Televisie te belang rijk om aan televisie makers over te laten" ifef te ttoyi ®yd=<alite@tew VAIRA=te8#vfeii@t WOENSDAG 26 SEPTEMBER 1979 EXTRA PAGINA 15 Straks een geweldig groot aanbod, aan programma's (archieffoto HILVERSUM - Volgens de één over twee jaar, volgens andere ingewijden over vier jaar, maar de satelliet omroep is op komst. Ra dio, en vooral televisie uit de ruimte. Alleen al het vooruitzicht dat een kunstmaan ons gaat voor zien van de vruchten van de omroep, de gedachte dat het beeld van onze te levisie uit het Verre Niets komt, heeft de meest fan tastische en groteske vi sioenen teweeg gebracht. Het is echter helemaal niet Eind april organiseerde de VPRO in het „heilige der heiligen" van de NOS een symposium. „De toekomst van de Nederlandse omroep" was het onderwerp, en er werd maar zijdelings over de satelliet ge sproken. Het ging voor al over wat de elektro nische industrie aan vernieuwingen heeft aan te bieden, en over commerciële omroep of niet. Al bij voorbaat was de VPRO zo onder de indruk van de voor drachten, dat een comi té van deskundigen de opdracht verstrekt kreeg een nieuw om roepbestel te formule ren. Tot de belangstellende toehoorders behoorde, eind april, ex-VARA-directeur Piet te Nuyl. Geen allesweter op het gebied van televisie techniek, wel deskundig op het terrein van televisie en omroepbestel. Aan hem de vraag of de Nederlandse om roep verandert onder druk van de techniek. „De techniek heeft op drie ter reinen invloed. Op het maken van programma's, op de transmissie, het versturen van wat er gemaakt is naar de huiskamer, en op de ont vangstmogelijkheden. En met elkaar zorgen de ver nieuwingen die nu al te voor zien zijn, voor een heel ander beeld dan we nu kennen" „De computertechniek biedt de mogelijkheid met goedkope re en eenvoudiger middelen dan nu programma's te ma ken. Geen grote en dure de cors meer, maar maquettes of foto's, met computer ge stuurde schaduw- en pers pectiefcorrecties. De beeld kwaliteit ligt niet meer bij de technicus, maar bij zelfcorri gerende microcircuits. Een televisiestudio zal over enige tijd niet meer kosten aan in vesteringen, mankracht, kennis en onderhoud dan een radiostudio nu. Het wordt goedkoper en eenvoudi ger" Satellieten „Dan is er het hoofdstuk van de satellieten. Een satelliet heeft vier zendkanalen. In combi natie met een kabelnet kan het nu bekende „aardse" net van zenders gebruikt gaan worden voor regionale televi sie. Zoals nu gesproken wordt over regionale radio. Boven dien is er het vooruitzicht op satellieten met „super- beams", of koppeling van sa tellieten van verschillende landen, voor een internatio nale bedekking, desnoods mondiaal. Er zal 24 uur per dag worden uitgezonden, en in ieder huis verwacht ik te gen die tijd televisierecorders met een lange speel- duur". „Die kan je gebruiken om ge woon programma's op te ne men. Maar de techniek heeft nog een andere mogelijkheid in petto. Aan ieder program ma kan een elektronische co de worden toegevoegd. Recorders kunnen deze „pro gramma-identificatiecode" ontcijferen, en op bepaalde uitzendingen geprogram meerd worden. Buiten de „normale" zenduren kan een zender worden gebruikt om speciale programma's voor opname op de recorder door te geven. Zulke programma's worden „ingedikt" uitgezon den, versneld, en op normale snelheid afgespeeld. In één zo waarschijnlijk dat al leen het simpele feit dat een satelliet als tussensta tion voor het omroepge- beuren gaat fungeren, zul ke verstrekkende gevol gen voor de Nederlandse omroep heeft. Om ons be stel op zijn kop te zetten is méér nodig. Tegen de tijd dat we werkelijk een eigen Nederlandse satelliet hebben, en de Duitse, Franse en Luxemburgse toe zijn aan een beëindi ging van de experimentele fase, is er op omroepge- uur kan je dan bijvoorbeeld drie uur uitzenden" Alles bij elkaar betekent het dat er een geweldig groot aanbod van programma's komt. De kabel kan er voor zorgen dat ook de regionale programma's landelijk be reikbaar zijn, zodat het lan delijk aanbod van Neder landstalige programma's ver veelvoudigt. En die situatie heeft verstrekkende gevol gen" Bestel - Op het ogenblik geeft alleen de theoretische mogelijkheid voor 12 regionale radiozen ders al de grootste proble men. Zowel wat. het beheer van die zenders betreft, zoals redactionele onafhankelijk heid, wel of geen onderdeel van het bestaande bestel, als de financiering. Een ontwik keling die u voor mogelijk houdt, is dan het einde van het bestel. „Het bestel is gebaseerd op schaarste van de zendtijd en zendmiddelen. Als er van schaarste geen sprake meer is, zal ook het uitgiftebeleid van zendmachtigingen moe ten veranderen. Sinds het be gin van omroep in Nederland zijn aan het verlenen van zendmachtigingen bijzonde re voorwaarden verbon den" „Die voorwaarden hebben dit bestel gecreëerd, gebaseerd op de structuur van onze sa menleving. Maar het bestel is een eigen leven gaan leiden, zodat nu wordt geprobeerd er via het zendmachtigingsbe- leid de gewenste structuur in aan te brengen. Dat gaat met het stellen van getalscriteria voor zendorganisaties, met de eis van een totaal programma, van het vertegenwoordigen van bepaalde stromingen, van iets nieuws moeten bren gen en niet te vergeten het cri terium van de non-commer- cialiteit, waar je als zendge machtigde aan hebt te vol doen". bied heel wat meer veran derd. Tegen 1989 is het nu nog be ginnende kabelnet aanwe zig in ruim acht van de tien huizen, hebben de video recorder en de beeldplaat een eigen plaats gekregen, wordt er niet meer moei lijk gedaan over teletekst en is het nu heilige kleu- rentoestel gedevalueerd tot een simpele beeldbuis, die ook voor andere doel einden dan alleen maar programma's bekijken in gebruik is. Zaken als .,Door de schaarste en het machtigingsbeleid is er in de ether niet die vrijheid die er voor de drukpers bestaat. Daar heerst althans nog de theoretische vrijheid, beperkt door economische omstan digheden. Maar als er in de ether geen schaarste meer be staat, kan daar ook die onvrij heid van meningsuiting niet blijven voortduren. In een nieuwe situatie moet het mo gelijk zijn op eigen initiatief een zendorganisatie op te richten. Binnen alle grenzen die voor de vrijheid van drukpers bestaat, alleen be perkt door economische haalbaarheid en de vraag van het publiek" Commercie „Gezien de wijze waarop de om roep betaald wordt, ontstaat dan in de eerste plaats een fi nancieringsprobleem. Dat betekent onvermijdelijk commercie in de omroep, een gegeven waar je goed en nuchter tegenaan moet kij ken. Allereerst is de Neder landse pers door en door commercieel van structuur Maar die „vertrossing" en „vervoozing" is daar toch niet zo ver voortgeschreden, dat van kwaliteitsbladen geen sprake meer is. Het meren deel van de buitenlandse produkties die hier worden uitgezonden, komen van commerciële stations. Zelfs de helft van de Engelse pro gramma's, zowel informatief als drama en amusement, komt van de Engelse com merciële omroep. En dan moet men zich goed realise ren dat de omroep al jaren opereert binnen een volsla gen commercieel sys teem". - De invoering van commerciële televisie op zichzelf hoeft het omroepbestel toch niet aan te tasten. Er wordt al jaren over gesproken, en sinds de satel liet-omroep in discussie is ge komen, is dat alleen maar meer geworden. viewdata, waarbij via de kabel op afroep en tegen betaling als per telefoon informatie te koop is uit een centrale computer Niet alleen, zelfs niet voor namelijk de satelliet sym boliseert de dreigende on dergang van het unieke, veelkleurige Nederlandse omroepbestel. De onder gang is het onvermogen van dat bestel, en zijn poli tieke vertakkingen, om zich aan veranderende omstandigheden aan te passen. Door Evert van Tijn Van het eerste uur Ne derlandse televisie tot begin maart van dit jaar was Piet te Nuyl directeur van de VA- RA-televisie. In maart nam hij afscheid, als uitvloeisel van een reorganisatieplan dat nog steeds van zijn vroegere afdeling een hanteerbaar bedrijf moet gaan maken. Het betekent wel dat de kennis van het televi siebedrijf, en wat daar allemaal bij komt kij ken, die Te Nuyl in 26 jaar opdeed, voor de VARA verloren ging. Niet echter voor de omroep als geheel; na een eerste acclimatise ringsperiode is hij weer in de slag. Als ad viseur van verschil lende instellingen, als lid van de programma raad televisie van de „Het bestel dat we hebben is pluriform. Het klopt heel aar dig met de grote lijnen van de maatschappij, maar de op komst van de nieuwe omroe pen, de belangstelling voor de regionale zenders geven aan dat er wat veranderd is. Het bestel gaat uit van het luiste ren naar de radio van vroeger. Het zich thuis voelen in de sfeer van de programma's. Er is niet veel twijfel aan, dat die herkenning niet langer wordt gezocht, en gevonden, in de politiek-religieuze hoek. Herkennen Met de toevloed van internatio nale programma's wordt het toch steeds belangrijker de mensen de kans te geven zich te herkennen. Als dat niet meer op politieke of religieu ze gronden kan - het meren deel van de PvdA-stemmers kijkt naar de TROS in plaats van de VARA - dan blijkt dat men in sterke en toenemende mate een plaatselijke gebon denheid ervaart. Aan Am sterdam, aan Friesland, Bra bant, Limburg, ga maar door. Als je dat doordenkt, kom je op een toenemende regionali sering, zodat het huidige pro gramma opgaat in 11 kleinere. De satelliet blijft bestaan voor een landelijke dekking. De plaatselijke stations zijn ieder voor zich niet in staat een con tinue programma te verzor gen, maar gezamenlijk kun nen ze dat wel. Gezamenlijk, of via een centrale organisatie is een romp-programmering te maken, die plaatselijk re gionaal wordt ingekleurd voor het herkenningsele ment. Daarvoor is een toena me van het aantal Nederland se produkties nodig". Door het veel grotere aanbod van buitenlandse program ma's, via de kabel, ontstaat een vervreemdend effect on danks de barrière van de taal. Als dat niet gebeurt, loop je het gevadr dat de Nederland se cultuur op de tocht komt te staan. De structuur van de televisieproduktie moet om die reden mee verande- ,Als er zich een ontwikkeling voordoet, waarbij de kijker wordt bevrijd van de kijk- dwang, zoals die nu bestaat, heb je dat grotere aanbod ook nodig. Het kijkgedrag gaat veranderen. De „sense of oc casion", de wetenschap datje met honderdduizenden of miljoenen anderen op het zelfde moment naar hetzelfde programma zit te kijken, en er de volgende ochtend over kunt praten, dat verdwijnt. Wat ook niet meer zal bestaan is wat in de televisiewereld de „inheritance-factor" heet. De oneigenlijke kijkdichtheid van bepaalde programma's, als gevolg van de uitzending op het andere net, die niet in teressant is, de uitzending die net is afgelopen, of straks gaat beginnen" Waar vandaan? Er wordt voortdurend geklaagd over het grote gebrek aan creativiteit en de stijgende kosten van eigen produk ties. .,Door de lagere investerings kosten en de vereenvoudigde techniek, zal het aandeel van onafhankelijke producenten kunnen toenemen. Televisie maken is dan relatief minder duur, dan het nu is. Ook kun nen allerlei organisaties zelf programma's gaan maken, of laten maken. De sportbonden bieden hun evenementen, als voetbal-, basketball- of zwemwedstrijden, kant en klaar aan de televisie aan. Maar ook muziekgezelschap pen, toneelgezelschappen, het ballet. En theatercentra, zoals dat in New York gebeurt door het Lincoln Centre en de Metropolitan Opera. Dat aan bieden kan aan de nationale netten, of aan een regionaal station, of internationaal. Het kan ook buiten het eigenlijke televisiecircuit, zoals dat nu gebeurt met het „ex-theatri- cal 16 mm film circuit" Het sluit aardig aan op de problemen die nu spelen rond de facilitaire dienstverlening door de NOS. De vraag of de NOS alle technische facilitei ten moet kunnen blijven leve ren. Het is best mogelijk dat binnen de omroep nu alleen om de kat zijn staart gebak keleid wordt. Maar tegenover die regionalise ring staat dat via een satelliet ook Europese programma's mogelijk zijn. Dat biedt fi nanciële perspectieven, en het uitzicht op programma's die nu zelfs voor een nationale omroep ten ene male onmo gelijk te dragen zijn. De En gels-Amerikaanse markt heeft dat al enigszins. Daar worden al programma's be groot op de verkoopmoge lijkheden. Maar satelliet-uit zendingen gaat verder. Dat biedt de garantie dat zo'n uit zending ook verkocht is. Het wordt dus naast de regionali sering ook het tijdperk van de absolute topprogramma's". „Daarbij moet je je wel realise ren dat de televisie een beeld scherm wordt, zoals de radio een luidspreker geworden is. In iedere kamer van het huis, klinkt nu een ander radio programma. Dat gebeurt met de televisie dan ook" Cultuur - De televisie als cult uur dra gend medium is dan definitief verleden tijd. Het komt neer op een keuze voor een plaat selijke zender, en favoriete programmasoortenVoor een bestel in de geest zoals dat nu aanwezig is, lijkt helemaal geen plaats meer. ,Als cultuurpolitiek instituut wordt het zeker minder. Het kon toch maar nauwelijks, en dan alleen via een subtiele programma-opbouw, en on eindig veel minder dan we allemaal bij het begin van de televisie hadden gedacht. Maar het bestel zal moeten toegroeien naar een systeem waarin de goede kanten ge handhaafd blijven. Dan denk ik aan de pluriformiteit, die er nu is. maar die verkeerd is ge richt. Je ontkomt, bij het beoordelen van het bestel op zijn waarde, nu en in de toe komst, niet aan een vergelij king met het buitenland. Kijk eens naar Engeland, naar een commerciële omroep als Granada. Dat is een schakel in een concern dat geld verdient met zaken die uiteenlopen van pompstations en cafeta ria's tot en met televisiepro gramma's over kunst; en links getinte informatieve uitzendingen. Dat kan, zoals' ook een uitgeversconcern een breed scale kan bestrijken aan markten en menin gen. Bij de omroep hebben ze echter zoveel te verhapstukken, zit men zo vastgebonden aan het systeem, dat er geen tijd is zich intensief te verdiepen in de problemen van morgen. Televisie is ook eigenlijk veel te belangrijk om alleen maar aan de televisiemakers over te laten. Ook het lokale bestuur, de provincies en de gemeen ten moeten zich er maar eens goed over buigen. De tech niek komt er aan, en als je er niet op voorbereid bent, kun nen er vreemde dingen ge beuren". „Een voorbeeld is Italië, waar van de ene dag op de andere iedereen een zender mocht gaan exploiteren. Dat had af schuwelijke gevolgen, er ont stond een volslagen anarchie. Maar ook daar zie je nu een bundeling van inspanningen, het onderling op elkaar af stemmen van de program ma's en het ontstaan van gro tere verbanden. Een struc tuur die van onder af gegroeid is, en niet zoals nu bij ons het geval is, één die is opgelegd. Het zou verstandig zijn, als er een studie gemaakt k«.n gaan worden van wat er zich in Ita lië heeft nfgirnpftlrt. en hoe dat zichzelf is gaan structure- ■■VB m a a

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1979 | | pagina 15