„Kern van het
sprookje zal
altijd wel blijv<
i van het
Dkje zal
wel blijven bestaan"
Gouden
Griffel
.uijer
is geen
toeval
Oorlogswinter: hartstikke spannend
Catalogus
speciaal
voor de
kinderen
TERDAG 29 SEPTEMBER 1979
EXTRA
PAGINA 21
Het jaarlijks toekennen van
prijzen (de Gouden en Zilve
ren Griffels) voor de beste
kinderboeken vindt Paul
Biegel een goede zaak, als
het de mensen ertoe brengt
eens een kinderboek te ko
pen.
De prijs zelf is, naar zijn me
ning, niet het belangrijkste.
Het gaat voornamelijk om de
extra publiciteit die het kin
derboek krijgt. Biegel. „Er
heerst onder de kinderboe
kenschrijvers geen echte
competitiesfeer om die Grif
fels, al is er natuurlijk wel
eens sprake van jaloezie. Het
is ook moeilijk voor een jury
om een oordeel te geven over
een boek en er zijn soms
strubbelingen".
Het opnieuw toekennen van de
Gouden Griffel aan Guus
Kuijer is volgens Biegel geen
toeval. Er schijnt bij de uit
gevers weinig doorstroming
van nieuwe, jonge schrijvers
te zijn en naar Biegel's me
ning (hij adviseert voor de
uitgever Holkema en Wa-
rendorf) worden er veel on
bruikbare manuscripten
aangeboden.
AMSTERDAM - „We zijn nu nog bezig met een soort na-bevrijding van de Victoriaanse
denktrant". Paul Biegel doelt hiermee op de vele realistische kinderboeken die de laatste
jaren zijn verschenen.
Alles is veranderd, ook onze ideeën over de opvoeding. Er is een goll' van openheid
ontstaan, die zich ook manifesteert in de kinderboeken. De schrijvers die nu voor kinde
ren schrijven, hebben deze wereld, dit tijdsbeeld als gegeven. Het is volkomen logisch
dat kinderen in boeken tegenkomen wat ook in werkelijkheid gebeurt. Kinderliteratuur
wordt gelukkig ook veel serieuzer genomen dan vroeger"
Roodkapje het meisje dat voor het eerst kennis maakt met seksuali-
leit. (tekening Carl Hollander)
Wie rondkijkt op de kinder
boekenafdeling van een goed
gesorteerde boekhandel,
komt al gauw tot de ontdek
king dat er de laatste jaren
heel wat is veranderd op het
gebied van de kinderlitera
tuur. Er zijn tal van kinder
boeken op de markt ver
schenen, die als maatschap
pijkritisch en realistisch ge
kenmerkt kunnen worden in
vergelijking met het oude
zogenaamde traditionele
kinderboek.
Representatieve schrijvers
van deze realistische stro
ming als Dolf Verroen, Henk
Barnard, Miep Diekman, Jan
Terlouw en Gouden-Grif
felwinnaar Guus Kuijer
voorzien, gezien hun grote
succes, duidelijk in een be
hoefte.
Toch is het opvallend hoe
aloude, bekende sprookjes
boeken voortdurend worden
herdrukt. Het zou interes
sant zijn eens een schatting
te maken van alle bewerkin
gen van bijvoorbeeld de
sprookjes van Grimm.
Passen sprookjes dan nog in
deze tijd? Spreken sprook-
jesverhalen kinderen nog
wel aan, als je bedenkt dat ze
honderden jaren geleden in
een tijd met heel andere op
vattingen, zeden en gewoon
ten zijn ontstaan.
Het aan de lopende band ver
schijnen van sprookjesboe
ken en -verzamelingen doet
vermoeden dat uitgevers
wel degelijk brood zien in
sprookjes. Kinderboeken
schrijver Paul Biegel, zelf
gekenschetst als een sprook
jesschrijver, filosofeert over
de blijvende belangstelling
voor het sprookje en de
waarde van het sprookje,
ook in deze tijd.
De kinderboekenweek. ,JDe drie
beste boeken van het jaar
krijgen dan de gouden, zilve
ren en bronzen medaille". Een
jongetje corrigeert: „Griffel
zal je bedoelen"
- Waarom de kinderboeken
week?
Zodat meer kinderen boeken
gaan lezen. Omdat het goed is
voor je taal. Zo leer je moeilij
ke woorden die je niet weet.
En tegelijk zie je hoe het gaat
in andere landen, de Derde
Wereld bijvoorbeeld"
- De beste schrijver?
tfJan Terlouw. Paul Bie
gel".
- Een boek van Terlouw
„Oorlogswinter. Hartstikke
spannend. Ze worden gevan
gen genomen, ze ontsnappen.
En dan gaat het hele leger en
alle bloedhonden er achter
aanSpannende boeken,daar
blijf je in lezen".
De boeken van Biegel.
,JDat zijn sprookjes, maar niet
van die eentonige, zoals Hans
en Grietje".
Spannend en eng.
,^ls iemand zweepslagen
krijgtvind ik dat wel leuk. Er
is ook niet zo veel aan als er
Zo maar in school ergens in
het land. Een Montessori-ba-
sisschool. Kinderen van ne
gen tot twaalf jaar. Een uur
tje vrij lezen. Wat vinden ze
van de Kinderboekenweek,
die op 3 oktober begint, wat
van boeken en lezen? Wij
stelden die vragen aan een
aantal van die leerlin
gen.
mets wreeds of ergs in is. Als
de hoofdrolspeler maar niet
gemarteld wordt, want dat
vind ik niet eerlijk. De mensen
moeten hun gerechte straf
krijgen. De slechte moet in de
gevangenis voor z'n hele le
ven. Maar als hij berouw
heeft, hoeft het niet zo
lang".
„Als het wreed is, moet het wel
van vroeger zijn. Nu zie je in
strips soms heel erg getekende
vermoorde mensen en alle
maal bloed van verscheuren
de haaien. En je ziet de kogels
in de hoofden komen. Dat
vind ik wel raar".
Jn de Negerhut van Oom Tom
gebeuren ook nare dingen.
Maar dat was omdat het toen
zo was. De slaven die ver-
Biegel gaat in op de uitspraak van
de schrijfster Miep Diekman, die
stelt dat zij in haar jeugd is bela
zerd door de kinderboeken in die
tijd.
•.Tja, dat zegt ze nu. Maar toen was
dat de algemeen aanvaarde ma
nier om kinderen dingen voor te
houden. Je kunt het vergelijken
met een kritiek destijds op de
boekjes „Jip en Janneke" van
Annie M. G. Schmidt" Paul Bie
gel beschrijft hoe in een vlam
mend artikel, jaren geleden ge
publiceerd in het weekblad Vrij
Nederland, de „Jip en Janne-
ke"-boeken als hopeloos verou
derd worden afgeschilderd, om
dat er geen sex in zou voorko
men.
,Het nuchtere commentaar van
Annie was dat je twintig jaar ge
leden (want toen verschenen de
eerste Jip en Janneke's) heel an
ders over dit soort dingen dacht.
Je zou kunnen zeggen: dan moet
je ze niet meer uitgeven. Hoe
wel... zo verschrikkelijk geënga
geerd hoeft het nou ook weer
niet. Al met al is het sprookje wel
een sterkere tegenpool geworden
dan vroeger"
Diepere waarheid
We komen bij de kern van het
vraaggesprek: het sprookje
Vindt Paul Biegel het sprookje
nog passen in deze tijd en wat is
de eventuele waarde ervan voor
kinderen7
.Wat mijzelf aanspreekt in het
sprookje, is de diepere waarheid
die erin ligt verborgen. Het
sprookje Repelsteeltje bijvoor
beeld komt in ik weet niet hoe
veel versies voor. Maar hoewel de
vorm verschilt, blijft de inhoud
gelijk: Er moet op een bepaalde
manier een naam worden gevon
den. Als niet ieder mens, waar
plicht werden te zingen en
andere dingen te doen die ze
niet leuk vonden. Dat de men
sen zo behandeld werden, is
heel erg. Maar het is toch ook
spannend"
fiet Dagboek van Anne Frank
is ook heel erg en toch een
beetje spannendEr wordt wel
veel gemoord en gemarteld,
hè"
Huilen om ifts zieligs
,J£en heel klein poesje dat dood
gaat. 't Is werkelijk waar, ik
kreeg er de tranen van in m'n
ogen. Zo zielig vond ik dat. Ik
kan daar niet goed te
gen"
,Maar als ik gehuild heb, dan
ben ik er overheen. Dan kan ik
's nachts slapen. Als ik niet
huil, moet ik er steeds aan
denken. Dan lig ik een hele
nacht wakker"
Boeken met kwajongensstre
ken.
,Als ze niet zo spannend zijn, is
er niet veel aan. Iets ergs moet
er toch wel in. En als dat er
niet in is, moet het grappig
zijn. Om het meeste grappige
kan ik niet lachen. Suske en
Wiske is toch niet zo ontzet
tend geestig en er gebeurt ook
niks in".
PIETER v.d. VLIET
ook ter wereld, de diepere waarde
van zo'n sprookje zou aanvoelen,
bleef het niet zo hardnekkig be
staan"
.,Dat is de essentie van het sprookje
en dat wordt door iedereen zo er
varen, door Chinezen van 2000
jaar geleden en Hollanders van
nu. Natuurlijk verschilt de vorm,
maar het wezen van het sprookje
kom je overal tegen"
Zedepreken
Volgens Biegel gaat het in een
sprookje om verschijnselen zoals
de psychologie naarstig probeert
te verklaren: Wat is een mens, hoe
steekt hij geestelijk in elkaar
Een sprookje is naar zijn mening de
enige manier die aanspreekt om
kinderen iets te vertellen over de
„diepere wortels" van het leven.
Als hem wordt gevraagd wat hij
vindt van de duidelijk aanwijsba
re moraal in sprookjes in verge
lijking met Biegels eigen opvat
tingen dat zedepreken juist zo
veel mogelijk moeten worden
vermeden, heeft hij niet gelijk
een antwoord klaar
,Ik weet het niet", geeft hij eerlijk
toe, „maar toch ben ik overtuigd
van de waarde van het sprook
je"
Roodkapje en de sex
Hij illustreert zijn mening aan de
hand van het sprookje Rood
kapje. Biegels interpretatie van
dit sprookje en de symboliek van
Roodkapje, de wolf, grootmoeder
en de jager zijn ook terug te vin
den in het kinderboekenweekge
schenk van twee jaar geleden.
..Wie je droomt ben jezelf'
..Kijk, de moraal in Roodkapje - als
- je - van - de - weg - afgaat - en -
toch - bloemetjes - plukt - dan -
ben - je - ongehoorzaam - en -
word - je - opgegeten - is naar
mijn mening een later toege
voegde Victoriaanse moraal. De
echte moraal, of liever gezegd het
eigenlijke gegeven van Rood
kapje, is de ontluikende seksuali
teit in de jonge vrouw: het meisje
dat voor het eerst met de seksua
liteit kennis maakt. Daar gaat het
om in dit sprookje"
..Ieder meisje dat Roopkapje leest,
begrijpt precies wat dat bloe
metjes plukken inhoudt. Niet
met woorden, want daar is ze nog
te klein voor. Maar net als bij een
ontluikende bloem is al in de
kiem een bloem aanwezig. Ik ge
loof ook niet dat de moraal van
je-mag-geen-bloemetjes-plukken
enz. een kind aanspreekt. De
ontwakende seksualiteit van het
meisje is de essentie van Rood
kapje. Een moraal kun je het ei
genlijk niet noemen. Ik noem het
liever de eigenlijke inhoud"
Als Paul Biegel wordt geconfron
teerd met een heel andere inter
pretatie van Roodkapje, waarin
dc wolf wordt beschouwd als het
behoudende, verstandelijke in de
mens, dat moet worden over
wonnen door de zich ontplooien
de mens (Roodkapje), zegt hij:
„Ach, misschien is die interpreta
tie wel juist en de mijne niet, of
zijn er meerdere verklaringen
mogelijk. Dit doet mijn waarde
ring voor sprookjes alleen maar
toenemen".
„Ik heb toch het idee dat je nooit
verstandelijk in woorden het
sprookje kunt vatten. Als dat zou
kunnen, dan was het sprookje
niet meer nodig. Juist door zyn
vorm brengt het iets over dat op
geen andere manier kan worden
gezegd. Het is net als met het be
grip God: je kunt er op vele ma
nieren over spreken, maar al die
opsommingen zijn het toch niet
helemaal".
Paul Biegel
Men noemt Paul Biegel een
sprookjesschrijver. In sommige
van zijn boeken zijn duidelijke
parallellen te trekken met oude
sprookjes (bijvoorbeeld de strijd
tussen goed en kwaad). Past hij
bewust deze symboliek in zijn
verhalen toe9
Niet meer onbevangen
„Ik pas niet echt iets toe. Als ik
schrijf let ik daar niet op. al be
trap ik mezelf erop dat ik de laat
ste tijd bang ben dat ik onder het
schrijven teveel zit te sturen. Zo
onbevangen als vroeger kan ik
niet meer schrijven en dat werkt
erg storend. Mijn schrijven ver
andert ook. Ik schrijf minder m
symbolentaal dan vroeger"
..Echte sprookjesboeken, zoals De
tuinen Dorren Sleutelkruid zal ik
misschien niet meer kunnen
schrijven. Ik heb geen idee welke
kant het uitgaat. Het schrijven
vanuit een symbolenwereld en
tegelijkertijd een verstand heb
ben dat ze probeert te plaatsen, is
een hachelijke onderneming,
waarmee ik erg voorzichtig moet
zijn"
„Sommige gegevens uit sprookjes
kunnen mij erg stimuleren tot
schrijven. Maar niet in de vorm
van een heel boek, want dan ga ik
er toch teveel over denken en is
het onbevangene, dat sprookjes
zo kenmerkt, weg. De Tuinen van
Dorr vind ik zelf mijn best ge
slaagde boek, al beschouw ik het
wel als een kunstsprookje"
Paul Biegel kan eigenlijk moeilijk
antwoord geven op de vraag wel
ke boeken hij belangrijk vindt
voor de opvoeding van kinderen
en de plaats van sprookjes daar
in.
Geen criteria
,Ik heb geen idee wat vooreen kind
belangrijk is om te lezen. In alle
boeken, traditioneel, realistisch
of sprookjesachtig, zit wel iets. Ik
ben er heel erg op tegen kinderen
te dwingen iets te lezen. De Man-
Vrouw-Maatschappijgroep bij
voorbeeld, die zich bezig houdt
met het opstellen van criteria aan
de hand waarvan een kinderboek
beoordeeld kan worden, bedoelt
het best wel goed. Ik geloof alleen
niet dat het werkt. Je kunt niet
voor kinderen uitmaken of een
boek geschikt is of niet. Ieder
kind moet zelf maar bepalen wat
hem het beste past en wat het
mooi vindt, of dat nou een
sprookje is of een maatschappij
kritisch boek. Je kunt natuurlijk
met ze discussieren en boeken
aanraden, maar in laatste instan
tie moet een kind zélf beslis
sen"
.,En dat doen ze heus wel. want ze
weten precies wat ze willen. Wat
het voortbestaan van sprookjes
betreft, ben ik geneigd het met de
schrijfster Harriet Laurey eens te
zyn, die ergens schrijft dat het
sprookje een eeuwige jeugd heeft
en nooit uit de tijd zal raken".
„De kern van het sprookje, in welke
vorm dan ook verpakt, zal altijd
wel blyven bestaan"
DEN HAAG - „Voor volwasse
nen is de gewone boekenca-
talogus in bibliotheken van
zelfsprekend en praktisch. In
elke bibliotheek kan men
kaartenbakken aantreffen
met witte kaartjes waarop
een titelbeschrijving, de
naam van de auteur en een
zeer summiere inhoud van het
boek staan. Schijnbaar heb
ben we ons nooit afgevraagd
of kinderen wel zo gelukkig
zijn met zo'n systeem.dat toch
ook voor hun gemak bedoeld
is".
Dit zegt Tiziana Alings, onder
wijzeres in Lelystad en ont
werpster van een boekenca-
talogus speciaal voor kinde
ren. Haar catalogus, die in
middels ongeveer 300 kaarten
omvat, is bedoeld voor ge
bruik binnen de school, vanaf
de eerste klas. De samenstel
ster heeft duidelijk de bedoe
ling meer dan een alfabeti
sche opsomming van de boe
ken te vermelden.
De extra grote kaarten 15x
20) bevatten, naast een
volledige titelbeschrijving,
gekleurde illustraties, een
korte maar complete samen-
i>atting van de inhoud van het
boek, een leeftijdsaanduiding
door middel van gekleurde
etiketten en verschillende re
censies. Eventueel schrij/t
Tiziana Alings er ook nog een
commentaar van zichzelf bij.
De „boekkaarten" zijn alfabe
tisch gerangschikt en door
tabbladen in verschillende
leeftijdsgroepen geschei
den.
Wat zijn nu de voordelen van
zo'n systeem9 Tiziana: ,f)e
kinderen krijgen door middel
van de kaarten een beeld van
de illustraties.die in hoge ma
te het karakter van een kin
derboek bepalen. Kinderen
vinden het interessant om te
lezen hoe anderen over ,fiun"
boek denken. Het is een mens
immers eigen ook op de me
ningen van anderen te letten.
Als dat in goede banen geleid
wordt, bevordert het ook de
kritische houding van kinde
ren ten opzichte van boe
ken".
,JEen ander voordeel is dat de
kinderen zelf kunnen meehel
pen aan de uitbreiding van
het kaartsysteem. Het kan een
leuke en leerzame opdracht
zijn om recensies in folders,
tijdschriften,enzovoorts uit te
laten knippen en op de kaar
ten te plakken. Door dat mee
helpen worden de kinderen
direct aangezet tot het lezen
van boeken en blijft de irtfor-
matie op de kaarten .up-to-
date". Waar mogelijk vult de
leerkracht het door de kinde
ren verzamelde materiaal zelf
aan".
,fla verloop van tijd wordt het
voor kinderen leuk om te we
ten dat achter ieder boek een
schrijver staat. En het is aar
dig om te ontdekken dat een
auteur zó goed schrijft dat je
van hem meer boeken wilt le
zen. Mijn uitgebreide catalo
gus biedt de mogelijkheid snel
te overzien wat voor soort
boeken en welke titels een
schrijver heeft geschreven.
Naast informatie over de au
teur geeft mijn schrijvers-
kaart", aangegeven door drie
rode stippen in de rechter bo
venhoek, verschillende titels
van boeken van zijn handDie
titels kunnen de kinderen
weer gemakkelijk terugvin
den op de boekkaarten, zodat
ze snel over veel inlichtingen
kunnen beschikken".