SIM Troonopvolgers zijn lid van het Koninklijk Huis Slecht weer zorgt voor miljoenenstrop G0EDK00P*GEZELLIG Maar weinig Surinamers gaan terug Examen voor vervoer gevaarlijke stoffen Uitgerust voor patrouille Verdere beperking op invoer uitheemse dieren Een op de tien rijdt „Huurwaardeaftrek" moet veel hoger zonder kaartje DINSDAG 24 JULI 1979 BINNENLAND PAGINA 7 DEN HAAG (GPD) - Hoewel de helft van de in ons land wonende Surinamers zegt naar het eigen land te willen terugkeren, komt deze remigratie totaal niet van de grond. De organisatie die zich met remigratie bezighoudt, de stichting Terug naar Suriname (Tenasu) in Den Haag, voelt zich vrijwel machteloos staan tegen over de vele problemen die met terugkeer te maken hebben. Dit blijkt uit het verslag over de jaren 1977 en 1978 van Tenasu. Het jaarverslag, dat nog niet aan de openbaarheid is prijsgegeven, noemt tal van factoren die een succesvolle stroomlijning van de remigratie in de weg staan. Het resultaat van deze gang van zaken: in de jaren 1977 en 1978 samen meldden zich 542 mensen bij Tenasu die in remigratie waren geïnteresseerd. Van hen ver trokken er niet meer dan 125. Het jaarverslag zet de redenen op een rijtje waardoor de remigratie tot dusver zo teleurstellend is verlopen. Belangrijk is in elk geval, dat er onvoldoende ondersteunende factoren zijn die remigratie aantrekkelijk maken. Hier ziet Tenasu onder meer een taak voor de Nederlandse overheid: deze zou de terugkeervergoedingen kunnen optrekken en subsidies kunnen geven voor opleiding van mogelijke remigranten in die sectoren, waarnaar in Surina me vraag is. Want terugkeer is duur. Het benodigde geld kunnen de Surinamers hier vaak niet opbrengen. Hun positie in Nederland is vaak zo zwak dat zij geen kans hebben een behoorlijke opleiding te vol gen of een behoorlijk betalende baan te vinden. Zo worden de mogelijkheden om terug te keren kleiner en kleiner. Het sollicitatie-proces voor mensen die terug willen, loopt te traag, en is te duur. Werkgevers stellen nu eenmaal doorgaans prijs op persoonlijke kennismaking met sollicitanten, en als die werkge ver in Paramaribo zit, en de sollicitant in ons land, dan gaat dat flink veel geld kosten. Huisvesting vormt een groot probleem in Suriname. Zelfs al kun nen de mensen er werk vinden, dan zijn ze nog aangewezen of op dure huur- of koophuizen of op inwoning bij familie. Bovendien komt er voor de in terugkeer geïnteresseerden te weinig informa tie uit Suriname. Hier wreekt zich het feit, dat Tenasu geen vergelijkbaar bureau in Paramaribo heeft staan. De Surinaamse autoriteiten lijken zich ook niet al te druk te maken over remigratie van hun landgenoten. Er is in dat land in de jaren 1977 en 1978 geen sprake geweest van een „operationeel kader" waarbinnen een remigratiebeleid inhoud zou kunnen krijgen. Dat Suriname zelf niet al te veel werk heeft verzet om remigratie aantrekkelijk tejnaken, komt mede door de in dat land bestaande spanningen op de arbeidsmarkt. Men heeft daar maar aan zeer bepaalde categorieën werknemers behoefte. In andere sectoren bestaat een belangrijke werkloosheid. Daar komt bij dat de remigranten in Suriname zelf bepaald niet populair zijn. Zij zijn het uiteindelijk geweest die hun land op een belangrijk moment in de steek hebben gelaten, en in Nederland hun eigen voordeel hebben gezocht. Het jaarverslag: „In deze discussie speelt het imago van bepaalde groepen onder de Suri namers in Nederland ook een belangrijke rol." Tenasu neemt ook de eigen positie onder de kritische loep. „Ten aanzien van onze eigen activiteiten bestaat in het algemeen onder het publiek de indruk, dat de ondersteuning bij lange na niet toereikend is". Het jaarverslag pleit voor een meerjarenplanning rond de remigra tie, waarbij rekening wordt gehouden met huisvesting, werkge legenheid en groepsvestigingen. Zo'n aanpak zal tijd kosten, en effecten zullen pas op de lange duur merkbaar zijn. Op de korte termijn valt, naast meer geld van Nederlandse kant, te denken aan experimentele groepsvestigingen. Instelling van een remigratiebureau in Suriname verdient geen langer uitstel, aldus het jaarverslag. r msaEÊÊ Het slechte weer van deze zomer dreigt voor de Horeca-exploitanten een miljoenenstrop op te leveren. Deze dame probeert er nog wat van te maken door gekleed in een warme winterjas op een terrasje een ijsje te eten. DEN HAAG (GPD) - De horeca dreigt een miljoenenstrop te lie den als het weer niet snel om slaat. Hotels en pensions in ons land zijn veelal slechts voor de helft bezet en kampeerders ont vluchten de campings. De om zetten in de toeristenindustrie liggen een stuk lager dan vorig jaar. Veel buitenlandse toeris ten blijken eerder huiswaarts te keren als gevolg van het slechte weer. De toestand in de toeristenindus trie is al zo nijpend dat Gedepu teerde Staten van Gelderland zich ernstige zorgen maken over de werkgelegenheid van 30.000 mensen die in deze branche werkzaam zijn. In de provincie Gelderland is het toeristenbe zoek met name deze zomer erg teruggelopen en een aantal be drijven verkeert in acute nood. Het slechte weer heeft veel men sen doen hesluiten alsnog de zon op te zoeken. Bij touroperator Arke in Enschede is sinds enkele dagen een zeer grote vraag naar vooral de goedkopere arrange menten in de zonnige streken. Arke heeft door die extra vraag aanvullende accommodatie moeten inkopen. Ook voor zon vakanties in november blijkt de belangstelling bijzonder groot te zijn. Gisteren kwam het win- terprogramma van deze reisor ganisatie uit en op de eerste dag werd de vraag naar reizen in no vember, wanneer de prijzen re delijk laag liggen "verschrikke lijk groot" genoemd. De voorzitter van de bond van werkgevers in de horeca (HO- EECAF), G. E. van Goor, noemt de toestand aan de kust bedroe vend. In het binnenland is de si tuatie iets minder ernstig. Van Goor vreest dat de horeca dit seizoen de zwaarste klap van de laatste jaren zal krijgen. Alleen een zonnige augustusmaand kan de zaak nog redden. De voorzit ter van de HORECAF zegt dat dit jaar aanmerkelijk minder buitenlanders naar ons land komen. Van Goor voorziet dat de slechte zomer tot nog toe, ge volgd op een slechte zomer van 1978, nog meer mensen zal doen besluiten Nederland in 1980 de rug toe te keren. De paar honderd strandpaviljoen exploitanten zouden naar het oordeel van Van Goor hun pachtgeld voor een deel van de gemeenten moeten kunnen te rugvorderen. "Het wordt tijd dat we naar een situatie gaan dat de strandtenthouders pacht gaan betalen op basis van het aantal dagen zon per seizoen. De mensen hebben tot nog toe bijna niets verdiend". Bij de VW van Den Haag-Scheve- ningen zegt men te merken dat veel Duitsers eerder naar huis gaan. De algemene klacht is dat de omzetten ver achterblijven bij die van vorig jaar. De Haagse VW heeft de indruk dat het be zoek aan de bekende attractie- punten als Madurodam en de Scheveningse Pier minder is dan in de zomer van 1978. Het Nationaal Bureau voor Toe risme verwacht dat pas volgend jaar goed kan worden overzien wat de gevolgen zijn van de slechte zomer. "Maar dat het slechte weer gevolgen zal heb ben voor volgend jaar, dat is ze ker mogelijk", zegt een woord voerder van het NBT die er aan toevoegt dat de regen en wind die ons land nu al zo lang teiste ren, het er niet makkelijker op maakt de doelstellingen van de toeristennota van de regering te verwezenlijken. De regering wil met een vijfjarenplan Neder land aantrekkelijker maken als toeristenland. Velen die bij bet toerisme zijn betrokken ver wachten weinig van dit heils plan. DEN HAAG (GPD/ANP) - Ieder lid van de koninklijke familie dat mogelijk de troon kan opvolgen, dient formeel te behoren tot het Koninklijk Huis. Volgens het kabinet- Van Agt wordt alleen op die wijze recht gedaan aan de bijzondere binding met de Nederlandse staat van deze groep van naaste bloedverwanten van koningin Juliana. Het kabinet schrijft dit in de toe lichting bij het wetsontwerp "lidmaatschap Koninklijk Huis" dat gisteren bij de Tweede Kamer werd ingediend. De door het kabinet gekozen "rui me" definitie van het begrip Ko ninklijk Huis blijkt de instem ming te hebben gekregen van de Raad van State. In elk geval komt uit het stuk niet naar voren dat dit hoogste adviescollege van de re gering ernstige bezwaren tegen dit voorstel heeft gemaakt. Dit valt overigens wel te verwachten bij de behandeling in de Tweede Kamer, waar een groot aantal af gevaardigden liever een minder ruime definitie had gezien. Onder het kabinet-Den Uyl verhin derde deze tegenstelling het in dienen van een wetsontwerp, na dat al bij de grondwetswijziging van 1972 een nieuwe wet voor de regeling van deze zaak was aan gekondigd. De wet is onder meer DEN HAAG (ANP) - Het kabinet zet enige spoed achter het van kracht worden van de aanvulling op de wet bedreigde uitheemse diersoorten. Er wordt op dit mo ment nog gesleuteld aan een goe de procedure voor de herken baarheid van dode en levende delen van walvissen en schild- padachtigen. Dit is de reactie van het ministerie van CRM op een verzoek van het International Fund for Animal Welfare aan het kabinet om enige haast te maken met de aanvulling. Het ligt in de bedoeling de aanvul ling, die betrekking heeft op de invoer van walvisachtigen en schildpadachtigen, niet alleen van kracht te doen zijn op de in voer van levende dieren, maar ook op dode onderdelen van deze dieren. Er bestaat in deze kwestie een coördinatie in Benelux-ver- band. Ook België is bijna klaar met deze nieuwe wettelijke voor ziening, aldus het ministerie. Jaar geëist wegens brandstichting DEN BOSCH (ANP) - De officier van justitie bij de rechtbank in Den Bosch heeft gisteren tegen de 28-jarige H. L. uit Eindhoven wegens brandstichting en poging tot inbraak twaalf maanden ge vangenisstraf met aftrek geëist, waarvan drie maanden voor waardelijk met een proeftijd van twee jaar. Verdachte was de laatste van tien personen die terecht stonden voor een reeks brandstichtingen in Eindhoven tegen het einde van vorig jaar, waarmee in totaal een schade van twaalf a veertien miljoen gulden is veroorzaakt. Donkersteeg 11, Haarlemmerstraat 274, Kooilaan 45. nodig om te bepalen wie wel of wie niet onder de ministeriële verantwoordelijkheid valt. Daarmee heeft de wet directe in vloed op de persoonlijke vrijheid van de betrokken leden van de koninklijke familie en bepaalt ook ten dele de handelwijze van ministers. V erantwoordelij kheid Het wetsontwerp beschouwt alle bloedverwanten van het staats hoofd tot in de derde graad als behorend tot het Koninklijk Huis. Dit betekent, indien de Kamer daarmee instemt, dat deze hele groep in meer of mindere mate onder de ministeriële ver antwoordelijkheid valt. Deze verantwoordelijkheid van de mi nister voor het handelen van de betrokken prins of prinses ver mindert echter naarmate de per soon verder van de troon verwij derd is. Hierbij wordt dus reke ning gehouden cf hij of zij minder betrokken is bij de uitoefening van de koninklijke functie. De nog steeds bestaande regeling komt voort uit gewoonterecht, waarbij slechts de echtgenoot van de koning en de echtgenoten van zijn kinderen tot het Ko ninklijk Huis behoren. Zowel voor de kinderen als de kleinkin deren van de koning ontbreken bepalingen die hen nadrukkelijk tot lid van het Koninklijk Huis bestempelen. Hiervan uitgaande heeft het kabi net als criterium genomen dat allen die volgens de grondwet de troon kunnen beërven tot het Koninklijk Huis behoren. Al in 1976 is vanuit de Tweede Kamer echter opgemerkt dat ministe riële verantwoordelijkheid au tomatisch een beperking van de persoonlijke vrijheid van het be trokken lid inhoudt. Vooral de linkse fracties willen daarom ei genlijk het liefst de groep beper ken tot de koning, zijn echtge noot en de kinderen uit dit huwe lijk. Daarmee wordt tevens voor komen, zo vinden deze kamerle den, dat ministers verantwoor delijk worden voor het handelen van mensen die onder normale omstandigheden eigenlijk geen kans hebben ooit staatshoofd in ons land te worden. Wel stemt het kabinet in met het uitgangspunt dat de verantwoor delijkheid van de ministers af neemt wanneer iemand verder van de troon staat. Omdat de ei gen levenssfeer van de leden van de koninklijke familie zo weinig mogelijk geraakt dient te wor den, gelooft het kabinet dan ook dat er geen reden is deze verant woordelijkheid nog eens nader in een wet te omschrijven. In plaats daarvan is een regeling getroffen waarbij de minister-president ge regeld overlegt met de vier meest betrokken leden van de konink lijke familie, te weten koningin Juliana, de vermoedelijke opvol ger prinses Beatrix en hun beide echtgenoten. In de rij van troonopvolgers komt prinses Beatrix, de kroonprinses, als eerste. Zou zij om wat voor reden dan ook niet de koningin opvolgen, dan valt het koning schap toe aan haar zoon Willem Alexander en vervolgens, als de ze ook geen koning zou (kunnen) worden respectievelijk aan haar zoons Johan Friso en Constan- tijn. Vijfde in de rij van troonop volgers is prinses Margriet. Na haar komen haar zoons Maurits, Bernhard, Pieter en Floris. De prinsessen Irene en Christina en hun kinderen zijn van troonop volging uitgesloteii wegens hun huwelijk, waarvoor geen wette lijke toestemming is verleend. Daarmee zijn hun rechten op de troon automatisch vervallen. ROTTERDAM - De eerste van de vier Hovermarinesdie de Rotterdamse Havendienst in gebruik heeft genomen voor patrouillewerk in het Rotterdamse havengebied. Bij rampen kunnen de schepen de eerste klappen opvangen. Ze zijn daartoe uitgerust met blusapparatuur en perslucht apparatuur voorde bemanning. Via een uitschuifbare antennemast kan de bemanning waarnemingen verrichten aan boord van bijvoorbeeld het dek van een tanker. DEN HAAG (GPD) - Chauf feurs, die gevaarlijke stof fen vervoeren, zullen over enige tijd een verplicht examen moeten onder gaan om hun vakbe kwaamheid te tonen. Staatssecretaris Smit-Kroes (ver keer en waterstaat) schrijft dit in antwoord op schriftelijke vragen van het PSP-kamerlid Van der Spek. Over de invoering van het examen zal nog nader overleg plaatsvinden met de beroepsver voersorganisaties. Ook zal de bewindsvrouw dan bekijken in hoeverre een dergelijk examen ook voor andere vervoerstakken dient te worden ingevoerd. Volgens mevrouw Smit-Kroes ont staan de meeste ongelukken door verkeersfouten of bedienings- fouten bij laden of lossen. Invoe ring van het verplichte examen is er dan ook op gericht menselijk falen zoveel mogelijk te voorko men. De staatssecretaris neemt hierbij het advies over van de vas te commissie voor vervoersaan- gelegenheden. Mevrouw Smit-Kroes wijst er ech ter op dat het examen niet zonder meer van de ene dag op de ander kan worden ingevoerd, omdat de beschikbare opleiding- en exa mencapaciteit niet voldoende is. Daarom wil zij komen tot een fa sering van het examen, waarbij jongere chauffeurs eerder in aanmerking komen dan hun ou dere collega's. Hierbij speelt mee dat die oudere beroepschauf feurs over meer ervaring be schikken. DEN HAAG (ANP) - Uit een oogpunt van een rechtvaar diger verdeling van de belas tingdruk verdient het aanbe veling het zogenaamde huur waardeforfait te vervijfvou digen. Dit schrijven de belas tingdeskundigen mr. C.A.de Kam, medewerker van de vakgroep belastingrechtelijke vakken van de Rijksuniversi teit Leiden en prof. dr. ir. H. Priemus, hoogleraar volks huisvesting aan de Techni sche Hogeschool Delft, in het jongste nummer van het blad Economisch Statistische Be richten. Het forfait is een bedrag dat de bewoner van een eigen huis voor de aangifte van zijn in komstenbelasting bij het in komen moet optellen als een soort huurwaardeDe hoogte van het bedrag is afhankelijk van de waarde van de wo ning. De Kam en Priemus vinden dat door de thans gehanteerde forfait regeling het eigen tvo- ningbezit niet wordt bevor derd. Zij menen dat mensen met een hoger inkomen er meer belastingxxKtrdeel mee behalen dan mensen met een laag inkomen. "In het kader van een volkshuisvestingsbe leid dat zich richt op de groot ste knelpunten, past het slecht dat de meestal vrij goed wo nende bewoner-eigenaar fis caal wordt bevoordeeld boven de gemiddeld slechter gehuis veste huurder", aldus De Kam en Priemus. DEN HAAG (ANP) - Elf procent van de bus- en trampassagiers in Den Haag reist zonder geldig plaatsbewijs. Bij zes procent van de reizigers is sprake van opzet Dit heeft een onderzoek uitgewe zen dat de Haagse Tramweg maatschappij van mei 1978 tot en met juni 1979 heef! gehouden. Ten opzichte van eenzelfde onder zoek over het jaar daarvoor is het aantal "zwartrijders" met twee procent toegenomen. In trams wordt overigens aanmerkelijk meer zwart meegereden dan in bussen. De regering heeft in mei besloten dat de boete op het "zwartreden" mag worden verhoogd van vijf tot 25 gulden. In Den Haag. Voor burg en Leidschendam hoeven overtreders nog steeds maar vijf gulden te betalen. Daarom heeft de HTM de colleges van B en W van deze drie plaatsen verzocht via een wijziging in de Algemene Plaatselijke Verordening de boe te te verhogen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1979 | | pagina 7