Weg naar nationaal
monument gaat
niet over rozen
Schetsontwerp van de grote bromen kei, het belangrijkste onderdeel t
van koningin Wilhelmina.
i het monument ter nagedachtenis
ving zei dat de geografische
afstand tussen Binnenhof en
Grote Kerk te groot is en het
„keienpad" niet passend en
moeilijk te begrijpen is, bo
vendien is het rood-wit-blau-
we lint storend en moet de to
tale afsluiting van het verkeer
over de Hofweg als een te ern
stige ingreep worden ge
zien.
En verder kwamen nog de
Bond Heemschut, de stich
ting Binnenstad Den Haag, de
geschiedkundige vereniging
„Die Haghe" („Vernedering
van de nationale, vlag tot pla
veisel"), de Kamer van Koop
handel voor Den Haag, het
gewest Den Haag en - onge
vraagd - onder meer het
Haags Historisch Gezelschap,
de vereniging Vrienden van
Den Haag, de Haagse Onder
nemers Federatie, het Rijks
bureau voor Kunsthistori-
l sche Documentatie, de ver
eniging Passage Belangen, de
winkeliers van het Westeinde,
de subcommissie Stede-
bouwkundige Zaken en de
Beroepsvereniging van Beel
dende Vormgevers aan het
woord.
Negatief
enkele uitzondering na
waren alle reacties Haags en
in grote meerderheid negatief
tot zeer negatief. Vermel
denswaard is overigens dat
geen enkele Oranje-vereni-
Door
Peter Huysman
ging ooit van zich heeft laten
horen. Dat het „keienmonu
ment" de gemoederen van de
Hagenaars geruime tijd na
openbaarmaking van het
ontwerp heeft beziggehou
den, blijkt ook uit de Haags
dagbladen die in die tijd ver
schenen. Grote artikelen
talloze ingezonden brieven
Ook nu weer vooral het uiting
geven aan de „ongepastheid
van het gebruik van „keien
om de Moeder des Vader
lands te herdenken. „Een
vrouw die zoveel voor on
land heeft betekend en heeft
gedaan, verdient niet op een
dergelijke, een haar onwaar
dige manier, herdacht te wor
den", zo vonden talrijke in
woners van de residentie. Een
monument van deze tijd, best,
maar wel graag herken
baar.
Alternatieve, vaak veel c
tionelere ontwerpen voor een
KW-monument werden,
meestal bij het verkeerde
adres (de gemeente), aange
dragen. De Haagse beeld
houwster Sybilla Krosch
maakte een ontwerp: „Ko
ningin Wilhelmina is altijd
een geliefd vorstin geweest.
Een echt krachtfiguur. Een
monumentaal iets van 8 me
ter hoogte zal fascinerend
zijn". Dr. Willem Drees sr. zou
enthousiast over het idee van
Sybilla zijn geweest. De op
Java geboren 71-jarige heer
Muysken, tegen het eind van
de oorlog officier in het Cana
dese leger in Duitsland,
maakte in zijn Haagse woning
een beeld van de vorstin in
plasticine, dat bij uitwerking
in brons een „centraal mo
nument" van meer dan 2 me
ter hoogte zou moeten ople-
Verhit
Ook de voorzitter van de Natio
nale Contactcommissie Mo
numentenbescherming,
Vonhoff, de huidige burge
meester van Utrecht, be
moeide zich in die tijd met de
verhitte discussies. In de
cember 1975 zei hij: „Konin
gin Wilhelmina heeft recht op
een herdenkingsbeeld, niet
op een uit elkaar geslagen
hunnebed". Ook zijn partij
genoten in de Haagse ge
meenteraad (WD) eisten een
heel ander monument. De
Haagse CDA'ers, PPR- en
PvdA-mensen oordeelden
daarentegen: het monument
moet gehandhaafd blijven,
zoals het is ontworpen; de lig
ging is uitstekend en er is nu
eindelijk eens „kunst in de
samenleving".
ZATERDAG 16 SEPTEMBER 1978
DEN HAAG - De weg naar de
realisering van een nationaal
monument gaat niet over ro
zen. Al meer dan vijftien jaar
is men het erover eens dat er
zo'n monument ter nagedach
tenis aan koningin Wilhelmi
na moet komen. Maar.er is
nog steeds geen spoor van een
KW-gedenkteken te ontdek
ken.
Even heeft het erop geleken dat
medio 1975 de knoop kon
worden doorgehakt. Het
ontwerp van beeldhouwer
Hans Petri uit Echteld en ar
chitect Frans van Dillen uit
Gemunde-had de instemming
van bijna alle betrokkenen:
het toen zittende kabinet-Den
Uyl, koningin Juliana, Bur-
gemeester en Wethouders
van Den Haag (de plaats waar
het monument moet komen).
Bijna, want toen kwam de in
spraak op gang. Heel netjes
gezegd bleek dat het ontwerp
niet werd geaccepteerd door
de burgerij.
Het Haagse gemeentebestuur
zag zich genoodzaakt op zijn
aanvankelijke instemming
terug te komen. In juni van dit
jaar schreef het een brief aan
minister Gardeniers van
CRM, waarin vriendelijk
doch dringend verzocht werd
aanpassingen in het ontwerp
aan te brengen. De brief werd
vervolgens op 23 augustus jl.
besproken in de Commissie
Nationaal Monument Konin
gin Wilhelmina (voorzitter dr.
R, W. D. Oxenaar, directeur
rijksmuseum Kroller-Muller),
die toch voldoende aankno
pingspunten zag om opnieuw
met de ontwerpers Petri en
Van Dillen om de tafel te gaan
zitten.
Deze discussie vindt in het ge
bouw van het departement
van CRM in Rijswijk plaats
op 28 september a.s. Uit krin
gen van de commissie-Oxe-
naar wordt vernomen dat er
een zeker optimisme is over
de bereidheid van de ontwer
pers om de gevraagde aan
passingen aan te brengen.
Vanuit de gemeente Den
Haag klinken echter stem
men op die zeggen dat Petri
en Van Dillen de gevraagde
aanpassingen onmogelijk
zullen kunnen accepteren,
omdat er duidelijk getornd
wordt aan de basis van het
ontwerp.
Uitkomst
Wat de uitkomst van het ge
sprek eind september ook zal
zijn (bij een positieve beslis
sing van de ontwerpers en een
nader gesprek tussen Garde
niers en B en W van Den Haag
Er waren trouwens meer posi
tieve reacties, waaronder 46
van de 154 ingezonden brie
ven. De bekende criticus Ddlf i
Welling schreef: „Een tradi
tioneel standbeeld in deze tijd
is niet „waar". Een ruiter
standbeeld is een geslaagde
uitdrukking van een cultuur
besef dat zich beriep op een
als groots beschouwd verle
den. Het gaat er niet om hoe
we over zwerfkeien denken,
maar of we al dan niet voelen
voor een gemarkeerde wan
delroute met als hoogtepunt
een omgeving, die sociaal kan
functioneren en waarin een
bronzen gedenkteken met
gegevens over de vorstin een
centrale plaats krijgt".
Drs. H. van Haaren, directeur
van de Esthetische Dienst
van de PTT, zei het sociale as
pect van het ontwerp te waar
deren. En zo waren er meer,
die goede woorden voor het
ontwerp van Petri en Van
Dillen over hadden. Maar
voor het Haagse gemeentebe
stuur bleef over het ontwerp
toch als een boze onweers
wolk het oordeel van een
groot aantal opposanten han
gen, dat in een enkele zin zo
fijntjes verwoord werd door
een „geboren Hagenaar":
„Het is een grove schande on
ze gewezen koningin als een
rotte appel in de vorm van
brokken steen over Den Haag
te verspreiden". De eerder
genoemde Muysken van het
„contra-ontwerp" sprak te
genover ons zelfs van: „Ste
nen die gebruikt zullen wor
den als ludieke schijthui-
Schetsplan
Sommige betrokkenen hebben
zich later over de manier,
waarop destijds het ontwerp
van Petri en Van Dillen werd
gepresenteerd, zelf drastisch
op de vingers getikt. Een aan
tal aspecten was onvoldoende
uit de verf gekomen. Te wei
nig duidelijk was gemaakt dat
het ontwerp moest worden
gezien als een schetsplan. Bij
de presentatie aan het
publiek zouden te veel „vak
termen" zijn gebruikt, die bij
de burgerij niet voldoende
weerklank hebben gevonden
(Werkgroep Raadhuis
plein).
Op 21 maart van het vorig jaar
deed de ambtelijke Kern
groep, die B en W van Den
Haag over het monument van
advies moet dienen, het
Haagse college een stuk toe
komen, waarin alle zaken nog
eens op een rijtje werden ge
zet. Er werd nog eens duide
lijk gemaakt dat er bij presen
tatie en voorlichting van het.
ontwerp- zo groot mogelijke
objectiviteit was betracht en
dat gebleken was dat voor
namelijk de ouderen het ont
werp niet konden waarderen
en met name de jongeren po
sitiever tegenover het ont
werp staan. Het was de Kern
groep bovendien opgevallen
dat velen, die op de ideeën
van Petri en Van Dillen rea
geerden, helemaal niet van
het ontwerp kennis hadden
genomen.
De Kerngroep liet B en W ten
slotte weten dat overwogen
moet worden „welk begrip
het gemeentebestuur zal on
dervinden bij afwijzing of
aanvaarding van dit monu
ment". „Het is duidelijk dat
bij aanvaarding de kritiek van
verschillende kanten op de
vormgeving nog wel enige
tijd zal doorgaan. Wie zich ne
gatief voelt aangesproken, zal
de behoefte gevoeleaom zich
opnieuw uit te spreken. Maar
anderszijds zullen bij afwij
zing andere critici opstaan die
nu zwijgen: er kan daarbij de
neiging zijn het Haags ge
meentebestuur het verwijt te
maken dat dit zwicht voor de
publieke opinie, of dat dit ge
brek aan durf of visie
heeft".
Flexibiliteit
En aan het slot „Resumerend
stelt de kerngroep u voor, u,
ten gevolge op uw positieve
beginsel-beslissing d.d. 6 juni
1975, uit te spreken over het
bestaande ontwerp voor het
Nationaal Monument Konin
gin Wilhelmina, daarbij reke
ning houdende met de in het
vorenstaande geschetste ma
te van mogelijke aanpassin
gen vóór de totstandkoming
van het monument en de
.flexibiliteit van Ijet voltooide
monument".
Enkele maanden na dit advies
van de Kerngroep volgde er
een brief van B en W aan een
vijftal commissies uit de ge
meenteraad met daarin de
opvatting: het ontwerp wordt
niet gedragen door de burge
rij, maar door aartpassingen is
een aanvaardbaar ontwerp
wellicht mogelijk.
Later volgde de brief van B en
W aan de minister. Het over
leg tussen de commissie-
Oxenaar en de heren Petri en
Van Dillen eind van deze
maand moet nu uitsluitsel
geven. Zullen de beide ont
werpers zestien jaar na ko
ningin Wilhelmina's dood nu
definitief eens aan de slag
kunnen?
Het veelbesproken ontwerp voor
een monument ter ere van ko
ningin Wilhelmina, dat in
opdracht van de Commissie
Nationaal Monument Konin
gin Wilhelmina (in 1969 inge
steld door de regering) door
Petri en Van Dillen werd ge
maakt (presentatie: 1975), be
staat in grote trekken uit een
do'or zwerfkeien gemarkeerd
„pad". Het pad loopt van het
Binnenhof („de Staat") via
het Buitenhof en het Oude
Raadhuis („de burgerij")
naar de Grote of St. Jacobs-
kerk („het geloof). Zo is er een
verbinding gelegd tussen drie
elementen, die in het leven
van de vorstin een zeer be
langrijke rol hebben ge
speeld.
Deze verbinding - in de bestra
ting - zou aanvankelijk de
kleuren rood-wiUblauw krij
gen, malar daar is men inmid
dels al van afgestapt. Ook het
aanvankelijke plan om ten
behoeve van het monument de
drukke verkeersader Hofweg
af te sluiten, is geschrapt. Bij
de kerk komt een zeer grote
bronzen kei te staan, voorzien
van inscripties met. betrek
king tot leven en werken van
de koningin. Bomen, kiosken,
vlaggemasten en tribune-ach-
tige bebouwingen moeten het
monument, dat volgens de
opdracht van de commissie
vooral tussen de mensen moet
staan, vervolmaken.
Het voornaamste bezwaar van
de gemeente Den Haag tegen
het ontwerp is dat bij uitvoe
ring etvan het stadsbeeld van
het centrum van de residentie
ingrijpend zal worden gewij
zigd („ruimtebeslag"). Den
Haag wil wel graag een na
tionaal monument voor ko
ningin Wilhelmina, maar dan
liever op een geconcentreerde
plaats, bijvoorbeeld bij het
oude stadhuis, eventueel met
inbegrip van het Buiten
hof.
Maar zo duidelijk durft „Den
Haag" zich niet naar buiten
toe uit te spreken. Officieel
heet het dat „Den Haag"
graag eens over wat aanpas
singen wil praten. De concrete
situatie is echter dat een groot
aantal hoge gemeentelijke
functionarissen geen „keien-
lint" wenst, omdat zij het „ge-
bruiksmonument van zeer
ongewone allure" doodge
woon niet lusten.
Veel liever zouden zij in zee
gaap. met de Leidse beeld
houwer Jan Maaskant, die
aanvankelijk wel een uitno
diging van de Commissie Na
tionaal Monument KW kreeg,
maar snel afviel. In deze
,JIaagse kringen" wordt op
gemerkt dat koningin Julia
na in het begin helemaal niet
zo geestdriftig over het ont
werp was, maar dat zij na
confrontatie met het ontwerp
in aanwezigheid van de kun
stenaars niet anders kon dan
welwillend te reageren. Ook
de huidige minister van CRM,
Til Gardeniers, zou weinig op
hebben met de ideeën van Pe
tri en Van Dillen. Ongetwij
feld zullen de voorstanders
van het keiehmonument een
en ander als laster beschou
wen. De grote vraag is: wie
wint de slag?
Al 15 jaar wordt er ge
praat over een gedenk
teken ter ere van ko
ningin Wilhelmina. Een
definitieve beslissing
kan op 28 september
a.s. vallen, als ontwer
pers en een door de re
gering' ingestelde
commissie van gedach
ten gaan wisselen over
de door de gemeente
Den Haag gevraagde
aanpassingen van het
"keienlint"
zal dan vermoedelijk einde
lijk met de'uitvoering van het
monument kunnen worden
begonnen), vaststaat wel dat
Petri en Van Dillen inmiddels
tamelijk vermoeid zijn ge
raakt van alle discussies over
hun ontwerp, dat na publieke
openbaarmaking op 25 au
gustus 1975 al gauw werd uit
gekreten voor „keien
lint"
„Dat woord kan ik eigenlijk niet
meer horen", riep Petri met
een moedeloze schaterlach
uit, toen we hem belden voor
commentaar naar aanleiding
van de brief van Den Haag
aan minister Gardeniers over
de aanpassingen. Volgens een
woordvoerder van de ge
meente Den Haag zijn met
name de reacties üi| de resi
dentie op het schetsontwerp
er de oorzaak van geweest dat
beide heren er al een aantal
malen het bijltje bij hebben
willen neerleggen. In ieder
geval weigeren zij tot 28 sep
tember over het onderwerp te
praten.
Brieven
De fpeeste reacties, van parti
culieren en belangengroepe
ringen - in totaal zijn i54 brie
ven ontvangen - logen er dan
ook niet om. Het ontwerp
heeft geen relatie tot koningin
Wilhelmina, het gebruik van
stenen is onwaardig en onte-
rend tegenover de vroegere
vorstin, de tribunes kunnen
aanleiding geven tot onwaar
dig gebruik (vergelijking met
het nationaal monument op
De Dam in Amsterdam wordt
getrokken), het stadsgezicht
wordt aangetast, de bereik
baarheid van de winkels in
het centrum van Den Haag
wordt beperkt, het vertrouw
de beeld van het traditionele
monument ontbreekt (liever
een ruiterstandbeeld, een
fontein, een obelisk): zo luid
den ongeveer de (ongevraag
de) meningen van particulie
re Hagenaars.
Daarnaast waren er de gevraag
de adviezen van een dertien
tal instellingen. Enkele voor
beelden: de Rijksdienst voor
de Monumentenzorg vond
dat het historische stadsbeeld
ingrijpend wordt aangetast;
de adviescommissie voor het
Stadsschoon van de gemeen
te Den Haag noemde het ont
werp onoverzichtelijk; de
gemeentelijke commissie
voor Beeldende Kunsten
meende dat het ontwerp een
weg suggereert, die poogt ge
bieden die geen samenhang
hebben met elkaar te verbin
den; de stichting Monumen
tenfonds Den Haag en Omge-
Hoge "Haagse kringen" zou
den lievër in zee gaan met de
Leidse beeldhouwer Jan Maas
kant (foto links). In eerste in
stantie kreeg Maaskant wel een
uitnodiging van de Commissie
Nationaal Monument KW,
maar hij viel snel af...
Koningin Wilhelmina