weer In 't harnas Mijn levens werk wordt afge- broken" WSBM Archeologen hoteldebotel van 'gat' in Nijmegen Door Jan Kees Kokke "U dacht, toen U hier naar toe reed, zeker een soort gek aan te treffen. Iemand uit een rari teitenkabinet. Iemand die zichzelf nog zoekt op deze leeftijd?" Mr L. R. J., ridder Van Rappard heeft in de 32 roerige jaren, dat hij als burgemeester over Gorkum heerste, vaak genoeg met de media te maken ge had, om te weten dat hij maar al te graag als karikatuur wordt afgebeeld. Hij is daar over wel een beetje verbit terd. „Je wordt vermoord door de media. Op de meest onfaire wijze. Voor mensen, zoals ik is geen ruimte meer in deze maatschappij. Je wordt gewoon niet meer getole- Maar desondanks... Toen we hem belden voor een af spraak, baste hij zonder meer door de telefoon: „U bent welkom". Villa Argo aan de Arkelsedijk in Gorkum staat nog steeds open voor de pers. Nog steeds is de ontvangst even vriendelijk. Reden voor een bezoek aan de heer Van Rappard is natuur lijk de rigoureuze omwente ling die hij als lijsttrekker van de partij Stadsbelang teweeg heeft gebracht in de plaatse lijke politieke verhoudingen Na zeven jaar rust als ambteloos burger, hees Ridder Van Rappard (71zich dezer dagen opnieuw in het harnas. Alleen cloor het simpele feit dat Gor- kums voormalige burgerva der z'n stem weer eens liet schallen, verwierf hij de ze gen van een van de vijf stem mers bij de gemeenteraads verkiezingen. Vier zetels breed nestelen Van. Rappard en de zijnen zich straks in het gemeentehuis. De Gorkumse raad gaat een roerige tijd tegemoet Dpwinding Verbittering bij de socialisten die twee van hun elf zetels verloren, Verbijstering bij de liberalen, die nog maar twee van de drie zetels overhiel den. Maar het volk had dolle pret en een gevoel van op winding maakte zich meester vvan de stad. Van Rappard zelf is evenwel de laatste om zich verbaasd te tonen over z'n politieke vic torie. Waarom hij daar zo zeker van was? De ridder lacht smake lijk om zo'n simpele vraag. „Ik ben op Gorkum gesteld. Die stad is me dierbaar. Mijn le venswerk wordt hier afge broken. Door goedwillende domoren. Ik ben hier toch 32 jaar burgermeester geweest. Ik ken de kaart van de stad toch. Allicht. Wij, m'n vrouw en ik, hebben door onze levenshouding een basis van vriendschap en waardering doen ontstaan. Het zou uitgesloten zijn, dat men ons in die zeven jaar ver geten zou zijn. En reken maar dat er niemand is die op mij gestemd heeft met de gedach te, nu gaan we maar eens een idioot in de raad stoppen. De stad wordt door dit bestuur te gronde gericht. Via het ene kulplan na het andere. Je reinste volkverlakkerij. De Het gat in de Vermeerstraat in Nijmegen is een meter of zes Het gat in de Vermeerstraat in Nijmegen is een meter of zes in het vierkant. Het is zeven meter diep. Daar beneden staat Klaas Greving, zo trots als een aap. Naast ons, aan de rand van dit grote gat in de straat, bevindt zich Jan Bloemers, ook al zo blij en fier. Ze zijn beide archeoloog, op gravers van het verleden. En deze diepe put in het wegdek is hun voorlopig chef-d'oeu vre. „Je ziet hier heel mooi die gele lagen," roept Klaas van uit de diepte. Hij wijst aan: „En hier die schuine spo- Het ontroert ons niet. Maar voor Bloemers en Greving zijn de wanden en bodem van dit gat met puur goud bekleed: ze hebben hier de restanten ge vonden van een kelder, die achttien eeuwen geleden on der het amfitheater van de Romeinse legerplaats Nijme gen (Ulpia Noviomagus) lag. Een gat in de straat, zomaar. „Het was een beetje poker spelen met dat gezoek," zegt Jan Bloemers, „maar twee weken geleden hadden we beet. Hier was het bewijs dat de Romeinen wel degelijk ook een amfitheater in Nij megen hebben gebouwd." Het is van Rome gemeten de meest noordelijke recreatie- kuip geweest. Optochten zijn er in gehouden, gevechten van gladiatoren, spelen met wilde dieren. „Nee, er werden in het amfi theater hier geen Christenen gedood, zoals in Rome," zegt Jan Bloemers. „Christenen waren er hier in die tijd hele maal nog niet." Greving en Bloemers zijn me dewerkers van de Rijksdienst voor Oudheidkundig Bo grootst mogelijke humbug Het is voor mij een gewetens kwestie. Iets waar ik niet aan twijfel. Wat dacht U, dat ik op deze leef tijd nog eens voor m'n lol te rugkom? Van meet af aan heb ik tegen de PvdA gezegd, ik jaag jullie terug van elf naar negen zetels, 't Gaat om de kwaliteit van het bestuur. En als je geen goede bestuurders hebt, dan komt er van zo'n stad niets terecht. Dat hebben 2848 Gorkummers begrepen Die hebben op onze partij ge stemd" Twee keer ging hij de kamer verkiezingen in met een eigen landelijke partij: de Liberale Staatspartij en Nederlands Appel. Twee keer lieten de kiezers hem in de steek en verloor hij veel geld. Vlak voor zijn pensionering liep een groot aantal raadslieden bij hem weg, omdat de bur gemeester een raadslid van onoirbare praktijken had be schuldigd. Een van de tumul tueuze hoogtepunten uit Van Rappards carrière Corruptie De ridder wil daarover even wat rechtzetten. „Ik heb het woord 'corruptie nooit ge bruikt. Maar niemand heeft getwijfeld aan de juistheid van die beschuldigingen. Ze zijn ook nooit weersproken demonderzoek: „vakidio ten", zoals ze ronduit toege ven. Ze hebben op diverse plaatsen in Nederland naar beschavingsresten gegraven en zijn de laatste jaren in Nij megen gestationeerd. "Vietnam" Nijmegen moet wel Luilekker land zijn voor de archeoloog. Het was in de Romeinse tijd de belangrijkste plaats van het land. Omstreeks het begin van de jaartelling had keizer Augustus zijn ver van huis ge raakte veroveraars opdracht gegeven in het land van de Bataven een legerplaats te bouwen. Men koos er de Hu- nerberg in Nijmegen voor uit. Het garnizoen besloeg onge veer 45 hectare; er was plaats voor twee legioenen, samen ca. 12000 man groot. Van deze en andere legerplaat sen uit probeerden de Ro meinen Germanie te verove ren, maar dat lukte niet. „Het was zo'n beetje dezelfde fi guur als de Amerikanen in Vietnam," zegt Jan Bloemers, „een technisch hoog ge schoold leger loopt te pletter tegen guerrilla-strijders. Zo verging het de Romeinen ook." Na de vruchteloze expedities richting Germanie en de dood van keizer Augustus (14 jaar na Chr.) trokken de legioenen uit Nijmegen weg. Wel bleef een kleine legerplaats achter met manschappen van het 10e legioen die de rebellerige Bataven in de gaten moesten houden; men had in het jaar 70 al eens een opstand van Ba taven onder leiding van zeke re Julius Civilis moeten neerslaan. De bezetter bleef tot het midden van de tweede eeuw. De Nijmeegse bodem nu barst van de sporen van de Ro En als het niet waar was, wat ik gezegd had, dan had de mi nister me toch met een snel treinvaart uit m'n ambt ge zet". Van Rappard mocht de korte periode tot z'n pensionering nog uitdienen, maar werd toen alleen bedankt voor z'n "langdurige" dienst, en niet zoals gebruikelijk voor "trouwe" dienst. Van Rappards politieke tegen standers blijken echter nog lang niet van hem af te zijn Van Rappard wil van Gorkum samen met de randgemeen ten erom heen, een grote stad maken. Men wilde de ridder indertijd niet in een andere grote stad hebben. Door het rumoer rond zijn ambt in Gorkum ging zijn benoeming in Utrecht jaren geleden niet door. „Door allerlei machina ties kon ik hier toen niet weg komen. Als ze mij in een grote stad niet willen hebben, dan zal ik zelf wel van Gorkum iets groots maken", laat de ridder nog steeds strijdlustig weten. Bij de andere politieke partijen is de herrijzenis van Ridder van Rappard gevoelig aange komen. Mevrouw Nel van der Laan, de voorzitster van de plaatselijke socialisten wist in haar verbijstering geen ande re verklaring voor Van Rap pards zege te vinden, dan hem meinse aanwezigheid ten zuiden van de Betuwe. Maar ze zijn bedekt door de be bouwing van een moderne stad. Vandaar dat de Rijks dienst voor Oudheidkundig Bodemonderzoek zo'n beetje achter de planologen aan moet sjokken, wordt er er gens in het stadpatroon iets veranderd, gesloopt of gegra ven, dan mogen eerst de ar cheologen de kop in het zand steken, op zoek naar scher ven, munten of mogelijk res tanten van Romeinse muren of fundamenten. Nood „Het zijn dus steeds noodon- derzoeken," legt archeoloog Bloemers uit. „We doen het niet voor onze lol, want als we iets vinden betekent dat een "brallende oude heer" te noemen, die "in een nostalgi sche trend als een held ver eerd wordt". Rode lap Van Rappard lacht opnieuw hartelijk. Maar zo grappig vindt hij het niet of hij mom pelt grimmig: „Dat moet ik opschrijven. Die mensen krijgen straks hun trekken nog wel thuis. Maar ach, ei genlijk is het volstrekt onbe langrijk. Zo'n mevrouw Van der Laan, die stond tiende op haar lijst. Die is door ons net buiten de prijzen gevallen. Tja, de druiven zijn wel zuur voor haar". En opnieuw klinkt diep vanuit z'n binnen ste die zware lach. „Ik werk als een rode lap op een stier op deze lieden. Ik heb ze nooit gespaard. Ze beschouwen mij als een hoogst hinderlijk per soon. Ik verstoor hun rust, hun gezapigheid". De deurbel klinkt en de brief die bezorgd wordt, bevat Van Rappards benoeming als raadslid. Burgemeester A. Schreuder van Grokum is in tussen niet zo blij met de te rugkeer van zijn voorganger. „Ik zal genoodzaakt zijn de oud-burgemeester op de vin gers te tikken als hij zich niet aan de regels houdt. En de re gels in acht nemen, dat heeft hij zelden gedaan. Door Aad Wagenaar steeds dat het monument ook vernietigd wordt." Tot 1972 groef men vooral op de plaats waar het kamp van het 10e legioen geweest was. Pas daarna kwam er belangstel ling voor de bewoning rond die vesting. „We konden een kampdorp verwachten," ver telt Bloemers, „een plaats waar kroegbazen geweest wa ren, handelaren en am bachtslieden. En dus zou er ook een forum geweest zijn, een badgebouw en een amfi theater. Een kamp van onge veer een bij drie kilometer en daar staan we nu midden in." Hier dus, bij de kruising van de Nederhorst Van Rappard zal zich in de raad vooral verzetten tegen het plan van het gemeentbestuur om de voormalige terreinen van Nederhorst te verkopen aan een groep van project ontwikkelaars, die het com plex geschikt moet maken voor kleinschalige, ambach telijke bedrijfjes. Spottend roept Van Rappard uit: „De gemeente heeft op die transactie een winst van een ton gemaakt. Een fooi en dat is kenmerkend voor de manier waarop het gemeen tebestuur denkt. De gemeen te laat zich verlakken op de meest naieve wijze. Geen on dernemer is toch zo gek om in de oude boedel van een ander te trekken, waar ze nog niet eens een stopcontact kunnen vinden". Dat wordt niets, aldus Van Rappard, die liever een nieuw industrieterrein ziet verrijzen op de Avelinge, een natuur gebied vlak buiten de stad aan open vaarwater. Exoti sche brandnetels en bijzon dere mossen? Onzin. De ge tijdenwerking is allang ver dwenen. Het terrein, dat volgens hem niets bijzonders is, is boven dien voor niemand toeganke lijk. Rembrandststraat en de Vermeerstraat, in de Nij meegse Schildersbuurt. De bewoners van de vriendelijke huizen in dit kwartier moeten wel wat over hebben voor de oudheidkundige spoorzoe kers. Bulldozers halen de straat maar open alsof het niets is. „O, er wordt nog veel meer wegdek opgebroken," zegt Klaas Greving opgewekt. „En de buurt werkt geweldig mee. Sommigen graven zelf. Vorige week nog kwam een buurman hier vertellen dat hij vier meter diep zijn zijn tuin gegraven had en toen op een muur gestoten was, die de in gang van het amfitheater ge weest moet zijn," ,Dus een forum, een amfithea ter en een badgebouw," her neemt Bloemers, „dat was Waar het voor alles om gaat is dat er brood op de plank komt. Nederhorst leverde 1500 werk lozen. Met de werkloosheids cijfers wordt gegoocheld roept Van Rappard boos uit. Puur bedrog. Het aantal werklozen is veel groter, om dat veel van die mensen in een soort arbeidsreserve zijn opgenomen. Dat soort dingen maakt hem zo "halserig". De ene wethouder is nog meer schaakblind dan de ander. Verlakkerij De ridder hakt het ene gemeen teraadsplan na het andere omver. Kaarten worden op ta fel uitgespreid. Hij kent de si tuaties, de verhoudingen toch als geen ander. De gemeente laat zich verlakken. Simpele geesten. De ridder was toch niet terug gekomen als het niet de hoog ste tijd was daarvoor? Als er wel een toekomst was voor de werklozen en vooral, voor die zonen van de werklozen? Vier zetels in de gemeenteraad, dat is meer dan genoeg om als een waakhond te gaan blaffen als het fout dreigt te gaan. Het is geen kwestie van kwanti teitsmacht, vindt Van Rap pard. Via beroepsprocedures is tegen elke beslissing van de gemeente verzet mogelijk wat we verwachten konden. Het forum hebben we al in 1974 gevonden; dat moet je je voorstellen als een super markt, een soort Romeinse Maxis. Hij was 155 bij 100 me ter groot, het grootste Ro meinse gebouw dat ooit in Nederland is aangetroffen ,En nu" - Greving en Bloemers kijken zeer voldaan - „hebben we ook het amfitheater te pakken. Alleen het badge bouw ontbreekt nog." Hek Er is over een afstand van vijf meter een gebogen muur met een breedte van ongeveer 1.20 meter aangetroffen, drie me ter onder het straatniveau. Die muur moet de arena van Die zelfde avond nog gaat er bijvoorbeeld een telegram naar Gedeputeerde Staten om verzet aan te tekenen te gen de verkoop van de Ne- derhorstterreinen. Van Rap pard verbaast zich er niet over dat tal van plaatselijke politici nu wanhopig uitkrijten dat ze er niets van begrijpen dat hij zoveel stemmen kreeg. Na tuurlijk. Die mensen begrij pen niet wat er onder de be volking leeft. De mensen, die geen fantasie hebben, waren uiteraard verbijsterd. Ridder Van Rappard heeft er Hij schudt het hoofd over zo veel onbegrip. Alsof het een lolletje wordt straks. „Wat dacht U? Dat ik het voor de aardigheid doe? We gaan de zaak terugdraaien. En dat houden we vier jaar vol" „De verkiezingsuitslag in Gor kum heeft landelijke beteke nis. Het betekent dat je door de huidige verstarring van de partijen-dictatuur heen- breekt" Schertsfiguur Zeven jaar heeft de oud-burge meester zich ingehouden. Hij schreef een aantal publica ties. Zijn memoires over zijn ervaringen voor en tijdens de oorlogsjaren, die dit jaar uit komen. En voorts een boek over zes burgemeesters uit een lichting "Van magistraat via manager naar de weg- werp-burgemeester" Hij vindt dat de burgemeesters- functie wordt uitgehold van daag de dag, omdat men het niet verkroppen kan dat het instituut van de benoemde burgemeester nog steeds be staat. De burgemeester is te genwoordig een schertsfi guur, een man zonder be voegdheden. Een man, die geen kans krijgt zijn stempel op het beleid te drukken. .,1k behoor tot de oude garde. Ik zou geen burgemeestersambt meer ambiëren onder deze omstandigheden. Zo'n man wordt op het ogenblik vrij- snel verlaagd tot een mario net". Toch is Van Rappard geen te genstander van de gekozen burgemeester. „De selectie van Jan Modaal is zuiverder dan de selectie van de ano nieme machten, die de partij lijsten samenstellen" Heer van stand Bij het afscheid wandelden we nog even door de tuin, waar de bijenkasten staan. Van Rappard is veertig jaar voor zitter geweest van de Federa tie van Bijenhoudersvereni gingen en de Vereniging ter Bevordering van Bijenteelt. Een heer van stand in de poli tiek. Dat moet wel botsen. Ridder Van Rappard wil van geen wijken weten, maar hij constateert met zachte stem, dat eigenlijk voor zijn soort mensen geen ruimte meer wordt gejaten. „In Rusland stoppen ze ze in een kamp. Hier hebben ze er andere me thoden voor". Eens heeft Van Rappard ge zegd: „Ik behoor tot de men sen, die op het veld van eer plegen te sterven. het amfitheater omgeven hebben. Van de arena zelf heeft men overeen lengte van vijftig meter sporen gevon den. En dan is er die kel der, ginder in de put. Een Nijmegenaar, die met ons aan de rand van het gat staat, merkt op: „We zouden eigen lijk een fondsje moeten stich ten om dat gat open te hou den, het monument zichtbaar te houden. In Rome zetten ze om iedere brok steen dat ze vinden uit de tijd van de kei zers, een hek. Hier gooien ze de boel gewoon weer dicht." Dat zichtbaar houden spreekt ook Bloemers en Greving sterk aan. Maar ze hebben er mee leren leven dat het resul taat van hun werk niet meer is dan de registratie dat er op die en deze plek iets geweest is. Men houdt slechts wat scher ven en munten over. Maar daar kun je als archeoloog ook zeer mee in je sas zijn. Bloemers. „Dat is heel lollig: uit de vulling van die ingestorte kelder haalden we zo al een stel munten uit het midden van de tweede eeuw te voor schijn. Er is er een bij. die al leen na 180 voorkomt. Dat duidt er op dat het theater langer in gebruik geweest is dan er hier Romeinen waren. Hel heeft dus een functie voor de stad gehad, ook al lag het er tamelijk ver buiten." „Dat was een grote verras sing." Maar, zegt Bloemers. zichzelf afremmend: „We moeten met dit amfitheater in Nijmegen natuurlijk niet gaan proberen de Italianen concurrentie aan te doen, ook al zijn wc er zelf helemaal hotcldebotel van. Laten we maar weer verde r gaan graven. Al zou je wensen om op adem te kunnen ko- Ér f i Klaas Greving in het gat: "Zie je die sparen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1978 | | pagina 19