gezichtsverlies niet te beëindigen Gevaarlijke misverstanden Afgelopei}:woensdag ging de Tweede-Kamer akkoord met een wij ziging van de loonwet, waardoor de regering de mogelijkheid krijgt zelf de loonontwikkeling te bepalen. Een recht dat in nor male tijden is voorbehouden aan werkgevers en vakbeweging. Of de regering ook van die mogelijkheid gebruik zal maken is nog steeds de vraag. Minister Albeda van sociale zaken zal er alles aan gelegen zijn om toch nog een soort akkoord met de werkgevers en vakbeweging te bereiken. De kans hierop is echter mini maal. Albeda zal blijven vast houden aan een beteugeling van de lonen. Iets waaraan de vakbeweging (nog) niet wil. Aan de werkgevers zal het niet liggen. Die zijn het er on derling al jaren over eens dat de loonstijging beperkt moet worden. Voor de vorm zijn ze dan wel tegen verregaande bevoegdheden voor de rege ring op het gebied van de lo nen, omdat dit een zaak is waarover werkgevers en vak beweging moeten onderhan delen. Maar is het aan de an dere kant niet uitermate ple zierig voor de werkgevers dat de regering nu eindelijk iets bereikt wat ze zelf nooit is gelukt, namelijk het in de hand houden van de lonen? Begrijpelijk De boosheid van de vakbewe ging op de werkgevers is dan ook wel begrijpelijk. Natuur lijk varen de werkgevers wel bij een loonmaatregel van de ze regering. Dat is zelfs de be doeling. Het bedrijfsleven moet weer wat meer ruimte krijgen. Maar bewijs maar eens dat de werkgevers in hun hart blij zijn met deze maatregel, zolang ze in het openbaar verklaren dat ze wel zouden willen onderhandelen met de vakbeweging, maar dat helaas niet mogen. Toch betekent het ontbreken van cao-onderhandelingen geen rustige periode voor vakbeweging en werkgevers. De eerste partij lijkt het drukker dan ooit te hebben. De bestuurders van de diver se bonden zijn dag in, dag uit, in de weer om het verzet tegen het beleid van de rege ring te bundelen en de werk- gevers hebben tot hun schrik moeten constateren dat de ac ties niet alleen tegen de rege ring zijn gericht, maar ook de bedrijven zelf kunnen treffen. De diverse FNV-acties van afgelopen dinsdag waren hiervan een treffend voor beeld. De vraag die nu overal wordt gesteld is hoe lang de FNV met het actievoeren kan doorgaan. De werkgevers vinden dat het nu afgelopen moet zijn.' De wet is aange nomen door het parlement, de vakbeweging moet zich daar bij neerleggen. Als eer sten spanden de werkgevers in de metaalindustrie gisteren een kort geding aan tegen de Industriebond FNV en het is niet onwaarschijnlijk dat de komende week nog meer werkgevers een bezoek aan de rechter zullen brengen. Moeilijk De FNV zit in een uiterst moei lijke situatie. Sinds 12 no vember van het vorig jaar ligt er naast de gebruikelijke ver goeding voor de gestegen prijzen, de prijscompensatie, nog een looneis van twee pro cent op tafel. Toen al werd die eis fel bekritiseerd, vooral omdat deze weinig was bear gumenteerd. Er werd dan wel gezegd dat twee procent extra loon nodig was om de koop kracht van de modale werk nemer (2700 gulden bruto pet maand) op peil te houden, maar de christelijke tegen hanger van de FNV beweer de, op diezelfde 12 november dat handhaving van de koop kracht al met een extra loon stijging van 1 procent haal baar was. Minister Albeda had blijkbaar weer een ande re berekeningsmethode, want die zei op zijn beurt dat een half procent extra loon Drukkerij Brouwer in Delft maakt gou den tijden door. Reden: deze druk kerij mag wekelijks de FNV-actiekrant, oplage 1,1 miljoen, drukken. Een spe ciale uitgave van het FNV journalis ten collectief en één van de actiemid delen van de groot ste Nederlandse vakcentrale tegen de loonpolitiek van de regering. Er zijn inmiddels vier kranten van de per sen gerold en er zullen nog wel eén paar afleveringen verschijnen, want na een maand ac tievoeren is de FNV nog niet veel ver der. De F NV-actiemachine loopt. Zonder gezichtsverlies is deze niet te stoppen. voldoende was om de koop kracht veilig te stellen. FNV-voorzitter Kok gaf ook wel toe dat er meer zat achter de 2 procent eis. Op een pers conferentie waar de nieuwe cao-eisen werden toegelicht zei Kok dat de werknemers hebben gezien dat de lonen in verschillende bedrijfstakken door de werkgevers werden verhoogd. "Aan het stellen van de eis van twee procent liggen een groot aantal psy chologische voorwaarden ten grondslag", aldus Kok. Crisis Toen het arbeidswaardenpak ket werd geformuleerd zat de FNV in een crisis. De achter ban werd steeds onrustiger. De mensen geloofden niet meer in het matigingsbeleid van de bonden. Een beleid dat zou moeten leiden tot meer werk, maar in hun ogen alleen maar had gezorgd voor meer winst en verder mets. de onvre de kwam het duidelijkst tot ui ting in augustus en septem ber van het vorig jaar. Terwijl vakbonden en werkgevers zich al weer opmaakten voor de cao-strijd voor 1980, brak in de Rotterdamse haven een wilde staking uit. Een "ou derwetse staking met ei genlijk maar één eis: meer loon in het handje. De schrik bij de vakbeweging was min stens zo groot als bij de werk gevers. Zelden heeft een vak bond de achterban zo onder schat als toen. Dat de roep om meer loon niet tot de havens beperkt zou blijven bleek al spoedig. Half september lieten Voedings bonden, Dienstenbonden en Vervoersbonden van de FNV weten dat hun leden niet meer te porren waren voor een loonmatiging in 1980. De uiteindelijke looneis van de FNV was dan ook niet zo ver rassend. Wel verrassend was het "bijna akkoord" tussen werkgevers en vakbeweging van begin december. De werkgevers toonden zich be reid naast de prijscompensa tie één procent extra te beta len. De meerderheid van de bij de FNV aangesloten bon den bleef echter vasthouden aan twee procent. De Industriebond, tot voor kort altijd gekenschetst als de veeleisendste bond in de FNV was bereid het akkoord te ac cepteren. De tijden van Arie Groenevelt lijken echter voorbij. Hij is voorzitter van een bond, werkzaam in een bedrijfstak die steeds minder werk biedt en dus ook minder leden. Jan Dutman, voorzitter van de ambtenarenbond AB- VA heeft de plaats van Groe nevelt ingenomen. Hij was éen van de grote tegenstan ders van het bijna akkoord. De ambtenaren hebben in het kader van Bestek '81 elk jaar wat moeten inleveren. Een looneis van twee procent in het particuliere bedrijfsleven zou ook doorwerken in de ambtenarensalarissen en daarmee heel wat "Bestek- pijn" verzachten. Er kwam dus geen akkoord, werkge vers en werknemers gingen "terug naar af'. Halsstarrig Achteraf blijkt de halsstarrige houding van de FNV van cru ciale betekenis te zijn ge weest. Als de FNV in decem ber ja had gezegd, zou er dan ook een loonmaatregel zijn gekomen? Zelfs Harm van der Meulen, voorzitter van'de andere grote vakcentrale van het land, het CNV, kon het deze week na afloop van het kamerdebat niet nalaten nog eens te herinneren aan het afwijzen door de FNV van het "bijna akkoord". Feit is in elk geval dat na de mislukte onderhandelingen van december nieuwe gege- werden gepresenteerd die een veel ongunstiger beeld schetsten. De opnieuw geste gen olieprijzen zouden hard toeslaan: Geen nullijn voorde modale inkomens, maar een minlijn, dat was de nieuw jaarsboodschap van het Cen traal Planbureau, het natio nale rekeninstituut. Minister Albeda probeerde tevergeefs werkgevers en vakbeweging alsnog tot een akkoord te be wegen. Het antwoord van de regering op het mislukken van het overleg was een loon- pauze van twee maanden die aanstaande maandag met nog een maand zal worden ver lengd en uiteindelijk wel zal leiden tot een loonmaatregel. Verloren In het "Alles of niets spel" heeft de FNV verloren. Nog steeds heeft de vakcentrale het over een looneis van 2 procent als of er tussen november en ja nuari niets is gebeurd. Daar staat tegenover dat werkge vers en regering er ook weinig aan hebben gedaan om het de FNV mogelijk te maken de looneis te laten vallen of te verzachten. Er is de afgelopen week tijdens het Kamerdebat veel met cijfers gegoocheld. Maar ondanks al die bereke ningen staat één ding vast. Handhaving van de koop kracht tot modaal is onhaal baar. Dat is een vervelende boodschap van de regering aan de vakbeweging. Daarom had het kabinet iets moeten meebrengen om de pijn te verzachten: een vermo- gensaanwasdeling, aanpak van de winsten van de olie maatschappijen (de jaarcij fers van Shell konden bijna op geen ongunstiger moment worden gepubliceerd), een allesomvattend inkomens beleid. Hiervan is de laatste maanden niets gebleken. De regering heeft geen oog gehad voor de moeilijke positie waarin de FNV verkeert en door niets tegenover het in slikken van de looneis te stellen de vakcentrale in een hoek gedreven. De FNV heeft donderdag aan gekondigd dat de acties zul len doorgaan ook al heeft het parlement nu gesproken. Niemand had iets anders verwacht. De "actiemachine" loopt-en die kan zonder ge zichtsverlies niet worden ge stopt. Het worden drukke tij den voor de rechters, het wordt overwerken voor drukkerij Brouwer. De FNV- actiekrant zal nog wel een tijdje blijven verschijnen. 1 Instituut Burgerraadslieden. f 1 2311 EK Leiden. Koornbrugsteeg 7. J Telefoon 071-143171 "Nou meneer, als dat geen hinderwet is, dan weet ik het niet meer". Mevrouw B is komen klagen over de voortdurende geluidsoverlast, die zij van haar bu ren ondervindt. Na zich eerst een tijdje woedend thuis te hebben zitten verbijten, is zij vervolgens op haar buren afgestapt en heeft zij gevraagd of het niet wat zachter kon allemaal. Een of twee dagen was het geluid wat minder, toen barstte het weer in volle omvang los. Wat moedeloos en na, zoals ze zelf zegt, enige nachten met weinig nachtrust komt zij tenslotte ontmoedigd op ons spreekuur. Zij vraagt ons hoe zij de Hinderwet, waar ze wel eens van gehoord heeft, in werking kan zetten. In dit voorbeeld, dat regelmatig op ons spreekuur voorkomt, zit ten twee gedachten die wij in onze vorige stukjes als 'ge vaarlijke misverstanden' hebben omschreven, omdat zij onjuist zijn en de mensen schade kunnen berokkenen. Het eerste misverstand is het idee, dat de Hinderwet tot doel zou hebben, om alle mo gelijke vormen hinder uit welke bron dan ook, te be strijden. Die hinder zou dan bestaan uit: burengerucht, hinder van verkeer, bouw- hinder, hinder van een aan grenzende bar en zelfs hinder die men ondervindt van de hond van de buren die steeds maar in de tuin zijn behoefte doet. De Hinderwet is echter niet voor al deze vórmen van hin der gemaakt. Zij heeft een zeer beperkt gebied namelijk alleen datgene wat aan hinder wordt geproduceerd door een bedrijf dat van machines ge bruik maakt met een bepaald motorvermogen. Het ligt iets ingewikkelder. r het 2 /at omdat het hier allemaal uit de doeken te doen. Het kpmt er kortgezegd op neer, dat een bedrijf met een machine, welke een motor heeft van meer dan 2 pk een vergun ning moet hebben om te mo gen draaien. De gemeente verbindt dan aan deze ver gunning allerlei eisen, met het doel de hinder voor de onwonenden te beperken. Het is dus van de buitenkant maar zeer moeilijk vast te stellen of a) het bedrijfje waar men hinder van heeft een vergunning moet hebben en b) of het bedrijfje zich houdt aan de voorwaarden die de gemeente heeft gesteld. Over deze vragen kunnen de amb tenaren van de afdeling Hin derwet van de gemeente u in elk geval inlichten. De werking van de Hinderwet is dus zeer beperkt. Hoe moet dan wel de hinder worden be streden, afkomstig van buren, bars etc? In beginsel staan daartoe twee wegen open die wij hier kort zullen bespre ken. In de eerste plaats heeft de ge meente het veroorzaken van overbodige hinder in ver schillende bepalingen van de algemene plaatselijke veror dening strafbaar gesteld. De ze verordening is een regeling die door de gemeenteraad is vastgesteld en een aantal hele praktische regelingen betreft over de openbare orde en ze delijkheid en gezondheid. Ie dereen die een van deze be palingen overtreedt begaat een strafbaar feit, dat bij de politie kan worden gemeld. Dat kan met name gebeuren door degene, die last heeft van de overtreding. verplicht om op te treden te gen de veroorzaker van de hinder, maar moet zelf in de praktijk zo'n beetje uitmaken of de hinder ernstig genoeg is om stappen te ondernemen. Wanneer iemand het oneens is met het uitblijven van aktie door de politie kan hij zich daarover beklagen. De prak tijk wijst overigens uit, dat dergelijke klachten uiteinde lijk zeer weinig resultaat heb ben. Wanneer u dus hinder onder vindt en u niet zeker weet of er een hinderwetvergunning in het spel is, dan kunt u het beste de politie waarschu wen, nadat u zelf geprobeerd heeft de zaak op te lossen. Het beste kunt u daarvoor terecht bij uw wijkagent, die voor namelijk tot taak heeft door middel van bemiddelend op treden problemen zoals deze tot een oplossing te brengen. Procedure Een tweede mogelijkheid om aan dit soort problemen een einde te maken biedt het pri vaatrecht. (Dat is het recht dat de verhouding tussen de bur gers onderling regelt). Im mers niet alleen de overheid heeft in de Hinderwet en de algemene plaatselijke veror dening verboden om overlast te veroorzaken, ook in het burgerlijk wetboek en de daarop gebaseerde rechter lijke uitspraken komt uit drukkelijk naar voren dat men elkaar geen onnodige overlast mag aandoen. Daar om kan men zich in dit soort situaties door middel van een advocaat tot de rechter wen den met het verzoek de over last als onrechtmatig te be stempelen en deze voor de toekomst te verbieden: zono dig met de bepaling dat een dwangsom verbeurd zal zijn als men toch overlast veroor zaakt. Zo heeft een inwoner van Al melo onlangs van de rechter aldaar gedaan gekregen, dat deze een verbod uitvaardigde op het blaffen van een in de buurt wonende hond, een dier, dat ernstig op de zenu wen werkte van zijn buur vrouw. In het algemeen zal men zich van beide hier ge noemde mogelijkheden niet al te veel moeten voorstellen. We leven nu eenmaal in Ne derland dicht op elkaar en be zorgen elkaar daarmee nood zakelijk af en toe overlast. Het moet echter wel de pan uitrij- - zen wil de politie of de rechter handelend optreden. Beter is het dus door middel van redelijk overleg proberen om de problemen op te los sen. Deze laatste opmerking brengt mij tot het volgende. In het begin van dit stukje héb ik opgemerkt, dat in het voorbeeld twee misvattingen verborgen waren. De eerste hebben we hier gezien; bij de tweede gaat het om het vol gende. Machteloos Het zal misschien velen verba zen, dat men zich niet al te veel moet voorstellen, van de mogelijkheden die het recht biedt om dit soort problemen op te lossen. Men is namelyk geneigd te veronderstellen, dat het recht voor alle maat schappelijk ongewenste si tuaties wel een makkelijk te realiseren oplossing in petto heeft. Dat is echter niet het geval. Er zijn wel degelijk si tuaties, waarin het recht ook machteloos staat of te kort schiet. Zo blijkt het recht vaak volstrekt niet in staat om burenruzies tot een einde te brengen. Immers, wie be wijst, dat de ene buur de an der stiekum pest en hindert? Onze ervaring is, dat burenru zies erg uit de hand kunnen lopen voordat er ingegrepen kan worden, louter en alleen omdat niemand kan bewijzen wat er gebeurt. Ook gaat er aan burenruzies vaak een hele ontwikkeling vooraf, voordat de edt. zodat .il lang niet te stellen, wie nu de schuldige is. Een rechter zal dan al wel snel vinden dat beiden schuld hebben. De onmacht van het recht blijkt nog uit heel veel andere situa ties. Het volgende willekeurig gekozen voorbeeld maakt dat ook duidelijk. Wanneer we de situatie nemen van een ge scheiden echtpaar, waarbij het kind aan één van beide ouders is toegewezen en waarbij de andere een be zoekregeling heeft gekregen. In die gevallen gebeurt het nogal eens dat het kind juist 'ziek' is of naar 'school' moest op het afgesproken tijdstip, zodat die ander onverrichter zaken weer naar huis kan. Deze partij en zijn advocaat staan tegenover dit soort pe.s- i i ij en machteloo omdat hel recht helaas niet bij machte is een afdoende regeling te vin den voor dit soort problemen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1980 | | pagina 23