Voorraad kernwapens: genoeg om twaalf keer de mensheid te doden PAGINA ZATERDAG 24 DECEMBER 1977 De Verenigde Staten en de Sovjet-Unie, tezamen ook wel als de 'supermach ten' aangeduid, beschikken met el kaar over een voorraad aan kern wapens, waarvan de vernietigings kracht gelijk is aan één miljoen maal de atoombom die in 1945 op het Ja panse Hiroshima werd gegooid. Amerika neemt ruim 61 procent van dit onvoorstelbare verwoestingsar senaal voor zijn rekening. Nog een rekensommetje, alle kern wapens bij elkaar kunnen twaalf keer de huidige wereldbevolking doden. Eigenlijk zijn we maar een paar drukken op de knop verwijderd van een aarde die woest en ledig is. Ondanks alle conferenties en mooie woorden gewijd aan ontwapening, leven we kerstmis 1977 op een wereld die bezaaid is met wapens als nooit te voren. De bewapeningswedloop tus sen Amerika en Rusland loopt in de pas met een beleid dat gericht heet te zijn op wapenbeheersing. Een heel moeilijk en vooral ook verwarrend begrip, die 'wapenbeheersing'. De politieke praktijk van dit laatste de cennium heeft met name aangetoond dat de afspraken tussen beide su permachten veelal gingen over 'pla fonds' die aan de bewapening zouden moeten worden gesteld. Tot hier en niet verder. Maar enthousiaste leken moesten niet te vroeg juichen, want de plafonds werden dermate hoog aangebracht dat noch Amerika noch Rusland doorgaans ook maar in de buurt uitkwamen. Economische wet ten noopten tot beperking, ofschoon een potentiële uitroeiingscapaciteit van een dozijn keer alle mensen die op dit moment doorvoed of hongerig het ruimteschip 'aarde' bevolken dat bewapeningsplafond al dreigend ge noeg doet doorzakken. Risico's En wat op den duur misschien wel de meeste risico's mét zich kan brengen: dat streven naar wapenbeheersing, de smalle marges van de SALT-be- sprekingen (over beperking strategi sche kernwapens), enzovoort, en zovoort, geeft aan de toch gewoon doorgaande wapenrace een soort groen licht, iets legitiems en de we reld schurkt zich in een misplaatst gevoel van zekerheid. Het bewapeningsprobleem is het meest urgente van deze tijd. Het gaat daarbij niet langer over de levensduur van een bepaald politiek systeem of de kracht van een statenalliantie, maar het gaat eenvoudig om overleven, of niet overleven. By zo'n constatering komt gezwollen taalgebruik gemak kelijk haaks op de nuchterheid te staan, maar daarmee is de constate ring zelf nog niet weggeredeneerd en evenmin heeft men automatisch het gelijk aan zijn kant, wanneer men meent met 'nuchterheid, 'zaken van levensbelang te benaderen. Alle reden tot somberheid dus. Afspra ken tussen Moskou en Washington leidden niet tot ontwapening. Wa penbeheersing is een dagdroom van veiligheid en zekerheid die er niet zijn. Amerika's standpunt ten aanzien van ontwapening is ongeveer als volgt:, bewijs maar dat andere methodes even doelmatig zijn als onze wapens bij de bescherming van onze belan gen en we zullen ontwapenen. Dat bewijs is dan kennelijk nog altijd niet geleverd, want de V.S. besteden nog steeds meer dan 6 procent van hun nationaal inkomen aan militaire doeleinden. In Moskou zal het niet veel anders liggen; relatief wordt er iets minder uitgegeven aan bewape ningsdoeleinden, maar de verschillen in bestedingen tussen de NAVO en het Warschaupakt worden steeds kleiner. Uitgaven De militaire uitgaven op de wereld als totaal liggen nu rond de 700 miljard gulden per jaar - dat is ruim 80 mil joen gulden per dag - en zij blijven stijgen. NAVO en Warschaupakt ne men samen 78 procent van die uitga ven voor hun rekening. Grofweg is het budget van de Oosteuropese veiligheidsorganisatie dan weer driekwart van dat van de westelijke tegenspeler. Hoe groot de afzon derlijke rol van de V.S. en de Sovjet- Unie is in dat bewapeningsspel blijkt uit nog weer een ander cijfer bijna 60 procent van alle defensie-uitgaven komt voor rekening van deze twee gi ganten. De wereld wordt er vanzelfsprekend evenmin veiliger op door het steeds meer uitsmeren van geavanceerd wapentuig.Opvallend en zonder meer tragisch is dai Derde-Wereldlanden een steeds groter aandeel van hun meestentijds uiterst bescheiden middelen reserveren voor de aan koop van wapens. In twintig jaar zijn die uitgaven bijna verdriedubbeld. Het aantal ontwikkelingslanden dat kernwapens kan maken, wordt steeds groter. Spreiding van weten schap en technologie houdt niet bij landsgrenzen op en ook zo'n Prolife- ratie-verdrag, waarby landen op basis van vrijwilligheid van de ontwikke ling van kernwapens afzien, heeft vooralsnog meer ethische dan poli- tiek-strategische waarde. Bovendien hebben veel landen dat verdrag niet getekend. Onheilspellend Ook landen, zoals Nederland, die in staat zijn pm nucleaire technologie voor vredelievende doeleinden te hanteren, moeten worden bezien, lig gend onder die onheilspellende lap pendeken, waarmee het streven naar vrede of liever naar een toestand van niet-oorlog wordt warmgehouden. Elk land met een grote kernreactor en dat toegang heeft tot het scheidings proces van uranium en plutonium (het splijtings-nevenprodukt van reactoren) is een potentiële kern macht. Er zijn prognoses geweest, waarbij is berekend dat vóór 1980 meer dan vijfhonderd reactoren in tweeën vijftig landen in bedrijf kunnen zijn. Die zouden tegen die tijd een half miljoen kilogram plutonium kunnen produceren en dat is dan weer genoeg voor de aanmaak van vijftigduizend kernbommen. De milieulobby is goed georganiseerd en lijkt ook op het politieke vlak nu punten te gaan scoren. Dat zal de ontwikkeling van reaktorpro- gramma's vertragen, maar zeker niet stopzetten, daarvoor zyn de energieproblemen al te nijpend en te acuut. Dat netwerk reactoren komt er dus. Wat later hoogstens. Zelfs als landen zelf zo verstandig zouden zijn om geen kernwapens te gaan vervaardigen, dan is er natuurlijk wel de steeds gro tere kans dat splijtingsmateriaal in handen komt van terroristen, die - zoals genoegzaam bekend - hun in ternationale coördinatie angstig goed voor elkaar hebben. Wereldregering University en het zeer gezag hebbende Massachusetts Institute ot Technology tot de conclusie dat zich vóór het jaar 2000 zeker een atoom oorlog zou voordoen. Die zou alleen te voorkomen zijn, indien alle naties hun staatssouvereiniteit zouden overdragen aan een wereldregering met voldoende gezag en pressiemid delen. Ook het vooraanstaande inter nationale Instituut voor Vredeson derzoek in Stockholm (SIPRI), waar van de jaarboeken wel eens de statis tiek voor de mogelijke dood zijn ge noemd is zeer pessimistisch en heeft het midden van de jaren tachtig al eens genoemd als beslissend. Onlangs verscheen een opzienbarend boek van Anthony Sampson in Ne derlandse vertaling "De Wapenin dustrie", verplichte lectuur voor de lange winteravonden. De verhalen van de mannen in de kostuums met het krijtstreepje, de heren van Lock heed, Krupp, Vickers. In Nederland heeft de constitutionele monarchie nog wel eens op haar grondvesten ge trild en in elk geval is als gevolg daar van op één dag in het jaar, de Derde Dinsdag van september, één ceremo nieel tenue met zwaard verdwenen en één kostuum met een krijtstreepje verschenen. Sampson beschrijft uit gebreid de met goud geplaveide kronkelpaden die de wapenhande laars naar de Derde-Wereld-landen leiden. Proces Die enorme stijging van wapenexport naar de Derde Wereld (in 1974 was de waarde ervan veertig procent hoger dan het voorafgaande jaar!) is onder deel van een proces, waardoor de rijke landen steeds rijker en de arme landen steeds armer worden Het geld, waarmee het wapentuig betaald wordt, moet ergens vandaan komen. Misschien was het anders aan we lijke levensbehoeften, kleding, ding, onderwijs, uitgegeven. De penexport vergroot dus de kloof tus sen arm en rijk en levert ook nog eens vanuit deze invalshoek een bijdrage aan de onveiligheid van de wereld. Ook helpen de geleverde wapens de macht van de gevestigde elite in het. land in standhouden (Iran) en be lemmeren daarmee de emancipatie van de kansarmsten in de meest ver geten periferie van de ontwik kelingslanden. Met wapens maken en wapens verko pen is veel geld, macht en een moei lijk te overzien samenspel van belan gen gemoeid. Dat is waarschijnlijk de belangrijkste reden, waarom de we reld nog altijd geen lering heeft ge trokken uit alle duidelijke tekenen dat haar voorbestaan wordt be dreigd. Kern van het probleem is dat zogenaamde militair-industrieel complex, het geheel van mensen die veel belang hebben bij het voort duren van de bewapeningsinspan ning. Natuurlijk is dat de industrie die eraan verdient, maar ook de militaire bu reaucratieën van Washington, Mos kou, de kleinere landen, die aan de complexiteit en veelomvattendheid van het militaire apparaat hun status ontlenen. Belangrijke medespelers in dat militair-industrieel complex zijn ook de wetenschappers; dat is niet zo verwonderlijk, wanneer men weet dat 70 miljard gulden per jaar in de wereld voor onderzoek en ontwikke ling op het bewapeningsvlak wordt uitgetrokken. Er valt dus het nodige mee te pikken voor de geleerden, die vaak onvoldoende door hebben dat zij en hun kennis kunnen worden misbruikt voor allerlei afschuwelijke ontwikkelingen. Kem jcern van probleem is dat de technische en industriële ont wikkelingen op het terrein van be wapening, in het bijzonder bij de twee supermachten, een eigen leven leiden, daarbij kundig gestuurd door coryfeeën van het militair-industrieel complex, met zetels in Moskou en Washington. De wyze waarop de pu bliciteit wordt bespeeld is beangsti gend. De soepelheid met snoepreisjes voor journalisten grenst aan die van touroperators en de belangstelling ervoor is navenant. Goed getimed, zoals begin deze maand bij de vooravond van de NAVO-mi- nistersconferentie, verschijnen ook de alarmerende reportages in de krant en documentaires op de televi sie, waarin over de toenemende ach terstand van bewapening ten op zichte van de tegenstrever wordt ge rept. Dat gaat over en weer; boeiend is in dit verband ook het militair ge kijf tussen Rusland en China. In Amerika zorgt iedere vliegtuig- of au tofabrikant die wat langer mee wil er wel voor om een Pentagon-generaal in ruste met goede relaties in de raad van commissarissen te krijgen. Er zijn mensen, zoals de Zweedse po lemoloog Inga Thorsson, die zeggen dat er tussen dè militaire establish ments van Rusland en Amerika een gelijkheid is van beroepsbelangen, die leidt tot - wellicht stilzwijgende - wederzijdse overeenstemming om door middel van overeenkomsten en verdragen slechts die wapens of ac tiviteiten uit te bannen die deze 'es tablishments' van weinig of geen belang toeschijnen. Als er inderdaad zo'n 'ongeschreven' akkoord tussen de beide filialen van het militair-industrieel complex zou bestaan, dan is de groep verontrusten die ontwapenen wil en een andere mentaliteit nastreeft, op zich zo ver deelt in de therapie, dat ze als oppo nent niet veel voorstelt. Aspect Een heel belangrijk aspect bij de on derhandelingen tussen de V.S. en Rusland is dat de op zich reeds vaak poreuze verdragen wapens behelsen van een al door beide partijen vol ledig beheerste technologie. Nieuwe wapensystemen (denk maar aan geavanceerde meerkoppige raket systemen) lijken als onderhan delingsdreigement te worden inge bracht op SALT-besprekingen; in dien deze er voor het moment niet in slagen, resultaten op te leveren, wor den ze verder ontwikkeld en in menig geval tenslotte ingevoerd. Een voorbeeld is de strategische cruise-raket die nog in ontwikkeling is, maar daarom-uitdrukkelijk niet in de nieuwe SALT-ronde wordt mee genomen. Een verdrag blijkt vaak een afleidend schild, waarachter men vrij ongestoord met nieuwe experi menten kan stoeien. De bovenmatige geheimhouding over ontwikkelin gen, lijkt ook onder de noemer van "stilzwijgende overeenstemming" te vallen; de sfeer van wederzijdse angst en wantrouwen wordt weer ex tra aangezwengeld en het resultaat van alles is een nieuwe omwenteling op de spiraalbeweging naar steeds hogere plafonds. Neutronenbom De neutronenbom, jongste telg van de kernwapenfamilie, is zo'n voorbeeld van technologische ontwikkeling tussen de coulissen van het SALT- toneel; een wapen dat betrekkelijk weinig luchtdruk en hitte veroor zaakt (dus beperkte materiële scha de), maar meer straling (gericht op het doden van mensen). De discussie of hiermee de 'atoomdrempel' is ver laagd, is in volle gang. Een tactisch wapen, bedoeld dus voor het slagveld, het Europese slagveld wel te verstaan, want hiermee zou by een gevreesde aanval uit het oosten, de lawine aan tanks, (waarvan het Warschaupakt er veel meer heeft dan de NAVO) kunnen worden afgestopt. Nee, zeggen anderen, ooi een zeer gevaarlijk strategisch wapen. Omdat het door zijn nauwkeurigheid de vijandelijke bevolking treft en niet meteen de eigen zijde aan de beslis sende straling hoeft bloot te stellen. Maar militaire strategen zijn het er vrijwel allemaal over eens dat het onmogelijk is om nucleaire escalatie tegen te gaan, als er eenmaal nucleaire wapens zijn gebruikt, ook een naar verhouding kleinschalige neutronenbom. Op deze plaats blijft het fenomeen neutronenbom verder onbesproken, volgend jaar moet president Carter een beslissing nemen over de aan maak ervan; de vraag blijft onbeant woord: heeft die zogenaamde wa penbeheersing en de minitueuze vor- deringetjes aan de conferentietafel juist niet geheel nieuwe fenomenen als de neutronenbom bevorderd? Hirosjima Ruim 32 jaar geleden viel op Hirosjima de eerste atoombom. Zoveel jaren la ter, zoveel meer geïnformeerd ook over de sluimerende maar nimmer geheel slapende krachten van totale mondiale verwoesting, denkt men bij veiligheid altijd nog aan 'nationale' veiligheid. En men vervangt dan met een weer 'nationale' veiligheid door 'militaire' veiligheid. Nobelprijswinnaar Nico Tinbergen, die pionierswerk verrichtte bij de studie van diergedrag, zegt dat dieren van dezelfde soort weliswaar veelvuldig met elkaar vechten, maar dat er zel den bloed aan te pas komt. Oorzaak: dieren dreigen met geweld, dat heeft terreinafbakening tot ge volg. Bovendien moeten dieren steeds weer de rijen sluiten tegenover derden, 'n andere diersoort. De mens heelt die dieren niet als bedreigende andere soort. Hij is de machtigste. Zijn bedreiging is de eigen soort. Tinbergen zegt "de mens is als enige soort een massamoordenaar, de enige mislukking in zijn eigen maat schappij." Hij heeft in de loop van de geschiedenis al een beetje gelijk ge kregen, straks als de definitieve klap komt, misschien wel helemaal.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1977 | | pagina 28