1/ Engelse jeugd terug naar de jaren zestig Von Karajan: jacht van ruim11/z miljoen I ZATERDAG 3 NOVEMBER 1979 LONDEN - Een vlot colbertje bij de jongens, strakke kostschoolpakjes voor de meisjes en bescheiden haardossen, zoals we die kennen uit de beginjaren van het Beatles-tijdperk. De uiterlijke kenmerken van een nieuwe trend in Engeland, waar de „Mods" uit de jaren zestig hernieuwd zijn gaan leven voor de jeugd. De belangstelling voor stropdassen neemt zienderogen toe en bij schoenzaken is een grote vraag naar suéde stappertjes en lage puntmodel- len. Terug naar de jaren zestig, lijkt het motto. Een ver schijnsel dat niet louter terug te voeren is op nostal gie. Er is immers sprake van een nieuwe generatie jongeren, op zoek naar een levensstijl met een stuk identificatie. In de popmuziek is die identificatie niet langer mogelijk met artiesten die zich middels hun superstatus van de jeugd verwijderd hebben. De Engelse jeugd van vandaag creëert haar eigen helden: muzikanten van de straat, leeftijdgenoten, gekleed volgens de mode van vijftien jaar gele den. De punkbeweging - twee jaar geleden een radicale aanval op alles wat gesetteld was - mag als tijdver schijnsel nagenoeg verdwenen zijn. Een beduiden de invloed heeft het zeker gehad. Er is iets losge woeld bij de jongeren en als gevolg daarvan dient zich nu een nieuwe stroming aan. Door Dolf Ruesink Jonge popmuzikanten met een goed stuk muziek, gewaar deerd door hun leeftijdgeno ten. Ontstaan op de puinho pen van de punk, doch qua muziek sterk beinvloed door groepen uit het begin van het vorig decennium: de Yard- birds, Rolling Stones, Beat les, Small Faces, Spencer Da- vis en de Kinks. Parallel met de opkomst van de „Mods" in Engeland, is de sterke groei van de zgn. „In dependents": onafhankelijke platenmaatschappijtjès met artiesten die bij de grote la bels geen kans kregen om zich te bewijzen. Veelal tij dens de punkperiode voort gekomen uit platenwinkels, zijn deze mini-maatscha ppij- en zich aan het ontpoppen als uiterst levensvatbare distri buteurs. Via de „Indepen dents" klinkt het geluid van de straat. Een treffend voorbeeld levert „Beggars Banquet". Het kan toor - aan de smalle Hogarth Road in West-Londen - lijkt in de verste verte niet op de gebruikelijke lokaliteiten van een platenmaatschappij. Op de begane vloer bevindt zich de platenwinkel, via een hou ten trap is met enige moeite het „bureau" te bereiken. Een voormalige huis- en slaapka mer, waar amper plaats is voor tien personen. De metro is er verantwoordelijk voor dat het gebouw om de drie minuten nadrukkeljk op z'n grondvesten trilt. platenwinkels Martin Mills (voormalig filoso fie-student) en Nic Austin (ex- meubelhandelaar) fungeren als directeur. Net 29 jaar oud, gekleed in spijkerbroek en T- shirt. Gèèn prototypes van geslepen zakenlui, maar toch in het bezit van bankrekenin gen waarop dagelijks forse bijschrijvingen worden geno teerd. Mills en Austin begon nen vier jaar geleden met een platenwinkel nieuwe-stijl. Je kon er terecht met tweede hands platen om die te ruilen of met bijbetaling nieuwe exemplaren aan te schaf fen. Via het organiseren van pop concerten, kwam het Lon- dense duo in aanraking met artiesten. Ze scharrelden een oefenruimte op voor begin nende groepen en gingen na verloop van tijd het manage ment voeren over verschil lende popacts. De gedachte om een eigen platenmaat schappij op te richten, ont stond toen bleek dat de grote labels niet geinteresseerd wa ren in groepen van de straat. Zo ontstonden - uit nood ge boren - de onafhankelijke la bels in Engeland. „Onze toekomst ligt op straat" is de heilige overtuiging van Nick Austin, „de jongeren komen hier binnen met bandjes die in de winkel af- gedraaid worden. We testen dan gelijk de reactie van het publiek, wat doorgaans een goede graadmeter is. Omdat we zo klein zijn en dicht bij de mensen staan, is er geen drempelvrees, wat je bij de grote maatschappijen wel hebt. Bij ons in de winkel komt ontzettend veel goed spul binnen. Allemaal van talent dat anders verloren zou gaan". 3eggars Banquet is niet de eni ge mini-maatschappij in Londen. Links en rechts schieten de „Independents" als paddestoelen uit de grond: Stiff, Rough Trade, Cherry Red en Charly Records, om er Geen omkoperij „Dit is de nieuwe stijl van wer ken in Engeland", aldus Mar tin Mills, „er wordt alleen geld besteed aan de plaatopna men. Geen dure promotie toestanden en omkoperij van, discjockey's. Het geld dat we verdienen, gaat voor het grootste deel terug naar de groepen die door ons in leven worden gehouden. Meestal adviseren wij de mensen hun, baantje voorlopig aan te hou den. Als de machine dan eenmaal begint te draaien, worden de meesten door gaans professional. Wij steu nen ze daarbij: we geven geld voor installaties, optredens' en eten. Om tegen te gaan dat; onze artiesten na verloop van tijd worden weggekocht door grote maatschappijen, heb ben we contracten afgesloten met een looptijd van vijf jaar". Onafhankelijk Dat deze ongebruikelijke wijze van werken inderdaad vruch ten kan afwerpen, bewijst de praktijk. Van de tien tot dus- 2 uitgebrachte elpee's bij Banquet kwamen er liefst zeven in de Britse top tien terecht. De vraag is ge wettigd of dit snelle succes geen gevolgen zal hébben voor de werkwijze van de „Independents". Hoe onaf hankelijk zijn de onafhanke- lijken eigenlijk? Martin Mills: „Er zitten duide lijk gevaren aan deze ontwik keling. We hebben succes no dig, om te overleven, maar we mogen eigenlijk ook niet te groot worden. Daarom gaan we via onze winkels nieuwe labels lanceren, die kleine groepen kunnen oppikken. Zo blijft het contact met de straat behouden en kunnen de succesvolle acts later doorstromen naar Beggars Banquet. Nederlander Temidden van de Londense „Independents" heeft zich ook een Nederlander ge nesteld: Joop Visser, ooit werkzaam bij een groot pla- tenconcern in ons land, runt nu vanuit een piepklein kan toortje aan de Beadon Road het alternatieve Charley-la- bel. Een echte accommodatie kun je het nauwelijks noe men, daarvoor is de ruimte te klein en de chaos is groot. Veel geld wordt er nog niet verdiend, maar daar staan plezier en ondernemingslust tegenover. Bovendien heeft men het SUN-label achter de- hand, waarop talloze goedlo pende jazz-, rock- en blues platen worden uitgebracht. De meeste groepen worden ook hier van de straat opge vist. „De grote maatschappijen laten gelukkig veel voor ons lig gen", constateert Visser te vreden. Charly Records is doorgaans wèl te porren voor iets nieuws en heeft tevens een scherpe neus voor cu rieuze gevallen in de popmu ziek. Zo brengt Joop Visser binnenkort platen uit van de Sex Beatles en de Donna Win ter Experience. In de laatst genoemde gelegenheids- groep schuilt o.a. de zanger van The Police. Bakermat De roemruchte Marquee-club, midden in Londens warme wijk Soho, is de plaats waar i sformatie Merton Parkas optreedt. De Marquee was in de jaren zestig de ba kermat voor veel inmiddels gerenommeerde artiesten. Met enige trots kan de club melden dat hier ooit de Sto nes, Pink Floyd, Who, Jimmy Hendrix, Led Zeppelin, Yes en Jethro Tuil voor het voet licht mochten treden. Te genwoordig biedt men jonge groepen de kans zich aan het grote publiek te presenteren. Gezien de leeftijd van de be zoekers (tussen 15 en 20 jaar) worden de entreeprijzen be wust laag gehouden. Voor èèn pond ben je een hele avond onderdak en krijg je als ex traatje doorgaans nog een lo kale popgroep als voorpro gramma geserveerd. ,Mods Minstens de helft van het publiek bestaat uit mods: de haren netjes op lengte, een niet al te stijf zittend over hemd en natuurlijk een wat flodderig colbertje. Af en toe kom je bezoekers tegen die in de overgangsfase van punk naar mod zitten. In zo'n geval wordt de stropdas gecombi neerd met gitzwart piekhaar of opgemaakte ogen. Meisjes blijken het voorzien te heb ben op nauwe splitrokken en zwarte nylons. Naar stuff is het anno 1979 vergeefs ruiken in de Marquee. Hasj past niet bij het beeld van de mods. Zowel de meisjes als jongens houden het bij een paar gla zen bier. Met de komst van Merton Par kas zit de sfeer er meteen goed in. Een dansende me nigte op ryth blues-tonen, die gedegen en sympathiek overkomt. Geen show, geen kapsones en evenmin een grootse lichtshow. Er wordt ook niet om gevraagd. Tegen het eind van het optreden staat een dozijn fans op de bühne uit volle borst mee te zingen. De groep rond de 19- jarige broertjes Danny en Mick Talbot brengt muziek volgens de methode „simpel, doch doeltreffend", met waarneembare invloeden van zestigers als Small Faces, Who en Monkees. Respect Merton Parkas blijkt bij uitstek een band voor „een avondje uit". Keyboards-speler Mick Talbot beaamt dat graag: „We brengen geen vernieuwing in de popmuziek, maar gewoon een brok vermaak. Vergelijk het met Chuck Berry. Die man zingt toch ook over au to's, vrouwen en school?" Broer Danny ziet rock and roll als gezond tegenwicht voor alle ellende. „Rock 'n' roll is de relax-zijde van het leven". Voor de Parkas-muzikanten is de snelle groei van de mod- rage niet vreemd. Mick Tal bot „Het is veel acceptabeler dan de punk. Okay, de punk is een tijdlang in geweest en veel mensen hebben punk platen gekocht. Maar hoeveel van die jongeren gingen wer kelijk met paars geverfde ha ren en gescheurde broeken naar hun werk? Het is veel gemakkeljker een Mod te zijn. De samenleving heeft er zelfs respect voor". Niet alle jachtwerven ondervinden de schadelijke weerslag van de malaise in de jachtbouw in Nederland. Een aantal bedrijven heeft nog volop werk; voor meer dan een jaar zelfs in enkele gevallen. Het is op zijn minst opmerkelijk dat dit voornamelijk de werven zijn die dure tot zeer dure schepen bouwen. Een van die ondernemingen is de Overijsselse Jachtwerf te Vol- lenhove. De directeur-eigenaar, de 47-jarige Walter Huisman, zegt ter verklaring dat zijn werf schepen bouwt voor een publiek „dat boven de recessie zit". Volgens hem bestaat er voor de grote jachten - de maxi's van wel vijfenzeventig tot tachtig voet - zelfs een toenemende belangstelling. Kort geleden kreeg de werf de opdracht tot de bouw van een wedstrijdschip voor de bekende Oostenrijkse dirigent Herbert von Karajan, dat het lieve sommetje van ruim anderhalf mil joen gulden gaat kosten. VOLLENHOVE - Er wordt wel eens gezegd dat het bedrijf te Vollenho- ve speelgoed voor miljonairs fa briceert. Voor een belangrijk deel is dat ook waar. Gelukkig voor de werf zijn er nog rijksaards volop, zeker in het buitenland, die bereid zijn enige tonnen of soms zelfs een miljoen of meer voor een jacht neer te tellen. Zeventig gezinnen heb ben er een goede boterham aan en voor het voormalige vissersstadje betekent het bedrijf derhalve heel veel. Bakens verzet De onderneming heeft een interessante ge schiedenis, die al bijna honderd jaar be slaat. Om precies te zijn was het in 1884 toen ene Walter Huisman - de grootvader van de Walter van nu - te Ronduite in het hartje van het prachtige Noordwestoverijsselse me rengebied een werf stichtte. Er werden aanvankelijk uitsluitend houten schepen gebouwd, onder meer de fraaie Vollenho- vense bollen, die voor de visserij op de Zui derzee werden gebruikt. Met de afsluiting van deze binnenzee kenterde echter het tij voor de werf, die daarop wat men noemt de bakens verzette. Omstreeks 1930 werd met de jachtbouw be gonnen. Er liepen Staverse jollen van sta pel, pampussen, zestienkwadraten en zelfs een als jacht gebouwde Vollenhovense bol. Voorts werden er punters en andere kleine bedrijfsvaartuigen gebouwd. In de oorlog lag de zaak plat, figuurlijk gesproken dan, en na de bevrijding werd de oqde draad weer opgevat. Na enige jaren begon de belangstelling voor houten jachten te tanen en opnieuw scha kelde de werf over. In 1951 werden de eerste stalen schepen gebouwd, een grote motor boot en het zeiljacht Najade van de Ko ninklijke Marine Jacht Club. Een dikke tien jaar later begon het polyester zijn opmars in de jachtbouwwereld. De werf liet de kansen niet liggen en paste dat nieuwe materiaal toe. Beroemde ontwer pers, zoals Rikus van de Stadt, Alan Bucha nan en Sparkman and Stephens leverden de ontwerpen. In de loop van de tijd kreeg de werf ook goede contacten met verschei dene andere vermaarde jacht-architecten in binnen- en buitenland, te weten met Dick Koopmans, Frans Maas, Koos de Ridder, Robert Clark, Ron Holland en Dick Carter, om enige namen te noemen. Snelle schepen Het uiteindelijke resultaat was dat er fraaie en snelle schepen werden gebouwd, die ook in de internationale zeilwereld de aandacht trokken, zeker nadat de werf omstreeks 1965 was begonnen met de bouw van alu minium jachten. Reeds spoedig kwamen er bij dit bedrijf - dat in 1971 bij gebrek aan ruimte te Ronduite en wegens de ondiepe vaarwateren in de omgeving naar Vollen- hove verhuisde - uitsluitend vaartuigen van dit materiaal op stapel te staan. Thans is de Overijsselse Jachtwerf een van de zeer wei- nig bedrijven - Aluboot BV te Hindeloopen behoort daartoe ook - die zich hebben ge specialiseerd in de bouw van aluminium vaartuigen. Tot nog toe werden er bijna honderdtwintig van deze schepen te Vollenhove gebouwd. Ze zijn verspreid over de gehele wereld en er zijn verschillende zeer bekende jachten bij. Het beroemdste van allemaal is zonder meer de Flyer, het miljoenenjacht waarmee Connie van Rietschoten uit Rotterdam de vermaarde Whitebread-race rond dé wereld won. Super racejacht Thans is de werf onder meer bezig met de bouw van de genoemde oceaanracer voor Von Karajan. Dat wordt een schip dat zeker ook veel van zich zal laten spreken. De leng te bedraagt maar eventjes drieëntwintig meter, de breedte wordt vijf en een halve meter en de diepgang drie en een halve me ter. Het is straks wellicht het grootste sloepgetuigde jacht - met één mast dus - ter wereld. De waterverplaatsing zal tegen de dertig ton bedragen. De ballast zal uit ruim zestienduizen d kilogram lood bestaan. Aan de wind zal het jacht tweehonderdvijft ig vierkante meter zeil kunnen voeren. De let terlijk torenhoge mast krijgt een lengte van dertig meter. Kortom, het zijn cijfers om van te duizelen, zogezegd. De dirigent is van plan met het jacht wedstrij den te varen. Hij heeft daarom ontwerper - een Argentijn - en bouwer opdracht gege ven waar mogelijk op gewicht te sparen. Dat alles gaat uiteraard zeer ten koste van het comfort. Er is nog niet eens een redelij ke hut voor de eigenaar, die nu al zoveel geld op tafel heeft moeten leggen bij de werf en die straks bij de vele wedstrijden boven dien nog eens een bemanning van veertien koppen de kost moet geven. Voor de zeer schaarse betimmering zal zoge naamd F-board worden gebruikt, dat ook in de vliegtuigbouw wordt toegepast Aan vankelijk was het de bedoeling roer en roerkoning van het nieuwe materiaal car- bon-fibre te maken. Daarvan is echter afge zien na de rampzalige ongelukken die in de Fastnet-race met schepen met deze roeren gebeurden. Roer en roerkoning zullen nu van aluminium worden gemaakt, hetgeen ongeveer 25 kilogram aan extra gewicht be tekent. Verkeerde weg Een en ander brengt jachtbouwer Walter Huisman tot de uitspraak dat men met de bouw van wedstrijdjachten overal in de we reld op de verkeerde weg was. Het is vol gens hem best mogelijk een licht schip toch sterk te maken. Maar de laatste jaren balan ceert men eigenlijk op het randje. Onder druk van de opdrachtgevers, die haast uit sluitend belang bij snelheid hebben, is men hier en daar tot lichte, te lichte schepen ge komen. Zolang er op dit punt geen duidelij ke regels zijn, kan zulks gebeuren. Ontwer per en opdrachtgever zijn per slot van reke ning vrij om te doen wat zij willen. Voor een werf is het echter niet prettig om zulke schepen te bouwen. Iets dergelijks betekent een zeker risico en het is helemaal niet uitgesloten dat een jachtbouwer aan sprakelijk gesteld wordt voor een de bacle. Walter Huisman, die reeds driemaal de Fast- nét-race voer en ook veel zeezeilervaring verkreeg in tal van andere belangrijke wed strijden, vindt dat de zee zeer onplezierig kan zijn en als het erop aankomt opper machtig is. Volgens hem zouden de veilig heidsmarges daarom danig verzwaard moe ten worden. Al jaren is men met Lloyds be zig om tot bepaalde normen te komen, in het bijzonder voor de roeren en de masten Onder druk van de Fastnet-tragedie zullen die er nu eindelijk wel komen.Wij juichen het toe dat zulks gebeurt, al blijf ik erbij dat lichte schepen voordelen hebben boven zware schepen", aldus deze jachtbou- Aluminium Hij vindt - uiteraard - aluminium dan ook uiterst geschikt als jachtbouwmateriaal. Bij een zelfde dikte als staal geeft het een ge wichtsbesparing van een derde. Dat komt de stabiliteit en daarmee de veiligheid ten goede. Voorts vraagt het materiaal geen of nauwelijks onderhoud en ook dat is een groot voordeel. Bovendien is aluminium zeer geschikt voor de bouw van de zogehe ten custom-built schepen. Er kan, om het in gewoon Nederlands te zeggen, maatwerk worden geleverd. Het lagere gewicht van het materiaal is ook van belang in de sector van de toerschepen. Ook voor de toerzeilers moeten er optimaal zeilende jachten wor den gebouwd, aldus Walter Huisman.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1979 | | pagina 25