Met fanatisme en
geloof tegen
een modern leger
Blik in de weekbladen
flKIÜLldüBB
Afghaanse
vrijheids
strijders:
rotsvast
vertrouwen
in de
toekomst
L^n
EISEVIERS
PAGINA 16
DONDERDAG 24 JANUARI 1980
mm
vanuit deze opvatting zijn sommi
ge verhalen beter te begrijpen.
Bijvoorbeeld het verhaal van de
man die zijn kleren met benzine
liet overgieten, zich in brand liet
steken en als een levende molo-
tov-cocktail op een Russische
tank sprong. Of de slager die twee
Russische soldaten die om vlees
kwamen met zijn hakbijl dood
sloeg, voordat hij door andere
Russische soldaten werd dood
geschoten.
Zover gaat het fanatisme niet van
alle Afghaanse mohammedanen,
maar de situatie is toch zo dat zich
's avonds geen Russische militair
lopend op straat waagt. Met mes
sen en scharen worden ze over
rompeld en doodgestoken of met
touwen gewurgd. ,,Ook vrouwen
doen daar aan mee", aldus prof.
Achmadcho, die voor de Russen
geen heil ziet in het sturen van
nog meer eenheden. „Als we één
regiment kunnen uitschakelen,
dan kunnen we dat ook met het
volgende. Het sturen van een on
beperkt aantal troepen heeft geen
zin". Zijn rotsvast vertrouwen
heeft zijn nuchtere verstand ech
ter niet geheel overwoekerd.
orginele", zegt wapenproducent
en handelaar Malek Abdoel Ra-
for. Hij is lid van de familie die
bijna het hele dorp bezit. Ruim
300 man werken onder zijn lei
ding aan de produktie van de
meest uiteenlopende handvuur
wapens, van „Britse" geweren en
„Spaanse" pistolen tot kopieën
van Russische en Chinese auto
matische wapens.
Afghaanse vrijheidsstrijders: te paard tegen tanks en gevechtshelikopters
Verloren
Opstandelingen die zwaar gewond
zijn, zijn reddeloos verloren om
dat men er niet in slaagt om hen
snel genoeg de grens met Pakis
tan over te krijgen. „We hebben
slachtoffers gehad met grote
brandwonden. Die zijn verloren,
omdat ze sterven voordat we ze
hier hebben", aldus een van de
artsen van het hospitaal. Brand
bommen, napalm? Ze knikken.
Er liggen niet alleen gewonde op
standelingen, maar ook een jon
gen uit een Afghaans dorp met
een gebroken been. Elk schot dat
de opstandelingen lossen, wordt
beantwoord met bombardemen
ten en acties vanuit de lucht met
de gevreesde Sowjet MI-24-ge-
vechtshelikopter waarvoor de
Afghaanse vrijheidsstrijders een
groot ontzag hebben.
Wat kun je met de beste wil van de
wereld uitrichten tegen deze ef
fectieve, moderne moordmachi
nes die bijna onkwetsbaar zijn en
die je op elk moment vanuit de
lucht genadeloos kunnen aan
pakken? „Allah is de grote doe
ner die alles beslist, maar wij
moeten intussen het mogelijke
doen wat we kunnen. Als mos
lims is het ons recht en zelfs onze
plicht om te strijden tegen het
kwaad. Zij hebben ons land met
geweld genomen, dus moeten wij
ze met geweld bestrijden. Bo
vendien, wij hebben een sterker
wapen dan hun tanks en hun
vliegtuigen en dat is de kracht
van ons geloof'. Aldus prof.
Achmadcho, die plaatsvervan
gend leider is van de Jamiat-e-
Islamii
Door Koen Corvër
Rustig en vol vertrouwen schildert
hij in een donker achterkamertje
van het Jamiat-kantoor in Pes
hawar de taak van alle ware mo
hammedanen. „Het is onze plicht
er naar te streven een moslim-re
gering tot stand te brengen. Dat is
de meest vredelievende regering,
ook voor diegenen die niet mo
hammedaans zijn. De meeste
mensen in het Westen weten al
leen, dat onze vrouwen gesluierd
rondlopen en zij denken dat wij
hen onderdrukken. Maar als ze
ons geloof nauwkeuriger zouden
bestuderen, dan zouden ze alles
begrijpen en ook accepte-
üorrupt
3rof. Achmadcho is vóór de
marxistische coup in april '78
naar Pakistan gevlucht. Hij was
tijdens het koninklijke bewind al
actief aan het ijveren voor een
ware en pure mohammedaanse
staat. „Het koninklijke bewind
was een tijd met corrupte ele
menten". Maar het werd er na de
staatsgreep van 1973 van 's ko-
nings neef Daoud niet beter op
volgens prof. Achmadcho. „Da-
oud begon moslim-schrijvers en
andere moslim-elementen te ar
resteren. Velen werden er toen
gedood en velen vluchtten naar
het buitenland. Daoud zag te laat
dat hij hulp verwachtte van de
verkeerde vrienden. Zij deden
wat gebruikelijk is bij hun (com
munistische) politiek. Zij dood
den hem en zijn familie en nog
12.000 Afghanen, toen Taraki in
april '78 met Sowjet-steun aan de
macht kwam".
Intussen zijn de mohammedaanse
opstandelingen niet alleen meer
verwikkeld in een strijd tegen
corrupte of anti-mohammedaan
se landgenoten, maar zij hebben
de twijfelachtige eer inmiddels
een supermogendheid tot tegen
stander te hebben en dat kunnen
zij merken ook. De zwakke te
genstand van het Afghaanse le
ger wordt opgepept door de aan
wezigheid van geregelde eenhe
den van het Rode leger. Er lopen
nog voortdurend Afghaanse mili
tairen over naar de opstandelin
gen en er gaan zelfs geruchten dat
er Sowjet-soldaten zijn overgelo
pen, maar de strijd lijkt toch zeer
ongelijk en daarmee verlo-
Martelaarschap
„U vergeet één ding", aldus Mo-
hammed Sadeq, woordvoerder
van de Jamiat-organisatie die als
een der belangrijkste bolwerken
geldt van de opstandige bewe
ging. „U vergeet namelijk, dat het
martelaarschap voor de mo
hammedaan iets zeer positiefs is.
Wij strijden voor onze goede zaak
en als wij daarbij omkomen, dan
zijn we verzekerd van een plaats
in de hemel".
Tekorten
\chmadcho erkent, dat er knel
punten zijn voor de opstandelin
gen. Er is grote behoefte aan wa
pens, munitie, geld en medicij
nen. Dat betekent dus, dat er aan
diezelfde goederen nijpende te
korten bestaan. Er wordt mo
menteel bijvoorbeeld een opera-
tiekamer(tje) gebouwd op het
noodhospitaal, maar het is niet
zeker dat er geld voldoende is
voor het voltooien van dit be
scheiden project. Men heeft
daarnaast dringend behoefte aan
een anesthesie-apparaat, meer
chirurgische instrumenten, een
sterilisatie-apparaat (de instru
menten worden nu gesteriliseerd
in een snelkookpan...), medicij
nen, verbandmiddelen, noem
maar op.
Daarnaast is er behoefte aan een
ambulance die de gewonden
sneller van de grens naar het hos
pitaal kan transporteren. Men
heeft ook betere transportmid
delen nodig voor de opstandelin
gen en vooral meer en betere wa
pens. Het arsenaal van de vrij
heidsstrijders in de bergen be
staat uit een bonte verzameling
van oude en moderne wapens en
kopieën daarvan. Er wordt nog
met Britse infanteriegeweren uit
de vorige eeuw op het Russische
invasieleger geschoten. Verder
gebruiken de opstandelingen
buitgemaakte wapens en er
wordt veel gebruik gemaakt van
wapens die men kan kopen in het
niemandsland tussen Afghanis
tan en Pakistan.
Dit gebied ten noordwesten van de
grensplaats Peshawar heet Ka-
boil Ozod. Hier wordt noch het
Afghaanse, noch het Pakistaanse
gezag erkend en de bewoners
hebben een vluchtelingenpas-
poort. In het stadje Dara' fabri
ceert men alle wapens die men
zich wenst. Met de hand, kost
baar maar perfect. „Sommige van
onze produkten zijn beter dan de
„Brits"
Achter een ogenschijnlijk beschei
den wapenwinkeltje in de morsi
ge hoofdstraat van Dara ver
schuilt zich de even morsige wa
penfabriek van de heer Rafor.
Modderige steegjes verbinden
binnenplaatsen en werkhallen
waar de schapen vrij rondlopen,
maar waar intussen met groot
vakmanschap dodelijke wapens
worden geproduceerd. Een ge
weer van bijvoorbeeld „Britse
makelij" komt op 28 manuren te
staan en kost de koper gemiddeld
300 gulden. Alles wordt zelf ge
daan. Het boren van de lopen, het
construeren van afvuurmecha-
nismen, het vervaardigen van de
houten kolven en het maken
de bijbehorende munitie.
De handel van de heer Rafor be
staat al ruim twintig jaar en is op
gezet door wijlen zijn vader. Men
moet niet vergeten, dat
een land is waar iedere volwasse
ne een geweer draagt en waar ei
genlijk geen enkel staatsgezag
wordt uitgeoefend. De samenle
ving wordt gevormd door een
stammenmaatschappij. Sommi
ge van die stammen hebben een
beperkte autonomie over een be
paald gebied. Verder is de grens
tussen Afghanistan en Pakistan
niet nauwkeurig afgebakend en
wordt die ook allerminst nauw
keurig bewaakt. De grensbewo
ners trekken vrij van de ene kant
naar de andere.
Het komt voor, dat families het niet
de moeite waard vinden de ge
boorte van hun kinderen aan een
van beide kanten van de grens te
melden. Verder trekken hier ook
nog roversbenden rond in de
meest traditionele betekenis van
het woord. In dit gebied is de aan
trekkingskracht van een wapen
handel in niemandsland onge
veer te vergelijken met die van
een koek en zopie naast een bron
in de Sahara.
Recordverkoop
Rafor doet dan ook altijd goede za
ken, maar de laatste tijd slaat hij
toch alle records. Terwijl we een
kopje thee zitten te drinken in
zijn kleine (open) winkeltje, gaan
er achteloos even acht geweren
over de toonbank, alsof het slof
fen sigaretten zijn.
Verderop in de straat wordt bij een
andere wapenhandelaar een pis
tool gedemonstreerd. Oorver
dovend geknal dat gezien de ge
moedsrustvan de voorbijgangers
blijkbaar tot de dagelijkse erva
ringen hoort. Er komt een klein
vrachtautootje voorrijden. Er
gaat een gonjezak geweren in, het
wagentje schokt en het vertrekt.
„Dat waren Afghanen, die kopen
tegenwoordig veel", zegt Rafor
met een onbewogen gezicht.
„Kunt u alle wapens kopiëren?"
„Alles. We hoeven maar één
exemplaar als voorbeeld te heb
ben, dat is voldoende". Hij neemt
ons opnieuw mee naar het mod
derige stegenstelsel dat zijn „fa
briek" vormt. Achterin steekt een
grote loop dreigend uit een
vriendelijk deurtje. „We maken
hier luchtafweergeschut. Als het
moet, kan ik zelfs een tank ma
ken".
Het lijkt ongelooflijk, dat uit deze
wirwar van steegjes, scheefge
zakte hekken, loslopende dieren
en simpele werkbanken de wa
pens te voorschijn komen die te
koop worden aangeboden. Die
zien er perfect uit en de Afghaan
se opstandelingen verzekeren,
dat ze ook perfect werken.
Geen hulp
Maar is dat voldoende? „Het is vol
doende om voorlopig de strijd
voort te zetten, maar wij hebben
zwaardere wapens nodig. Wa
pens, wapens, wapens en geld",
zegt prof. Achmadcho van de or
ganisatie Jamiat-e-Islami. Er zijn
veel rijke Arabische mohamme
daanse staten. Dragen die niet bij
tot de strijd of tenminste Perzië
en Pakistan, de buurlanden van
Afghanistan waar de vluchtelin
gen een gastvrij onthaal vin
den?
„Neen, wij krijgen geen cent, geen
geweer en geen kogel van andere
landen. Wij hebben hen na de
(marxistische) machtsovername
van Taraki in april '78 gewaar
schuwd dat zij tegen hun eigen
belangen in handelden als zij ons
niet zouden steunen. Tenminste,
dat is onze mening, maar het
antwoord luidde voortdurend
„afwachten, afwachten" en nu is
het daarvoor te laat", aldus Ach
madcho.
Vernacht hij iets van de conferen
tie van ministers van buitenland
se zaken van mohammedaanse
staten die 26 januari in de Pakis
taanse hoofdstad Islamabad be
gint?
Achmadcho weet het niet. „Dat is
hun zaak, dat zien we wel". Intus
sen gaan de opstandelingen ver
der in hun strijd die zeer ongelijk
schijnt, maar die de Russische
bezetters toch nog lang kan be
zighouden. De vrijheidsstrijders
zijn namelijk in hun terrein zeer
rap en bijna onzichtbaar. Ze kun
nen rekenen op de steun van de
bevolking en bovendien loopt het
korte winterseizoen alweer spoe
dig ten einde en dan kunnen zij
zich in nog onherbergzamer stre
ken terugtrekken.
Intussen bestoken ze de vijand
waar ze maar kunnen met stenen,
messen en geweren. Daarna
trekken ze zich terug in de ber
gen, levend op een uiterst karig
rantsoen. Ze hoeven geen soldij
en geen medailles, maar ze zoe
ken het paradijs en daarom vol
gen zij het marsbevel van hun
commandant, Allah, „de grote
doener die alles beslist".
Een primitief hospitaal in het gast
vrije Pakistan dat niettemin toch
door gewapende Afghanen wordt
bewaakt. „Je weet het nooit en
bovendien zijn niet alle Pakista-
nen even blij met onze aanwezig
heid hier", aldus een woordvoer
der van de Afghaanse moham
medaanse opstandelingenorga
nisatie „Jamiat-e-Islami Afgha
nistan".
Souleiman vertelt hoe de lucht
macht zijn dorp heeft gebombar
deerd. „Het waren Russische pi
loten, of in ieder geval geen mos
lims, en zij stonden positief te
genover de ideologie van het
nieuwe bewind in Kabuel. Zij
bombardeerden ons regelmatig.
Wij hebben twee vliegtuigen naar
beneden gehaald. Maar later
kwamen zij met helikopters.
Daartegen kan niemand iets doen
en daar zijn we bang voor. Later
werden we aangevallen door
grondtroepen die zware wapens
gebruikten. Er vielen bij ons do
den en gewonden"
Souleiman was een van die gewon
den. Hij wist te ontkomen met
zijn strijdmakkers, die later voor
hem een ezel huurden. Hiermee
trok hij 's nachts in de richting
van de Afghaans-Pakistaanse
grens, want overdag is dat te ge
vaarlijk in verband met de voort
durende patrouilles door Afgha
nen en Russen vanuit de lucht.
Eenmaal in Pakistan aangeko
men pakte Souleiman de bus en
reisde zo goed als dat met zijn
verwondingen ging verder naar
Peshawar, waar zijn kameraden
een noodhospitaal hebben inge
richt. Het is klein, primitief, groe
zelig en heeft behoefte aan vrij
wel alles.
,We kunnen hier alleen de kleinere
verwondingen behandelen", al
dus dr. Rawan, die zes maanden
geleden uit de Afghaanse hoofd
stad Kabuel vluchtte en nu het
hospitaal leidt. „De oppervlakki
ge verwondingen doen we in me
dische posten in Afghanistan
zelf, maar we kunnen daar geen
hospitaaltjes inrichten omdat we
bang zijn dat die door de vijande
lijke luchtmacht worden platge
gooid". De grotere verwondingen
die uitgebreide chirurgische in
grepen vereisen, gaan naar de
Pakistaanse ziekenhuizen waar
de zorg voor de gewonden vol
gens de Afghanen echter niet op
timaal is.
PESHAWAR - „Als Allah
dat zo wil, dan ga ik over
tien dagen terug naar mijn
provincie om weer tegen
de vijand te vechten". De
ze hoopvolle uitspraak
komt van hadji (Mekka-
ganger) Souleiman, die
ruim drie maanden lang
met beenverwondingen in
het Afghaanse noodhospi
taaltje in de Pakistaanse
grensplaats Peshawar
heeft gelegen.
hervormd
nederland
Zaterdag wordt in Utrecht de de
monstratie "Vrouwen tegen por
no" gehouden. Hervormd Ne
derland (en trouwens ook de
meeste andere weekbladen)
speelt daar op in met het artikel
"Porno is angst voor de bevrij
ding van de vrouw". HN consta
teert "De porno-industrie staat
haaks op het streven van de
vrouw zelf haar leven in te rich
ten. De pornohandel en de peep
shows zullen waarschijnlijk niet
snel verdwijnen. Misschien wel
hooit. In feite gaan ze uit van een
zekere vorm van bezitsdenken -
en dat is een hardnekkig ver
schijnsel".
Dr. J. H. Meesters van het Chr. Pe
dagogisch Studiecentrum laat
zijn licht schijnen over ons on
derwijs.
'De beoordeling is steeds: zoveel
fout, dus een zes. Waarom niet:
zoveel goed, dus een zes? Dat is
heel kenmerkend voor ons systeem
en onze denkwijze. We cijferen
vanuit het negatieve. Het onder
wijs is kenmerkend voor onze
harde maatschappij"
De Noordwijkse predikant dr. J. G.
B. Jansen schrijft over "Geloven
na Auschwitz". Hij vindt dat de
christelijke leer radicaal moet
worden gezuiverd. "Meer dan 300
miljard hebben de rijke landen
op tafel gelegd voor de bewape
ning en 1 miljard als hondefooi
voor de arme landen".
Verder een gesprek met vier jonge
ren rond de twintig jaar dat de
wel erg simpele kop "Amuse
mentsjongeren zijn gemakkelij
ke prooi voor het fascisme" mee
kreeg.
VRIJ NEDERLAND
"Moskou is de aangewezen stad
voor de Olympische Spelen",
schrijft M. van Amerongen in een
van cynisme druipend stuk. Aan
de hand van wat hij de ideologi
sche grondslagen van de O.S.
noemt, concludeert Van Ame
rongen:
"Een land als de Sowjet-Unie is hel
laatste onder de gemeenschap
der volkeren dat verdient met eer
Olympische boycot gestraft tc
worden. Integendeel: de Sowjet-
Unie met zijn collectivisme
chauvinisme, prestatiegedre
venheid, zijn hang naar hiërar
chie, sociaal-sentimentalisme
werkkampen en gekkenhuizen
zulks gevoegd bij haar jongste
krijgskundige verrichtingen op
de Afghaanse hoogvlakten is de
Olympische natie bij uitstek".
"Sport en politiek zijn onverenig
bare grootheden, zeggen Carter,
Schmidt, Thatcher en Van Agt -
totdat zich die unieke gelegenheid
voordoet om de Russische beer een
stok tussen de poten te steken".
De officier van justitie in Leeuwar
den bekijkt dezer dagen de op
vattingen van Klazien Sybrandy
uit Friesland inzake euthanasie -
"het recht op sterven". In VN
komt ze uitgebreid aan het
woord. "Volgens het Algemeen
Dagblad zou ik al 15.000 mensen
daadwerkelijk hebben geholpen.
Als dat zo is ben ik de afgelopen
zeven jaar niet uit de kleren ge
weest. Ik kan het wel ontkennen,
maar ik sta toch al bekend als 's
lands nationale doodgraver. Ik
ben dat mens dat thuis een la vol
gift heeft".
Tessel Polman schrijft bijna twee
pagina's vol over de strijd van
vrouwen tegen porno. "Wij zijn
nu op straat niet meer dan een lijf
met een gat".
Ook twee pagina's over buitenlan
ders in ons land. "De Tweede
Kamer buigt zich over het
vreemdelingenbeleid. Horen,
zien en zwijgen". En "Een zwart
boek over illegale arbeiders en
hoe we ze behandelen".
Het kleurkatern gaat o.a. over Fo
rum, het fameuze literaire tijd
schrift uit de jaren dertig.
"Wat doet Moskou na Tito", vraagt
Elseviers Magazine zich in het
omslagverhaal af. Voorlopig
hoeft het westen zich daarover
geen zorgen te maken, aldus het
blad. Sowjet-agressie wordt hier
onwaarschijnlijk geacht, omdat
je een Afghaans avontuur niet zo
makkelijk kunt combineren met
een midden-Europese aanval.
Bovendien: "Het schijnt dat Ti
to's steffbed heel die bonte ver
zameling van nationaliteiten die
de Joegoslavische bevolking
uitmaken,evenals in de tweede
wereldoorlog aaneen heeft ge
smeed in het besef van gezamen
lijke kracht".
Wat de Olympische Spelen van
Moskou betreft, heeft Nederland
volgens EM geen keus meer. "Als
Zuidafrikaanse gehandicapten
niet naar Nederland mogen ko
men voor hun Spelen, hetzij op
grond van morele verontwaardi
ging, hetzij als politiek pressie
middel, waarom zouden dan wel
Nederlandse sportlieden naar
Moskou mogen gaan om daar on
der andere het prestige van de
heer Brezjnew luister bij te zet
ten".
Onder de kop "Duel onder pause
lijk toezicht" rapporteert het blad
over de bisschoppensynode in
Rome. "Een slag tussen de curie
en de meerderheid van de Ne
derlandse bisschoppen, met Gij-
sen aan de kant van de curie".
Alice Oppenheim sprak met EO-
voorzitter Glashouwer. Waar
staat zijn omroep nu precies?
Heel eenvoudig. "Tussen Ro
meinen 13 en Openbaringen 13".
Verder "Het benarde school
hoofd" en "Chipcongres moet
Nederland wakker schudden".
Evenals VN bevat de HP een inter
view met euthanasie-activiste
Klazien Sybrandy. "Het is een
wijdverbreid misverstand dat ik
wil beslissen voor anderen". Het
Friese artsenechtpaar Postma
(dat een aantal jaren terug terecht
stond omdat mevr. Postma haar
eigen doodzieke moeder op diens
verzoek een spuitje had gegeven)
is niet zo gelukkig met mevr. Sy-
brandy's activiteiten: "Ze voelt
zich pionierster, zij loopt voorop,
maar wel op een gebied waar ze
niet thuishoort".
Prof. H. v. d. Doel komt met een
zwaar op de maag liggend eco
nomisch stuk onderde titel "De
economie van de onbetaalde re
kening".
Verder een interview met de filmer
Roman Polanski en een portret
van de Amerikaanse presidents
kandidaat Jerry Brown.
Ook de Haagse Post bevat een uit
gebreide reportage over de bis
schoppensynode. Ton van Dijk
trok naar Rome en levert wel een
aardig sfeerverhaal af, maar
brengt bitter weinig nieuws.
De Tijd sprak met CDA-fractielei-
der Lubbers. ("Kabinet moet niet
te aardig zijn voor de WD"). Hij
verwacht dat CDA en PvdA
schouder aan schouder zullen
staan bij de beoordeling van het
ombuigingsbeleid van het kabi
net. "Niet uit tactische overwe
gingen, mar omdat ze werkelijk
hetzelfde zien. Totdat de PvdA
laat merken dat het niet om de
precieze uitkomst van het debat
gaat, maar om het kabinet. En
dan zul je weer een vervreemding
tussen CDA en PvdA zien".
Abel Herzberg neemt het lang ver
beide boekje van Aad Nuis over
het Weinreb-rapport op de kor
rel. Weinreb, die in de oorlog met
een door hem uitgevonden Duit
se generaal iedereen en alles
heeft bezwendeld, volgens on
derzoekers van het Rijksinstituut
voor Oorlogsdocumentatie. Nuis
vindt het rapport een prutsstuk,
maar Abel Herzberg schrijft:
"Het wordt me te gortig. Ik neem
afscheid van Weinreb die met zijn
witte baard een zwarte inhoud
weet te bedekken. Ik hoop dat dit
afscheid definitief zal zijn. Ik
neem ook afscheid van Nuis die in
zijn boek niets anders heeft bewe
zen dan dat hij een bijzonder
slechte verliezer is".
Uiteraard gaat De Tijd ook in op de
bisschoppensynode: "Voor Gij-
sen ligt de winst klaar. Bluyssen,
Ernst, Möller en Zwartkruis wer
den terstond in de verdediging
gedrukt".
Op verzoek van De Tijd gingen de
sportverslaggevers Ben De Graal
en Theo Koomen aan één tafel zit
ten. Mannen die zo'n beetje el-
kaars tegenpool zijn. De Graaf
nooit van zijn leven enthousiast,
Koomen altijd juichend en jube
lend. Aardige leesstof, maar geen
nieuwe gezichtspunten.
RUUD PAAUW