Mogelijkheden bij andere bedrijven voor YDSM-ers Politie vindt 700 kilo hasj Strengere regels voor kamerhuurprijzen Een kwaliteits motor heeft recht op kwaliteits service. Casino's staan nog rood bij de fiscus Arts vaak misbruikt bij reisannuleringen Vrouw verdacht van poging tot vergiftiging echtgenoot Problemen rond lidmaatschap Koninklijk Huis ZATERDAG 28 JULI 1979 BINNENLAND PAGINA 7 Van Ardenne wil „intensieve bemiddeling" DEN HAAG (ANP) - Vanaf het moment dat de reorganisa tie van het Rijn-Schelde-Verolme concern begint, krij gen de werknemers van VDSM-nieuwbouw, die 'teveel worden', nog maar zes maanden dienstverband in combi natie met "een intensieve bemiddeling naar een andere werkkring". Dit heeft minister Van Aardenne van economische zaken, mede namens minister Albeda van so ciale zaken, de beleidscommissie scheepsbouw gisteren in een brief meegedeeld. De brief is ook verstuurd aan het RSV-bestuur en de vakorganisaties. Voor de reorganisatie van RSV, dat moet worden opgesplitst in een aantal kleinere bedrijven, heeft de regering 240 a 250 miljoen gul den uitgetrokken. De sluiting van VDSM zal bovendien 180 miljoen gulden kosten. Volgens Van Aardenne heeft de praktijk geleerd dat door een ar beidsbemiddelingssysteem een 'aanzienlijk' aantal werknemers door plaatsing in een ander be drijf voor werkloosheid kan wor den behoed. Voorwaarden zijn dat zij zich als werkzoekende aanmelden bij het gewestelijk arbeidsbureau en dat zij aan de bemiddelingsactiviteiten volle dig meewerken. Voor de begeleiding van het sys teem denken de bewindslieden aan een nog in te stellen regionale beleidingscommissie, waarin personeelfunctionarissen en functionarissen van het Ge westelijk Arbeidsbureau zijn ver tegenwoordigd. De commissie moet ADVERTENTIE Getrainde sefyice- technici Speciaal gereed schap Alle benodigde on derdelen Jachthaven Poelgeest Haarlemmertrekvaart 16A, Oegstgeest Tel. 071-154054, b.g.g. 156755 een wereld van verschil 'ZJahnsan met de regionale vakbondsverte genwoordigers en met het regio-' nale bedrijfsleven. Ruime aan dacht zal moeten worden gege ven aan de mogelijkheid van om-, her- en bijscholing van werknemers. "Tevens zal moeten worden beoor deeld door de drie betrokken par tijen of er werknemers zijn die onvoldoende medewerken aan het bemiddelingsproces en daarmee niet langer voldoen aan een der voorwaarden voor deel name aan het bemiddelingsplan. In voorkomende gevallen zal kunnen worden besloten tot uit sluiting van een werknemer van verdere deelneming aan het be middelingsplan", zo schrijft de minister. DEN HAAG (GPD) - De Nationale Stichting Casinospelen heeft nog steeds een belastingschuld van 211 miljoen gulden. De Stich ting exploiteert de casino's in Zandvoort en het Limburgse Val kenburg. In totaal is de Stichting Casinospelen tot en met april van dit jaar voor ruim 280 miljoen gulden belastingplichtig. Een deel daarvan is reeds betaald. De belastingdienst heeft met de Stichting een regeling getroffen om de inning van de aanslagen zo snel moge lijk te laten plaats vinden zonder dat het voortbestaan van de casino's in gevaar komt. Staatssecretaris Hazekamp van economische zaken antwoordt dit op vragen van het kamerlid Haas-Berger (PvdA). contacten houden UTRECHT (ANP) - Het hoofdbe stuur van de Koninklijke Neder landse Maatschappij tot bevorde ring der Geneeskunst heeft de le den dringend gevraagd, niet mee te werken aan het afgeven van geneeskundige verklaringen in verband met het annuleren van Volgens de meeste polissen van annuleringsverzekeringen moet er een verklaring worden over gelegd van een arts die niet de behandelend arts is. Maar in de praktijk wenden de mensen zich gemakshalve tot de behandelend artsen. Die komen daardoor vol gens de KNMG regelmatig in moeilijkheden, aangezien de werkelijke reden om van de reis af te zien vaak een niet-medische of een pseudo-medische is. DEN HAAG (ANP) - Het D'66 Tweede Kamerlid Mertens wil nadere uitleg over de rechts macht van de mobiele krijgsraad bij de berechting van Nederland se Unifil-militairen in Libanon. In de eerste plaats wil hij weten op grond van welk verdrag of andere internationale rechtelijke rege ling die krijgsraad de militairen heeft kunnen veroordelen. Ver der vraagt hij minister Scholten van defensie of hij bereid is de Libanon-soldaten voldoende bekendheid te geven met het recht dat zij hebben zich in voor komende gevallen door burger raadslieden te laten bijstaan. De organisatie van touroperators hebben in enkele gesprekken met de KNMG laten blijken dat ze inzien, dat de behandelend arts op deze manier wordt misbruikt. Vandaar het dringend verzoek, dat niet meer te doen. De ervaring leert, aldus het KNMG-bestuur, dat wanneer men voet bij stuk houdt de verzekeringsmaat schappijen wel degelijk genoe gen nemen met een verklaring van de verzekerde zelf of dat ze een controle laten uitvoeren. Agenten van de Utrechtse politie halen de Griekse vrachtwagen leeg. Er bleken 700 kilo hasj en 2 vaten hasjolie in te zitten. De Utrechtse politie schat de totale waarde van dat spul op zo'n 2 miljoen gulden UTRECHT (GPD) - Twee agenten van de Utrechtse surveillance dienst hebben een hasjtransport onderschept. In de zijwanden van een Griekse vrachtwagen, die op de snelweg Utrecht-Am sterdam bij een routinecontrole werd aangehouden, bleken 700 kilo hasj en twee vaten hasjolie verstopt. De verkoopwaarde er van wordt geschat op twee mil joen gulden. De agenten gaven de 33-jarige Griek G. K. een stopteken voor een controle van de auto en vrachtpapierenDeze bleken niet te kloppen. Bij inspectie van de vrachtwagen bleek de laadruimte leeg, hoewel de vering nogal be last leek. Verder ontdekten de agenten dat de nagels van de wanden van deze vroegere koel wagen gloednieuw waren. De chauffeur kon de politie geen verklaring geven over het doel van zijn reis. Hij wist niet waar hij naar toe moest, maar zou naar zijn zeggen vandaag naar zijn baas in Griekenland bellen om te infor meren waar hij een lading in Ne derland zou moeten halen. Het geknoei met de wanden en dit ongeloofwaardig klinkende ver haal waren voor de agenten vol doende aanleiding om de vrachtwagen aan een nader on derzoek te onderwerpen. De vrachtwagen werd naar het hoofdbureau gebracht. Daar riep de politie de hulp in van de Utrechtse brandweer. De zij wanden werden met snijbran ders losgesneden. Inmiddels wa ren rechercheurs van de afdeling verdovende middelen van de Utrechtse politie gearriveerd, die samen met de brandweer de vrij gekomen ruimte tussen de wan den inspecteerden In totaal kwamen er 214 pakjes hasj te voorschijn en twee vaten hasjo lie. De hele operatie nam enkele uren in beslag. De Griek is in de cel gestopt en zal verder over de herkomst van het spul worden ondervraagd. Hij heeft naderhand toegegeven dat hij wist van de 700 kilo hasj. Vol gens de politie is deze vangst een van de grootste voor Utrecht van de afgelopen tijd. DORDRECHT (ANP)-De 31-jarige mevrouw D. en W. van den B., moeder van twee kinderen van tien en elf jaar, is door de Dordtse politie aangehouden wegens po ging tot moord op haar man. Zij had een thalliumhoudend rat- tengif in twee flessen vieux ge daan. Haar echtgenoot, de 31-jarige D van W. was van het gebruik van deze vieux zo ziek geworden dat hij moest worden opgenomen in een ziekenhuis. De politie, die van het geval op de hoogte kwam, stelde een onderzoek in bij de dienst voor sociale werkvoorzie ning. De man is bij deze dienst werkzaam als employe van het tuinpersoneel. Men dacht dat hij thallium had bin nengekregen bij het gebruik van bestrijdingsmiddelen tegen plan tenziekten. Toen bleek dat geen van de bij de dienst gebruikte middelen thallium bevatte, werd aan kwade opzet gedacht. Ten huize van de familie Van W. wer den levensmiddelen en de twee flessen vieux in beslag genomen om ze te laten onderzoeken door het gerechtelijk natuurweten schappelijk laboratorium te Rijswijk. Mevrouw Van W. viel direkt door de mand toen was gebleken dat de vieux thallium bevatte. Zij verklaarde haar daad aan de poli tie met het verhaal dat zij haar man niet uit de weg had willen ruimen, maar hem slechts een „beetje ziek" te hebben willen maken. Met een liefdevolle ver pleging had zij hem dan kunnen overtuigen van het feit dat zij nog altijd veel van hem hield. Haar man verdacht haar er name lijk sinds een personeelsreisje van, dat zij een relatie had met een collega. Hij maakte daarover ruzie en dreigde met scheiding. Zij had dat. volgens haar verkla ring, niet kunnen verkroppen en was tot een wanhoopsdaad ge komen. De politie staat vooralsnog scep tisch tegenover dit verhaal. De vrouw zal maandag worden voorgeleid bij de officier van jus titie. Verhogingen worden ook gebonden aan puntenstelsel DEN HAAG (GPD) - Staatssecreta ris Brokx van volkshuisvesting gaat de komende maanden de prijzen van kamers nauwgezet in de gaten houden. Hij zal er spe ciaal op letten dat leeggekomen kamers niet ineens voor een veel hogere huur worden aangebo den. Met de Huurprijzenwet woonruimte die per 1 juli in wer king is getreden, geeft Brokx nieuwe regels voor de huurprij zen van kamers. De Huurprijzenwet Woonruimte regelt dat de huurprijs van een kamer in overleg tussen huurder en verhuurder wordt vastgesteld. De redelijkheid van een huur verhoging wordt, op basis van de nieuwe wetgeving, beoordeeld aan de hand van de kwaliteit van de woonruimte. Het gaat daarbij om factoren als de grootte en de aanwezigheid van voorzieningen zoals kookgelegenheid, sanitair en verwarming. Voor het meten van de kwaliteit van de kamer is een puntensysteem ontwikkeld. De huur mag niet worden ver hoogd wanneer de huurprijs niet correspondeert met de kwaliteit van de kamer. Met deze maatre gel hoopt Brokx de kamerhuren enigszins in de hand te hou den. Voor het puntenstelsel teit alleen de oppervlakte van de voor eigen gebruik gehuurde kamers en een eventueel voor privé-gebruik ge huurde keuken. Een gemeen schappelijke keuken wordt dus niet meegeteld evenmin als de oppervlakte van wc, gang, hal etc. Als oppervlakte van een kamer geldt alleen dat gedeelte waarbo ven het plafond ten minste 1.50 Staatssecretaris Brokx. meter hoog is. Een fonteintje in een toilet of een aanrechtbak mo gen niet als vervangingen van een wastafel worden aangemerkt. Een bad krijgt net zo veel punten als een douche. Wanneer de puntenwaarde van een kamer is vastgesteld, kan worden bekeken oi een nuurvernoging (dit jaar 5 procent) redelijk is. Dat is alleen het geval wanneer de geldende huurprijs - bij de ge vonden puntenwaarde - beneden de in de tabel aangegeven huur prijs ligt. Wanneer een kamer bij voorbeeld tussen de 105 en 120 punten scoort en de huur per maand niet hoger is dan 150 gul den, is een huurverhoging van 5 procent redelijk. Wanneer echter meer huur moet worden betaald, kan de huurverhoging worden geweigerd. Indien huurder en verhuurder het niet over de huurverhoging eens worden, blijft de oude huurprijs gehandhaafd zolang de huurad viescommissie niet op verzoek van de verhuurder of huurder een uitspraak doet. De aanzeggings- brieven tot huurverhoging moe ten vanaf 1 juli uitvoeriger zijn dan tot nu toe het geval was. Dui delijk dient te worden aangege ven dat de huurder binnen 6 we ken na de voorgestelde ingangs datum van de huurverhoging zijn bezwaren kenbaar kan maken. Bij de aanzegging moet worden opgegeven: de geldende huur prijs, de voorgestelde huurprijs, het percentage van de verhoging en de voorgestelde ingangsda tum. In de nieuwe wetgeving is bepaald dat slechts één maal per jaar de huurprijs van een kamer mag worden gewijzigd. De kamerhuurder Kan zelf het ini tiatief nemen een voorstel tot huurverlaging te doen. Dit is niet eerder mogelijk dan 12 maanden na de laatste huurprijswijziging. De huurcommissies zullen bij uitspraken over huurverho gingsgeschillen (beide partijen kunnen worden gehoord) zich zo veel mogelijk vasthouden aan het puntenstelsel. De commissie zal van het puntenwaarderingssy steem afstappen wanneer bij voorbeeld de kwaliteit van de woonruimte het woongenot ern stig schaadt. De huurder dient wel de gebreken onder de aan dacht van de verhuurder te bren gen. Het puntenwaarderingsstelsel ziet er als volgt uit de oppervlakte van de gehuurde kamer(s) en eventueel voor privé-gebruik ge huurde keuken krijgt 5 punten per vierkante meter. Bij een ge middelde kwaliteit van de kamer moet het aantal vierkante meters met 1 worden vermenigvuldigd. Dus twintig vierkante meter le vert dan 20 x 5 x 1 (kwaliteitsfac- tor) is 100 punten op. Indien het woongenot minder goed is (ra men kleiner dan 1 vierkante me ter, kamer op de vijfde etage zon der lift of slecht onderhoud) wordt de kwaliteitsfactor vier vijfde. In ons voorbeeld zou de kamer derhalve uitkomen op 20 x 5 x 0,8 is 80 punten. Voor de voorzieningen in en bij de kamer gelden de volgende pun ten: wastafel (10), kookgelegen heid, inclusief aanrecht met stromend water (20), douche (15), toilet (12), balkon, plaatsje, tuin, terras e.d. (9), fietsenberging (6), centrale verwarming (20). Indien voorzieningen met meerdere mensen moeten worden gedeeld, dienen de genoemde waarde- ringspunten te worden gedeeld door het aantal gebru Bij ge meenschappelijk gebruik wordt voor het balkon of terras 4 punten gegeven. De fietsenberging krijgt 3 punten terwijl de centrale ver warming ook bij gemeenschap pelijk gebruik op 20 punten blijft staan. De huurverhoging per 1 juli van 5 procent is redelijk wanneer de maandhuur niet hoger is dan: 81 gulden tot 60 punten, 97 gulden van 60 tot 75 punten, 113 gulden (75 tot 90), 129 gulden (90 tot 105), 150 gulden (105 tot 120), 177 (120 tot 140), 209 gulden (140 tot 165), 247 gulden (165 tot 195), 289 gul den (195 tot 230) en 338 (van 230 tot 270 punten). Bij meer dan 270 punten moet de huurprijs verge leken worden met het huurpeil ter plaatse. De huren vin woon ruimte die op of na 1 juli 1978 is betrokken, komen pas volgend jaar voor een huurverhoging in aanmerking. DEN HAAG - Met het wetsontwerp lidmaatschap Koninklijk Huis, dat het kabinet deze week heeft ingediend, is een erfenis geregeld uit de jaren zestig, die noch door het kabinet Biesheuvel en noch door Den Uyl tot een oplossing kon worden gebracht. Na tien jaar delibereren heeft het kabinet nu de knoop doorgehakt en in overeenstemming met de opvat ting van de Koningin, de ruimst mogelijke definitie van het staatsrech telijke begrip Koninklijk Huis gehanteerd. Naast de Koningin en prins Bernhard worden alle leden van de koninklij ke familie, die als potentiéle troonopvolgers kunnen worden aange merkt, beschouwd als lid van het Koninklijk Huis. Dat brengt het aantal leden van het Koninklijk Huis op dertien. Claus en Pieter van Vollenho ven meegerekend die al bij het wetsontwerp ter gelegenheid van hun huwelijk tot lid waren gemaakt. De prinsessen Irene en Christina met hun echtgenoten en kinderen maken geen deel uit van het Koninklijk Huis, omdat voor hun huwelijk niet de vereiste wettelijke toestemming is gevraagd. Het belang van een duidelijke vastlegging van het aantal leden van het Koninklijk Huis is gelegen in de ministeriele verantwoordelijkheid, neergelegd in het befaamde art. 55 van de Grondwet, de spil van de parlementaire democratie dat luidt „de Koning is onschendbaar; de ministers zijn verantwoordelijk". In principe is het kabinet voor de handel en wandel van alle leden van het Koninklijk Huis politiek ver antwoordelijk, maar duidelijk zal zijn dat deze ten aanzien van de Ko ningin geheel anders van aard is dan voor de kinderen van Margriet en Pieter. Om deze reden is in de loop der jaren de behoefte gegroeid de reikwijdte van de ministeriele verantwoordelijkheid wettelijk vast te leggen en aan de onzekere situatie een eind te maken. Het kabinet heeft nu besloten toch van een aparte wettelijke regeling af te zien. In de toelichting zeggen Van Agt en Wiegel, dat de ministeriéle verantwoordelijkheid wordt beheerst door constitutioneel gewoonte recht. De verantwoordelijkheid wordt slechts geactiveerd wanneer het openbaar belang in het geding komt. En dit openbaar belang is minder naarmate een lid van het Koninklijk Huis verder van de troon afstaat. De leden van het Koninklijk Huis zijn wat dat betreft niet op één lijn te stellen en met het oog op een maximale privacy voor de vorstelijke personen is het daarom beter geen wettelijke begrenzing aan te geven, aldus beide ministers in hun toelichting. De laatste honderd jaar is eigenlijk nooit twijfel gerezen over de vraag wie lid waren van het Koninklijk Huis om de eenvoudige reden dat het aantal leden op de vingers van één hand te tellen was. Ook over de omvang van de ministeriele verantwoordelijkheid is na 1868 weinig discussie meer geweest. In 1964 doken de eerste problemen op in ver band met het aanstaande huwelijk van prinses Irene met de politiek controversion ele Carel Hugo. Was het kabinet verantwoordelijk voor haar doen en laten en behoorde zij nog wel tot het Koninklijk Huis, zo vroeg men zich af. In 1966 beloofde de toenmalige premier Cals voor de eerste maal dat de regering zich zou bezinnen op de vraag tot wie het Koninklijk Huis zich uitstrekte De volgende moeilijkheid deed zich voor bij het huwelijk van Pieter van Vollenhoven met Magriet. De Koningin wilde graag dat aan de echtge nootvan Magriet de titel Prins Werd verleend. Maar het kabinet had daar geen oren naar. Wel werd bepaald dat hun kinderen de persoonlijke titel Prins of Prinses van Oranje-Nassau zouden krijgen. Als aanspreektitel zou verder alleen gelden het predikaat hoogheid in plaats van koninklij ke hoogheid, dat werd gereserveerd voor de kinderen van Beatrix. Het kabinet-De Jong stelde in 19/U voor in de Grondwet een art. 21a toe te voegen dat luidt: de wet bepaalt wie lid is van het Koninklijk Huis. In 1972 werd deze wijziging van kracht. Men verplichtte dus de volgende kabinetten een wetsontwerp voor te bereiden. Onder Biesheuvel kwam het overleg tussen het kabinet en de Koningin weer goed op gang. Biesheuvel pleitte ervoor de kring van leden van het Koninklijk Huis zo beperkt mogelijk te houden Alleen de kinderen van Beatrix zouden in deze opzet lid zijn van het Koninklijk Huis. die van Margriet niet. De Koningin wilde daar niets van weten. Zij wenste geen onderscheid tussen haar kleinkinderen, geen A- en B-prinsen. Naar verluidt mede met het argument dat zulks de toegang van de B-prinsen tot de andere vorstenhuizen zou bemoeilijken. Den Uyl liet later dit onderscheid varen, maar hield zeker na de Lockheeo- affaire, wél vast aan een wettelijke afbakening van de ministeriele ver antwoordelijkheid. Ook uit de Kamer was van diverse kanten hierop aangedrongen. Een wettelijke regeling zou immmers voor zowel kabinet als leden van het Koninklijk Huis meer houvast bieden. De voorstellen gingen enkele jaren moeizaam heen en weer tussen Den Haag en Soest- dijk, maar zichtbaar resultaat had het niet. Wel was Den Uyl in de loop van 1977 in het overleg met de Koningin zo ver dat een regeling ter tafel lag, die vrijwel overeenkomt met die nu is ingediend. Tegen het eerste onderdeel, de ruime definitie van het begrip Koninklijk Huis, zullen in de Kamer weinig bezwaren bestaan. Het is tenslotte niet onlogisch alle potentiele troonopvolgers onder een zelfde staatsrechte lijk begrip te brengen. Vrees dat het aantal leden al te groot zal worden, hoeft er niet te zijn. want de regering stelt tevens een vereenvoudigde regeling voor om het lidmaatschap van het Koninklijk Huis, bijvoor beeld, wegens vestiging in hpt buitenland, te beèindigen en het lijkt niet onwaarschijnlijk dat in de toekomst enkele zeer ver verwijderde preten denten zich liever van de wat knellende banden van de ministeriéle verantwoordelijkheid zullen willen ontdoen. Meer verzet zal er rijzen tegen het ontbreken van een wettelijke invulling van de ministeriéle verantwoordelijkheid. De regering zegt het beter te vinden deze materie niet in het wettelijk keurslijf te dwingen, maar in net normale verkeer tussen minister-president en staatshoofd van geval tot geval te bekijken. Dat biedt de mogelijkheid flexibel te reageren op wisselende omstandigheden, terwijl bij een wettelijke regeling een te logge parlementaire procedure moet worden gevolgd. Om toch enig houvast te hebben bepaalt de regering dat er periodiek overleg zal plaatsvinden met de vier meest betrokken leden van het Koninklijk Huis met name over het aanvaarden van functies, het hou den van openbare redevoeringen en het maken van buitenlandse reizen. Verder zal de ministeriele verantwoordelijkheid alleen geactiveerd worden, als het openbaar belang in het geding is. Naarmate een lid van het Koninklijk Huis verder van de troon afstaat, zal dit openbaar belang uiteraard minder snel geraakt worden, zodat een soort glijdende schaal van aflopende ministeriéle verantwoordelijkheid ontstaat. Toch schuilt er een gevaar in de nu voorgestelde opzet. Het trekken van de grens wat wel en niet onder de paraplu van de ministeriële verantwoor delijkheid valt, wordt nu overgelaten aan de (politieke) beslissing van het kabinet. Juist in onvoorziene en controversionele kwesties zal uit het parlement kritiek op een dergelijke beslissing kunnen komen, te mper daar de Kamer niet weet welke afspraken er met Soestdijk zijn gemaakt De discussie over de verhouding kabinet-Koninklyk Huis en over de monarchie als instituut zal dan onvermijdelijk weer opduiken, in elk geval eerder dan wanneer het kabinet gewoon de wettelijke regeling uitvoert. Oud-ministei De Gaay-Fortmann heeft deze week nog eens herinnerd aan zijn suggestie om een en ander vast te leggen in een Algemene Maatregel van Bestuur. Deze is eenvoudiger te wijzigen dan een wet, terwijl het parlement niet buitenspel wordt gezet. Voordeel is dat kabinet. Kamer en en leden van het Koninklijk Huis beter weten waar zij aan toe zijn. let - van de geheimzinnige sfeer rond de verhouding Den Haag-Soestdijl kan daarmee verdwijnen en voor een open en modern koningsch. betekent dat alleen maar winst. FRANS K'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1979 | | pagina 7