Overwinnina cao-strijd gaat naar de werkgevers 'KRITISCH LID BLIJVEN VAN DE NAVO' Trimmen is minder gezond dan u denkt Nu werktijdverkorting van de baan is ZATERDAG 14 APRIL 1979 "Het ziet er naar uit dat we de werk tijdverkorting moeten gaan ha len. Dat we hem uit het vuur moe ten slepen door middel van sta kingen en andere acties. We zijn daartoe bereid. Niet omdat we zo graag willen staken, maar omdat We weten wat er gaat gebeuren, als we het niet gaan doen." Dit zijn de eerste regels van een pamflet van de Industriebonden NW en NKV dat twee weken geleden werd uitgedeeld aan de poorten van alle Nederlandse metaalbedrijven. Wat kan er veel veranderen in twee weken. De eis van de Industriebonden, een kor tere werkweek, eens door Arie Groenevelt in Leiden gelanceerd, werd afgelopen maandag in Zoe- termeer door de bonden geruis loos van tafel genomen. 'Arbeids- niet meer in', zie vakbon niet meer in', zei vakbondsonder handelaar Wamsteeker, na afloop van de zevende onderhande lingsronde tussen bonden en de metaalwerkgevers verenigd in de FME. Nog geen 24 uur daarna kwamen de Dienstenbonden van de FNV die de onderhandelingen in het bank- en verzekeringswezen voe ren, met de mededeling dat zij nu ook maar afzagen van hun eis voor een werkweek van 35 uur. Veel werkgevers zullen deze week tijdens een zakenlunch met recht een extra rondje hebben wegge geven. De werkgevers hebben voor de tweede achtereenvol gende keer de cao-strijd gewon- Leden Aan de vakbonden nu de zware taak om het de leden te vertellen. Als er tenminste nog leden op vergaderingen komen om het aan te horen. De belangstelling van "de achterban" voor de cao-on derhandelingen, wat had moeten blijken uit de opkomst tijdens le denvergaderingen, is dit jaar mi nimaal geweest. De bonden heb ben niet voor niets hun korter werken eis laten vallen. De be reidheid bij de leden om daarvoor daadwerkelijke actie te voeren was totaal niet aanwezig. Aan de andere kant was het voor het ge wone vakbondslid ook haast niet meer te volgen wat zich allemaal aan het cao-front afspeelde. Het begon op 31 augustus van het vorig jaar. Tijdens een bijeen komst in Leiden naar aanleiding van het verschijnen van een boekje over de bezetting van de Grofsmederij, kondigde de voor zitter van de Industriebond NW, Arie Groenevelt aan dat er bij de komende cao-onderhandelingen een vrije vrijdagmiddag geëist zou worden. Dat was volgens hem de enige manier om nieuwe arbeidsplaatsen te scheppen. Een uur per dag minder werken had volgens Groenevelt al veel min der effect, omdat dat dan het zo genaamde "laatste uurtje" zou zijn. Een uur waarin de produkti- viteit een stuk lager ligt en dus gemakkelijk in te halen zonder dat er één arbeidsplaats bijkomt. Toch werd de vrije vrijdagmiddag al snel ingeruild voor een 35-urige werkweek, ineens. Ook de 35-urige werkweek werd na een tijdje onderhandelen losgelaten. Inplaats daarvan kwam de gelei delijke invoering van de 35-urige werkweek, de eerste concessie van de bonden. De werkgevers bleven echter voet bij stuk hou den en wilden niet afwijken van de in Nederland gebruikelijk 40- urige werkweek. Van vakbondszijde kwam men met een laatste bod: invoering van de 39-urige werkweek nog dit jaar. Met werkgelegenheidspolitiek had dit natuurlijk bijna al niets meer te maken, want hoeveel ar beidsplaatsen schepje nu door er per week één onproduktief uurtje (zie de theorie van Groenevelt) af te halen? De werkgevers gingen ook hier niet op in uit vrees dat er dan in het vervolg ieder jaar een uur van de werktijd af zou gaan zodat de vakbonden in 1983 toch nog zouden uitkomen op een 35- urige werkweek. Subtiel Het allerlaatste bod stond deze week afgedrukt in het orgaan van de Industriebonden, Actie. Heel subtiel was de eis van een 39- urige werkweek veranderd in de verkorting van de werkweek met gemiddeld één uur. Dat biedt de bonden de mogelijkheid om te gen de leden te kunnen zeggen dat ze door het binnenhalen van drie extra verplichte snipperda gen (zoals in de metaalindustrie) toch nog uitkomen op bijna ge middeld 39 uur per week. Met nieuwe arbeidsplaatsen waar het toch allemaal om begonnen was, heeft het echter niets meer te ma ken. Wat wel met nieuwe arbeidsplaat sen te maken heeft, is de regeling die het voor werknemers moge lijk maakt eerder vrijwillig met pensioen te gaan. Dit experiment dat twee jaar geleden met finan ciële steun van de overheid in de metaalindustrie werd begonnen is dit jaar bijna in alle cao's opge nomen. Wanneer een willekeuri ge werknemer van 63 of 64 jaar nu te kennen geeft dat hij er mee wil - stoppen kan dat bijna overal. Dat de werkgevers zo meegaand zijn geweest in deze zaak heeft zeker te maken met de eis om tot Wamsteeker een kortere werkweek te komen. Liever eerder met pensioen (waarvan de kosten voor een deel ook door de werknemers worden gedragen) dan een 35-urige werkweek. Bovendien heeft eer dere pensionering het voordeel datje oudere, minder produktie- ve werknemers inruilt voor jonge "verse" krachten. Dat dit niet al tijd gebeurt, blijkt uit ervaringen in de metaalindustrie. Van de 1400 arbeidsplaatsen die daar zijn ontstaan door vervroegde pen sionering zijn er maar 400 opge vuld. Het heeft bij de werkgevers tot een besparing van een half procent in de loonkosten geleid. Schijnoplossing Arie Groenevelt ziet dan ook ei genlijk niets in deze regeling. Op een spreekbeurt in Alphen aan den Rijn noemde hij onlangs de vervroegde pensionering een schijnoplossing. "Bovendien," zo zei hij, "is deze regeling in de in dustrie erg ongunstig, omdat in sommige delen van deze bedrijfs tak nauwelijks meer mensen van 60 jaar een ouder werken." Het is natuurlijk de vraag of je als be langenbehartiger van de werk nemers zo'n gegeven zomaar als vaststaand feit moet accepteren. De andere bonden binnen de FNV voelden in ieder geval wel veel meer voor het eerder met pen sioen gaan als middel om meer arbeidsplaatsen te scheppen. Dat is dan tegelijk weer een ander punt dat de bonden tijdens de cao-onderhandelingen parten heeft gespeeld: de onenigheid tussen de verschillende vakbon den over de middelen om meer werk te scheppen FNV voorzitter Kok heeft al opge merkt dat de werkgevers hier handig gebruik van hebben ge maakt. En geef ze eens ongelijk. Waar blijf je als Dienstenbond als je daags na het inslikken van de korter werken eis in de metaalin dustrie, met de mededeling komt dat je er dan ook maar van afziet in het bank en verzekeringsbe drijf omdat je hiervoor niet in je eentje kan strijden. Zoiets is nauwelijks aan de leden te yer- kopen. West-Duitsland Wat misschien echter wel de groot ste oorzaak van het verlies van de bonden in de metaal is geweest, zijn de cao-onderhandelingen in West-Duitsland. Werknemers in de Duitse metaalindustrie heb ben zes weken tevergeefs ge staakt voor een kortere werk week. Uiteindelijk namen de bonden genoegen met een fikse loonsverhoging. Op dat moment was het bijna al zeker dat de korte re werkweek ook in Nederland geen haalbare kaart zou zijn. De werkgevers wisten het in ieder geval wel zeker. Op dat moment hadden de bonden in Neder land hun beleid wellicht beter met minder gezichtsverlies kun nen aanpassen. De les in in ieder geval dat de vakbeweging waar schijnlijk de cao-besprekingen nu ook internationaal wat beter op elkaar gaat afstemmen. Overigens is er nog steeds geen nieuwe cao voor de metaalindus trie. De partijen strijden nu nog over de vraag of de cao voor 15 dan wel 27 maanden moet gelden. Het laatste willen de werkgevers graag om wat meer rust te krij gen. Topmannen van de Indus triebond NW en NKV en ook het CNV hebben al laten weten dat dit "volstrekt onaanvaardbaar' is en dat er wel eens alsnog acties gevoerd zouden kunnen worden. Woorden voor de achterban om te laten zien dat de bonden niet al hun strijdbaarheid zijn verloren. Het werkelijke gevecht is echter achter de rug. En net als vorig jaar, toen het ging om de arbeids plaatsenovereenkomsten, is dat gevecht gewonnen door de werkgevers. DEN HAAG - U zult zich herinneren hoe „trimmen" populair is geworden in de afgelopen jaren. U weet ook waarom: hart- en vaatziektes eisen zoveel slachtoffers dat we tenschappers en leken zich ongerust begonnen af te vragen: „Wat kunnen we doen om deze epide mie een halt toe te roe pen?" Ik heb al vaak verteld hoe we onze eet- wijze zouden moeten ver anderen om onze hart- en bloedvaten te ontlasten. Ditmaal wil ik het hebben over het trimmen, een tweede gebied waar men zich op heeft geworpen in het voorkomen van hart en vaatziektes. Laat ik beginnen te zeggen dat het inderdaad waar is dat we lang niet genoeg lichaams beweging krijgen, maar wat doen we met de trimrage? We zien het drama van de hart- en vaatziektes en we besluiten er iets aan te doen. We zoeken ogenblikkelijk nar een kuur voor onze ziekte - we hebben geen tijd en geen zin om eerst ons leven grondig te inspecte ren. We kopen dieetmargari- ne, rijk aan pnverzadigde vet zuren en we beginnen inten sief, eenmaal per dag, blokjes rond ons huis te hollen. Voor de rest is ons leven precies zo als het was: vol problemen, vol spanningen, gehaast, we ademen nauwelijks, zitten nog steeds achter ons bureau, hebben nog steeds dezelfde lichaamshouding, eten nog steeds gehaast ons maal, „rijk aan onverzadigde vetzuren", kauwen nauwelijks, enzo voort. We erkennen dat we een probleem hebben en zoeken ogenblikkelijk naar een mak kelijke oplossing, die ons le ven in principe in tact laat. Terug naar het trimmen nu; wat gebeurt er in de praktijk? We leiden een zittend leven, zon der beweging, we zijn fut- en energieloos; plotseling be sluiten we tot onze dagelijkse trimexplosie, vergeleken bij wat we de rest van de dag doen is fiet een explosie, met name voor ons hart- en vaat stelsel, bepaalde lichaams spieren (benen) en onze ademhalingsorganen: we overademen, het hart werkt op volle toeren en onze been spieren verzetten behoorlijk wat werk. Het is een typische oplossing die past bij onze westerse cultuur. Onze oplos singen zijn altijd „panklaar", eenvoudig (iedereen kan het doen) en stimuleren het li chaam. Het is waar, we voelen ons vaak beter na een dergelijke in spanning. We voelen ons ge stimuleerd en weer energie rijk, lijkt het. We vergeten even onze dagelijkse proble men en het contrast tussen niets doen en deze lichame lijke activiteit is groot. We vinden dit soort contrast pret tig. Het geeft ons het gevoel dat we leven. In werkelijk heid echter heeft deze in spanning energie gekost. De hele oefening is onnatuurlijk en niet anders dan een nood oplossing, die ons verder wegvoert van het werkelijke probleem: het tegennatuur lijke leven dat we leiden over de hele linie. Betekent dit alles nu dat ik te gen oefening ben? Natuurlijk niet. We zouden het echter op een totaal andere manier moeten doen. Als we naar an dere traditionele culturen kijken dan zien we dat een lang en gezond leven op een totaal andere manier bereikt kan worden. Ons leven moet natuurlijker worden, gratie vol. Al onze bewegingen zou den doorleefd moeten zijn, zodat elke beweging een na tuurlijke oefening is. We zou den voortdurend open moe ten staan voor de levensener gie, onze ademhaling voort durend vol en diep, ons voed sel gezond en energierijk, on ze relaties vol en intens; niet het contrast tussen, bijvoor beeld nauwelijks ademen en nauwelijks bewegen en dan plotseling overademen met onvoldoende uitademing en overdreven gebruik van be paalde spieren, onder andere het hart. DEN HAAG - Het Nederlandse le ger is momenteel sterker dan het ooit geweest is. Met dat van de Bondsrepubliek ook het best uit geruste leger van de hele NAVO. Bij internationale oefeningen komen de Nederlandse soldaten altijd uitstekend uit de bus. En we hebben een kabinet dat elk jaar 3 procent méér aan defensie uitgeeft. Geen vuiltje aan de lucht, zou je zo zeggen. De NAVO kan trots op ons zijn. Misschien is dak ook wel zo. Ne derland is - in elk geval sinds het kabinet-Van Agt er zit - een trouwe bondgenoot (geworden). Zelfs NAVO-baas Jozef Luns zegt dat ons aanzien binnen de NAVO is hersteld. Nederland telt weer mee, zoals minister Van der Klaauw enige tijd geleden nog zo trots wist te melden. Binnen de NAVO wordt die presta tie overigens met enige verwon- dering geconstateerd. Lang haar. geen groetplicht en toch zijn ze zo goed, hoor je vaak verbaasd zeg gen. Maar volgens de haviken binnen de NAVO is juist dat zo schadelijk voor de NAVO. Im mers, de geloofwaardigheid wordt deels uitgemaakt door de presentatie. En als zelfs de eigen bondgenoten zich daarover ver bazen. moet het met die geloof waardigheid wel slecht gesteld zijn. Door Hans de Bruijn Van de waardering die het buiten land desondanks voor ons heeft valt binnenslands niet zo veel te merken. Zeker, Nederland vindt dat we lid van de NAVO moeten blijven. Bijna driekwart van de Nederlanders voelt zich daarbij het veiligst. Maar de discussie over de manier waarop aan dat lidmaatschap vorm gegeven moet worden, beperkt zich gro tendeels tot het politieke we reldje. De belangstelling voor doel en werk van de krijgsmacht is - de Libanon-uitzending daar gelaten - nooit zo groot ge weest. Na 30 jaar lidmaatschap van de Noord-Atlantische Verdrags Or ganisatie staat dat lidmaatschap op zich in de politiek nauwelijks meer echt ter discussie. Welis waar is er in linkse kringen nog steeds een flinke groep anti-NA- VO. maar het aantal voorstanders blij ft even onveranderd groter. De discussie heeft zich de laatste jaren verlegd naar de vraag hoe we binnen het bondgenootschap zoveel mogelijk druk kunnen uitoefenen om te komen tot ont spanning en uiteindelijk ontwa pening. Uittreden Ook in de PvdA is dat het geval. En dat is wel eens anders geweest. Zeven jaar geleden sprak een PvdA-congres zich nauwelijks verbloemd uit voor het verlaten van de NAVO. Het bondgenoot schap kreeg vier jaar de tijd om ernst te maken met ontwapening en ontspanning, anders moest Nederland uittreden. Hoewel de standpunten van de huidige PvdA hier op lijken, is er toch wel wat veranderd. Op het congres van eind april zal de PvdA moeten beslissen over een voorstel van het partij bestuur om het lidmaatschap met drie jaar te verlengen. Na die tijd (en bij een eerdere regeringsvorming) moet worden bekeken welke bijdrage de NAVO heeft geleverd aan de voortgang van de ontspan ning- De PvdA bindt dat aan tal van voorwaarden, zoals kernwapen- vrije zones, verklaringen dat de NAVO nooit als eerste atoomwa pens zal gebruiken, geen uitbrei ding van het NAVO-potentieel, maximaal 3 procent van het na tionaal inkomen voor defensie, versterking van de Oost-West- dialoog en vermindering van de Nederlandse atoomtaken. Voor alsnog vindt het partijbestuur voortzetting van het NAVO-lid- maatschap zinvol. Paragrafen waarin zonder meer met uittre ding wordt gedreigd, ontbre ken. Het is te verwachten dat de PvdA- afgevaardigden deze standpun ten, mogelijk iets gewijzigd, zul len overnemen Weliswaar is een vijftiental afdelingen voor uittre ding uit de NAVO, maar hun om vang is te gering om voor een schokkende uitspraak a la 1972 te De partij blijft daarmee keurig op de lijn die door toppers als Max van der Stoel. Bram Stemerdink en Piet Dankert is en wordt uit gezet: lid blijven van de NAVO, maar dan wel kritisch. Dat wil zeggen: blijven drukken, blijven k De huidige secretaris-generaal dreigen met eenzijdige stappen om te komen tot vermindering van de kernbewapening. Met uit treding en dus isolatie bereik je niets. Hoeksteen Diezelfde filosofie valt de laatste tijd waar te nemen binnen het CDA. waar zich een hoogst op merkelijke verandering heeft voltrokken. Een handvol jaren geleden was het CDA een van de trouwste en nauwelijks kritische verdedigers van de NAVO, die werd - en overigens nóg wordt - beschouwd als „de hoeksteen van ons veiligheidsbeleid". Maar in het begin van de jaren '70 werd, eerst in werkgroepen en la ter op hoger niveau, steeds meer nagedacht en gesproken over de problemen van bewapening en ontwapening. Er kwam een visie tot stand waarin het bestaan van atoomwapens en het opvoeren van de bewapening niet meer als iets vanzelfsprekends werd be schouwd. Pas in deze kabinetsperiode trad van die veranderde houding iets naar buiten. Daarvoor zijn ver schillendeoorzaken aan te geven: een behoudend kabinet, dat dui delijk de indruk wekte vooral een trouwe bondgenoot te willen zijn, niet lastig, bereid om wat centen extra aan defensie te besteden, goed luisterend naar de grote broers. En voorts een aantal nieuwe gezichten in de CDA- fractie, die van die volgzaamheid eerder opvoering van de bewa pening dan het omgekeerde ver wachten. Het zijn de twee ex-offi cieren Joep de Boer en Ton Fnn- king die aan die ontwikkeling het meest uitdrukking hebben gege- Beiden zijn KVP'er. En dat is dan een derde oorzaak. Tot voor twee jaar werd het defensiestandpunt van het CDA vooral bepaald door de AR. De gezagsgetrouwe AR gold - met Hannie van Leeuwen als eerste woordvoerder voorop - als een remmende factor in het CDA-defensiebeleid. De wisse lingen in de CDA-fractie hebben dat veranderd. Frinking en De Boer hebben grote bezwaren te gen de toenemende rol van de kernbewapening en zijn best be reid dat duidelijk te laten mer ken. Niet dat het NAVO-lidmaatschap voor het CDA ter discussie staat. De NAVO blijft ook voorde beide KVP'ers de bekende „hoek steen". Maar zij vinden dat Ne derland best een kritisch lid mag zijn. Wat dat betreft zijn zij er in geslaagd om de meerderheid van de CDA-fractie achter zich te krijgen. Neutronenbom Dat is vooral gebleken in de discus sie over de neutronenbom. Het CDA sprak zich tegen de zin van het kabinet onverbloemd uit te gen dit wapen. Men ging niet zo ver dat het kabinet (met CDA- minister Scholten op defensie) aan handen en voeten werd ge bonden, maar de bedoeling was duidelijk: de N-bom mag er niet komen. Ook op andere kernwapenterrei nen sprak de CDA-fractie zich te gen het kabinetsbeleid uit. Het 155 mm-geschut mag geen atoomtaak krijgen, uiteindelijk moet de artillerie geheel conven tioneel worden, de nieuwe Orions van de marine mogen geen atoomtaak hebben. Minister Scholten heeft - handig - deze beslissingen naar (langdurige) studies verschoven. Maar* als we De Boer c.s. mogen geloven, moet Scholten niet denken dat hij ze daarmee later toch op slink se wijze kan invoeren. CDA-mi- nister of niet, dan krijgt hij het met zijn eigen partij aan de stok. De CDA'ers voelen zich gesterkt door de uitspraken van de kerken tegen de kernbewapening. Ook het CD A-bestuur en de CDA-jon- geren hebben zich in soortgelijke termen uitgelaten. Voor de CDA- defensiespecialisten staat voorop dat Nederland zich niet door de grote partners de wet dient te la ten voorschrijven. Nederland voert een eigen beleid en dient vast te houden aan het recht om zelf beslissingen te ne men. De NAVO kan daarbij uit stekend worden gebruikt als een handvat om het doel - verminde ring van de kernbewapening - te bereiken. En (verrassing!) het CDA is er voor het eerst niet vies van om dat middels eenzijdige stappen te doen. Als de metho den van overleg niet werken, moet Nederland eenzijdig atoom- taken afstoten, zei De Boer (na mens de fractie) in de Kamer. Een standpunt waarvan minister Scholten letterlijk verbleek te. Maar bij het CDA zitje altijd met de vraag hoe hard dit soort harde uitspraken in werkelijkheid zijn. Scholten is een nogal starre mi nister, die niet gauw van zijn standpunt afstapt. Met een WD- minister naast zich (Van der Klaauw) kan dat nog een aardige confrontatie opleveren. Kloof Trouwens ook met de WD, een partij waarin veel minder na drukkelijk over de vraagstukken van vrede en veiligheid wordt ge sproken en nagedacht dan in het CDA. Zo lang defensie woord voerder Ploeg nog spreekt in termen als „de NAVO heeft ons 30 jaar voor oorlog behoed", „vredelievende bedoelingen be lijdt men niet met woorden maar met de opstelling van de strijd krachten" en „acties tegen de modernisering van kernwapens zijn door de communisten gein- spireerd", zal de kloof tussen de beide regeringspartners groot blijven. CDA en PvdA bewegen heel dui delijk naar elkaar toe, een ont wikkeling die ook binnen de PvdA wel met enige verbazing zal zijn geconstateerd. Een ontwik keling ook, die in de hand is ge werkt door het feit dat er nu een kabinet zit met ministers die op zijn minst de indruk wekken aan loyaliteit jegens de bondgenoten zeker zoveel belang te hechten als aan de vermindering van de on veiligheid in de wereld. Wat er zal gebeuren wanneer over enkele jaren misschien weer een kabinet van CDA en PvdA tot stand komt, valt nu moeilijk te voorspellen. Het zou kunnen gaan lijken op een soort monster verbond tegen de kernbewape ning, waarbij in de NAVO, van binnenuit, getracht zal worden een aantal heilloze ontwikkelin gen te keren. Het zou van Neder land in elk geval een kritischer lid van het Noordatlantisch bond genootschap maken dan het ooit (zelfs in Pvd A-dromen) is ge weest.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1979 | | pagina 29