De 'Indische dame' als Tante Lien' in eigen tv-show 'WEERZIEN MET INDIË' Meis Suleika en de botol tjèbok ZATERDAG 5 AUGUSTUS 1978 Door Pieter C. Rosier DEN HAAG - Weerzien met Indië. Voor Wieteke van Dort hebben deze drie woorden een tweeledige bete kenis. Ze vormen de titel van haar nieuwste lang speelplaat en ze kunnen wat haar zelf betreft ook letterlijk worden opgevat. De in 1943 in Surabaja ge boren televisie-actrice heeft namelijk kortgeleden op uitnodiging van een damesblad een reis naar Indone sië ondernomen. Wieteke praat zowel over het één als over het ander met veel enthousiasme, nu ze weer terug is in het haar zo vertrouwde Den Haag. Het is de stad, die als 'de weduwe van Indië' door Wieteke van Dort zo verrukkelijk in het petjök (Indisch dialect) wordt bezongen. 'Arm Den Haag' heet dit veel vuldig op de radio te beluiste ren heimweeliedje, dat de melancholieke sfeer van tempo doeloe op een nogal tragi-komische wijze weer geeft. Het behoort met vrolij ker nummers als 'Geef mij maar nasi goreng', 'Op de Pa sar Malam' en 'Meis Suleika' tot de meest opmerkelijke van de pas verschenen plaat, die overal goed wordt ver kocht. Wieteke van Dort is daarom dubbel zo blij dat 'toean' (meneer) Philips zo betrekkelijk kort na het ver schijnen van 'Ot en Sien in Indië' wéér een harte wens van haar heeft willen vervul len. Een plaat vol met Indi sche liedjes sluit bovendien mooi aan bij de rol van de In dische dame, waarin Wieteke de laatste tijd steeds vaker lijkt te stappen Tante Lien Haar aandeel in de Senioren show van de VARA, die in het vorige seizoen werd uitge zonden, is daar het meest re cente voorbeeld van. Lang zaam maar zeker is geduren de Wietekes loopbaan als ac trice de figuur van tante Lien gegroeid, een figuur die in het komende najaar eveneens op het VARA-scherm duidelijk gestalte zal krijgen in 'The la te, late Lien Show' Wieteke van Dort over het succes van deze Indische dame: 'Het is ongeveer drie jaar geleden begonnen, toen ik .gevraagd werd om voor een groep Indi sche mensen in Amsterdam op te treden. Uit dat optreden is tante Lien voortgekomen Ze was kort daarna het da metje in de dokterswachtka mer in een aflevering van de cabareteske televisieserie "Wij en de wereld' en ze keer de later weer terug in de Pa norama Woensdagshow als het Indische vrouwtje dat al tijd alle pech van de wereld leek te hebben. Onder regie van Walter Kous heb ik tante Lien vervolgens ten tonele gevoerd voor allerlei Indische clubs. Met het grote toneelwerk ben ik overigens acht jaar geleden al gestopt, omdat ik toen trouwde en vooral 's avonds graag wat meer tijd voor me zelf wilde hebben. Ik heb het met al dat televisiewerk ook wel druk, maar meestal wordt er overdag gefilmd. De af stand Den Haag-Hilversum is trouwens ook nog wel te overbruggen: een uurtje rij den met de auto' Wieteke van Dort, die vroeger als actrice verbonden is ge weest aan 'De Nieuwe Kome die' en via een musical met Rob de Nijs en het kinderpro gramma 'Pinokkio' bij 'Oe- bele' van de KRO terecht kwam, heeft zelf bij de VARA het idee geopperd om rond de figuur van tante Lien een show op te bouwen. Haagse Wieteke daarover "Er zijn twintig shows in opzet, maar er worden voorlopig niet meer dan drie uitgezonden. Ze zijn bij de VARA een beetje bang dat deze serie, die door Frans Boelen wordt ge regisseerd, een te beperkt publiek zal aanspreken. Elke show duurt ruim drie kwartier en tante Lien is daarin de centrale figuur. Tante Lien woont hier in Den Haag. in een statig oud he renhuis met grote schuifdeu- - ren in de voorkamer. Ze houdt er elke zaterdagavond koempoelan (bijeenkomst), waarbij van de gasten wordt verlangd dat ze om beurten een bijdrage tot het welslagen van de avond zullen leveren, Koning, keizer, admiraal, de botol tjèbok kennen ze in In donesië allemaal. Deze botol tjèbok, een begrip bij alle oud- Indiëgangers, behoort er tot de onmiskenbare attributen van het toilet. De botol tjèbok neemt namelijk in het tropi sche eilandenrijk behalve in de grote westers georiënteer de hotels, de plaats in van het westerse wc-paper. De botol tjèbok is met name een fles vol water, waarmee men zich tij dens het verblijf op het toilet reinigt. Een kwestie van hy giene dus. De botol tjèbok komt voor in het ondeugende liedje "Meis Suleika is so praan", dat door Wieteke van Dort is geschreven en ook op de plaat "Weerzien met Indië" wordt gezongen. Meis Suleika is een succesvolle zangeres van Indische af komst, die tijdens haar Euro pese tournee nauwelijks te vervullen eisen stelt zoals sambal op de escargots en de Boeuff Stroganoff en de goe- ling (beenkussen) in haar bed. Het laatste couplet van dit grappige liedje gaat aldus Meis Suleika, echte diva, weet je wat iemand haar zei? U hebt een geheim! Hoe raar dat ook mag klinken Op uw allerkleinste kamertje staan flessen op een rij. Gaat u daar nou 's avonds stil letjes uit drinken? Meis Suleika hoorde 't aan en zei Je bent een tolol nette vertaling: domoor, red), jij! Jij moet voortaan beter op jouw woorden passen, Weet je, ik doe nooit iets zonder botol tjèbok aan mijn zij Die flessen zijn voor na 't plassen om te wassen! Refrein: Want je bent en blijft een Indo Indo Praten met geluiden: srèt, srot, sret. Boleh tawar afdingenred.), botol tjèbok, je blijft Indo In do. Met een goeling in je bed. Tjem- prèt. Aart Staartjes en Joost Prin sen mee. De bedoeling is dat kinderen hun problemen per brief kenbaar mogen maken. Tobt een kind bijvoorbeeld met zijn huiswerk dan wordt dat probleem in een van de afleveringen behandeld.' Wieteke vindt het heerlijk om met en voor kinderen te wer ken. Als meisje van veertien in 1957 uit Indonesië voor goed naar Nederland geko men ging ze naar het lyceum in Den Haag om daarna een opleiding tot kleuterleidster te volgen. De toneelschool trok haar niettemin sterk aan. Daar werd ze na twee jaar af gestuurd, maar 'De Nieuwe Komedie' durfde het wel met haar aan. Voorstellingen voor kinderen en later de vrouwe lijke hoofdrol in 'Romeo en Julia'. Wieteke is nu dus getrouwd. Met een psycho-therapeut. werkzaam bij het psychia trisch centrum 'St. Bavo' in Noordwijkerhout. In de royale strak ingerichte woon kamer aan de Haagse Mes dagstraat hangen veel mo derne schilderijen aan de muur en er staat een grote vleugel. Er rennen leuke kin deren rond, die uiteraard nogal wat aandacht opeisen. Niettemin ziet Wieteke kans om in de paar uurtjes die ze soms voor zichzelf heeft wat te schilderen. Haar lidmaat schap van Pulchri, een oud Haags kunstenaarsgezel schap, vormt het bewijs dat deze liefhebberij serieus wordt aangevat. Datzelfde geldt trouwens ook voor haar echtgenoot, die zich eveneens als vrijetijdsbesteding met de schilderkunst bezig houdt. Wieteke van Dort is pas terug gekeerd van haar reis naar Indonesië, haar geboorte land. Hoe is deze heimwee- trip naar het land van her komst bevallen? Wieteke de stekker van de veelvuldig rinkelende telefoon uit de muur trekkend: "Reusachtig! Ik had me tevoren doelbe wust voorbereid op een te leurstelling, dacht althans dat die na een periode van ruim twintig jaar niet uit kon blij ven. Maar het is me erg mee gevallen. In mijn geboorte stad Surabaja herkende ik meteen alles weer. De huizen waarin ik gewoond heb, ze stonden er nog. De scholen waarop ik gezeten heb, ze wa ren er ook nog. Evenals de plekjes waar ik als klein kind heb gespeeld. Ik vond het al les gemakkelijk terug, een vreemde gewaarwording na al die tijd. Alleen waren er veel oude waringinbomen gekapt en veel hotels bijge bouwd. De ontbossing van heel Java in het algemeen, daar ben ik trouwens heel erg zusje, dat Toeti heet. Deze rol wordt gespeeld door Elly Ruimschotel en ook daar ben ik erg gelukkig mee. Ik weet bijna zeker, dat de serie ook buiten de kring van de Indi sche gemeenschap aan zal slaan" Pinkeltje Voor Wieteke van Dort, die ook heeft meegewerkt aan de film 'Pinkeltje' breken binnenkort wéér drukke tijden aan, want in september beginnen, on der regie van Frans Boelen, de opnamen voor het VARA- kinderprogramma 'Jan de Bom', welke nieuwe serie in het komende voorjaar op het scherm zal verschijnen. Be halve Wieteke van Dort wer ken aan deze kinderserie, evenals bij de Stratenmake- ropzeeshow het geval was, Wieteke als Indische dame op de hoes van haar langspeelplaat. Verknocht Platen als 'Weerzien met Indië', instituten als de Pasar Ma- lam en de talrijke Indische clubs is dat niet een wat gefor ceerd instandhouden van heimweegevoelens, een vals soort nostalgie? Wieteke van Dort met verbaas de blik: "Het bestaan van die Indische verenigingen heeft beslist niet iets kunstmatigs. Natuurlijk moet je zoveel mogelijk zien te integreren in het koude Nederland. Maar wij Indische mensen hebben nu eenmaal een gezamenlijk verleden en gezamenlijke in teressen. Er is trouwens ook iets ondefinieerbaars, iets wat Nederlanders uit de West of uit Afrika niet kennen, dat mensen uit Indië samen bindt. Je kunt die clubvor ming daarom niet geforceerd noemen. Het is overigens een opmerkelijk feit, dat bijna ie dere totokker (volbloed Hol lander, red.) aan dat land ver knocht raakt wanneer hij er een keer is geweest. Er blijft altijd een verlangen naar die aparte, zo moeilijk te om schrijven Indische sfeer. En aan dat verlangen voldoet ook de Pasar Malam. evenals bij voorbeeld de Indische Cultu rele Kring-hier in Den Haag. hetzij in de vorm van een voordracht hetzij in muzikaal opzicht. Een show tussen de schuifdeuren dus. Zo zingt bijvoorbeeld in de eerste afle vering Anneke Grönloh een paar liedjes en verschijnen la ter ook de Blue Diamonds in het huis van tante Lien. Wil lem Nijholt doet trouwens ook mee, evenals Coen Pronk en Robert Kreis, die bij tante Lien op kamers wonen. Tante Lien heeft bovendien een van geschrokken. Maar ze schijnen dat gevaar daar nu gelukkig zelf wel te onder kennen. Vergeten Het Surabaja van nu is nog steeds dezelfde stoffige, warme en drukke stad als die uit mijn kindertijd. Mijn eer ste vader was er administra teur op de suikerfabriek Tjandi, maar ik heb hem niet gekend. Hij is als belanda (blanke Nederlander, red.) in de roerige periode vlak na de caputulatie van Japan door Indonesische opstandelin gen doodgeschoten. Ik moet toen een jaar of drie zijn ge weest. Mijn tweede vader was directeur van een rubberta- briek en we hadden het echt wel goed. Tot we er in zeven vijftig net als alle andere Ne derlanders weg moesten en hier berooid aankwamen. Wat al die Indonesië-reizen van tegenwoordig betreft, nie mand kan en mag verwachten er het Indië van vroeger te vinden, alhoewel de charme van het landschap en de gast vrijheid van de bevolking on veranderd zijn gebleven. In donesië is een nieuw maar aantrekkelijk land voor wie het koloniale tijdperk wil vergeten' "Iedere totokker raakt aan dal land verknocht"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1978 | | pagina 17