Oudjes (Searchers en Everly's) uit archieven Klaterende Schubert Erg prettig luisterwerk van E.Tagg Nieuwe van Neii Diamond een "must" Muziek Heddy Lester: "aardig" UITVOERING VAN GIULINI Fris van de lever gezongen simpelheid Eric Clapton: een gênant voorbeeld van aftakeling GRAMMOFOONPLATEN ALTIJD VOORDELIGER MAANDAG 19 DECEMBER 1977 The Searchers op de „File se ries" (Pye) Of het nu bij gebrek aan beter dan wel uit een zaken-kundig inhaken op een stukje nos talgie behoefte is, feit is dat nogal wat platenmaat schappijen driftig in de ar chiefladen wroeten, op zoek naar oud platenmateriaal voor een heruitgave. Pye is momenteel zelfs bezig een letterlijk zo geheten „File (archief) serie" op te bouwen. Dat komt neer op (dubbel) el- pee's van vroegere fameuze formaties, met weerbarstig werk van destijds. Elke dub- belaar in deze serie is gewijd aan één groep. Er zijn nu drie van deze platen uit, waaronder één die ver haalt over de jaren '63-67 van de inmiddels ontbonden beatgroep The Searchers, be kend vanwege hun scherpe samenzang in de typisch Britse stijl van toen. Grote hits van de Searchers wa ren o.m. „When you walk in the room", „What have they done to the rain", „Goodbye, my love", „Love potion no. 9" en „Needles and Pins" (het zelfde nummer, waar nu Smokie mee koketteert). Die toppers mogen uiteraard niet ontbreken op een elpee als deze. Ter completering is verder een beroep gedaan op achterzijden van singletjes en op de toen nog in zwang zijnde eepeetjes. Inhoudelijk bezien dus niet al lemaal even interessant, al kun je vanuit een ander standpunt aanvoeren dat op een echt „historische" plaat het mindere werk niet mag mankeren. Opmerkelijk is, bij het beluiste ren van al deze oudjes, dat het „mono'-tijdperk eigenlijk nog niet eens 10 jaar, maar voor het snel vergetende ge heugen véél langer achterop ligt. Met andere woorden: het aanhoren van deze pure mono-elpee vergt wél een vergoelijkend inlevingsver mogen van de thans zo met stereo vertrouwde overjarige tiener. HdK The Everly Brothers: "The New Album" (Warner Bros) Voor diegenen, wier jeugdsen timent ligt in het eind van de jaren vijftig en het begin van de jaren zestig, zijn The Everly Brothers een begrip. Keer op keer wisten de broer tjes Don en Phil hoog op de hitparade te eindigen, mees tal met nummers van het echtpaar Felice en Boudleaux Bryant. Om er een paar te noemen: "Wake up little Su sie", "Let it be me", "When will I be loved", "Bird dog", "Till I kissed you", "All I have to do is dream". De nummers ontliepen elkaar qua melodie niet erg veel, en de meeste waren ook niet veel langer dan twee minuten. Sommige haalden dat niet eens. Na de succesperiode is het langzamerhand stil geworden rond de broertjes Everly. Ze hebben nog even geprobeerd om in de country en wes- ternstyle iets op te bouwen en het is ook nog geprobeerd op de solo-toer, maar de muziek was te gadateerd om nog aan te spreken. Dezer dagen maken we een "re vival" mee van The Everly Brothers. Niet dankzij Don en Phxl maar meer door de pla tenmaatschappijen, die met heruitgaven de tieners uit de jaren vijftig en zestig probe ren te verlokken. En klaarblijkelijk met succes. Temidden van al deze oudere hits is er ook een plaat op de markt verschenen, die meer aandacht verdient. De plaat bevat veertien nummers, die door de Everly Brothers in het begin van de jaren zestig werden opgenomen, maar nooit werden uitgegeven. Ze werden onlangs uit de (stof fige?) archieven van Warner Brothers opgevist en met goedkeuring van de uitvoer enden alsnog op een elpee ge zet. Vooral voor de fans van de Everly's en voor de verza melaars van bijzondere pla ten is het interessant om te horen, wat op deze nummers werd uitgeprobeerd. De broertjes zochten naar een nieuwe stijl en lieten daar voor weinig onbeproefd. Ze ker toen hun ster zo langza merhand wat begon te dalen. Zo kunnen we bijvoorbeeld Don en Phil frans horen zin gen in een nummer als Gran Mamou. Ter afwisseling staan op de elpee composities die nog echt het oude vertrouwde Everly-geluid laten horen. Bijvoorbeeld "Nancy's Mi nuet", dat erg veel weg heeft van hun succesnummer "Cathy's clown", dat ook nog door The Blue Diamonds op de plaat werd gezet. Of "I can't say goodbye to you", dat helemaal de "Problems- sfeer" ademt. Een opmer kelijke plaat in velerlei op zichten. B.v.L. Heddy Lester: verdienstelijke zang. Heddy Lester - "Deel van m'n bestaan" - Ariola Vrijwel niemand had in Neder land van Heddy Lester ge hoord, totdat ze plotseling werd uitverkoren om ons land met het liedje "De Mal lemolen" te vertegenwoordi gen op het Eurovisie-song festival. Het werd geen bijster groot succes, maar dat lag zeker niet aan de stem van Heddy Lester. Ze beschikt over een heldere en melodieuze zang stem en wie haar enkele maanden geleden heeft zien optreden ten bate van de af- asie-patienten in de Leidse Pieterskerk kan weten dat ze in elk geval geen "mic rofoonslavin" is, maar zich ook zonder allerlei technische hulpmiddelen best staande weet te houden. "Deel van m'n bestaan" is haar eerste elpee, die de stilte ver breekt tussen haar songfesti val-optreden en haar optre dens in de shows van Ramses Shaffv. De plaat bevat een twaalftal Nederlandstalige luisterliedjes, die kwalitatief alleszins aanvaardbaar zijn. De hoes van Heddy's eerste el pee bevat een aanbeveling van Ramses Shaffy die als volgt luidt: Heddy heeft een stem, de ziel en het geloof om al jouw deuren open te maken en de hare open te laten staan oor jou". Ik houd heter maar op, dat het gewoon een aar dige plaat is, waarop Heddy verdienstelijk zingt en waarop haar broer Frank Af- folter te horen is op de piano in verschillende nummers. B.v.L. Neil Diamond: "I'm glad you're here with me tonight"(CBS) Het is alweer ruim een jaar ge leden, dat de laatste studio elpee van zanger-miljonair Neil Diamond verscheen. Na "Beautiful Noise" met hits als "Lady Oh", "Stargazer" en de titelsong van de elpee is in ons land alleen de live-dubbelaar "Love at the Greek" uitge bracht. Dezer dagen ver scheen er een nieuwe elpee getiteld: Tm glad you're here with me tonight". Het is een langspeler, die ver gelijkbaar is met zijn voor ganger "Beautiful Noise" en de beste elpee die Neil Diamond ooit gemaakt heeft, namelijk "Serenade".Ook ditmaal is Neil Diamond er weer in twee gedaanten. Op kant één als de jongen met de mooie stem die rustige ro mantische ballads zingt. Op kant twee is er het meer ru were werk, met uitzondering van een nummer als "You doh't bring me flowers". Een rauwere stem, muziek waarbij het ritme nog meer op de voorgrond treedt. Wat beide kanten gemeen hebben is de uitzonderlijk goede mu zikale begeleiding. Behalve de eigen band van Neil Diamond die uit tien man be staat is er een groot orkest met een bezetting van een kleine tachtig man onder lei ding van Alen Lindgren die in Neils band de piano en de synthesizer bespeelt. Uitzon derlijk knappe arrangemen ten, met een grote inbreng van de strijkersgroep van het orkest. Neil Diamond begint zijn nieuwe elpee met een eigen vertolking van het nummer "God only knows", dat eens door The Beach Boys werd gecomponeerd en tot "ever green" werd gezongen. Ver der staat op de achterkant ei gen composities van Neil, zoals "Let me take you in my arms again" en "Once in a while". "Let the little boy sing", een compositie van Neil Diamond samen met de producer van de plaat Bob Gaudio bevat een gave mondharmonica-act van Tommy Morgan. De B-kant begint uiterst rustig met de harp van Gayle Le vant, maar al snel komt de band in het geweer en gooit Neil Diamond er steeds meer decibellen tegenaan. Bij voorbeeld in een eigen com positie als "Desiree" en "As if'. Samengevat een uitste kende elpee en voor de fans van Neil Dianond een "must". B.v.L. Franz Schubert: Symfonie no. 9 in C-groot. D. 944, door het Chicago Symphony Or chestra o.l.v. Carlo Maria Giulini (DGG). Giulini brengt met zijn interp retatie van de Negende (of „Grote") van Schubert*"hele' frisse accenten aan in de par tituur. Het veel gespeelde werk biedt er dan ook vele mogelijkheden toe. Het is ge varieerd van stemming; soms uitbundig, vol levenslust, waar geen einde aan lijkt te •komen, en dan ineens weer heel verstild. Daarmee vangt de symfonie alshetware aan, die solohoorn lijkt al van jen- seits. Sommige muziekhis torici met een zwak voor psy chologie hebben in dat begin een bode van Schuberts voorvoelde naderend einde willen beluisteren. Het lijkt me wat ver gezocht, hier is veel meer een modale roman ticus aan het woord. Giulini zet er met een en thousiast Chicago Symphony Orkest de vaart in. Het klatert allemaal. Het is heel helder. Bezield en overmoedig; neem zo'n ontlading, ritmisch en lakoniek, van de tutti in het laatste deel, het Allegro Vi- De virtuositeit van Giulini speelt soms misschien iets te veel door in de behandeling van de versieringen, waarmee de late Schubert moeiteloos de partituur verfraaide. Daardoor raak je wel een even op drift bij het volgen van de thematische hoofdlijn. Dat geldt met name in het eerste allegro. Maar dat kan ook best het gevolg zijn van gecon ditioneerd luisteren naar an dere, meer pathetische in terpretaties van dit gave werk. De nieuwsgierige, kritische Schubertliefhebber moet deze nieuwe DGG-opname zeker gaan beluisteren. Waar schijnlijk koopt hij hem daarna meteen. H.M. Brotherhood of man: "Images" (Pye) Engeland heeft op het ogenblik twee zanggroepen, die in Europa furore maken. Dat zijn de "Guys and Dolls" en "Brotherhood of man". Guys and Dolls was aanvankelijk een zestal maar twee haakten er af. Brotherhood of man be staat al lang in de huidige sa menstelling (twee mannen, twee vrouwen). Hun grote bekendheid hebben ze te danken aan het feit dat hun "Save your kisses for me" op de eerste plaats eindigde van het Eurovisie- songestival. Daarna hebben ze nog een aantal hits ge maakt als "Oh Boy", "An- gelo" en zeer recentelijk "Highwayman", die inmid dels alweer de hitladder af daalt. De liedjes zijn over het alge meen simpel van opzet en worden fris van de lever weg- gezongen. Geen muzikale hoogstandjes, maar gewoon plezierige luistermuziek. Alle nummers op hun nieuwe el pee "Images" zijn gemaakt door het drietal Martin Lee, Lee Sheridan en Tony Hiller. Sommige composities dragen duidelijk de sporen van an dere populaire groepen van dit ogenblik. Zo heeft de titel song „Images" duidelijk iets mee gekregen van de Zweedse groep Abba, al is het niet zo'n platte naaperij als de Nederlandse groep Cham pagne deed. „Safety first" en „You can say that again" dra gen sporen van de recente Boney M-successen. Maar gelukkig is er ook een duide lijke eigen inbreng. Zoals met „Superstars" dat een goede follow-up lijkt voor, „High wayman." De sterkste num mers staan aan het eind van de plaat. Dat zijn „Tonight's the night" en "The night of my life". B.v.L. Eric Clapton: "Slowhand" (Polydor) Vroeger, toen hij nog bij de Yardbirds zat en als een razende over zijn gitaar fietste, daarbij constant snaren brekend, luidde zijn bijnaam "Slowhand". Ontleend aan het langzame handgeklap waarmee het adorerende publiek de tijd vulde dat er nieuwe snaren moesten worden opgezet. Maar dat was vroeger. Eric "Slowhand" Clapton heeft veel van zijn jonge agressiviteit verloren. Veel? Wat heet. Met zijn huidige ma nier van spelen kan hij makkelijk z'n verdere leven met nog slechts één set snaren toe. De periode van ontheiliging is duidelijk ingetreden voor de man die ooit werd nageroepen: "Clapton is God". Clapton is nu weinig meer dan een figuur die nog slechts fantasieloze, matte ouwe- mannetjes-muziek aflevert. De allernieuwste elpee heet dus "Slowhand". Vergeleken bij de door mij zeer gewaarde "EC was here" live-elpee van Clapton (nog maar twee jaar oud!) een gênant voorbeeld van aftakeling. Weinig origi nele nummers, derhalve ook zó slap gebracht dat je de neiging krijgt tot wederom langzaam handgeklap. Maar nu niet uit waarde ring, doch uit pure verveling. HdK 1. Ozark Mountain Daredevils: „Don't look down" 2. Kenny Rogers: „Daytime Friends" 3. Levon Helm: „Levon Helm" 4. Kansas: „Point of know Re turn" 5. Ross Royce: „In full Bloom" 6. Boom Town Rats: „Boom Town Rats" 7. Ramones: „Rocket to Rus- 8. Dr. Feelgood: „Be seeing you" 9. Chris Spedding: „Hurt" 10. Boz Scaggs: „Down two then left" 11. Automatic Man: „Visitors" 12. Alessi Bros.: „All for a 13. Jess Roden Band: „The Player not the Game" 14. Norton Buffalo: „Loving in the valley etc" 15. Ian Hammer Group: „Me lodies" 16. Two Seven Clash: „Cul ture" Medewerkers: Bart Jungman Henk de Kat Bram van Leeuwen Han Mulder Erik Tagg - "Rendez-vous" (Basart) Toen Erik Tagg negentien jaar was besloot hij zijn vaderland (Amerika) voorlopig vaarwel te zeggen om door Europa te gaan trekken. Een reis die al spoedig eindigde in Am sterdam omdat hij zijn pas poort kwijtraakte. Om wat geld te verdienen meldde de pianospelende Amerikaan zich aan voor wat sessie-werk. Hij raakte in con tact met Hans Vermeulen en daaruit groeide een vrucht bare vriendschap. Tagg maakte in samenwerking met Vermeulen en zijn Rainbow Train-groep een elpee die in Nederland best aansloeg. Rustige melodieuze pop, waar zelfs Willem Duys in zijn kneuterige radioprogramma op zondagochtend aandacht aan besteedde. Nu is er een tweede elpee van Tagg verschenen. Een door Hans Vermeulen in Dallas geproduceerd werkstuk met uiterst prettige luister muziek. Het houdt een beetje het midden tussen Stevie Wonder, Hans Vermeulen en Gino Vannelli. Een mélange die weinig diepgravende maar wel vakkundig ge maakte nummers oplevert. Vooral de eerste kant kan me zeer bekoren. Het titel nummer "Rendez-vous" en Lover with stature" zijn voorbeelden hoe easy-liste ning niet vervelend hoeft te zijn. B.J. Erik Tagg: casy-listening die niet vervelend ADVERTENTIE

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1977 | | pagina 9