Open school: iedereen kan van ander leren Sassenheimer bouwt nieuw „imperium" in Limburgse bossen Onder meer champignon-modelboerderij Amatenr-toneel: koppen bijelkaar Wat geleerd wordt kan direct in praktijk worden gebracht Een nieuwe vorm van tweede kansonderwijs DONDERDAG 28 DECEMBER 1978»0 Tips voor deze rubriek kunt U elke morgen tot 10.00 uur aan mij kwijt, tel. 071-144941, toestel 215. U mag ook schrijven. deling ondergaan alvorens de champignonkorrels er op uit gezet kunnen worden. Die fa se zal nu worden overgesla gen. Het in aanbouw zijnde vol-au- tomatische champignon-mo- del-bedrijf bestaat uit in to taal 24 cellen, met elk een op pervlak van 60 m2 en een hoogte van 6 meter. Er wordt in tien lagen geteelt. Het to taal benutbare teeltoppervlak komt uit op ruim 10.000 vier kante meter. Wat Lestraden nu in de Roer- mondse bossen laat neerzet ten is een modelbedrijf. Ne derlandse champignonkwe kers wil hij laten zien hoe het anders kan. Uiteraard met de bedoeling zijn systeem op grote schaal aan de man te brengen. Overigens verwacht de Sassenheimer dat er in heel wat meer landen belang stelling voor zijn vinding zal zijn. Dat hij de technische know how van zijn bedrijf onder meer is gaan benutten voor de champignonteelt is niet zon der reden. Lestraden ziet voor de champignons een gewel dige toekomst weggelegd, met name waar het gaat om de oplossing van het wereld voedselprobleem. "De che mische formule van cham pignons", zegt hij, "is gelijk aan die van melk, met dit ver- Industrieel en uitvinder J. Lestraden. schil dat er in champignons geen vet zit. Het is de meest veelzijdige groente, met enorm veel mogelijkheden tot verwerking". Halverwege volgend jaar zullen op het Limburgse industrieterrein de eerste champignons wor den geoogst.' Begin vorig jaar heeft Lestra den het bloembollenvak al kennis laten nemen van zijn ideeën over champignonteelt hier in de streek. Dat gebeur de tijdens de jaarlijkse me- chanisatieshow waar het vak kennis kan nemen van nieu we machinerieën e.d. Lestra den introduceerde toen een plastic krat (40 bij 60 cm) waarin niet alleen bloembol len kunnen worden opgesla gen maar die, ondersteboven, ook dienst kan doen in de champignonteelt. Veel van die kratten naast elkaar na melijk vormen een plateau waarop een laag paardenmest kan worden aangebracht en waarop dan de champignons kunnen groeien. Het bloembollenvak heeft zich in het afgelopen jaar nog niet bijster enthousiast getoond over de ideeën van Lestraden. Er is nog niet één bloembol lenkweker die de champig non als bijprodukt is gaan houden. Wel zijn er die de bloembollen aan de kant hebben gezet en volledig op de champignons zijn overge stapt, maar dat was al voordat de Sassenheimer er mee be gon. Velen vragen zich af of de teelt van champignons nog wel lonend zal zijn als ze op zo 'grote schaal gekweekt gaan worden. Lestraden meent van wel. "De afzetmogelijkheden zijn onbeperkt", zegt de in dustrieel. Zeven toneelverenigingen uit de bollenstreek en de Haarlem mermeer voelen wel iets voor het idee van dameskapperl amateurtoneelspeler Willem Salman om in de toekomst wat meer te gaan samenwer ken. In januari komen ze bij elkaar om te bespreken wat ze zo al gezamenlijk kunnen gaan doen. Salman, Kaag eiland-bewoner, vindt dat de verenigingen tot nu toe teveel langs elkaar hebben gewerkt. Men zou vol gens hem best eens decors met elkaar kunnen uitwisselen of spelers aan elkaar afstaan. Ook bepleit hij het nut van het instellen van een streek-to- neelagenda, zodat het niet meer voorkomt dat in één weekeinde een stuk of wat to neelverenigingen hun uitvoe ring hebben gepland. Een be tere spreiding zou volgens hem een grotere publieke be langstelling tot gevolg heb ben. Dat er slechts zeven verenigin gen hebben gereageerd is vol gens Salman geen teken aan de wand. "Nu is het nog zo dat de meeste liever hun eigen boontjes dopppen, maar als men eenmaal ziet dat samen werking toch wel vruchten afwerpt volgen er vanzelf meer. Let op mijn woorden". Willem Salman .let op mijn woorden School-actie: f 2000 voor invalidenauto Leerlingen van de derde en vierde klas van de Katholieke Technische School in Voor hout hebben 2000 schoon overgehouden aan een in hun school gehouden fancy-fair, die overigens alleen toegan kelijk was voor medeleerlin gen. Het bedrag is bedoeld als aanzet voor de koop van een aangepaste auto, die bestemd is voor Peter Marijnen, één van de patiënten van het Katwijkse Zeehospitium. Deze 29-jarige invalide, bijna geheel verlamd, heeft op di verse scholen in de bollen streek maar ook daarbuiten spreekbeurten gehouden over zijn leven als invalide. De KTS-leerlingen die Marijnen ook een aan tal keren op be zoek hebben gehad, hebben daarop spontaan besloten geld te gaan inzamelen voor een aangepaste auto waar mee de invalide door het land kan worden vervoerd. Ook op andere scholen gaan over een paar weken acties van start. Het streefbedrag is 25.000. De Sassenheimse industrieel en uitvinder J. Lestraden (hij heeft 18 bedrijven, verspreid over Nederland, Amerika, Engeland en West-Duitsland) bouwt mo menteel in Limburg een nieuw "imperium" op. Op het bosrijke Roermondse industriepark Heide wor den nu onder zijn directie nog eens 7 bedrijven neer gezet, waarin hij eigen uitvindingen in produktie gaat nemen. De baard van KTS-keuken- leraar Joop van Roon ging er ook af voor het goede doel en bracht 150 gulden op. lenkwekers te interesseren voor champignon als bijpro dukt. De 54-jarige geslaagde zakenman ziet het wat dat be treft wel zitten voor de bol lenstreek. Zijn filosofie: veel bedrijven maken gedurende een deel van het jaar geen ge bruik van hun koelcellen. Die bedrijfsstille periode, een week of zeven, zou nu mooi kunnen worden benut om champignons te kweken. De tot nu toe in Nederland toe gepaste teeltmethodes ne men per oogstronde vrij veel tijd in beslag. Lestraden heeft echter een systeem ontwik keld waardoor het allemaal sneller kan. Niet 4 keer per jaar oogsten, maar 7 keer. Belangrijke tijdwinst denkt hij onder meer te gaan halen uit een andere behandeling van de paardenmest, de onder grond waarin de champig nonkorrels tot leven moeten komen. Normaal gesproken moet die paardenmest in de kweekcel eerst een vrij lang durige temperatuurbehan- Het is een compleet industrie park, dat in eerste aanleg 7 hectaren beslaat, maar waar later nog eens 12 hectaren bijkomen. Een landschapsar chitect heeft inmiddels een plan klaar om bedrijven en omliggende bossen met el kaar te laten harmoniseren. Lestraden, die op het vlak van de verwarmingstechnieken en klimaatbehandeling inter- natiopale bekendheid heeft verworven, gaat zich daar on der meer storten op een voor hem tot voor kort nog onbe kend terrein: de champignon teelt. Om daar wat beter in thuis te raken startte hij vorig jaar in de bollenstreek met een teeltexperiment. Dat ge beurde in het bloembollen complex van de firma De Vroomen. Hoewel Lestraden nu naar Limburg is uitgeweken om daar de resultaten van het Sassenheimse onderzoek in de praktijk te brengen, wil hij in de nabije toekomst toch gaan proberen de bloembol- In onderwijskringen is het laatste woord over de open school nog lang niet gezegd. Er wordt heel wat gediscussieerd over deze vorm van „tweede-kansonderwijs". De open school is bedoeld voor mensen die in hun jeugd door allerlei omstandigheden een minimale opleiding hebben gehad (lagere school en soms een paar jaar vervolgonderwijs), maar op latere leeftijd de behoef te voelen om zich wat verder te ontwikkelen. We laten in dit verhaal de theoretici voor wat ze zijn en gaan een ochtendje op bezoek bij ee» open-schoolgroep in Zeist. Wat vinden de be langhebbenden er nu zelf van? We treffen een groep enthousias te vrouwen aan, die hun „school" (èèn ochtend per week gedu rende twee jaar) niet graag hadden willen missen. ZEIST - In een buurthuis in de Zeister nieuwbouw wijk De Clomp zitten veer tien vrouwen bij elkaar. Ze vormen een open-school groep, maar erg „schools" gaat het er niet toe. Er heerst een gezellige sfeer. De koffie is ingeschonken, er worden dikke stukken speculaas uitgedeeld. „Die speculaas is er niet altijd bij, hoor, maar er valt van daag wat te vieren". Toen het onderwerp „Als je er al leen voor komt te staan" werd be sproken, ontdekte een van de vrouwen dat zij recht heeft op kinderbijslag. Ze hoorde hoe ze ervoor kan zorgen die ook te krij gen. Zij heeft nu haar eerste toe lage ontvangen en uit blijdschap daarover trakteert ze de groep. De Open School heeft weinig weg van de school die de meesten zich herinneren Hoe ging dat vroeger op school? De juffrouw stond voor de klas en praatte, droeg „kennis" over of de kinderen er nou belangstelling voor hadden of niet. De kinderen luisterden, maakten lesjes en oefeningen. Zo •eerde ;'e. Op de open school gaat dat totaal anders. De onderwer pen die worden besproken, wor den gekozen door de mensen zelf. De leidsters (op het eerste gezicht merk je niet eens wie dat zijn) en de leerlingen gaan op gelijk waardige wijze met elkaar om: iedereen kan van een ander leren. De kennis die op zo'n manier wordt vergaard is vooral prak tisch: wat geleerd wordt kan di rect in praktijk worden gebracht en sluit aan bij ieders situatie. Twijfels Het lijkt zo weinig op het beeld dat mensen hadden van „leren", dat er in het begin twijfels waren bij de groep: „We doen niets, we kletsen alleen". Na bijna tien maanden open school zijn de vrouwen helemaal van idee ver anderd. Stuk voor stuk zeggen zij nu dat ze al heel wat geleerd heb ben en er vooral zelf door veran derd zijn: zelfbewuster gewor den, geleerd je mening te zeggen, meer inzicht gekregen en daar door meer interesse voor wat er om je heen gebeurt. Iedereen is betrokken bij wat er in de groep gebeurt en is er medeve- rahtwoordelijk voor. Misschien verklaart dat de hechtheid van de groep. Sinds maart zijn er maar twee vrouwen en de enige man afgevallen. De veertien over geblevenen kennen elkaar nu vrij goed. Je leert elkaar ook wel ken nen, al was het alleen al door het „rondje" waarmee elke keer wordt begonnen. Om de beurt, de kring rond, vertellen de vrouwen over iets dat hen de afgelopen week heeft beziggehouden. De bedoeling daarvan is te leren pra ten in een groter gezelschap (over je verlegenheid heen te komen), je ervaringen en gevoelens zo kort mogelijk onder worden te brengen (een van de open- schoolmanieren van Nederland se les), de anderen te vertellen wat belangrijker voor jou is, de anderen te laten luisteren (wat ook een kunst op zich is) en ook om van je af te praten waarmee je in gedachten bezig bent, om daarna met meer aandacht te kunnen luisteren naar wat er die morgen aan de orde is. Elke keer wordt een ander tot voor zitster benoemd. Zij moet de och tend leiden en ervoor zorgen dat de tijd zo goed mogelijk wordt benut. De voorzitster leert zo hardop te praten, beslissingen te nemen, onderwerpen op tijd af te ronden en te organiseren. Weer anderen maken notulen: zij leren luisteren, aantekeningen maken, feiten en meningen scheiden en schriftelijk ordenen wat er alle maal wordt gezegd. Aan het eind van de ochtend is er weer een „rondje". Hoe deden de voorzit ster en de leiders het? Wat vond je leuk en niet leuk van deze mor gen? Doel daarvan is je gevoelens te uiten, ook je kritiek, en met een goed gevoel naar huis te gaan. Thema Elke week wordt gepraat aan de hand van een gezamenlijk geko zen thema. Op het ogenblik is dat gezondheidszorg. Steeds komt een onderdeeltje daarvan ter sprake. De leidsters of cursisten houden een inleidinkje of iemand van buiten de groep (wijkver pleegsters, een maatschappelijk werkster, een psycholoog). De vrouwen hebben elk een onder deel waarvoor zij zich interesse ren (zoals slapeloosheid, gezonde voeding, seksualiteit, borstkan ker, overspannen zijn) gekozen en maken er thuis een werkstuk over. Om zo'n werkstuk te kun nen maken moet materiaal ver zameld worden: kranteknipsels, artikelen uit tijdschriften, gege vens uit boeken. De groep is een paar keer naar de bibliotheek geweest om er wegwijs te wor den. Als er meer inzicht in een onder werp is ontstaan, komen er steeds meer vragen. Pas dan komen de leidsters met wat „schoolsere" kennis. Soms wordt gebruik ge maakt van lesmateriaal van de proefprojecten open school, maar over het algemeen blijkt dat lesmateriaal slecht aan te sluiten is op de behoefte van de cursis ten. Met de twee leidsters, Gè Koper en Marion van Reijen, wordt overlegd hoelang er over een thema wordt gedaan. Globaal worden er 16 weken voor gere kend, maar dat kan langer of kor ter zijn, al naar de wensen van de leerlingen. Aan het eind van zo'n thema wordt buitenshuis gege ten, als feestelijke afsluiting. Inhalen - Hoe denken de vrouwen nu zelf over hun school? Sari Luca (50, moeder van grote kinderen) heeft over de open school gehoord op VOS-cursus- sen, waarvan ze er drie heeft ge volgd. „In de oorlog zat ik op de mulo, maar dpor omstandighe den heb ik die nooit afgemaakt. Dat blijf je voelen, vooral met de kinderen. Ik moet nu nog zoveel inhalen". Ze is erg tevreden over de open school: „Je leert hier dingen die op school nooit behandeld zijn, maar waar je echt wat aan hebt. Door de open school krijg je steeds meer interesse, je wilt ook politiek bijblijven". Joke Noorlander (30, een kind van vijf) is na de tweede klas ulo van school gegaan omdat ze toen wil de werken. „Daar heb ik altijd spijt van gehad". Ze gaat nu ook naar een cursus Engels. „Ik heb het pu druk. Toen ik aan de open school begon, speelde ook mee dat ik de dagelijkse sleur wilde doorbreken. Ik heb hier vooral geleerd te luisteren naar anderen en ik heb meer zelfvertrouwen gekregen. Ik durfde nooit te pra ten in een groep met vreemden, dan kreeg ik meteen een rood hoofd. Dat gaat nu veel beter, ik hoop het hier helemaal kwijt te raken". Helma Jeukens (32, twee kinderen van 7 en 4) las over de open school in een wijkblad. „Ik heb vroeger wel mulo gehad en steno, typen en een middenstandsdiploma, maar dat doet er weinig toe, vind ik, als je niet zelfverzekerd bent. Ik was veel stunteliger dan de mensen zonder opleiding. Ik vind het verkeerd dat de open school alleen is bedoeld voor mensen zonder opleiding. Ik vind het voor mezelf hard nodig. Ik voelde me erg onzeker, maar merk dat ik over m'n verlegenheid begin heen te komen. Je moet hier wel wat zeggen, ook al zitje te trillen. Nu durf ik wat meer naar voren te brengen. Ik merk het trouwens nu", ze lacht. Lezen „Ik heb hier veel geleerd, ben bij voorbeeld vertrouwd geraakt met de' bibliotheek. Ik ben meer en gerichter gaan lezen. Dat komt ook omdat je een werkstuk moet maken. M'n algemene ontwikke ling wordt beter. Ik wil veel we ten, ik voel me leergierig. Wat ik hier ook heb geleerd is opkomen voor jezelf. Dat doe ik nu heel bewust. Ik zeg nu bijvoorbeeld rustig tegen buurvrouwen: het spijt me, maar ik heb nu echt geen tijd voor koffiedrinken. Vroeger zou ik dat niet gedurfd hebben. Ik héb trouwens tegen woordig ook veel minder tijd voor koffie visites, ik ga ook naar een cursus Engels en een hand- werk-praatgroepje. Als je eens „nee" zegt, loop je wel het risico op boze gezichten". Riet (55): „Ik was vroeger ook altijd bang niet aardig gevonden te worden. Als vrouw stond je altijd voor anderen klaar, hé? Er bleef nooit tijd over voor jezelf. Ik moest me altijd inspannen om se rieuze aandacht voor mezelf te krijgen. Dan wond ik me enorm op. Daarin ben ik te kort gescho ten, denk ik. Ook op een aardige manier, wat Woordkeus betreft, kan je aandacht vragen. Dat heb ik hier geleerd. Dat geeft meer zelfvertrouwen. Die open school ben ik gaan doen omdat ik op hield met werken: ik had geen zin om thuis met m'n handen in m'n schoot te blijven zitten. Door de open school heb ik veel meer ple zier in m'n leven gekregen". Van elkaar leren Nel van Oosterum (55 jaar, moeder van vier kinderen) werd door haar dochter attent gemaakt op de open school. „Ik zat toen vre selijk in moeilijkheden. Niet dat die problemen worden opgelost hier, maar je leertje gevoelens be ter onder woorden te brengen en ik heb hier geleerd mezelf te zijn. Je ziet in anderen van de groep watje in jezelf niet wilde zien. Je leert veel van elkaar. Ik kan nu ook beter opkomen voor mezelf. Mensen die bijvoorbeeld met moeilijke woorden praten, brach ten me altijd van slag. Nu ik te genwoordig wat steviger in m'n schoenen sta, durf ik wel om uit leg te vragen. Ik ben ook kriti scher geworden en sta meer open voor dingen buiten mezelf. Toen ik naar zijn schoolwerk vroeg, zei een van m'n kinderen: mam, je interesseert je tegenwoordig voor heel andere dingen!" Trots laat Nel haar omvangrijke werkstuk zien over seksualiteit. „Daar werd vroeger bij ons thuis nooit over gesproken, dat was vies. Dat is een remming geweest in mijn hele huwelijksleven". Jeanne Broekman (31, kinderen van acht en negen) heeft vroeger een paar jaar mulo gedaan, huis houdschool en een opleiding ge zinsverzorging. Ze werkte part time, maar werd ziek en verveel de zich. „Daarom ben ik ook naar de open school gegaan. Ik wilde weer iets doen en onder de men sen komen. Verder vind ik dat je moet proberen een beetje bij te blijven, anders groeien de kinde ren je boven het hoofd. Ik wil ze kunnen blijven helpen met huis werk. Je leert hier dingen waar je wat aan hebt. Vroeger zei ik maar Anderhalf jaar geleden is het ministerie van onderwijs begonnen met een nieuwe vorm van tweede-kanson derwijs, de open school. Bij wijze van experiment wer den proefprojecten gestart, die worden gesubsidieerd en begeleid door het ministerie. De groepen werken aan de hand van (experimenteel) begeleidingsmateriaal, o.a. het bekende „Een tien voor taal", en een aantal vastge stelde thema's. De groepen komen twee dagdelen per week bij elkaar en de cursus duurt twee jaar. Een spontaan project open school wordt erkend als aan bepaalde eisen worden vol- braafja" of „nee", nu kan ik ook m'n zegje doen. We hebben het er bijvoorbeeld over gehad hoe je bij de dokter het woord moet doen. Daar heb ik meer aan dan lesjes leren". Toekomst Hermien Beuk (42, moeder van ze ven kinderen) is de enige van de groep die naar de open school is gegaan met het oog op haar toe komst zij wil doktersassistente worden. „Vorig jaar heb ik een cursus typen gedaan en ik ben nu met steno bezig. Ik merkte dat ik meer kennis van het Nederlands nodig had, m'n lagere-school- kennis was zo diep weggezakt". Het thema gezondheidszorg spreekt haar, gezien haar toe komstplannen, erg aan, maar de manier waarop Nederlands wordt gegeven stemt haar min der tevreden. „Praten en schrij ven zijn verschillende dingen. Ik had liever wat spelling gehad, wanneer schrijf je een d, wanneer dt". daan. De leidsters moeten vormingswerksters of on derwijskrachten zijn, de groep moet minstens èèn maal per week bij elkaar komen. Verder moet de groep aan een onderzoek wil len meewerken, maar is niet verplicht, het begeleidings materiaal van de proefpro jecten te gebruiken. Dat biedt de leidsters en de cur sisten de vrijheid meer te werk te gaan naar eigen be hoefte. De open-schoolprojecten zijn bedoeld voor mensen met minstens vijf jaar lager on derwijs en ten hoogste twee jaar voortgezet onder wijs.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1978 | | pagina 4