is met succes een politiek monster verbond gesloten tussen chris ten-democraten, liberalen en so ciaal-democraten om de traditio nele Spaanse socialistische en communistische partijen buiten de regering te houden. De Unie van het Democratisch Centrum wist de eerste verkiezingen van 1977 te winnen, maar heeft daar na alleen maar verlies mogen in casseren. Het Spaanse volk, be vreesd voor elke vorm van radi calisme, koos aanvankelijk voor het rust en orde garanderende centrum. Eenmaal aan de regering heeft dit centrum bewonderenswaardige resultaten behaald. Het heeft alle grondwettelijke vrijheden her steld. Het heeft Franco en diens afschuwelijke burgeroorlog let terlijk doen vergeten. Het heeft regionaal zelfbestuur beloofd en in gang gezet. Het heeft de erfenis van het fascistische wettelijke kader zodanig weten te gebrui ken, dat,de overgang-zonder al te grote schokken is verlopen. Met grote handigheid heeft de vroegere publiciteitsman, vak bondsleider en televisiedirecteur Suarez gebruik weten te maken van het feit dat de afwezigheid van democratie onder Franco nu eenmaal gemakkelijker was vast te stellen dan de mate van aanwe zigheid thans onder zijn lei ding. Maar de discussie over de regionale zelfstandigheid heeft bij de Spanjaarden de roep naar poli tieke identiteit doen ontstaan. En dat is een vraag waar de kleurloze middenpartij van Suarez voor alsnog geen antwoord op kan ge ven. Het grote verlies voor de centrumpartij tijdens het refe rendum over de zelfstandigheid van Andalusië, de onverwacht grote overwinning van de natio nalistische partijen in het Bas kenland en de prognoses die wij zen op een enorme winst voor de communisten en socialisten eind deze week in Catalonië, hebben geleid tot avances in de richting van de grootste oppositiepartij, de socialistische PSOE, om mede regeringsverantwoordelijkheid te aanvaarden. Premier Suarez heeft daarbij een blauwtje gelopen, hetgeen zelfs een kind in de Spaanse politiek kon verwachten. Hij heeft im mers nooit wezenlijk overleg met de socialisten gezocht; hij heeft hun met Spaanse hooghartigheid het rechteroor geleend, maar meer ook niet. Nu is hij nijver op zoek naar gematigde Basken en Catalanen buiten de kring van het centrum, die hij in de regering kan opnemen om meer funda ment te geven aan zijn wankele basis van 168 van de 350 zetels. Hij speelt daarbij bekwaam met het feit dat met de ene volksraad pleging na de andere, het absolu te dieptepunt in de opkomst van de kiezers is bereikt, zodat noch links noch rechts behoefte heeft aan nieuwe verkiezingen. Positie van de koning Als het waar is dat de geschiedenis zich herhaalt, dan is deze ont wikkeling allerminst gunstig voor de prille Spaanse monarchie en voor de positie van koning Juan Carlos I, die vanaf morgen een officieel staatsbezoek brengt aan Nederland. De monarchie is het bindende ele ment in de samenleving gewor den, dat ervoor heeft gezorgd dat de nationale eenheid werd be waard en de gevreesde confron tatie tussen het leger en de door generaal Franco onderdrukte linkse partijen is uitgebleven. Juan Carlos is uitzonderlijk po pulair. Dat was zijn grootvader, de voorlaatste koning Alfons XI- II, ook. Als hij door de straten van Madrid liep, kusten zijn landge noten de stoeprand. Lian Entralgo is de Spanjaard van vandaag niet anders dan die van vijftig jaar geleden. De om standigheden zijn weliswaar an ders, maar degenen die deze be palen zijn de Spanjaarden zelf en die zijn even eigenaardig geble- Bloed Volgens een welwillende redene ring zou Alfons XIII door zijn vertrek uit Spanje hebben willen voorkomen dat er bloed vergoten zou worden tussen het leger en de sterk opkomende arbeidersmas sa en het in korte tijd verhevigde nationalisme van de Spaanse re gio's, met name het Baskenland en Catalonië. De diepere oorzaak is volgens Lian Entralgo dat de Spaanse monar chie nooit toegankelijk is ge weest voor de grote massa van de arbeidende bevolking en altijd heeft gesteund op het zogenaam de democratische midden. De historicus ziet grote overeen komsten tussen de regeringspar tij van toen en de UCD van pre mier Suarez. Als gevolg van de vereenzelviging van de monarchie met het cen trum verloor Alfons XIII eerst de intellectuelen die hem aanvan kelijk hadden gesteund, Unamu- no, Madariaga, Valle Incla en vele anderen. Vervolgens verloor hij de steun van de regio's die steeds openlijker voor de afscheiding en voor de republiek gingen kiezen. De socialistische en communisti sche partijen werden vervolgens naar het republikeinse kamp ge dreven. Als er uit deze historische overeen komsten een leste trekken is, dan is dat deze dat premier Suarez niet voor niets probeert een coali tie te vormen met de socialisti sche PSOE. Maar deze, hoezeer ook geneigd de monarchie te steunen, voelt er weinig voor zich te gaan vereenzelvigen met de Unie van het Democratisch Cen trum. Tenslotte is de monarchie voor de Spaanse socialisten geen doel, mair slechts een middel dat, als het zijn dienst heeft ge daan, mag worden bijgezet als de zoveelse Spaanse koningskwes tie. Het belangrykste verschil met de schets van Lian Entralgo is van daag dat het Spaanse leger on voorwaardelijk trouw is aan de monarchie. Zelfs de socialisti sche en communistische leiders zijn ervan overtuigd dat het leger geen enkele behoefte heeft in te grijpen in de bestaande situatie. Het mag een troost heten voor diegenen die Spanje politieke rust en stabiliteit toewensen. Het betekent wel dat die stabiliteit opnieuw afhankelijk is van de Spanje nog geen democratie, maar een „democratura". JAN VAN BEEK Het is daarom niet zonder beteke nis dat de historicus en lid van de Spaanse koninklijke academie, prof. Pedro Lian Entralgo, juist in deze dagen een artikel heeft ge publiceerd dat antwoord pro beert te geven op de vraag waar om Alfons XIII vijftig jaar gele- den uit Spanje is verbannen. £en populair vorst, die grote din gen in Spanje zag gebeuren, de opkomst van de steden en de in dustrie bevorderde. Hij had het wereldrijk zien verbrokkelen en het land teruggebracht naar de basis, het Iberisch schiereiland. Toch werd hij verdreven door de aanvankelijk goedmoedige dicta tuur van generaal Primo de Rive ra, die de directe oorzaak zou worden van de Spaanse burger oorlog. Elke historische vergelijking is verleidelijk, maar is vals wanneer de omstandigheden verschillend zijn. In de stellingen van Pedro

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1980 | | pagina 13