De uitgevers van huis-aan-huis bladen ZATERDAG 24 JUNI 1978 EXTRA PAGINA 21 Het wordt wekelijks onge vraagd bij duizenden gezin nen in brievenbussen gede poneerd. Soms verhuist het daarna rechtstreeks in de vuilniszak, zonder dat de consument één letter tot zich heeft genomen. Maar vaker waarschijnlijk wordt zo'n exemplaar met de nodige gretigheid ingebladerd. Tenminste: als het toene mend enthousiasme om huis- aan-huis bladen op de markt te brengen daarvoor als be wijs mag dienen. Neem bijvoorbeeld de wijk Zuidwest in Leiden. Er is een tijd geweest dat daar weke lijks zes gratis periodieken in de bus rolden. Drie wijkbladen: Alleman, de Zuidwester en de Omroeper en verder de Leidse Post, Leidse Post week-end en Leids Nieuwsblad. Dat duidt op een ietwat overspannen situatie. Van de drie wijkbladen maakt geen dan ook een florerende indruk. De markt mag groot zijn: ze heeft niettemin haar gren zen. Zoals dat ook voor de stad Leiden als geheel geldt. Twee uitgevers hebben ge tracht het al dan niet ver meende 'gat' op de vrijdag op te vullen en deden dat bijna gelijktijdig: Lina gaf Leidse Post Week-end uit en Buijze het Leids Nieuwsblad. Lina heeft de vrijdagse editie er inmiddels aangegeven; Buijze lijkt deze slag dus voorlopig in zijn voordeel te hebben beslecht. Al moet nog worden afgewacht of het Leids Nieuwsblad een echte lange levensduur gegeven zal zijn. Het is een merkwaardig feno meen, dat huis-aan-huis blad. De uitgevers die de bladen op de markt brengen, houden hun kennis vaak in de familie: het vak wordt van vader op zoon doorgege ven. Zo is het althans gegaan bij drie grotere uitgevers in de regio Leiden. Leidenaar B.J. Lina leerde het werk van zijn vader en het zelfde geldt voor Rijnsbur ger J. Verhagen. Drukkerij Buijze in Noordwijk telt een driekoppige directie: vader J. sr., J. jr. en L.J.M. Waar gaat het de huis-aan-huis blad uitgever om? Ja, na tuurlijk, om een boterham te verdienen, die als het even kan goed belegd moet zijn. De commercie staat voorop; het gaat om de advertenties: redactionele artikelen zijn ervoor om het blad leesbaar te maken, zodat de adverten ties meer kans op aandacht maken. Maar een zekere gedrevenheid om op ieder zijn manier een stukje communicatie bij te dragen in de samenleving kan de drie bovengenoemde uitgevers niet worden ont zegd. Zo kan Lina zich nog altijd erg boos maken om wat hij noemt de "denigre rende houding die dagbla den tegenover huis-aan-huis bladen aannemen". Want ook voor de redactionele inhoud van zijn bladen be staan criteria, de commer ciële overvloed kent gren zen, zoals verderop zal blij ken. Verhagen, verzorger van het lokale nieuws in een groot aantal dorpen, zoekt naarstig voort naar verbete ring en vernieuwing van de redactionele opzet van zijn bladen. Buijze legt de nadruk op het verstrooiende karakter dat met name het Leids Nieuwsblad zijns inziens moet hebben. En ook dat vereist een aangepaste for mule. De heren kunnen on derling overigens felle con currentiestrijd leveren. Zo als tot uiting kwam in het gevecht om de naam "Leids Nieuwsblad", die zowel door Lina als Buijze werd op- geèist. Het kort geding dat daarover werd gevoerd, werd door Buijze op punten gewonnen. Een samenvatting van de ani mo om op vrijdag huis-aan- huis bladen in Leiden te ver spreiden ziet er als volgt uit: Buijze wil nog wel doorgaan, Lina is blij dat hij ermee ge stopt is en Verhagen ziet er geen heil in. Bijgaand de neerslag van een aantal gesprekken met uit gevers van dat opmerkelijk fenomeen, die ongenode gast: het huis-aan-huis blad. "Mijn vader was een zeer handvaardig, artistiek man Geen pur sang zakenman. Aan vankelijk was ik niet van plan om hem op te volgen. Ik ben werktuigkundige op de Grote Vaart geweest. Als iedere jonge vent had ik ook het idee om als vrijwilliger naar Indonesië te gaan. Maar je bent toch met zo'n bedrijf opgegroeid. Toen ik ne gen jaar was, hielp ik al: kran tenlopen, enveloppen ophalen. We maakten toen ook geboor tekaartjes. Je had rose en blau we. Je ging naar zo'n mevrouw toe, die een kindje moest krij gen, zodat je de enveloppen vast kon schrijven en de postzegels erop kon doen. De kleur van het kaartje werd later vastgesteld" B.J. Lina, Bart voor zijn vrien den, heeft het graag over vroe ger. al biedt het verleden geen onbekommerde terugblik, en kan hij zich nog kwaad maken om conflicten die er zijn ge weest. Gezeten in een leren fau teuil, op een kamer ergens in het bedrijf aan de Leidse Apo- thekersdijk waar Lina de zaken voor zichzelf in alle rust op rij kan zetten. Een ambiace die voor opwinding geen plaats heeft. Fles wijn en rookwaar binnen handbereik. Lina zit er op zijn gemak bij. Al had hij bij het eerste telefonische contact laten weten niet veel trek in het gesprek te hebben. Een huiver die tot uitdrukking komt in de aanwezigheid van een casset- tecorder, om het gesprek voor alle zekerheid op te nemen Maar na afloop blijkt de knop niet ingedrukt te zijn. Lina is uitgever van de Leidse Post en Zuid-Holland Post. Bladen die op woensdag wor den verpreid en een kapitale ge zamenlijke oplage hebben: 142.000. De Leidse Post ver schijnt alleen in Leiden; de Zuid-Holland Post is opge splitst in drie edities: één voor de (wijde) omgeving van Lei den, één voor de Rijnstreek en één voor de kust- en bollen- sta**. VRIJHEID "Mijn vader is zo'n 28 jaar gele den met de Leidse Post als huis- aan-huis blad begonnen, eigen lijk op aandrang van een com binatie van middenstanders, de Midza. Na de oorlog hadden wij een volkomen vrijheid van pa- pieraanschaf. Dat was een unieke zaak. Mijn vader begon de Leidse Post uit te geven als nieuwsblad (ter onderscheid: een nieuwsblad kent abonnee's en wordt niet huis-aan-huis be zorgd). Maar dat werd een aflo pende zaak. De bladen, die ver boden waren geweest, kwamen weer op tafel. De mensen had den ook weer behoefte aan een dagelijks blad. Toen zeiden de middenstanders tegen mijn vader, we willen ad verteren in een blad dat huis- aan-huis wordt verspreid". Lina sr. 'versleet' verschillende drukkers: het Leidsch Dagblad, Groen, Westerpers, de Volks krant en anderen. Met alle problemen van dien, want in die tijd gold dat de ene drukker be paalde verplichtingen had te gen de andere, als hij een op dracht c De Leidse Post had vele jaren het alleenrecht in Leiden, had slechts concurrentie te vrezen van dagbladen. Lina: "Maar een dagblad uitgeven is heel wat anders dan een huis-aan- huis blad uitgeven. Ik pre tendeer qua berichtgeving geen dagblad te zijn, dat moe ten we ook niet zijn. ik kom wel in opstand tegen de deni grerende houding die dagbladen tegenover huis- Bart Lina: r'Het moet werkelijk nieuws zijn" aan-huis bladen En ook tegen het gegoochel met oplagecijfers. Er wordt zo gemakkelijk gepraat over 10.000 meer of minder. Ik durf ook niet tegen iemand te zeg gen: ik heb in dat gebied hon derd procent dekking. Ik houd altijd rekening met een marge van drie a vier pro cent" Ongemotiveerd Aan die eenzame positie van de Leidse Post als huis-aan-huis blad kwam door heel Leiden vorig jaar een einde door de komst van het Leids Nieuwsblad. Uitgegeven door Buijze in Noordwijk, ie dere vrijdag. Toeval of niet, maar in dezelfde tijcj zag bij Lina ook een nieuwe editie het licht: Leidse Post week end, dat eveneens op vrijdag huis-aan-huis in de bus ging rollen, terwijl de vertrouwde uitgave op woensdag bleef bestaan. Gevolg: een verwoe de concurrentiestrijd op vrij dag, waarbij het van meet af aan duidelijk was dat of het Leids Nieuwsblad of Leidse Post Week-end in de race zou afvallen. Het werd Leidse Post Week-end. Lina: "We hebben een kleine opiniepeiling gehouden en er bleek geen behoefte aan zo'n blad te bestaan. Wij gingen op den duur ongemotiveerd aan het werk voor de vrijdagedi tie. Je kunt zo'n blad dan blij ven brengen en de schijn wekken dat het goed gaat, maar dan verlies je je gezonde verstand als zakenman". Lina zegt dat hij al twee jaar met het plan rondliep om in het week-end een huis-aan-huis- blad op de markt te brengen. De hoge advertentiebezetting in de dagbladen op vrijdag was voor hem een vingerwij zing. "In het begin heb ik in de vrijdageditie door mijn af finiteit met de Leidse mid denstand wel advertenties gekregen. En dat zonder ge rommel met prijzen: een klap op de schouder kan iedereen oplopen. Maar het liep niet. De ondernemer Lina zegt dan: werken, vechten, er te gen aan. Maar de mens Lina zei: jongens, we vechten onze levensvreugde weg. Je krijgt een stemming, die niet te vre ten is. Ze (het personeel) stonden er niet achter. Op woensdag heb ik geen par don, maar op vrijdag zag ik het zelf niet meer zitten. Er ging een zucht van opluch ting door de zaak toen ik zei: we doen het niet meer". Met de ogen op de kust gericht zegt hij dan: "Wij hoeven niet tegen de mensen te zeggen: als U dat betaalt, krijgt U dat artikel. Er is momenteel een beweging aan de gang, die dat wel doet. Ik zal het nooit doen. Om advertenties te krijgen door er een artikel aan te koppelen, alleen omdat de toonbank anders staat, daar heb ik een afkeer van. Het moet werke lijk nieuws zijn, en niet dat de scheiding links of rechts zit. Ik heb ook een gruwelijke hekel aan advertenties, waar op staat: aangeboden door die en die. Net als die t.v.-uitzen- dingen voor een goed doel. Dan zie je allerlei figuren die zo nodig de naam van hun firma moeten noemen" Buijze In 1945 verscheen er in Noord wijk een nieuw periodiek: De Zeekant. Drukkerij Buijze nam de uitgave op zich. En dat terwijl er sinds 1889 al een nieuwsblad in Noordwijk was: "De Noordwijker", die gemaakt werd bij drukkerij Dorsman. De concurrentie duurde voort tot 1963. Een fu sie zorgde ervoor dat er sindsdien in Noordwijk één nieuwsblad uitkomt, met de voor de hand liggende naam "De Zeekant-De Noordwij ker". Uitgegeven bij Buijze Pers. Wiens stam sindsdien diverse nieuwe loten heeft gekregen: in 1968 De Voor- houter, in 1972 De Sassen- heimer, in 1973 De Warmon- der, in 1974 De Hillegommer en De Lisser, in 1977 het Leids Nieuwsblad. Buijze Pers be strijkt vrijwel de hele Bollen streek, met een oplage van in totaal 37.025 exemplaren. Het Leids Nieuwsblad komt aan een oplage van 39.000. Door John Kroon Het familiebedrijfje van opa Buijze is dus gegroeid. Het heeft een driekoppige direc tie: J. Buijze sr., J. Buijze jr. en L.J.M. Buijze. Buijze Pers verschaft werk aan 25 mensen en nog vijf part-tieners. Vorig jaar werd in het bedrijf aan de Noordwijkse Voorstraat een nieuwe pers geïnstalleerd, die maximaal 120.000 a 150.000 exemplaren kan draaien. Een capaciteit, die de toenmalige produktie (de bladen in de Bollenstreek) verre te boven ging: mede een reden om het Leids Nieuwsblad van de grond te tillen. In een klein kantoortje ziet Loe J.M. Buijze uit over de werk zaamheden van het technisch personeel. "Die nieuwe pers is een groot voordeel", zegt hij. "Dat is belangrijk in onze situatie: het feit dat je zelf drukt, maakt dat je commer cieel meer mogelijkheden hebt". Hetgeen behalve Buij- ze's eigen periodieken ook de verschijning van bladen als de Ton Menkenkrant en het carnavalsblad van De Deylk- notsen oplevert. Buijze toont zich vooralsnog tevreden met het Leids Nieuwsblad: "Op 23 september zijn we begonnen met het Leids Nieuwsblad. We hebben gemiddeld per week meer dan twintig pagi na's gedraaid. Daarmee is de bestaansmogelijkheid aange toond. Al is het niet zo dat we er al zijn. Er is nog een vrij groot aantal mensen, dat nog geen gebruik maakt van het blad. Maar er zit groei in; het gaat van week tot week be- ter Te duur ''Voor het Leids Nieuwsblad zagen we bij Voorbaat terdege mogelijkheden. De dagbla den buiten beschouwing ge laten, verkeerde de Leidse Post/Zuid-Holland Post in een monopoliepositie. De woensdageditie daarvan be schouw ik als een goed blad, maar wel te duur in de adver tentietarieven. Wij leveren als Leids Nieuwsblad een flink stuk redactie, maar zien toch kans om lagere tarieven te hanteren. Als je de adverteer ders ziet in de Leidse Post, dat zijn vaak discountzaken en dergelijke. Die zullen niet als eerste in het Leids Nieuwsblad adverteren. Wij zijn een extra mogelijkheid voor adverteerders die ge woon de stad willen bereiken. Op vrijdag was die gelegen heid er, huis aan huis, niet. In wezen zijn wij voor de woensdageditie van de Leid se Post niet zo'n concurrent. Bij de opzet van het blad gok ten wij op een categorie po tentiële adverteerders, die zich in die woensdageditie niet thuisvoelen, om wat voor reden ook. Van de woens dageditie is maar een enke ling naar ons gekomen. We keken meer naar de huis-aan- huis bladen als er zijn in Zuid- West, Oegstgeest en de Me- renwijk, die maar een stukje Leiden bestrijken. Zoals er ook mensen waren, die fol ders maakten, bij gebrek aan andere mogelijkheden. Daar lag onze markt. Daarom zeg ik: al zouden er zes Zuid- Hollandposten of Leidse Pos ten per week zijn, dan nog zou er een markt zijn voor het Leids Nieuwsblad" Verrassing Het kwam voor Buijze wel als een verrassing dat vrijwel te gelijkertijd met de verschij ning van zijn Leids Nieuwsblad de Leidse Post met een soortgelijke uitgave op vrijdagmiddag kwam. Een duidelijke zaak was dat er voor twee huis-aan-huis bla den in Leiden op die dag geen bestaansrecht kon zijn. Het Leids Nieuwsblad heeft het wel volgehouden, de Leidse Post-vrijdag niet. Buijze (die ontkent dat de con currentieslag "heftig" zou zijn geweest): "Ik geloof dat de vergelijking tussen Leids Nieuwsblad en Leidse Post Week-end in alle kanten in ons voordeel is uitgevallen. Niet zozeer omdat we meer advertenties hadden, maar omdat we een leuk stuk Leids nieuws brengen. Niet het soort nieuws dat volledig wil zijn, maar familiair, ver strooiend nieuws, dat mensen voor het slapen gaan kunnen lezen". Toch vragen insiders zich af of Buijze het met zijn Leids Nieuwsblad op de lange duur zal kunnen volhouden. Zijn zijn tarieven niet te laag? Loe J.M. zegt er zelf over. "Dat wij goedkoop zijn, past goed op de markt waar wij ons op richten. Maar we hebben onze uitgaven nooit verkocht op het feit dat ze goedkoop zijn" Verhagen Een steekproef onder de bevol king van Rijnsburg, die niet representatief, maar wel sig nificant is. Vraag A: "Weet U de Kortenaerstraat?" Ant woord: "Ja, eh .nee, daar ergens". Vraag B: "Weet U de Loe Buijze: "Verstrooiend nieuws voor het slapen" drukkerij van Verhagen?" Antwoord: "Ja hoor, de derde straat links" In de Korte naerstraat dus. Vroeger zat Verhagen aan de Oegstgeesterweg, daarvoor aah de Herenweg, de Tram straat en de Langevaart. In 1922 is de drukkerij opgericht in Loosduinen. In 1928 ver huisde Verhagen naar Rijns- burg en zag De Rijnsburger het licht. Het weekblad be staat dit jaar vijftig jaar. Ver hagen is dus een begrip in Rijnsburg. J. Verhagen heet de directeur. Slim en protestant, dat zie je zo. Had eerst niet zo'n zin in een gesprek, maar al weer meer toen hij hoorde dat de concurrenten/collega's uit de omgeving ook hun medewer king hadden verleend. Ver hagen beschikt aan de Korte- naerstraat in Rijnsburg over een omvangrijk complex: 1100 m2 groot, terwijl de ves tiging aan de Oegstgeester weg een oppervlakte van 500 m2 had. Collegiaal Verhagen bleef aan de kant staan toen in Leiden de huis- aan-huis slag tussen Lina en Buijze woedde. Hij zegt: "Ik kon drie jaar geleden al met zo'n blad beginnen. Maar dan zeg ik: wat voor belang hecht je eraan? Alleen je eigen za kelijke belang? Dan doe je je ideeële belang te kort. Als dat zo is, dan buig ik niet. Dit soort zaken moetje collegiaal bekijken, met elkaar in de re gio. Ieder kan er zijn functie en brood hebben. Collegiali teit heb ik wat het zaken doen betreft met hoofdletters ge schreven. Ik zal nooit ergens beginnen waar een collega op goede wijze voorziet in een plaatselijke pers. Kijk naar Buijze en de Bollen streek: Buijze vervult een plaatselijke behoefte en je hebt ook een Weekblad voor de Bollenstreek. Voor beide is er een bestaan. Óm in een plaats twee bladen te kunnen hebben, moetje de zaak gaan verdelen". Maar ook zakelijk gezien zag Verhagen de stad Leiden als geheel niet zitten. "Je moet zo'n stad kennen. Dat merkje aan de manier waarop men op zakendoen reageert. Je proeft daaruit watje moet doen. Dat is het Fingerspitzengefühl dat je als zakenman moet hebben. Een stad als Leiden lijkt wel mooi, maar is het ook mooi? Heeft het wel de stootkracht van een moderne stad? Bij voorbeeld: er is geen eredivi sieclub (voetbal) en ook geen eerste divisieclub. Is dat be langrijk? Nee, maar wel teke nend". Verhagen prefereert het klein schalige: de Rijnsburger, de Oegstgeester Courant, het Leiderdorps Weekblad en in de Leidse Merenwijk Koper molen Nieuws. Had vroeger ook een blad in Leiden Zuid- West, maar heeft dat overge daan aan Leidsch Dagblad B.V. ("Ik doe graag zaken met dagbladen"). Het eigene "Het zakelijke element is: je moet zorgen datje in een be hoefte voorziet: er is een leemte in de markt, die moet gevuld worden. Maar je hebt ook een ideeële kant. Ik hecht erg veel waarde aan het mens zijn. Alles wordt hoe langer hoe groter, de concerns, de politiek, je krijgt steeds grote re verbanden. Maar de mens blijft een mens, in vreugde, verdriet, kleinheid, een mens met een huisje en een tuintje voor en achter. Mijn uit gangspunt is: voor ieder gezin een krant te maken. Het eige ne van een plaats, een wijk, ligt me na aan het hart. Zo'n Merenwijk die volstroomt met mensen overal vandaan, daar probeer ik iets voor te betekenen. Zodat mensen er zich thuisvoelen, bekend worden met de wijk". Verhagen is drukker, uitgever, maar ook journalist. "Ik schrijf zelf in De Rijnsburger. Dat vraagt een enorme om schakeling van mij. Als za kenman moetje totaal anders denken dan als redacteur. De lezers begrijpen die geschei denheid vaak niet". 'Zo'n huis-aan-huis blad hoort een spiegel van de samenle ving te zijn. Maar je schiet misschien hier en daar tekort, je zou meer willen doen. Ook de journalistiek verandert ie dere keer. Zo'n rubriek als Van Amsterdam bij jullie heeft. Dat vind ik uitstekend. Met zulke veranderingen blijf je journalistieK bij de tijd". Verhagen heeft in het jaar waarin De Rijnsburger jubi leert, geen uitbreidingsplan nen. Wil zijn bestaande uitga ven uitbouwen, hij hoeft geen nieuwe initiatieven te ont plooien. Hij predikt het har monie model: "We (de uitge vers) zitten samen in die re gio, die markt vullen we met elkaar. Ik zou graag een praatgroep van uitgevers en journalisten hier in deze om geving willen hebben. Dat je elkaar beter leert kennen, met elkaar praat over het vak. Waarom niet?"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1978 | | pagina 21