Van mooi kan ik niet leven" H22SH5SH§ Juridisch gevecht om bovenwoning Goede kans op nieuw links programcollege Dertig jaar theater miniatuur Raad van State moet beslissen over aanvraag woonvergunning LEIDEN - Vlak na de oorlog had je overal in Nederland, dus ook in Zoeterwoude waar ik vandaan kom, mensen die een thuisfront vormden voor jongens die in In- dië de Jappen moesten verjagen. Je nam plaatjes op, zo van: "Dag Jan, hier is je moeder, hoe gaat het ermee? Met ons gaat alles goed. Nou jongen, hier komt je vader." Maar daar was natuurlijk geld voor nodig. Wij waren in die tijd wat in het jongerenwerk be zig en kwamen op het idee om een cabaretgroepje op te richten. De opbrengsten waren voor het thuisfront. Met een groep van twaalf tot twintig mensen gingen we de regio af met een soort va riété-programma. Maar je weet precies hoe dat gaat met dat soort groepjes, ze worden steeds mage rder, die gaat trouwen en die houdt ermee op. Op een gegeven moment dacht ik: weet je wat, ik ga poppen maken, die lopen niet weg." Sinds dat idee werd gerealiseerd, dertig jaar geleden, is Piet On derwater poppenspeler, en staat zijn vrouw hem daarin bij. Toen ze vijfentwintig jaar terug met hem trouwde, ondervonden ze vooral van haar moeder nogal wat tegenstand. Die had het nooit zien zitten, want poppenspeler was toch geen beroep waar je ooit je brood mee zou kunnen verdie nen! Nou, ze hebben altijd nog brood op de plank gehad, al wa ren er wel diverse fiasco's, zoals Onderwater het noemt. Die keren dat hij concessies moest doen aan de commercie, want: "Van mooi kan ik niet leven", zegt ie. Hij begon met levensgrote poppen, helemaal aan eigen brein ont sproten. Ze waren zo'n an derhalve meter hoog en moesten met een soort wagentje op wieletjes, waarop de speler zaten worden voortbewogen. Ze wer den mechanisch bediend met toetsjes, door middel van binnen- en buitenkabels. Het was een vondst, hoewel een jaar of tien la ter zag Onderwater op een ten toonstelling een Pools pop pentheatertje uit achttien- honderdzoveel van precies de zelfde opzet. Maar in ons land was zoiets nog nooit gezien, dus had het een succes kunnen worden. Dat werd het niet De problemen waren legio. Alle reerst het vervoer van de poppen, dat moesten ze laten doen en kostte dus handen vol geld. Daar kwam bij dat optredens vaak maar weinig op leverden, het was meer liefdadigheid dan iets an ders. De zaaltjes waarin werd op getreden waren vaak te klein voor het materiaal waarmee ge speeld werd. Een optreden in 1952 voor achtduizend man in de veemarkthallen in Den Bosch, ter gelegenheid van D.Day van de Bond zonder naam, was een uit zondering. Evenals de beloning, 150 plus vervoerskosten. Er wa ren enkele optredens voor tv, maar de aanbiedingen uit het land die ze daarna verwachtten bleven uit. Hoewel ze nog ama teurs waren, Onderwater werkte zelfbij V&D, kon het niet uit. En dus werden de poppen in de kast Door Marga Wuis gezet en ging Onderwater zich met zijn vrouw toeleggen op wat handzamer materiaal, handpop pen, Jan Klaasen en Katrijn. Daarnaast experimenteerde hij wat met marionetten. In de tijd toen de Berlijnse muur werd opgetrokken kreeg hij bij voorbeeld het lumineuze idee een musical te maken. Brigitte Bar dot werd door Chroetsjev ge schaakt bij die muur. De hele we reld stond in brand, alle belang rijke politieke figuren van dat moment verzamelden zich bij de muur. Adenauer, Kennedy, Soekarmo, De Gaulle, noem maar op. Hij maakte alle poppen en zocht er muziek bij, volledig bestaand uit Nederlands rper- toire, eindigend met: en datteme toffe jongens zijn dat willen we weten (allemaal), daarom komen wij .straks (Croetsjev met zijn kop over de muur). Onderwater; "Het zat fantastisch in elkaar, er was geen speld tussen te krijgen. Maar wat kreeg je dan, zat zo'n zaal vol met boeren die uit volle borst begonnen mee te zingen. D'r was geen houwen aan, liepen ze met hun gebrul twee refreinen achter. We hebben wat staan vloeken daarboven, mijn vrouw en ik." Hij voert al vertellend de musical zelf op, zingt de refreinen. Je merkt dat hij echt heeft staan vloeken toen. Maar de jaren zijn er overheen gegaan, en ook dat merk je. Als je vraagt was het niet erg om zoiets goeds op te moeten geven?, praat hij daar snel overheen. Het kon nou een maal niet anders, want com mercieel was het niet goed. Hy ging door met zijn poppenkast voor de kinderen en een mario nettenshow voor volwassenen. Een show met een aantal arties ten (marionetten) die hij als mens aan elkaar praat. "En dan komt die pianist op, hij tilt de slip van zijn jas zo op, en gaat zitten. Het is een klein mensje dat je ziet. Le vensecht, dat is mijn stijl nou eenmaal. Ik kan niet in een bor stel een egel zien of in een plu- meau een lakij. Ik kan het ge woon niet,'. Dat laatste zegt hij met veel nadruk. Hetzelfde geldt voor zijn pop penkast. Het is en blijft Jan Klaassen en Katrijn. De oervorm van de poppenkast, al verzint hij er wel alle mogelijke verhalen omheen. "Zo werk ik nou een maal, je moet het me maar niet kwalijk nemen. Op mijn leeftijd kun je dat niet meer veranderen. "Laat me nou maar". Behalve voor kinderen speelt hij graag voor bejaarden. "Als je be gint hebben ze het idee: zie je wel, als je oud bent wordt je kinds. Nou moeten we ook al naar de poppenkast kijken. Maar terwijl je bezig bent zie je die gezichten opklaren. En als het afgelopen is komen ze naar je toe en bedanken je. Dan hebben ze ontzettend ge noten." Ik ga door tot ik niet meer kan. Het is toch geweldig als je al die glun derende kindergezichtjes ziet en dat zo'n oud mensje naar je toe komt en zegt bedankt hoor me neer Onderwater, wat hebben we genoten. De voldoening is het belangrijkst, ja. En dat is bijna hetzelfde als commercieel zijn.". Autoslopers moeten weg LEIDEN - De autoslopers, die op het ogenblik een terrein aan de Wassenaarseweg in gebruik heb ben voor hun activiteiten, heb ben van de gemeente een aanzeg ging gekregen om vöör 15 de cember van dit jaar het terrein te verlaten. Een van de slopers, de heer Boutier heeft tegen die aan schrijving een bezwaarschrift in gediend via zijn advocaat. In een brief van de raadsman aan de Leidse raad schrijft hij dat wet houder Van Aken (Economische Zaken) bij het ter beschikking van het terrein destijds heeft ge zegd, dat hij voor een ander ter rein zou zorgdragen. De autoslo pers zouden op hun beurt uit kijken naar een geschikt terrein. Volgens een van de slopers is de noodzaak om van het terrein te verdwijnen nog niet aanwezig, omdat er nog geen sprake is van het bouwrijpmaken van het ter rein. Volgens de raadsman wordt de autosloper door het stellen van een termijn in ernstige moeilijk heden gebracht. Hij dringt er dan ook op aan de termijn te verlen gen of een ander terrein ter be- schikkimg te stellen. woningfinanciering TOPHYPOTHEEK 1E HYPOTHEEK 2E HYPOTHEEK OVERBRUGGING Assurantie- en hypotheekadviseurs i lid NVA Leiden Hoge Rijndijk 264 Tel.: 071-134052 Nieuwe PvdA-voorzitter Leendert Jonker volgens hem 'nu nog in de kinderschoenen'.Via werk- gropen binnen de afdeling wil Jonker deze zaken naar de fractie toe meer aandacht ge ven. "Dat men beter weet wat er bij de achterban leeft", be nadrukt hij. De nieuwe afde lingsvoorzitter wil zich verder sterk maken voor een beter contact met de buurgemeen ten. Jonker wil toe naar een geregeld overleg op partij-ni veau met de gemeenten Leiderdorp, Voorschoten en Oegstgeest, waar de PvdA ook wethouders heeft. De minder prettige verhouding met die buurtgemeenten dient vol gens hem snel verbeterd te worden. Kees van der Malen LEIDEN - Hij is het toonbeeld van een rustig type, formuleert zakelijk, weloverwogen en zonder ophef; bedachtzaamheid heeft bij hem de overhand. "Je moet", zegt Leendert Jonker,"in de politiek koelbloedig kunnen reageren, je niet laten verleiden tot emotio nele uitspraken". Die koelbloedigheid gaat Jonker de komende tijd aanwenden als 'roerganger' van de PvdA in Leiden. Vrijdag volgde hij René Eikerbout op en kreeg van de afdeling een nadrukkelijk pleitbezorger van de zakelijke aanpak: "Ik vind datje onnodige politieke discussie moet vermijden en zaken zo zakelijk mogelijk moet aanpakken". Jonker (31) is geen vreemde eend in de politieke vijver. Hij was eerder enkele jaren raadslid in Leiden en ook enige tijd actief als statenlid in Zuid-Holland. Hij liet zich voor het voorzitterschap strikken door zijn voorganger. Hoewel hij andere plannen had, liet Jonker zich overha len: "Als je zo'n tien jaar in een partij meedraait,krijg je een stuk verantwoordelijkheids gevoel", verklaart hij het. Jonker neemt de' voorzit tershamer op een belangrijk moment over. Het oude be stuur viel min of meer uiteen door een toenemend verschil in politieke opstellimg, een richtingenstrijd in mini-vorm en tussen bestuur en raadsfac- tie ontwikkelde zich de laatste tijd een toenemende afstand. Zelf ontkent Jomker dat er echt sprake is van tegenstel lingen. De controverses in het oude bestuur dicht hij toe aan persoonlijke tegenstellingen en de harde kritiek van de fractie op het bestuur-fractie- voorzitter Leo Meijer verweet het gebrek aan politiek pro fiel' - noemt hij 'van tijdelijke en niet essentiële aard'. Ondanks deze visie zeget de nieuwe afdelingsvoorzitter "Ik hoop in staat te zijn de te genstellingen binnen de kort ste keren te overbruggen. Daar ga ik hard aan werken". Aan het nieuwe bestuur zal het volgens hem niet liggen. De nieuwe ploeg kenschetst hij als 'een harmonieuze club van mensen, die op een open manier met elkaar willen sa menwerken'. Als nieuwe afdelingsvoorzit ter neemt Leendert Jonker ook in ander opzicht op een belangrijk moment de voorzit tershamer over. De partij staat aan de vooravond van de be slissende onderhandelingen met D'66 en de PPR over voortzetting van de linkse sa menwerking en binnen de af deling treft men voorberei dingen voor de opstelling van de eigen kandidatenlijst. Jonker geeft de totstandko ming van een nieuwe samen werking met D'66 en PPR 'een goede kans'. Zelf is hij na drukkelijk een voorstander van die samenwerking. Als gewoon afdelingslid pleitte hij binnen de eigen oartij suc cesvol voor voortzetting van de coalitie. De PvdA-voorzitter vindt wel dat die samenwerking een an dere vorm moet krijgen, meer gericht op het programma en de politieke wil en minder op de procedures: "We hebben van de eerste keer geleerd, we weten nu procedures: We je wel en wat je niet moet rege len. Het politiek program en de politieke wil van de part ners zijn veel belangrijker dan de procedures. Als een club niet meer wil, helpen proce dures verder ook niet meer". Jonker is behoedzaam met het doen van voorspellingen over de kansen van een nieuw links programcollege. De krappe meerderheid van mu zal vol Leendert Jonker: "Zo zakelijk mogelijk" gens hem een grotere meer derheid moeten worden: "Ik hoop dat het lukt, op basis van de kamerverkiezingen zal het zeker gaan, maar sindsdien is er zoveel gebeurd", stelt hij vast. Over de kandidaatstelling voor de nieuwe raadsperiode is Jonker zo zo mogelijk nog behoedzamer. Op vragen of het bestuur alle zittende raadsleden opnieuw kan didaat zal stellen, zegt hij: "Als je iemand niet meer kandidaat wil stellen, moet je wel goeie argumenten hebben, dan moet het oordeel over die per soon wel erg negatief zijn". Gevraagd naar de positie van wethouder Van Aken rond wie zich de laatste tijd een steeds sterkere kritiek openbaart, geeft Jonker te kennen: "Als PvdA hoeven wij ons niets aan te trekken over het politieke oordeel van an dere partijen. Hoe de partij en hij als afdelingsvoorzitter de wethouder beoordeelt, wil hij niet ingaan. Jonker geeft wel nadruk kelijke opvattingen over de zaken die een nieuw links programcollege beter moet aanpakken. Hij vindt dat vooral het economisch en het verkeersbeleid nu te weinig uit de verf zijn gekomen. "Er is op deze terreinen te weinig beleid gevoerd", is zijn kritiek. Voor het economisch beleid ziet hij 'meer mogelijkheden' en het verkeersbeleid staat LEIDEN - De raad van State heeft zich te buigen over een gecom pliceerd huisvestingsprobleem in Leiden. Inzet is de vraag of de 31-jarige bioloog G. de Jonge de woning Morsweg 79 mag bewo nen en zijn 64-jarige moeder de bovenwoning Morsweg 79a, dan wel het omgekeerde. Een vraagstuk, waarover zich al een aardig dossier heeft gevormd. De Jonge heeft zich tot de Raad van State gewend, omdat het ge meentelijk Bureau Huisvesting hem voor de bovenwoning geen woonvergunning wil geven, in welk standpunt het bureau wordt gesteund door de huisves tingscommissie en B. en W. In tussen heeft De Jonge's moeder zich ontpopt tot wat wellicht de oudste kraakster van Leiden is, zij het dat de ingebruikneming van de woning niet tegen de zin van de eigenaar, i.e. haar zoon is geschied. Op dit moment be woont zij de bovenwoning en De Jonge zelf de benedenwoning. Laten we de zaak chronologisch op een rij zetten. Mevrouw De Jonge en haar zoon woonden vroeger op een 3-kamerflat aan de Hoflaan. Aan het begin van dit jaar werd de dubbele woning Morsweg 79/79a te koop aangeboden. De woning werd op dat moment be woond door een Marokkaans ge zin. De Marokkaanse huisvader was eigenaar van het huis. Zijn gezin had een woonvergunning voor de benedenwoning, maar woonde in feite in de bovenwo ning, die groter is. De Jonge be woonde op dat moment met zijn moeder een 3-kamerflat van wo ningbouwvereniging De Eensge zindheid aan de Hoflaan. Het Ma rokkaanse gezin aan de Morsweg had eerst wel beneden gewoond, toen de bovenwoning nog aan derden verhuurd was. Op het moment dat deze ruimte vrij kwam, vertrok het gezin naar bo ven, zonder de daarvoor beno digde woonvergunning aan te vragen, waarschijnlijk omdat het niet van deze voorwaarde op de hoogte was. Koop en ruil De Jonge kocht in februari het huis aan de Morsweg van het Marok kaanse gezin, met de bedoeling om zelf in de benedenwoning (twee kamers) te gaan wonen, terwijl zijn moeder in de boven woning (drie kamers met een zol der) zou gaan wonen of omge keerd. In feite was er sprake van zowel een koopovereenkomst als ruilovereenkomst, want het Ma rokkaanse gezin ging wonen in de flat aan de Hoflaan, die eerst door De Jonge en zijn moeder werd bewoond. De Marokkaanse familie mocht wel van Bureau Huisvesting en de woningbouw vereniging aan de Hoflaan gaan wonen, maar De Jonge of zijn moeder als alleenstaande niet in de bovenwoning aan de Mor sweg. Daar draait het conflict om, waarbij Bureau Huisvesting zich grondt op de uit 1975 daterende en door de gemeenteraad vast gestelde woonruimteverorde ning. In de woonruimteverorde ning zijn de zg. bezettingsnormen opgenomen. Deze geven aan hoe groot een gezin moet zijn om een woning van een bepaalde grootte te mogen betrekken. De bovenwoning aan de Morsweg wordt als een vierkamerwoning beschouwd. Volgens de bezet tingsnormen moet er dan mini maal een echtpaar worden ge huisvest, althans volgens de be zettingsnormen, die voor huurwoningen gelden. Voor koopwoningen tot 100.000 gul den gelden de bezettirigsnormen in het algemeen niet. Met één uit zondering: als het om koopwo ningen gaat, die laatstelijk ver huurd waren. De regeling zegt daarover "dat de grootte van het gezin". In de praktijk blijkt dat hiermee zo ongeveer de bezet tingsnormen worden bedoeld, die voor huurwoningen gelden. De vraag is nu: is de bovenwoning aan de Morsweg een zg. ex- huurwoning of niet? De Jonge vindt van niet, omdat de eige naar, de Marokkaan met zijn ge zin, de woning bewoonde voor dat deze verkocht werd. Bureau Huisvesting meent dat het wel om een ex-huurwoning gaat, om dat de bewoning door de Marok kaanse familie zonder woonver gunning, dus niet-legaal ge schiedde en omdat de woning eerder wel aan derden verhuurd was. Wordt de bovenwoning als ex-huurwoning beschouwd, dan gelden er bezettingsnormen, in het andere geval gaat deze regel niet op. Op papier Nu heeft de Marokkaanse eigenaar op een goed moment wel een woonvergunning voor de bo venwoning aangevraagd. Op een moment overigens dat er van een ruil al sprake was. Het Bureau Huisvesting weigerde de Marok kaanse familie een woonvergun ning te geven. In een brief aan makelaarskantoor Eigen Haard werd als motief gegeven, "dat de opschuiving slechts op papier plaatsvindt, terwijl de woning bovendien niet passend (te groot) wordt geacht voor het echtpaar conform de thans geldende richtlijnen". Dat laatste ar gument was onjuist, het Marok kaanse gezin (echtpaar, één kind en een tweede op komst) voldeed in ieder geval aan de bezet tingsnormen die voor de boven woning gesteld konden worden. Directeur Dekker erkent dat de formulering in de brief, die in ap ril geschreven is, niet juist was. "We hadden bedoeld te schrijven: het is een nep-op- schuiving en de woning wordt te groot geacht voor De Jonge". Zou Bureau Huisvesting niet gewe ten hebben van de ruil die de Ma rokkaanse familie en De Jonge voor ogen hadden, dan zou de woonvergunning wel gegeven zijn. "Maar dan hadden we geëist dat de benedenwoning verhuurd zou worden", zegt Dekker. "Nu wilden we voorkomen dat in feite twee woningen tegen één geruild zouden worden. Dat zou bete kend hebben dat we de bezet tingsnormen voor de bovenwo ning zouden moeten opgeven". Intussen vraagt De Jonge zich af, waarom zoveel ambtelijke ener gie in deze zaak wordt gestoken. Aan de Raad van State heeft hij geschreven: "Voor het geval u nog steeds twijfelt, verzoek ik u in overweging te nemen dat ik na afwijzing van mijn verzoek nog kan vragen of ik met mijn moeder samen de bovenwoning mag be wonen, dit zal vast wel mogen en daarna kunnen-we nog eens op nieuw de strijd starten door te vragen of mijn moeder als ze over enige maanden 65 jaar is gewor den beneden mag wbnen, en als dit na een jaartje zeuren niet mag, dan kan ik vragen of ik beneden mag wonen". "Als tenslotte alles verboden is dan blijven we nog met het onopge lost probleem zitten dat mijn moeder de bovenwoning ge kraakt heeft. Als eigenaar ben ik de aangewezen persoon om haar er uit te laten zetten via een ge rechtelijke procedure. Als fami lielid heb ik evenwel nou een maal het verschoningsrecht (wat niet lil zeggen dat ik goedkeur dat mijn moeder mijn huis heeft ge kraakt)". Directeur Dekker van Bureau Huisvesting zegt dat het bureau in voorkomende gevallen wel de gelijk tot vordering van particu liere woningen overgaat, als deze niet of niet legaal bewoond wor den. "Alleen gebeurd het in de praktijk niet vaak, dat we het zo ver moeten laten komen. Meestal bereiken we tussentijds over eenstemming met de eigenaar" zegt hij. JOHN KROON Morsweg 79/79&- te groot voor moeder en zoon?

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1977 | | pagina 3