Jeroen Brouwers heft roede in -é haat en afkeer Sneeuwboek, Groningen februari '79" Galapagos: van 'de behekste' naar betoverende eilanden Gemiste kans in Peking "Een hoofd vol macaroni": Guus Kuijers beste boek tot nu toe WOENSDAG 5 MAART 1980 Tfff PAGINA 13 Galapagos. eilanden van de be tovering. Fotoboek van Kees en Mariska Schever met tekst van Han Rensenbrink. Uitgegeven door Unieboek bv. Prijs:59.50. Toen Charles Darwin in 1835 voet zette op één van de Galapagos- eilanden, vermoedde hij niet dat hij daar uiteindelijk de sleutel zou vinden voor zijn bekende evol utie-theoriePas 24 jaar latei- publiceerde hij zijn theorie die h ij voor het grootste deel baseerde op de vondsten die hij op de eilanden uit de Galapagos-archipel deed. De unieke planten- en dierenwe reld (er leven dieren die nergens anders ter wereld voorkomen) bood hem het studiemateriaal De Galapagos-eilanden werden in 1535 ontdekt door een Spaanse bisschop op ontdekkingsreisDe bisschop noemde de eilanden naar de reuzenschildpadden galapagos in het spaans) die er in groten getale leefden. De Span jaarden hadden niet veel op met de eilanden. Ze noemden ze ook wel "de behekste eilanden"Nu, ruim vierhonderdjaar later is die bijnaam gewijzigd in: "de be toverende eilanden". Met recht, zoals blijkt uit het boek dat het fotografenechtpaar Scherer aan de Galapagos- archipel wijdde. Sublieme foto's vlotte tekst van Artis-m dewerker en Galapagos-kenner aandacht. Han Rensenbrink. In de boeiende inleiding behandelt Rensenbrink het ontslaan van de eilanden (door vulkanisme), de wijze waarop het leven op de ei landen ontstond en zich ontwik kelde. Ook Danvin krijgt ruime De eilanden liggen zo v 1500 km uit de kust van Zuid-Amerika en werden in 1832 geannexeerd door Ecuador. De eilanden-archipel is nu tot Nationaal Park verklaard. Mensen mogen zich er nu niet meer vestigen. Een juiste beslis sing want de mens heeft zijn in vloed al genoeg doen gelden. Zo komen, de reuzenschildpadden noa slechts op enkele eilanden voor. Door de mens geïmporteer de. inmiddels ve.-wilderde geilen vreten de begroeiing weg waar door de leguaan niet meer aan de kost kan komen en met uitsterven wordt bedreigd. Rensenbrink geeft in het boek meer voorbeel den. "De Galapagos" is een waardevol document. Een boek dat de prijs ten volle waard is. HANS VELDHUIZEN Eind 1979 gaf auteur Jeroen Brouwers de beoefenaars van de letterkunde der zeventigerjaren er in zijn strijdlustige pamflet "De Nieuwe Revisor" geweldig van langs. Met een heel arsenaal uitermate gevarieerde mokers gebruik te hij daarbij Guus Luijters (cum suis) als Kop van Jut). Er ging een aardbeving door de literaire kermis. De ene ex ploitant na de andere begon bibberend van machteloze woede te roepen en te schelden: tegen Jeroen Brouwers, tegen elkaar en vooral tegen het luchtledig. r Jeroen Brouwers Ooit onverdachte publieke attrac ties als Nico Scheepmaker, Piet Grijs e.a. verloren in hun amech tige opwinding de zaak zelf uit het oog. Waaróm mepte Brou wers? Omdat de Nederlandse Li teratuurtent sedert de Vijftiger Jaren in de versukkeling is ge raakt, het onverschillig rond slenterende volk enkel met loze kreten binnenlokte en vervol gens het enkele argeloze doetje bekocht met vertoningen van niks. Een dame met een slecht aangeplakte baard. Een slordig met ïjzerdraad verbonden Siame se drieling. Op hun bek vallende steile wand-fietsers. En zo veel "De gelukkige prins en andere verhalenOscar Wilde (ver taald door Gerrit Komrij). Uiig. Arbeiderspers. Prijs f21,50. De verhalen en sprookjes van de in 1900 overleden Wilde zijn prikke lend en verrassend gebleveh als in de dagen dat ze Wilde, een van de meest originele en excentrieke fi guren uit de Engelse literatuur, in één slag beroemd maakten. "Fietsen op de Mont Ventoux". Jan Kal. Uitg. Arbeiderspers. Prijs f32,50. "Het -magische kind Joseph Chilton Pearce. Uitg. De Toorts. Prijs f 33,-. In het westen zijn we van oudsher steeds vroeg begonnen de "natuur in het kind" te ontwrichten - zelfs van de geboorte maken we vaak een traumatische gebeurtenis. Het is - volgens Pearce - de eerste van de vele tragische vergissingen die we begaan bij het grootbren gen van onze kinderen. "De zonderlinge avonturen van Primus Prikkebeen"Gerrit Komrij en Rodolphe Töpffer. Uitg. Loeb en v.d. Velden. Prijs f25,-. Goed snoeien van fruitbomen en -struiken". F. Hilkenbau- mer. Uitg. Zomeren Keuning. Prijs f 14,50. Voor een optimale vruchtvorming is het belangrijk dat fruitbomen en -struiken regelmatig goed worden gesnoeid. In dit boek wordt uit de doeken gedaan hoe men het beste te werk kan gaan. "Kijk op bijen" Wim. Ouds hoorn. Uitg. Zomer en Keu ning. Prijs f 14,50. Een handboek voor de geïnteres seerde leek die wel eens wil weten waar de bij de honing haalt. Hsia Chih-yen. Een pseudoniem van een man die in Peking is geboren en getogen. Geen communist, maar tot zijn vertrek uit Peking wel werk zaam voor de regering. Nu leeft hij in ballingschap. Daar ook schreef hij zijn "geromantiseerde documentaire" over het moderne China. Vanuit een liefde-haat verhou ding. De emotionele binding met zijn geboortegrond is duidelijk te proeven, maar evenzeer zijn haat tegen de barre bureaucratie, de protse rige partij-elite en de bange besluiteloosheid die het tijdperk na de dood van leider Mao kenmerkten. Als documentaire over het China waarmee wij vandaag de dag hebben te maken is het ongetwijfeld een belangwekkend boek maar erg gemakke lijk maakt Hsia Chih-yen het zijn lezers niet. Hij is duidelijk van huis uit geen schrijver. Zijn voorkeur voor eindeloze detaillering, het gemak waarmee hij veel als bekend veronderstelt en de wat moeilijke opbouw van zijn verhc 1 doen sterk afbreuk aan de spanning waarmee zijn be schrijving van een politieke coup in Peking had kunnen worden omge- Menselijke emoties die de historie hadden kunnen dramatiseren blijven aan de oppervlakte. Verder dan het noemen van de reacties van de massa komt hij nauwelijks. Nergens kan de lezer zich verliezen in de gevoelens van de eenling, zich vereenzelvigen met zijn bittere strijd tegen het schijnbaar onstuitbaar voortrollen van de onmenselijk logge partijpoli tieke machine. De auteur kan de verdienste opeisen dat hij ons een blik gunt ineen wereld die leek afgesloten door een ondoordringbaar bamboe gordijn. Jammer echter dat hij de kans heeft gemist er een indrukwekkend epos van te maken. Aan kennis van zaken ontbreekt het hem niet. Aan dramatisch vermogen helaas wel. KOOS POST Wat wilde Brouwers? Volwassen li terair vermaak: "er kome schoonheid". Het is zowel moe dig als vanzelfsprekend dat deze mokeraar van Tachtig thans een poging doet zélf het goede voor beeld te geven hoe letterkunde wel bedreven moet worden. Zo verscheen dan in december 1979/januari 1980 bij De Arbei derspers te Amsterdam van Je roen Brouwers het weerpsannige boek "Het verzonkene". In zijn "Aantekeningen", achterin ver antwoordt JB wat nors zijn, laat ik dat vooropstellen, welzeker indrukwekkende en overtuigen de schrijfdrift: "Het verzonkene is mijn reactie op (onder andere, maar wel in hoofdzaak) het arti kel Panoptikum, Het Subjecti- visties proza van de jaren zeven tig door Anthony Mertens, gepu bliceerd in Raster, nr. 9, 1979. Ik wenste op dit artikel te reageren als romanschrijver èn als pole mist, in welke mijn beide hoeda nigheden Anthony Mertens, mij kritiseert" Ongenoegen Volgt een lijstje auteurs van "an der" en 'modern" proza die - vermoedelijk wel terecht - Brouwers' ongenoegen hebben gewekt. Wat stelt de auteur daar tegenover Zoals hij in zijn 'Aantekeningen' belooft, twee dingen: polemisch geweld en romankunst. Met vu rige haat bestrijdt hij de op pervlakkigheid in de hedendaag se literatuur en de critici die vin den dat deze literatuur vooral niet te moeilijk en te "kunstig" moet zijn. Eén citaat is voldoende om alle ove rige uitingen van Brouwers' af keer in dit boek te vertegenwoor digen: "Er zijn critici die schrij ven dat ik te veel aan kunst doe en dat het Volk niets aan mijn boe ken heeft. Zeer juist is dit en vrij aanzienlijk is mijn verachting voor dit gestreel van Het Volk, waarvan waarachtig ik het niet kan helpen dat het niets aan mijn boeken heeft. Het Volk heeft immers nooit iets aan welk boek dan ook. Onder Het Volk versta ik de vertegenwoordigers van al le rangen, standen en klassen van de samenleving: de arbeiders, de middenstanders, de boeren, en zeker ook het zich "intellectue len" noemende geestelijke ple- bejerdom en niet te vergeten hun bescheten wijven en hun dubbelbescheten kinderen, - dit hele volk is lui, afkerig en vervuld van afschuw jegens alles wat bui ten de Telegraaf met lezen té ma ken heeft", (p. 17). Roede Natuurlijk hebben wij ons zo al eens eerder horen verketteren door de roedehanterende litera toren, zowel vroeger als nu - in recenter tijden door WF Her mans, door R. Kousbroek, door G. Komrij en anderen. Het ver schil tussen Brouwers en dezen is dat JB het méént, dat JB overtui- gens is in zijn haat en afkeer, dat zijn schelden niet alleen maar komisch in agenda's genoteerd kan worden, maar dwingt tot be grip. Want tegelijk immers laat hij zien dat het inderdaad ook an ders, prachtiger kan. Met kunst zinnige slagen timmert hij een fraai literair bouwsel, een be koorlijke compositie van gedre ven woordkunst en meedogen loos gelijk. Daarbij komt dat Brouwers niet alleen het oude platslaat om er een zelfde ruwhouten achtbaan, vermomd met een likje verg, voor in de plaats te zetten. Hij bouwt, wel voortbordurend op voorzich tige ontwerpen van enkele voor gangers, iets nieuws. Zoals een Maarten 't Hart, een Wol kers, een Kellendonk zich met hun ouders bezighielden, zo blikt ook Brouwers terug naar het verleden, een Nederlands-In disch veleden waarin zijn moeder en vooral zijn grootvader een in dringende rol spelen. Op zijn grootvader moet Jeroen Brou wers geleken hebben: "Zijn tem perament. (Op het zangkoor van de kathedraal van Tabia diri geerde hij het Caeciliakoor. Zo onstuimig deed hij dat, dat soms werd gevreesd dat hij achter waarts over de balustrade van het zangkoor heen, een meter of tien naar beneden in het kerschip zou storten. Om dit te voorkomen kreeg de koorbalustrade, daar waar zich het dirigeergestoelte bevond, een speciale optimmering, die er mis schien nóg is. Zo kreeg hij zijn gedenkteken). Zijn drift. Zijn woede-uitbarstingen. Zijn scheldpartijen. (Het moet zijn voorgekomen dat hij orkest- of zangkoorleden met zijn dirigeer stok sloeg)" (p. 80). Gedreven Zo hamerdt Brouwers er gedreven op los, wat onrepareerbaar is ver brijzeld, deugdelijker restanten keurend, enkel het allerbeste ma teriaal meespijkerend, maar voornamelijk gebruikend wat hij zelf met eigen handen creëert. Het resultaat vind ik schitterend, té indrukwekkend en té ingewik keld van architectuur om hier uit te kunnen leggen. Een literaire Rcuzenkermis die niet meer op een buurtveldje past en die ruim te en vermaak biedt aan ieder die de doorzichtige bedriegerijen van de in de verte nog zwak roe pende spullebazen van Zeventig zat is. Wie geen kaarsje koopt, heeft niets gezien, en alles gemist. ROB VOOREN 55 "Sneeuwboek, Groningen, februari '79". Samengesteld door Martin Scholma en Folke Meijer; uitga ve: Scholma druk Bedum. Prijs: 29,75. De winter van '78/'79 was niet de koudste winter van de afgelopen jaren: vijf winters die van '47, '42. '40. '29 en die van 1963) waren kouder. De duur van de winter van '79 levert een derde plaats op. achter '63 en '47. Een gedenk waardige winter was het overi gens wel, die van '79. De langdu rige sneeuwval in de maanden januari en februari was daar de bet aan. Met name in het Noorden van het land was de overlast door die overvloedige sneeuwval erg groot. Dat verklaart ook waarom over die winter tal van "herinne ringsboeken- en krantenbijla- gen" het licht zagen. Een van van de meest opmerkelijke uitgaven is het fotoboek dat door de jour nalisten Scholma en Meijer en de fotograaf Pieter Postma van de Noorderkrant is samengesteld onder de titel "Sneeuwboek, Groningen februari '79". De winter is een geliefd onderwerp voor amateur-fotografen. De sa menstellers van het Sneeuwboek '79 maakten van de gelegenheid gebruik om aan de hand van fo to's van amateurs de herinnering aan de winter van het vorig jaar vast te leggen. Meer dan zeshon derd foto's, gemaakt door foto grafen uit de drie Noordelijke provincies, werden voor plaat sing in het boek geselecteerd uit een aanbod dat de zesduizend overtrof. Foto's zeggen meer dan duizend woorden moeten de samenstel len» hebben gedacht, want de tekst is in het sneeuwboek tot een minimum beperkt gebleven. De rol van de regionale radiozender- Radio Noord, de problemen van de boeren en tuinders, de inzet van ruimploegen militairen enz. enz. wordt slechts even aange stipt. tiet Sneeuwboek is daarom vooral een kijkboek geworden, met vaak mooie winterfoto's en sfeerplaatjes. Alleen jammer van die oubollige onderschriften bij veel foto's. Een echt "historisch" document is het juist door het ontbreken van meer verduidelij kende tekst niet geworden. Over de uitvoering van het boek echter niets dan goeds: die is prachtig: het boek is gedrukt op kwali- teitspapier en gebonden in kunsthnnen. Inmiddels is het boek aan zijn tweede druk toe. Er zijn tot op heden meer dan 25 000 exemplaren van verkocht. HANS VELDHUIZEN Guus Kuijers "Een hoofd vol macaroni".Guus GeVGCht Kuijer. Illustraties: Mance Post. Uitg.: Querido. Prijs: f!5$0. Het voortborduren op een be paalde succesformule heeft voor kinderboekenschrijver Guus Kuijer alleen maar in zijn voordeel gewerkt. Hij heeft een grote populariteit verworven, terwijl de kwali teit van zijn werk constant blijft en zelfs beter wordt. "Een hoof vol macaroni" is het 5e deel in zijn serie, geschre ven rond het meisje Madelief. Bij dit laatste boek is voor net eerst sprake van een echte roman met een inleiding, in trige, climax en een afron dend slot. Kuijers sterkste punt is zijn waarachtige schrijfstijl, die nergens gefor ceerd aandoet kinderen kunnen zich heel goed met zijn boekenkinderen identifi ceren. Hij laat kinderen in hun waarde, beschouwt ze in principe gelijk aan volwasse nen: allerlei problemen wor den door volwassenen welis waar met andere woorden omschreven, maar je komt in vergelijking met je jeugd niet zo gek veel méér te weten al dus Kuijer. Verliefd Ook in "Een hoofd vol macaro ni" spelen een aantal reëele thema's een rol. Het begint al met het verliefd worden van Madelief op Tom, de aan voerder van een van de leger tjes, gevormd door jongens uit de buurt. Menig auteur zou met dit thema aardig on deruit kunnen gaan, maar Kuijer weet Madeliefs opko mende verliefheid zo subtiel en waarachtig te beschrijven, dat veel kinderen dit zullen herkennen Madelief weet ei genlijk niet goed raad met haar houding, krijgt steeds rooie koppen en blubber- knieën. Ze probeert dit te ver bergen door zich stoer aan te sluiten bij het groepje rond Tom. Het "oorlogje spelen" tussen het leger van Tom en dat van naaste concurrent bendelei der Eddie is een spel dat door vele kinderen overal in de we reld gespeeld wordt. Als volwassenen hiertegen be zwaren maken, moeten ze niet vergeten, dat de volwas senen zelf zoveel agressie in deze wereld brengen, dat het volkomen logisch is, dat Kin deren dit Kuijer laat dit in zijn verhaal op een heel duidelijke manier merken: Tom wil pas van zijn oorlogvoeren ernst maken, als zijn vader in een agressie ve bui al Tom's tekeningen kapot heeft gescheurd. Ue climax in het verhaal vormt het oprukken van de legers, die abrupt halt houden 'als Madelief ontdekt, dat het jon getje Piep overreden is. Piep, door de kinderen veroor deeld als een verrader, is de eeuwige schlemiel, het kind dat altijd en overal de klos is en door zijn angst iedereen naar de mond praat (welk kind herkent zichzelf daar niet in?). Alle agressie ontlaadt zich nu op de auto die Piep overreden heeft. Madelief wordt door de politie opgepakt, maar na haar uitleg weer vrijgelaten. Ook dit is weer prachtig van uit het kind (Madelief) be schreven. "Allemachtig, wat een lieve agent was dat. Die had echt gesnapt, dat ze het voor Piep hadden gedaan. Voor een groot mens is dat behoorlek knap". Het slot van het boek vormt het (toch onvermijdelijke) ge vecht tussen de twee bendes, uitgelokt door Tom, die zich opgehitst voelt door (op nieuw) de agressiviteit van zijn vader en de bedreiging van zijn leiderschap. Madeliel relativeert de stoerdoenerij door tegenover Tom zowat uit d'r vel te springen. "Achterlijk. Belachelijk. Idioot. Dat hele gedoe met die legers is achterlijk. Wat erg, hij heeft verloren! Piep kan misschien nooit meer lopen, weet je dat?" Tom staat stil. "Is dat waar?", zegt hij. "Dat is waar", Tom zegt niks meer. Zo blijkt het hele verhaal door hoe sterk kinderen eikaars gedrag kunnen beïnvloeden en controleren. Een verhaal als "Een geschreven vol ma caroni" zou in elke willekeu rige stad kunnen spelen en elk kind zo zich ermee kun nen identificeren. Kuijers laatste boek is weer een prima verhaal, geschreven in korte zinnen en zonder al te moeilijke woorden. Gezien de uitwerking van de thema's is het verhaal aan te raden voor kinderen vanaf 9 jaar. Muppetshow Het grote Muppetshow Boek (Uitg. Van Goor, prijs f29,50) laat alle hoogtepunten uit de ze populaire tv-serie nog eens de revue passeren. Een groot aantal scenes uit ou de Muppetshows in speciaal voor deze uitgave door illu strator Tudor Banus op pa pier gezet. De begeleidende tekst is verzorgd door Jan Kuis, tevens vertaler van de televisieafleveringen. Ondanks de zorg om de sfeer uit de televisieshows zo nauw keurig mogelijk weer te ge ven, kan het boek mg niet boeien. Het succes van de Muppets ligt waarschijnlijk in de vondst om buitengewoon fantasievol ontworpen dieren te laten praten, lachen en ruzieèn op bijna menselijke wijze. Door de perfecte manier waarop men de poppen laat bewegen krijgt de televisieshow, ook door de snel wisselende situa ties, een enorme vaart en sfeer mee. Zo'n dynamisch geheel laai rich moeilijk in statii i he beelden vangen en dat maakt het Muppetboek een stuk minder leuk. De illustraties zijn fietsen wazig (misschien een bepaalde te kentechniek?). De teksten (met de vele woordspelingen) zijn voor jonge kinderen vaak veel te moeilgk. Jammer, maar ik geef de voor keur aan Gonzo, miss Piggy en Kermit de kikker "live". Mislukt DE OVERWINNING VAN RI CHARD. geschreven en geïllustreerd door Helmut Heine (uitg. Van Goor, prijs f 14.90) is een mislukt pren tenboek. dat het liefst zo snel mogelijk geruisloos afge voerd moet worden. Het verhaal is smakeloos en on duidelijk (voor zover ik het heb begrepen, gaat het over een vechtende raaf die later tot inkeer komt). Tot over maat van ramp eindigt het geheel nog met een moraal die kant noch wal raakt Helmut Heine kan zich beter beperken tot illustreren, want dat kan hij aardig. MARGOT KLOMPMAKER

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1980 | | pagina 13