erkzoekende vrouw signaleren
PALET
Grondvormen kleding komen
en gaan al duizenden jaren
HOE
ZIT
DAT
NOU
iel van FNV-vrouwen in Rotterdam
Muurpeper
groeit
overal
HISTORISCH KOSTUUM MUSEUM
MAANDAG 18 SEPTEMBER 1978
ROTTERDAM - Veel werkende en
werkzoekende vrouwen hebben
(of krijgen) met problemen te
maken. Problemen die recht
streeks te maken hebben met het
feit dat zij vrouwen zijn: zij krij
gen voor gelijk werk nog vaak
een andere beloning dan man
nen, hun kansen in het bedrijfs
leven liggen dikwijls ongelijk,
vaak worden ze in de hoek ge
schoven van „het typische
vrouwenwerk" (dat niet zelden
synoniem is met onaantrekke
lijk en onderbetaald). Vrouwen
die deze problemen hebben le
ren kennen, willen daarover
praten, en dan liefst met andere
vrouwen die de problematiek
uit eigen ervaring kennen en
misschien ook nog een goed ad
vies kunnen geven.
Door Leens Macaré
Dit is, in grote lijnen, de gedach-
tengang achter een enkele maan
den geleden in Rotterdam op
gang gekomen „FNV-vrouwen-
spreekuur" dat eenmaal per
week wordt gehouden. Vier uur
lang zijn dan twee vakbonds
vrouwen van de FNV, de Federa
tie Nederlandse Vakbeweging,
aanwezig om vragen te beant
woorden, zo mogelijk een zinnig
advies te geven, of „zomaar als
klankbord" te fungeren. Komen
bepaalde problemen erg veel
voor, dan wil men die doorspelen
naar de vakbonden zodat men
.daar aan een oplossing kan gaan
5werken. Doel van dit vrouwen-
spreekuur het helpen verbeteren
van de positie van de werkende
vrouw in Nederland.
„Andere behandeling"
„Met dit spreekuur willen we óok
een stuk bewustwording op gang
brengen; vrouwen leren om zich
te realiseren dat ze op de ar
beidsmarkt vaak een andere be
handeling krijgen dan mannen.
Hen erop wijzen dat een werken
de vrouw dezelfde rechten
heeft", zegt Thea, een van de
veertien vrijwilligsters die (in
ploegen van twee) het vrouwen-
spreekuur in Rotterdam draai
ende houden. Elke maandag zijn
twee FNV-vrouwen van 's och
tends tien tot 's middags twee uur
te vinden achter de balie van hun
stand in het HIC, het hulp- en in
formatiecentrum in de hal van
het postkantoor aan de Coolsin-
gel. Een ideale standplaats omdat
hier onder èèn dak een aantal
dienst- en hulpverlenende in
stanties is gevestigd, zodat bij
sommige ingewikkelde proble
men meteen kan worden door
verwezen naar deskundig advies
in hetzelfde gebouw.
Het vrouwenspreekuur, ontstaan
vanuit een FNV-vrouwengroep,
mag volgens de initiatiefneem
sters gezien worden als „onbe
taald, puur vrijwilligerswerk,
verricht vanuit de motivering om
de achterstelling van vrouwen op
te heffen". De medewerksters
(zelf werkende vrouwen, van wie
een flink aantal werkzaam is in de
sociale séctor) hebben tevoren
een korte training gesprekstech
niek, arbeidsrecht en sociale
wetgeving gevolgd, en zijn actief
in vrouwengroepen van de vak
bonden. Overigens is het idee
voor een dergelijk vrouwen
spreekuur niet gloednieuw; in
enkele grote steden zijn de AB-
VA-vrouwen (actief in het vrou
wenwerk binnen be ABVA, de
algemene bond van ambtenaren)
al enige tijd bezig met spreekuren
Gangbare problemen
Tot nu toe is de daadwerkelijke
belangstelling voor het Rotter
damse vrouwenspreekuur nogal
wisselvallig; nu eens komen er
per ochtend zo'n tien vrouwen
om advies, dan weer is het erg
rustig. In een kaartsysteem wor
den de vragen „per probleem"
gerubriceerd: arbeidsbemidde
ling, arbeidsrecht, arbeidsvoor
waarden, belastingen, kinderop
vang, om-, her- of bijscholing,
ontslag, salariskwesties, rechts
bijstand, sociale verzekeringen
en voorzieningen. Uit de tot nu
toe geregistreerde vragen wordt
wel duidelijk dat er erg veel on
kunde is rondom begrippen als,
bijvoorbeeld, arbeidsovereen
komsten.
Er zijn ook veel vragen op het ge
bied van de sociale wetgeving.
Thea- „Dat is voor heel veel men
sen een ondoorzichtig terrein.
Vaak blijkt men ook de bijzonde-
Een greep uit de brochures die de
re bepalingen inzake het mini
mumloon niet of nauwelijks te
kennen. Een kolossaal mqeilijk
punt daarbij is, dat vrouwen die
erg graag weer willen gaan wer
ken, geneigd zijn om genoegen te
nemen met minder dan waar ze
recht op hebben. Op zeker
ogenblik hebben we, met betrek
king tot dit punt, hier ook een
man aan de balie gehad. Zijn
vrouw was op een kwekerij gaan
werken, hij had het idee dat zij
daar met haar verdiensten onder
op de goede weg moeten helpen
het minimumloon zat en wilde
dat wel eens uitzoeken. Maar het
kernpunt dat steeds weer terug
komt is het zoeken naar werk.
Veel vrouwen die tot nu toe hier
om advies zijn geweest, zijn op
zoek naar werk, hebben moeite
met het vinden van werk, vooral
van part-time werk"
Vragen
de vragen: vrouwen willen weten
hoe hét precies zit met de finan
ciële regelingen bij zwanger
schap voor de werkende vrouw,
hoe de sociale wetgeving wordt
gehanteerd in de situatie „sa-
menwonen'a, wat ze kunnen on
dernemen tegen een aangezegd
ontslag of, in het algemeen, bij
veranderingen of onzekerheid in
een arbeidssituatie. Een buitens
huis werkende vrouw zoekt, voor
de uren tussen de middag, een
opvangmogelijkheid voor haar
kinderen. Een oudere werkende
vrouw (in dit geval een verpleeg
ster van begin vijftig) wil met
vervroegd pensioen: de proble
matiek van de dubbele belasting,
„druk beroep en huishoudelijke
taak", is vooral in de groep der
wat oudere werkende vrouwen
een algemeen verschijnsel.
Een gezinsverzorgster die begin
veertig is, twintig jaar geleden in
dit beroep heeft gewerkt maar
destijds haar studie niet afmaak
te, wil inlichtingen over de mo
gelijkheid om alsnog die oplei
ding af te maken omdat ze nu
zonder diploma nergens wordt
aangenomen. Een ander type
rend voorbeeld: een vrouw die
zich als werkzoekende liet uit
schrijven bij het arbeidsbureau
omdat ze zich had laten inschrij
ven bij een uitzendbureau. Op het
vrouwenspreekuur komt ze aan
de weet dat je in zo'n geval ge
woon bij het arbeidsbureau inge
schreven kunt blijven, en dat het
een vaker voorkomend misver
stand is dat dit niet zou mo
gen.
In een aantal gevallen kunnen de
medewerksters van het vrou
wenspreekuur de bezoeksters
een min of meer pasklaar ant
woord aanreiken. Al dan niet aan
de hand van de bestaande (maar
lang niet altijd bij het grotp
publiek bekende) brochures
over, bijvoorbeeld, onderwerpen
als minimumloon en scholings
voorzieningen. In veel andere ge
vallen is het een kwestie van ver
wezen naar gespecialiseerde
hulpverlenende instanties. Of
gewoon van luisteren en praten,
een ruggesteuntje en wat ideeën
geven aan vrouwen die zich bij
voorbaat „kansloos" voelen op de
huidige arbeidsmarkt en er daar
door niet toe komen om „de tan
den erin te zetten", zelf initiatie
ven te ontplooien. „Kom eens
langs", inviteert de (in opgewekt
groen uitgevoerde) folder waarin
de bedoelingen van het Rotter-
Het FNV-secretariaat voor
vrouwelijke werknemers
(dat binnen de Federatie Ne
derlandse Vakbeweging de
belangen van vrouwelijke
werknemers behartigt, de
positie van de vrouw in ar
beidsproces en vakbeweging
wil versterken, en discrimi
natie in wetgeving en ar
beidsverhouding probeert te
bestrijden) beschikt over al
lerlei informatiemateriaal
over problemen waar wer-
"Hoe zit dat nou?" is een boek
je met informatie over aller
lei dingen die werkende
Vrouwen zouden moeten we
ten (sociale verzekeringen,
belastingen, collectieve ar
beidsovereenkomsten e.d.).
Het kost, inclusief verzend
kosten, 4,50 per exemplaar.
"Dat schort er aan!" gaat over
de terugkeer van de vrouw in
het arbeidsproces: be
schouwingen over arbeids
markt, onderwijs, arbeids-
rol, gezin, woonomgeving,
werken en emancipatie, af
gesloten met "een eisen
pakket". Prijs 3,75.
"Vrouwenzaken en vakbond-
staken" is een rapport over
het organiseren van wer
kende vrouwen dat, inclusief
verzendkosten, 6,50 kost.
"Neem je touwtjes in eigen
hand" een discussieboekje
over de positie van werken
de meisjes, is voor NVV-le-
den gratis en kost voor niet-
leden J' 1,50.
Al dit informatiemateriaal
kan besteld worden door
overmaking van de genoem
de bedragen op gironummer
306482 van de FNV, met ver
melding van de naam van de
betreffende uitgave.
damse FNV-vrouwenspreekuur
worden toegelicht. Die bood
schap geven de medewerksters
dan ook aan elke bezoekster mee:
kom gerust nog eens praten.
„Concrete informatie"
Over nut, noodzaak en doel van
dergelijke vrouwenspreekuren
zegt Ingrid Christochowitz, een
van de drie medewerksters
vrouwenarbeid van het in Am
sterdam gevestigde FNV-secre
tariaat voor vrouwelijke werk
nemers: „In de eerste plaats kun
nen vrouwenspreekuren een aan
tal belangrijke problemen van
werkende en werkzoekende
vrouwen boven water brengen,
zodat we er in groter verband iets
aan kunnen gaan doen. In de
tweede plaats kan op deze manier
concrete informatie aan vrouwen
worden overgebracht. De be
hoefte daaraan is nog steeds
groot. In de praktijk weten veel
vrouwen weinig of niets van ar-
beidsvoogwaarden, arbeidsover
eenkomsten en bergelijke za
ken".
In dit verband wijst ze nog eens op
het bestaan van een aantal publi
caties waar werkende en werk
zoekende vrouwen een heleboel
informatie uit kunnen halen. Zo
als de bekende blauwe brochure
over minimumloon en dito
vakantie en bijslag, het boekje
„Bij de hand" (wenken voor de
werkende vrouw), en de (al jaren
bestaande) brochure scholings
voorzieningen; uitgave van het
ministerie van sociale zaken die
gratis te krijgen zijn bij de ar
beidsbureaus, waar men boven
dien over deze onderwerpen alle
inlichtingen kan geven. Bij de ra
den van arbeid is de bekende
„Kleine gids van de sociale ver
zekeringen" te koop. Daarnaast
heeft het FNV-secretariaat di-
vegse publicaties uitgegeven
over allerlei zaken die werkende
zouden moeten we
ten.
Uit de ontwikkelingen van de laag
ste maanden is steeds duidelijker
geworden dat vrouwen hun kan
sen om te delen in de beschikbare
arbeid niet cadeau zullen krijgen.
Ingrid: „Werkzoekende vrouwen
moeten laten zien en laten horen
dat ze er zijn. Zich laten inschrij
ven bij arbeidsbureaus, informe
ren naar de bestaande om- en bij-
scholingsregelingen. Gelukkig
beginnen steeds meer vrouwen
actief te worden in de vakbewe
ging, al is het totaal aantal geor
ganiseerde vrouwen nog laag.
Maar er is duidelijk een stijgende
lijn".
Kostuumdeskundigen Fred 'van der Laken en Ansje van Dijk-De Vries:
museumwerk laten aansluiten bij onderwijsprojekten.
baarheid ziet. Op deze tentoon
stelling hebben we bovendien
een texfieltafel opgesteld met
losse lappen stof die de bezoekers
in de handen kunnen nemen.
Wantje kunt over textiel nog zo
veel vertellen, uiteindelijk willen
mensen het materiaal altijd voe
len. De stof tussen beide handen
pakken, de glans en beweging
zien, het geluid van het materiaal
horen. Dat is vaak ook het eerste
wat je doet als je in een winkel
een lap stof of een kledingstuk
uitzoekt".
"Corsettenkabinet"
De huidige tentoonstelling in het
Kostuumcentrum laat diverse
voorbeelden zien van kostuum-
en textielhistorische relaties tus
sen verschillende culturen, zoals
Chinese invlo.eden op westerse
kledingstukken en stofdessins,
de westerse invloed op de kle
ding in Indonesië en de invloed
van de Derde Wereld op het kle
dinggedrag van vandaag. Verder
kan men er zien hoe de verschil
lende standen rondom het jaar
1900. hun eigen typerende kle-
dingdetails hadden, en hoe-de lij
nen van de mode tussen 1760 en
1900 verliepen.
Aanleiding tot hilariteit is er volop
in een afzonderlijk „corsettenka
binet", waar de martelwerktui
gen der corsetterie (met tailles
van 49 tot 55 centimeter!) te zien
zijn, zoals ze sinds het midden
van de achttiende eeuw werden
toegepast. Een uit de reformbe
weging afkomstig voorlichtings
prentje uit 1910 laat zien hoe de
zich strak inrijgende dames hun
lever, darmkanaal en ribben in de
vernieling hielpen met hun door
de mode gedicteerde harnas-
De tentoonstelling in het Histo
risch Kostuum Centrum duurt
tot 30 december 1978, en is ge
opend op donderdag, vrijdag, za
terdag en zondags, 's middags
van een iot vijf uur. Voor groeps
bezoek moet een afspraak wor
den gemaakt- Loeff Berchma-
kerstraat 50, Utrecht, telefoon 030
-31 53 97.
Als er in de tuin een gedeelte is dat
constant dor en droog blijft en
waar werkelijk .totaal niets wil
groeien, moet men vooral wat
planfjes van de muurpeper aan
schaffen. Na verloop van korte
tijd zullen deze uitgroeien tot een
hele pol. De muurpeper groeit
werkelijk overal en geeft in deze
tijd van het jaar een wolk van gele
bloempjes. Ook in de rotstuin en
als bodembedekker doet dit
plantje het bijzonder goed.
De herenlijn van Etienne Aigner
No 2 is uitgebreid met drie pro-
dukten: scheercreme(16.-)creme
voor na het scheren (26.-) en een
verzorgingscreme die het vocht
in de huid moet vasthouden
26.-.
Dior heeft de nieuwe winterkleu
ren al gelanceerd. Deze zullen op
de markt komen onder de naam
Les fantastiques. De kleuren zijn
zacht maar toch heel sprekend in
oranje, rose en bruin. Vooral de
bruine kleur is even wennen. De
lippenstift en nagellak kosten
10,75 de lipgloss 12,50. In de
oogmake-up is het oogpotlood
groen-goud een kleur die aan sca-
rabeeën doet denken, het meest
opvallend.
Bij Jeanne Gatineau zijn de kleu
ren bruin, beige en oranje favo
riet. Hier een voorbeeld van een
modieuze opmaak voor deze win
ter.
UTRECHT - De lap die om het li
chaam wordt gewikkeld of ge
drapeerd. De' poncho, het hemd,
de tuniek, de kaftan, de jas.
Grondvormen van onze kleding
die altijd weer, overal ter wereld,
in alle culturen en tijdperken te
rugkwamen en terugkomen. Een'
eeuwenoud Chinees bloempa-
troon wordt aan het eind van de
jaren twintig opnieuw gepen
seeld, maar nu op een wuftë
charlestonjurk. En de grofgewe-
ven wijdhangende kledingstuk
ken uit landen van de Derde We
reld vullen in 1978 de etalages van
modewinkels in het welvarende
Westen.
„Niets nieuws onder de zon", lijkt
een uitspraak die, met eindeloze
regelmaat, steeds weer opgaat in
de geschiedenis van de kleding.
Dat wordt weer eens duidelijk in
het (vorig jaar geopende) Histo
risch Kostuum Centrum in
Utrecht, aan de hand van een ten
toonstelling met een lange titel:
„Antieke westerse en niet-wes-
terse kleding en textiel vanaf het
midden van de achttiende eeuw
tot heden". Eemexpositie die het
oog wil openen voor de kostuum-
en textielhistorische relaties tus
sen uiteenlopende culturen, en
- derhalve meer „ontdekkingsob
ject" dan statisch kijkspel wil
zijn.
Dat laatste is trouwens ook de
grondgedachte die achter de op
zet van het nog jonge Kostuum
centrum zit. Kostuumdeskundi
gen Fred van der Laken en Ansje
van Dijk-de Vries, die samen de
directie voeren, zeggen: „We
proberen te laten zien hoe onze
kleren steeds weer verband hou
den met vroegere vormen. Een
antwoord te geven op de vraag
naar het hoe en waarom van kle
dingstukken en textielgebruik in
een bepaalde periode. En dan zie
je hoe bezoekers als het ware zelf
aan de slag gaan. Ze gaan verge
lijken, heen en weer lopen-om alle
details nog eens in zich op te ne
men".
„Ze zien, bijvoorbeeld, dat me
vrouw en dienstbode in een be
paald tijdperk in hun kleding wel
hetzelfde modeprofiel vertoon
den, maar dat details en textiel
materiaal verschilden. De een
deed niets en kon haar mouwen
van kostbare stof rustig tot half
weg -de handen laten vallen, de
ander moest werken en droeg
onverslijtbare materialen met
opbindbare mouwtjes. En zo zijn
er tientallen dingen te ontdek
ken. We krijgen hier eigenlijk
maar zelden mensen die na een
krap half uurtje zeggen: zo, ik heb
het wel bekeken*-'.
Meer dan museum
Twintig jaar geleden kocht Fred
van der Laken een uit 1890 date-
rend kostuum. Het werd de basis
van de omvangrijke collectie his
torische kostuums en accessoires
die hij in die twintig jaar heeft
verzameld, en die nu de perma
nente museale collectie van het
Kostuumcentrum vormt. Als
museum is dat Kostuumcen
trum, volgens hem „eigenlijk
nergens te plaatsen", omdat het
een heel eigen karakter en opzet
heeft. Het is ontstaan uit particu
lier initiatief en kan functioneren
dank zij incidentele subsidies en
de steun van een tamelijk grote
groep donateurs.
Het presenteert zich nadrukkelijk
als een instelling die niet alleen
museum wil zijn, maar ook dui
delijk „een informatieve en edu
catieve wisselwerking" wil op
bouwen, in het bijzonder met het
onderwijs. Beide directeuren zijn
ïf in het onderwijs
werkzaam: Ansje van Dijk als le
rares textiele vormgeving, Fred
van der Laken als docent textiel-
geschiedenis en textielinforma-
tie. Een consequentie daarvan is
wel dat het Kostuumcentrum
slechts vier middagen per week
geopend kan zijn.
Het Historisch Kostuum Centrum
is gevestigd in drie in elkaar
overgaande oude huizen in het
hart van Utrecht. Twee ervan da
teren uit het einde, het derde uit
het begin van de 17e eeuw. Van
1826 tot 1974 was er een verhuur
bedrijf van toneelkleding in ge
vestigd. De geheel intact geble
ven antieke fourniturenwinkel
uit die vroegere periode is nu
binnen het Kostuumcentrum een
van de grote blikvangers. Een
trapje voert naar een intrigerend
samenstel van grote en kleine
expositieruimten, die allemaal in
elkaar overlopen. De gedempte
belichting boven de kostuum-
groepen gloeit aan en uit met een
tweeledige bedoeling: fel licht is
een van de doodsvijanden van
antiek textiel, en bovendien sug
gereert de wisselende lichtsterk
te een bewegend effect in de kle-
dingmaterialen.
„Het beweegbare karakter van tex
tiel, het is belangrijk dat je dat
zichtbaar maakt", zegt Ansje van
Dijk. „We proberen de kleding zo
op te stellen dat je die beweeg-