Ik dacht dat je in de bak zat'
ERVARINGEN VAN EEN EENDAG-TREINSTEWARD
Door Herman
van Amsterdam
ZATERDAG 22 JULI 1978
LEIDEN - Een fabrikant van chocoladekoek
jes in het zuiden van het land, met zijn bedrijf
vlak langs de spoorbaan, schreef eens een
brief-op-hoge-poten aan de directie van de
Nederlandse Spoorwegen .Hij klaagde er over
dat zijn werknemers, voornamelijk dames in
de huwbare leeftijd .regelmatig van hun werk
werden gehouden door treinpersoneel. Steeds
als er een trein passeerde richtte de aandacht
van de dames zich naar buiten om het ge
zwaai van uit de restauratie hangende obers
te beantwoorden Om zijn woorden kracht bij
te zetten sloot hij een foto in waarop het tafe
reel stond afgebeeld. Hij vroeg zich af of de
heren niets anders te doen hadden.
Verslaggever Herman van Amsterdam kan
daar bevestigend op antwoorden. Kort gele
den mat hij zich op verzoek van Wagon Lits
een smetteloos wit bedieningsjasje, steenrood
overhemd, zwarte stropdas en donkere pan
talon aan om vervolgens een dag lang als
treinsteward te fungeren op de 774, een trein
stel dat die bewuste dag ruim 600 lange kilo
meters door Nederland zou toeren. Zo zou hij
zichzelf een oordeel kunnen vormen over de
veel gehoorde opmerking dat het op de treinen
maar matig gesteld is met de verzorging van
de inwendige mens.
Zo zou met name de kwaliteit van koffie en
broodjes veel te wensen over latenMaar is dat
ook zo Onze verslaggever waagde zich vans
morgens negen tot 's avonds zeven door de
smalle gangpaden en gaf zijn oren en ogen de
kost in eerste en tweede klas. Kwam onder
meer tot de conclusie dat niet alleen in een
koekjesfabriek de dames vriendelijk zijn.
Hier onder zijn relaas.
'Succes', zegt mijn instructeur,
en ik draai vanuit mijn
keukentje de tot de
laatste plaats bezette restauratie
in. Voor mij uit duw ik de mini
bar, een slanke tot op borsthoog
te geconstrueerd uitstalwagentje
dat precies breed genoeg is voor
de smalle gangpaden. Bovenop,
in een wentelbare reuze-ther
mosfles, zit de veel besproken
koffie. Voldoende voor twintig
bekertjes. Precies gezet "olgens
de instructies. Ik heb een ketel,
waar op zijn kop af tweeënhalve
liter water in gaat, op een
gloeiende plaat tot koken ge
bracht en vervolgens uitgegoten
in een filterzak waarin zich 100
gram gemalen koffie bevindt.
Koffie en water even laten door
trekken en klaar is Kees.
De zetinstructies kreeg ik een dag
tevoren tijdens de stoomcursus
voor treinsteward in het gebouw
van de Wagon Lits in het Amster
damse centraal station. En met
mij nog zeven anderen, voorna
melijk studenten(es) die zich
hadden aangemeld om geduren
de een maand of twee de verzor
ging van de inwendige treinmens
op zich te nemen. Geen tijd om er
bij deze seizoenkrachten vijf da
gen voor uit te trekken zoals wel
het geval is bij hen die in vaste
dienst komen. Maar dat hoeft
geen probleem op te leveren.
'Want', zegt de cursusleiding, we
gaan er vanuit dat studenten wat
sneller van begrip zijn. Die ne
men de stof wat vugger in zich op'
Dat valt tegen.s Morgens als er wat
dia' s worden gedraaid en de in
deling van het spoorboekje ter
sprake komt staan de ogen nog
helder maar hoe meer de dag
vordert, hoe meer het de cursis
ten gaan duizelen. Met name dë
administratieve rompslomp
blijkt veel groter dan verwacht..
Bomen
Bewandelt een broodje kaas de or
ganieke weg van bakkerij naar
hongerige treinreiziger, dan
krijgt de treinsteward onder
meer te maken met de voorraad-
staat, de leverantiebon en de ont-
vangstbordereau. Daar komen
nog wat paperassen in duplo bij
in geval het broodje niet aan de
man wordt gebracht. Een hele
administratie dus. Gezucht en
gesteun bij de cursisten. 'Het is
een kwestie van wennen', zegt de
cursusleider, 'even door de zure
appel heen bijten'.
Een dag later is het al zo ver. Ieder
heeft zijn trein toegewezen ge
kregen. Ik draai de 402-dienst op
de 774. Rotterdam-Enschede
heen en terug, Rotterdam-Gro-
ningen en Groningen-Amster-
dam. Een instructeur houdt die
dag een oogje in het zeil. Mij is
toebedacht Hagenaar Leo An-
cher. Een oude rot in het vak.
Kent het klappen van de zweep.
Heeft het moeten verdienen in
een periode dat de steward nog
ober heette en werd rondgegaan
met alleen het dienblad.
Toen werd er nog gekokkereld in
de treinkeuken. Biefstukken
braden, ommelet bakken, saucij
zen opwarmen. Daar is nu geen
tijd meer voor.
De keuken in de 774 Mij heilig
dom voor een dag. Klein, volge
propt, benauwd. De ketel water
staat constant op de gloeiplaat.
Stoom zoekt onafgebroken een
weg naar Het plafond. Al snel
vormen er zich druppels. Buiten
de trein is het droog, binnen re
gent het. Een kniesoor die daar
op let.
Aan boord van de mini-bar is alles
in gereedheid gebracht. Bovenop
in de speciale schenkhouder de
versgezette koffie, de etages daar
onder de bi-fi'skaasbielsjes, ma
rathons, repen, spritsen, brood
jes, pinda's en fris in blik. Een op
stelling die snel kan wisselen.
'Kijk wie er in de trein zit', is de
eerste tip van instructeur
Leo. Veel kinderen? Hup, een ex
tra lading repen, spritsen en cho
comel op de kar. Bouwvakkers
en militairen ingestapt Stapelen
maar met dat bier. Vertegen
woordigers? Ruim baan voor een
lading verse broodjes. Uitge
kiend verkopen heet dat.
Een paar keer per jaar komen alle
treinstewards bij elkaar en praten
over het beschikbare assortiment
Wat is geen succes, wat zou er bij
moeten Een paar voorbeelden.
Van de mini-bar zijn rap afge
voerd de kaaskrackers,sultana's
en het slaatje in een glazen potje.
Nieuw met stip is binnen geko
men de bruine bol, het broodje
met de katterug.Op een paar
drukke lijnen wordt 'ie momen
teel 'uitgetest'. Valt 'ie daar in de
smaak dan zal de bruine bol
landelijk in stelling worden ge
bracht.
/oordat ik mijn rit door de trein
begin nog even wat over de be
sturing van de mini-bar. Voor wie
er al maanden mee door de trein
zeult zal het manoeuvreren ge
sneden koek zijn maar beginne
lingen kunnen het er knap warm
van krijgen.Het volgestouwde
wagentje op wielen laat zich in de
voortdurend wiegende trein
moeilijk hanteren. Op de rechte
stukken rails, bij een gestadige
snelheid, is de tot rollen geneigde
vierwieler nog in toom te houden
maar het zweet breekt pas goed
uit als er plotseling een stuk of
wat wissels onder de wielen
doordraaien.
Vlakbij station Utrecht bijvoor
beeld, Daar reppen de treinstel
len zich als schichtige slangen
over de rij-ijzers.
Bespelen
De restauratiewagen is tot de laat
ste plaats bezet. Met in mijn kiel
zog de over mijn schouder spie
dende instructeur sla ik aan het
uitdelen en schenken. Koffie
voor mijnheer, sinas voor de
knipogende en een flinke fooi ge
vende dame, chocomel met twee
rietjes voor Jantje. Een grapje
links, een gewillig oor reciits.
'Doe niet of je er niet bij hoort',
had mijn instructeur gezegd,
'voor mijn part hang je de hele
dag de komediant uit. Bespeel de
Wat dat betreft weet Leo ook van
wanten. In de keuken, met de
deur dicht, ventileert hij wat tips
voor in de praktijk. Er zitten mili
tairen in de trein. Sap zat op.
Hebben uit verveling hun lege
bierblikjes om de ijzeren staan
ders geknepen. Lach er om. Moe
dig ze'desnoods aan om er mee
door te gaan. Want dat is verkoop.
Fooi. Kassa. Nog een voorbeeld.
Je treft een moeder met kind dat
zich stierlijk zit te vervelen. Dat
kleintje is bezig de 'Tussen de
rails' (maandblad van NS red.) te
versnipperen en de asbakken op
de grond te legen. Wind je niet op.
Ja, die perronverkopers. Leo
vertelt dat de laatste jaren hun
aantal aanzienlijk is geslonken.
'Mooi slag', zegt 'ie, 'maar ze heb
ben soms de publieke opinie
tegen.
Want moet je je voorstellen. Jij als
treinreiziger in de deuropening,
die ober met zijn karretje op het
perron. Je bestelt een broodje.
Betaalt met een tientje. Die man
gaat op zoek naar wisselgeld. Kan
het niet zo snel vinden. De con
ducteur fluit intussen dat de trein
kan vertrekken. Die ober is nog
steeds aan het zoeken. Dan klap
pen de automatische deuren
dicht. De trein zet zich snel in be
weging. Dag wisselgeld. Snap je
Hou me ten goede. Ik zeg niet dat
het steeds opzet is maar dat treu
zelen bezorgt ze wel een slecht
imago".
Over treuzelen gesproken. Een ge
haaide treinsteward kan er op
zijn tijd ook wat van. Een voor
beeld. Er wordt een biertje be
steld. Een gulden tachtig. Mijn
heer heeft niet gepast, geeft twee
gulden. Gegraai in de zak met los
geld. Geen dubbeltjes. Nog een
keer graaien. 'Laat maar zitten',
zegt de bierdrinker. Ook zo, de
variaties zijn talloos, worden
fooien uit het vuur gesleept.
De verkoop loopt gesmeerd. Een
bejaard echtpaar in de eerste
klas, wie weet hoe lang ze al zon
der hebben moeten doen, slaat
acht broodjes, vier chocomel,
drie.repen en wat rietjes m. Al
leen de rietjes worden gratis ver
strekt. Een stuk of wat scholie
ren, volkomen uitgeteld na een
dagje Dolfinarium, bekijken
vanuit half liggende positie wat
er op de mini-bar van hun gading
is. Bij afroep draag ik de nodige
verfrissingen en snoepwerk aan.
De laatste lapjes verfrommeld
bankpapier komen moeizaam uit
borst- en broekzak.
Een uitbundig gepoederde Gro
ningse, van dichtbij veel ouder,
wenkt me in de restauratie met de
wijsvinger. Als ik bij haar sta zegt
ze zachtjes vanachter haar hand:
'ik dacht dat jij in de bak zat'. Ik
knipper even met de ogen maar
net als ik wat wil zeggen ziet ze in
dat ze me voor een ander heeft
gehouden. Ze schiet in de lach,
krijgt het vervolgens benauwd
en bestelt in ae verwarring toch
drie bier. 'En neem zelf ook wat',
zegt ze. Bij het afrekenen geeft ze
een tientje fooi. 'Sorry', zegt ze. 'je
lijkt als twee druppels water op
Frits'.
De eindbestemming van die dag,
Amsterdam, komt in zicht. Het is
tijd om de balans van die dag op
te maken. Klachten over brood
jes of 'schudkoffie' zijn mij niet
ter ore gekomen. Daarover een
oordeel vormen in één dag kan
ook nauwelijks. Na mijn laatste
rit parkeer ik mijn mini-bar in het
keukentje. Leo heeft inmiddels
de administratie tevoorschijn
gehaald. Hij werpt een blik op de
voorraad. Van de zestig ingesla
gen broodjes kaas en 'sterfop-
straatworst' (cervelaat) zijn er in
totaal nog vijf over. Ik heb wel
trek en neem er twee. Leo doet
hetzelfde Die laatste met kaas is
niet te slijten en gaat daarom de
administratieve molen in.
De 774 rolt Amsterdam Centraal
binnen. Leo sluit de keukendeur.
Als ik op het perron loop tikt ie
mand me op de schouders. Het is
de Groningse. De drie biertjes
zijn haar aan te zien. 'Tot ziens
Frits', zegt ze.
Maak een praatje. Geef wat rietjes
aan dat jong. Waardeert zo n
moeder. Allicht dat er wat voor je
aan zit.
We zijn in de buurt van Enschede.
Het kleingeld in mijn rechterjas
zak begint gewicht te krijgen. Ik
betrap mezelf er op dat hoofdre-
kenen onder deze omstandighe
den niet eens meevalt. 'Drie
broodjes, een chocomel en een
sprits? Dat is dan...eh...zeven
dertig...neè..eh...acht tien'.
blikje van de mini-bar, wil galant
zijn en trekt op zeer grote afstand
van de keurig gekapte dames de
klip van het blikje. Schuim spat
in het rond. Gemor in de coupé.
Verontschuldigingen. Geen fooi.
Achteraf bedenk je dat het het
blikje moet zijn geweest dat vlak
onder Assen van het karretje is
gestuiterd.Trouwens, de meeste
blikjes mèt hebben spuitneigin-
gen vanwege het constante ge-
slinger van de trein.
Een treinsteward kan zijn eigen
tempo bepalen. Zet doorgaans
echter het meeste om als hij zijn
vierwieler in de allerlaagste ver
snelling over de gangpaden
voortduwt. De achterliggende
filosofie: de doorsnee-treinreizi
ger gedraagt zich bedeesd. Durft
een langssnellende treinsteward
niet na te roepen. Loop dus lang
zaam, luidt het advies.
'Nooit aarzelen als je afrekent' tipt
mijn instructeur.' Daar bereik je
alleen maar mee dat bedragen
worden nagerekend. Als je pats
boem een bedrag noemt maakt
niemand problemen'. Daar hou
ik me dan maar aan. Voor- en na
deel wisselen zich de rest van de
dag af.
Koud bier in blik. De twee dames
die zich in Zwolle behaaglijk in
de eerste klas hebben genesteld,
hebben best trek. Wat doet de on
ervaren treinsteward Pakt een
Beleefd aanbevolen tip van Leo
daarom: laat als het even kan een
treinreiziger zijn eigen blikje bier
of fris openen. Kan de steward
tenminste niks worden verweten
Nu is spattend bier nog een vrij
onschuldig goedje. Leo kan zich
een zelfde voorval herinneren
maar dan met chocomel. Midden
in de tweede klas-coupé. 'Ieder
een had sproeten', zegt de Hage
naar en aan de blik in zijn ogen is
te zien dat hij er met plezier aan
terug denkt.
Die vlieger gaat niet altijd op. Soms
is wel degelijk snelheid geboden.
Bijvoorbeeld als de restauratie in
de buurt van perron Hengelo
komt. Nog voor de binnenrollen
de trein daar met een laatste piep
tot stilstand is gekomen kan je er
donder op zeggen dat de concur
rerende perronverkoper uit de
startblokken komt met warme
koffie en broodjes. Wil je 'm een
slag voor zijn zorg dan dat tegen
die tijd heel de trein zijn natje en
droogje heefl.
Een blik in de restauratie-wagen vaneen internationale trein waar in die tijd alleen maar de rijken gebruik
van maakten.
Met zo'n karretje door een rijdende trein
noeuvreren valt de eerste dag heus niet mee
EXTRA
PAGINA 17
zonder knoeien, dat gaat nog wel. maar het openen van een blikje bteroJfrisdrank.dat kun je beter oati de