De lucratieve angst van Günter Draude afaOw «eDison NEUTRONENGlOC# Wuppertoil2-< ZATERDAG 9 FEBRUARI 1980 EXTRA PAGINA 21 Zijn angst voor de Russen heeft Günter Draude (40) in elk geval geen windeie ren gelegd. Een immens grote bungalow in een buitenwijk van Wupper- tal alsmede twee fors be meten Mercedessen ge tuigen daarvan. Zijn wantrouwen jegens de machthebbers in het Kremlin is daarentegen onveranderd intact gebleven, de aanzienlijk toegenomen belangstel ling in de Bondsrepubliek voor een privéatoombun- ker ten spijt. Sinds de dag in februari 1978 waarop Günter Draude, een licht- architect van beroep, z'n eerste atoombunker aan de man bracht heeft hij er inmiddels zo'n kleine vijftig verkocht. De Russische inval in Af ghanistan kwam voor hem, puur zakelijk gezien, bepaald niet ongelegen en schroefde de interesse bij zijn landgenoten voor een 'atoombestendig onder- Komen' tot record-hoogte op. In januari bereikten de Duitser bijna duizend aanvragen tegen normaal zo'n honderd per maand. Die flink aangewakkerde belangstelling voor een „hypermoderne vorm van levensverzekering" is voor hem ook mede aan leiding geweest de ver koopprijs drastisch op te voeren. Verkocht Günter Draude de eerste atoom bunker nog voor zo'n 40.000 gulden, nu moet de koper een dikke twintig mille meer op tafel leggen alvorens de kogelronde bunker in de tuin wordt ingegraven. Je moet het ijzer tenslotte smeden als het heet is. Maar wat beweegt iemand om een privé-atoombun- ker te bouwen, wie heeft daar zoal belangstelling voor en, belangrijker, welke garanties kan Gün ter Draude zijn klanten eigenlijk geven dat zo'n bunker ook voldoende be scherming biedt tegen enge stralen? Kortom: is Günter Draude nou mes- jogge of gewoon een ge wiekste zakenman die een lucratieve handel drijft met de angst van zichzelf en van anderen? - De straataanduiding blijkt achteraf toereikend, het opgegeven huisnummer aan de Sudderbergerstras- se is volstrekt overbodig. De gitzwarte kogel in de tuin van Günter Draude vormt het ontsierend ba ken in het glooiende landschap even buiten Cro- nenberg, maar leent zich uitstekend als herken ningspunt voor de aspirant-koper van een atoom schuilplaats. Toch heeft dat kogelronde geval er de langste tijd gestaan, want Günter Draude verwacht de Russen kennelijk elk moment. „Die bunker moet daarom ook zo snel mogelijk de grond in" In zijn filosofie staat de wereldvrede ook meer dan ooit op de tocht sinds de Russische interventie in Afghanistan. Als een verrassing kwam die inval voor hem, een overtuigde communisten-hater, echter al lang niet meer. Bevreesd voor een totale communisti sche overheersing voorziet Günter Draude in de komende maan den ook een verdere opmars van het Sowjet-leger richting Pakis tan. Hij trekt daarbij een parallel met hetgeen zich in de eindjaren dertig in Europa afspeelde Want dat er binnen afzienbare tijd een derde wereldoorlog zal uit breken staat voor hem als een paal boven water. „Ik heb m'n gezin de laatste jaren ook continu voorgehouden dat de Russen een permanente dreiging vormen voor de wereldvrede en dat de zaak ooit eens zal escaleren. En geloof me, de situatie is nu som berder dan ten tijde van de Cuba-crisis. Ook voor Europa" Moet je die wanhoopstaal nou uitleggen als een handig ver kooppraatje of past zijn credo meer bij het angstsyndroom van een man die kennelijk achter elke boom een Rus verwacht? De eerste sugges tie wijst Günter Draude kor zelig van de hand en beroept zich vervolgens op een hoe veelheid informatie die hem heimelijk zou worden toege speeld. Hij neemt het de Duit se burger niet kwalijk dat die niet verder kijkt dan zijn neus lang is, want die is louter aan gewezen op de informatie zo als die door de media wordt verstrekt.Hij daarentegen zou inzage hebben in ver trouwelijke NAVO-stukken en de ernst van de situatie daarom beter kunnen beoor delen. Idee Zijn even doordachte als merkwaardige theorieën over de wereldvrede lijken echter allereerst ingegeven door een bijna paranoïde angstvoor de Oostblok-communisten. Maar hij handelt er ook naar, eerst privé, nu ook zakelijk. Al jarenlang liep Günter Draude met het idee rond voor hem en zijn gezin een atoombunker te bouwen; in 1974 kwam het toeval hem te hulp, toen een noodlijdend atoombunker te koop aan bood. Hij stopte er al zijn energie in en had een halfjaar later zijn 'levenswerk' vol tooid In 1975 verscheen Günter Draude op de Hannover Mes- se met een 'atoombestendig onderkomen' dat een schuil plaats biedt aan negen perso nen. Die inmiddels door hem technisch verfijnde creatie zou de koper bescherming bieden tegen atoomneerslag maar zou ook levens kunnen redden in geval van schei kundige of biologische oor logsvoering. Een voorwaarde is slechts dat de bunker minimaal 1.25 me ter onder de grond wordt in gegraven en het stralingsef fect niet overmatig hoog is. Want om bijvoorbeeld de ge volgen te kunnen overleven van een atoombom die op 200 meter van de schuilplaats ex plodeert, zou er een laag aarde van 30 meter op de bunker moeten liggen. Even de technische details in kort bestek. De constructie heeft een diameter van drie meter en bestaat uit twee halfronde segmenten van be- Door Albert Geesing ton. vermengd met barium tegen gammastralen, met daaromheen een tien centi meter dik pantserdek van staal. Daarop wordt vervol gens een klokvormig omhul sel aangebracht van een spe ciale kunststof, de tussenlig gende ruimte wordt volge spoten met parafine. Voor die laatste vinding die bescher ming zou bieden tegen de neutronengranaat, heeft Günter Draude het Bundes- wehr-patent gekregen. Domme vraag Maar welke garanties kan Gün ter Draude je nou geven dat die zestig mille ook inderdaad geen weggegooid geld is ge weest? Getest heeft hij zijn atoombunker tenslotte niet. Dat is kennelijk een domme vraag, te oordelen althans naar zijn meewarige manier waarop hij zijn hoofd schudt. „Zoiets is toch heel simpel te berekenen, daar zijn toch boeken voor. De hele ruimte vaart en de landing op de maan konden ook niet tevo ren worden getest en toch klopte alles perfect. En dan bestaat er toch ook nog zoiets als een geigerteller waarmee je de sterkte van radioactieve stralen kunt meten". Het zal aan mij liggen, maar erg geruststellend klinkt het nochtans niet. Hij onderkent mijn wantrouwen en noemt daarom de namen van twee professoren in de schei- en natuurkunde die de weten schappelijke verantwoorde lijkheid voor het project dra gen en bij wie ik gerust mag aankloppen voor meer tech nische details. Maar hoe zit dat dan met de luchttoevoer in geval het gebied rond de schuilplaats radioactief be smet is? „Zij kunnen u ook haarfijn uitleggen hoe zuivere lucht onder alle omstandig heden wordt gegarandeerd. En dat ventileren kan elek trisch of met de hand ge schieden" Gewiekst Een gewiekste zakenman als Günter Draude echter boven al is, was zijn volgende stap de eigen angstgevoelens om te zetten in een lucratieve han del. Daarin lijkt hij inmiddels aardig geslaagd. Werd er in de Bondsrepubliek aanvanke lijk louter smalend geglim lacht om zijn atoombunker, inmiddels heeft Günter Draude er wel zo'n kleine vijf tig aan de man gebracht. De bedrijven in Hannover en Lauenburg, waar de bunkers worden geproduceerd, draai en inmiddels op volle toeren, want de politieke ontwikke lingen in Iran en Afghanistan speelden Günter Draude aar dig in de kaart. Getuige al thans het grote aantal orders dat hij de laatste twee weken mocht noteren. De ene z'n angst is de ander z'n brood niet waar. Want Günter Draude is er in geslaagd beide aspecten in zijn creatie te ver enigen, ook al houdt hij bij hoog en laag vol dat de winstmarge tot dusver min der dan tien procent be droeg. Jammer Toch jammer voor dat grote aantal betweters dat niet eer der toehapte en die aarzeling nu met twintig mille extra moet bekopen. Want Gunter Draude heeft nu de verkoop- r prijs drastisch opgevoerd. „Zelfs m'n beste zakenrela ties namen m'n project eerst niet serieus, nu staan ze bij wijze van spreken te dringen wie het eerst aan de beurt is. Maar het beste bewijs dat m'n klanten vertrouwen in mijn atoombunker hebben vormt het grote aantal wetenschap pers en medici aan wie ik er een verkocht heb. Dat is m'n grootste overwinning". „Nee, namen noemen we niet. Inderdaad, uit discretie. Dat spreken wc tevoren ook heel duidelijk af. De klanten we ten ook niet van elkaar dat ze een bunker in de tuin hebben. De meesten hebben zelfs niet eens een bouwvergunning aangevraagd, hoewel dat ver plicht is. is Nachts Klanten die er prijs op stellen dat ook zo weinig mogelijk mensen in de buurt weten dat ze een atoomschuilplaats hebben, komen we tegemoet door de bunker 's nachts in te graven. Zo hebben we bij een miljonair in Essen het opschrift 'Olie tank - 10.000 liter' op de bun ker aangebracht en die 's avonds laat geïnstalleerd". Toch lijkt het alles bij elkaar knap prijzig, zo'n atoombun ker, die kan worden geleverd in de meest modieuze tinten. „Het ligt er maar aan hoe je het bekijkt en hoeveel je le ven je waard is", vindt Günter Draude, die de installatie van zijn project „de meest hy permoderne vorm van le vensverzekering" noemt. Maai' dan wel een verzeke ring, die uitsluitend is weg gelegd voor de kapitaalkrach tigen, van wie een aantal de schuilplaats nu nog heeft in gericht als party-bunker. Schande Günter Draude vindt het een schande dat de Westduitse oygrheid in verhouding tot de bewapening zo weinig geld uittrekt voor de bescherming van de bevolking. Zijn visie: „Als je als land besluit een le- f^er aan te schaffen, houdt dat toch automatisch in datje dan ook verplicht bent bunkers te bouwen. Maar het is in dit land kennelijk de bedoeling dat alleen de re gering een atoomoorlog overleeft, want voor zichzelf heeft zij wel gezorgd". Want dat die oorlog er zal ko men is voor Günter Draude zo zeker als wat. Zelf is hij op al les voorbereid en heeft de no dige voorzorgsmaatregelen al getroffen. Zo staat er voor z'n huisdeur een vluchtauto. Permanent gevuld met dui zend liter dieselolie, dag en nacht startklaar. Compleet met speciaal geconstrueerde wielen, waarmee hij op elk terrein uit de voeten kan in geval de wegen verstopt zou den geraken. Het lijkt ver dacht veel op science-fiction, ware het niet dat de feiten wel degelijk op waarheid berus ten. Het lijkt, kortom, gauw met ons .gebeurd als we Günter Drau de moeten geloven. Slechts een investering van zestig mille kan ons nog redden. Maar ja, die hebben we niet. Toch jammer. SAS VAN GENT - „Een prachtig bedrijf', zei minis ter van wetenschapsbeleid Boy Trip toen hij enkele jaren geleden het fabriekje van Jan Roeloffzen uit Sas van Gent bezocht. De uitvinder van de milieu vriendelijke vlasvezelzak heeft aan die bemoedi gende woorden weinig gehad. Hij is bijna bankroet Een bijstandstrekker van 64. die in een kale polder bij de Belgische grens vecht tegen zijn faillissement. „Soms zie ik het echt niet meer zitten. Daar moet je dan maar niet teveel aan denken", stelt hij monter vast. Het kleine kantoor en de fa brieksgebouwen van Spec trum" zijn uitgestorven. De temperatuur hangt er om het vriespunt, want geld voor verwarming heeft Roeloffzen niet. Hij houdt zich warm met een dikke trui. En hoopt op een glanzende toekomst voor zijn "ei van Columbus". „De vlasvezelzak is ideaal voor het verzamelen van oud pa pier. Dat kan met de verpak king tot nieuw papier worden verwerkt. We zuilen in de toe komst toe moeten naar het ge scheiden ophalen van huis vuil en oud papier. Met wat er nu binnenkomt, kan de indus trie niets beginnen. Het bevat onverwerkbare plastictroep en andere rommel". In het land maken eenlingen en milieugroepen zich al een aantal jaren sterk voor het produkl van Jan Roeloffzen Maar ook binnen het actiewe zen is er twijfel gerezen aan het zakelijk instinct van de uitvinder uit Sas van Gent. Een mevrouw: „U moet mijn naam maar niet vermelden, maar zoetjesaan denk ik: mis schien is het voor de verdere ontwikkeling van de vlasve zelzak beter dat hij failliet gaat. Roeloffzen mag best be drijfsleider worden in zijn ei gen fabriek, maar een ander zou de zakelijke leiding moe ten krijgen. Wij hebben ons het vuur uit de sloffen gelopen om gehoor voor hem te vinden. Die belangstelling is er ook, alleen moet hij nu eindelijk eens gaan produceren en niet langer wachten tot de rege ring hem een miljoen toestopt\ want daar verkijkt hij zich steeds op. Zolang er niets uit die fabriek komt, kan nie mand iets voor hem doen". Goede wil en geldgebrek: het lijkt een dilemma waartussen de vlasvezelzak wordt ver malen. Tenzij... Jan Roeloff zen: ,X)e regering zou steun moeten geven voor het op nieuw starten van dit bedrijf. Ik noem geen bedragen, dat lijkt me niet goed. Maar je zou h ier in Sas van Gent een soort pilotplant moeten creëren, waar we verder kunnen expe rimenteren. En die vlasvezel zak kan natuurlijk overal in het land worden gefabri ceerd". Het kleine kantoor wordt door zijn betoog nau welijks warmer. Proef Het begint in 1972, wanneer Roeloffzen op een stoep in het Duitse Mannheim een plastic zak met kleding voor het Rode Kruis ziet staan. „Ik dacht: textiel verpakken in plastic, dat is een tegenstellingZo is de vlasvezelzak geboren". Spectrum maakt dan al ca- mouflagenetten voor leger- doeleinden en vlasvliezen, die onder tapijttegels worden be vestigd. Ze zijn onbrandbaar, isolerend, wegen vrijwel niets en vervaardigd van natuur lijk materiaal. Dat laatste lijkt in de milieubewuste ze ventiger jaren doorslagge vend te gaan worden. Als Roeloffzen in 1973 zijn vin ding presenteert zit hij echter in het nadeel met zijn fabri- cagekosten. De plastic huis- vuilzakkanvoor9.devlaszak voor 14 cent worden gemaakt. Mede om die reden reageert het ministerie van volksge zondheid en milieuhygiëne uiterst lauw. Na veel vijven en zessen krijgt de fabrikant uit Sas van Gent gedaan dat er in Nijmegen een proef wordt ge nomen met de vlasvezelzak Zo'n 1000 gezinnen krijgen hem in huis. Vuilnismannen laten zich lyrisch uit over het nieuwe - uiterst lichte - pro- dukt en hoewel er bij het op halen van de zakken een fikse regenbui losbarst, bezwijken ze niet. Toch lijkt de plastic concurrent het pleit te winnen. Jan Roe loffzen, terugkijkend: ,JJe vlaszak stond toen, het was '73, nog in de kinderschoenen Door de toevoeging van een verkeerde stof - BASF heeft dat later in een brief ook toe gegeven - was hij niet wate rafstotend maar nam juist water op. Dat is later alle maal verholpen, maar het ministerie heeft me nooit in staat gesteld om een tweede proef te nemen. En voor de eerste moet ik nog steeds geld krijgen, hoewel Den Haag me dat wel had beloofd". Druk Hij sluit niet uit dat zijn vin ding in de doofpot is gestopt onder druk van de plasticin dustrie. „Die wilde eenvoudig niet hebben dat er een vlasve zelzak kwam". Roeloffzen laat zich niet van de wijs brengen en experimenteert dóór. Zijn vlasvezelzak krijgt hetzelfde volume als het plas tic model, is inmiddels water afstotend en kan nu ook te gen een concurrerende prijs worden gemaakt. Een ideale situatie, zo op het eerste ge-, zicht. Maar de uitvinder stak zoveel geld in zijn proeven dat hij sinds 1975 in de bij stand loopt. Twee zoons wer ken bij chemiscfUi concerns. En zo haalde Jan Roeloffzen het plastic, waar hij jaren te gen vocht,via de familiekring weer binnen... Soms grijpt hem treurnis naar de keel. Maar met Groningse koppigheid vecht hij door. ,,/k denk dat ik de economische si tuatie mee heb. Hel is juist nu aantrekkelijk om de vlasteelt uit te breiden. In 1964'hadden we in ons land nog ruim 30.000 hectare vius. Daar is nog 5000 hectare van over. De EG hecht grote waarde aan het opvoeren van de teelt. Van die kant zou steun gegeven moeten worden. Nu er weer een oliecrisis voor de deur staat moeten we de bakens verzetten: plastic terugdrin gen en met vlas beginnen. Door de gestegen olieprijzen gaat de prijs van plastic om hoog. Een natuurlijk mate riaal als vlas wordt al jaren lang tegen een vrijwel gelijk blijvend prijsniveau ver bouwd". Hij ziet in gedachten de vlasve zel oprukken in de papier- en verpakkingsinduslrietoont draagtassen die gretig aftrek vonden en prijst de vlamwe- rende en antistatische kwali teit aan. Onlangs kreeg hij iemand van de Noordelijke Ontwikkelings Maatschappij (NOM) op bezoek, die tot taak heeft bedrijven naar het bloe darmoedige Noorden te ha len. ,Als li bij ons in de buurt was gevestigd,had u oponze steun kunnen rekenen", verzekerde de man. En reisde af. Jan Roeloffzen zit niet in het Noorden, maar in Zeeuws- Vlaanderen. een paar kilome ter van de grens met België. Dal maakt verschil. Maar hij blijft glimlachen, een zilveren brilletje rond de brede schedel geklemd. „Kijk, ik doe dit al lemaal niet voor mezelf .Ik ben straks 65. Het gaat om die uit vinding'.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1980 | | pagina 21