De beat-generatie is oud geworden... Oog in oog met Sir Alec Guinness „Alsofje hun ouders weer hoort praten ;iar ZATERDAG 3 DECEMBER 1977 EXTRA PAGINA 2 5 Het is opvallend, dat juist de leeftijdsgroep die in het verleden zo bewust de beat heeft meegemaakt, zich nu zo afzet tegen punk. Alsof je hun ouders weer hoort praten. „Muzikaal stelt het niets voor. Het is alleen maar herrie. Als ze nu iets presteerden. Maar waarom moeten ze er zo vies uitzien?" De punks beschouwen hen dan ook als verraders. Zoals bewegingen binnen een kunstvorm zo vaak het voorgaande verwerpen. De pop zoals we die de laatste tijd kennen is in hun ogen confectiepop geworden. Aangepaste muziek voor jonge huisgezinnen. Pa kan het zich niet meer veroorloven gek te doen. Moet nu aan z'n carrière denken en draait nog wel een modern plaatje als achtergrondmuziek, maar hij moet er wel bij kunnen blijven praten. Die confectiepop wordt dan ook nog steeds door dezelfde figuren gemaakt. Gevorderde dertigers, die naar muzikale perfectie streven. Die maanden in de studio bezig zijn en alle mogelijke technische foefjes en effecten verzinnen, maar waarbij elke aansluiting met het maatschappelijk gebeuren zoek is. Die ontwikkeling heeft nu toch weer een eigentijdse uiting gevonden. De muziek van de verveling. Punk. Een terugkeer naar de primitieve rock 'n roll. Eenvoudige muziek die weer vatbaar is voor de werkloze jongeren. Muziek voor het proletariaat. Met slechts primaire aanknopingspunten als seks, dansen en agressie. Zoals gezegd is punk niet echt nieuw. Het is rock 'n roll, zoals ook de beat dat was. Toch is het geen nep. Het is niet het zonodig-moeten-nadoen. Er zit duideüjk een behoefte achter van de wil tot onderscheiding van de „oud-geworden" beatgeneratie. Het onderscheiden van de tot establishment geworden ex-jongeren Het laten zien van: wij zijn jeugd en jullie zijn een oudere generatie. Dat verschil uit zich niet alleen in muziek, maar ook in haardracht, opvattingen, symbolen en taal. De punks hebben zelfs een eigen manier van dansen. Het is niet nieuw, maar wel anders De punk is veel lelijker, harder, gemener en agressiever. Het is niet alleen muziek, het is een levensvisie. Een houding die past bij de Londense achterbuurten, waar je als ongeschoold jongere of in de fabriek of in de bijstand terecht komt. Tenzij je een beroemd voetballer of popmusicus wordt. Maar net als de achterbuurtjongetjes in de beatperiode bij de gevestigde platenmaatschappijen geen poot aan de grond kregen, omdat het monopolie in handen van de al even gevestigde artiesten was, zo kregen ook nu de punks de deur voor de neus dichtgesmeten. Andermaal bewees de commercie geen oog te hebben voor een behoefte. Een behoefte, die zich sterker dan voorheen uit in een vorm van maatschappij-haat, commercie-haat en orde-haat. Een vorm, die erop is gericht te shockeren. De enige manier om mensen in beweging te krijgen. En daarom is hun muziek alleen maar hard en snel en brengen ze zeer directe, niets verhullende schunnige teksten. „Schunnig?" vraagt Johnny Rotten van de Sex Pistols. „Hoezo schunnig. Ik spreek alleen maar Engels? Waarom is dit schunnig.?" Het is dan ook de dagelijkse taal van de werkloze achterbuurtjeugd. Een agressieve jeugd zonder enig uitzicht op de toekomst. De lotsverbondenheid komt weer tot uitdrukking door dezelfde soort kleding te dragen. In dit geval gescheurde. Om de nek dragen ze hondenriemen of kettingen en verder nog een fraaie veiligheidsspeld door de neus, wang of oor, de nodige beschilderingen op het gelaat, kortgeknipt, vet opgekamd haar: we hebben een „nieuw" type jongeren. Omdat de platenmaatschappijen geen belangstelling voor de punk hadden, gingen de groepen zelfs aan de slag onder kleine of zelf opgerichte labels. Dat het slecht klonk maakte niet uit, als het maar snel en hard was. Omdat de popbladen punk'negeerden, werden eigen gestencilde punkblaadjes uitgegeven. Het was te verwachten en als de punk straks weer voorbij is, kunnen we over een x-aantal jaren weer een soortgelijk iets Door Coos Versteeg verwachten. Dat is de ijzeren wet van de rock 'n roll. Want dat het straks weer afloopt met de punk staat als een paal boven water. Eigenlijk is het proces al begonnen. De commercie heeft inmiddels ingezien, dat er zelfs aan deze „herrie" geld te verdienen valt En alsnog worden punkgroepen in het pakket opgenomen. Zoals gebruikelijk gaat die commercie proberen de boel een beetje bij te slijpen. De ruwe kantjes weg te halen om het daarmee voor een groter publiek aantrekkelijk te maken. In Amerika geschiedt dat nog veel sneller. Daar is de punk ondergebracht in de aanduiding new wave, wat al iets beter klinkt. Maar eigenlijk is new wave een veel ruimer begrip. Een voortzetting van Andy Warhol's Velvet Underground, die niet aan het eind van de jaren zestig insliep, maar op een meer intelligente maniör de groepsverbondenheid wakker wilde houden. Of moet het zijn: opnieuw wakker wilde schudden? Belangrijke naam hierin is Lou fteed, wiens invloeden je in de new wave (bijvoorbeeld bij Mink Deville) sterk proeft. Groepen als Television en Ramones worden ook tot de new wave gerekend, maar voor de Engelsen is dat gewoon punk. Een belangrijk verschil tussen die Amerikaanse punk en de Engelse punk is, dat het in New York meer een snobistische verveling is, terwijl het in Engelartd toch sterk tegen de sociale achtergrond dient te worden geplaatst. Het punk-gebeuren in Nederland heeft helemaal een ander karakter Weliswaar merk je ook hier de gevolgen van de jeugdwerkloosheid met de dag meer. Denk maar even aan de agressie bij voetbalwedstrijden, in Engeland al jaren een bekend verschijnsel. Maar toch is de punk in Nederland nog meer uitsluitend mode. Dat blijkt wel uit de in punk-outfit uitgeruste jongeren, die naar een concert van de Runaways gaan. In feite een pure glitter-meisjesgroep, die niets met punk te maken heeft Terwijl belangrijke echte punkgroepen, die nog niet zo door Johnny Rotten rechts vooraafi op deze foto alleen maar Engels de "Sex Pistols"): "Schunnig? Hoezo schunnig? Ik spreek de commercie zijn ontdekt en gepushed het met halfvolle zalen moeten doen, zoals vorige week nog de Heartbreakers. Nee, het heeft hier meer het karakter van aapje-kijken en dan nog voornamelijk in Amsterdam (Paradiso) en Rotterdam (Eksit en De Lantaarn). Aan Den Haag gaat het hele punk-gebeuren voorbij, omdat het daar ontbreekt aan middelgrote zalen. En dat is een belangrijke voorwaarde voor punk-concerten. Het zou belachelijk zijn om een groep als de Sex Pistols in het Congresgebouw te zetten. Tegen de tijd dat het zover komt is het einde in zicht. In Engeland beleven die kleine concertzaaltjes uit de beatperiode ook weer een enorme opleving. De groepen spelen bijna avond aan avond voor lage gages. De honorering is ook (nog) niet belangrijk voor de punk-groepen. De hoofdzaak is dat ze optreden. Vorige week bracht de Vara een reportage over punk in Londen op de buis. De presentator had het weliswaar over „pank", maar in elk geval kwamen zeer brutale jongens aan het woord, die verklaarden muziek te maken, omdat ze het lekker vonden en datje hen later niet in een villa in Zuid-Frankrijk zou aantreffen, zoals de gevestigde popmusici, die zich door de commercie hebben laten inpakken. We zullen er maar een groot vraagteken bij zetten, want de eerste nepgroepjes, die dankzij de punk in de belangstelling kunnen komen hebben zich reeds aangediend. Maar op alle mogelijke manieren maakt de commercie zich meester van de in hun ogen „nieuwe rage". In diezelfde reportage kwam een mode-ontwerpster aan het woord, die nu exclusieve punkkleding ontwerpt. Keurig afgewerkte scheuren en gaten in de kleding. En wat te denken van de klemmende veiligheidsspeld, die je dus niet echt door je wang hoeft te prikken. Maar het lijkt net echt. Ariola heeft in Nederland nu een lp uitgegeven onder de titel „Geef voor new wave". Een verzameling van new wave en punkgroepen. Een commerciële grap, want de royalties komen ten goede aan ae new wave-groepen. Hoe bestaat het? Verder prachtige verhalen erbij hoe zielig al die new wave-groepen wel zijn enTiat je ze door deze lp te kopen kunt steunen. De plaat is best leuk en zal ook wel behoorlijk verkopen, maar het is een voorbeeld van de manier waarop reclamejongens de zaak aanpakken. Waar men nog niet zo goed raad weet met de punk is in Paradiso. Daar is het de laatste tijd vrijwel uitsluitend punk wat de klok slaat met het gevolg, dat de doorgaans vredige en rustige concerten plaats hebben gemaakt voor een met agressie geladen zaal. Bij een optreden van de Strangles kwam het voor de deur zelfs tot een enorme knokpartij, toen 400 bezoekers nog buiten stonden, en zich op last van de brandweer niet meer bij de 800, die al binnen waren, mochten aansluiten. Portiers worden doodnerveus en slaan mensen zonder pardon de trap af. Bij het optreden van de Runaways was de straat afgezet door de politie en werd een peloton mobiele eenheid al achter de hand gehouden. Het is weer net als vroeger. LONDEN - Het voor een overzichtelijk prijsje laten aanmeten van een kos tuum in de Engelse hoofdstad heeft zijn relatieve kanten. Je moet er zeker niet de prijs van het vliegticket bij tellen. De overzeese operatie bezit ech ter od dit moment ook nog andere be koringen. Oog in oog te treden met Sir Alec Guinness bijvoorbeeld. Hij is op het ogenblik elke avond behalve op zondag in het Queen's Theatre in het hartje van de Londense theaterwij k te vinden en speelt er een rol, die Alan Bennett speciaal voor hem schreef in zijn nieuwste stuk "The old country". Weliswaar wordt een van de meest on weerstaanbare Britse theatertalenten over een maand ook zichtbaar in de Amerikaanse succesfilm "Star wars", maar het gaat om een zogeheten ca- meo-rol net zoals hij in zijn voorlaatste film "Murder bij death" ook slechts beperkt zichtbaar was. Toen een blinde butler. En dat was alweer enkele jaren geleden. Zijn langdurige afwezigheid op het filmscherm wordt door iedere filmliefhebber ODrecht betreurd. In "Star wars" is Sir Alec als Ben Kenobi een soort aartsvader, het laatste restan- tje van onze wereld in een onwezenlijk schijnende toekomst. Als dit al niet zijn eerste Amerikaanse film is dan toch zeker zijn eerste in de science fiction. De ontmoeting via het toneel in "The old country" is de meest directe en ook de uitvoerigste. Daarbij moet het blijven persoonlijker kontakten weert de En gelse Knight nadrukkelijk af. De thea termensen, die ik erover polste, wisten het vrij naar Annie M. G. Schmidt "dan roepen alle Engelsen: oh, nono nono!" Ze weten het allemaal, sir Alec is een verlegen man. Die er niet van houdt zijn vak te analyseren. Zeker niet in interviews. Voorzover het wel zou lukken, stelden Engelse vrienden, was het goed om hem met "sir" aan te spreken. Daar is hij op gesteld, wisten ze met zekerheid. Misschien ook nog een kleine rever ence of een knieval? Dat was niet ze ker. Maar misschien waren zij het over Sir Alecs verlegenheid wel zo vastbesloten eens** dat het slachtoffer al jarenlang met open armen tevergeefs in zijn kleedkamer zat te wachten. Verlegen mensen zijn moeilijk in de om gang. Dat beaamde ook de man in smoking in de hal van het theater. In goed Nederlands, want hij had nog ze ven jaar bij de Snip en Snap-revue ge werkt. Tegen de persagente stelde ik later via de telefoon, dat ik minstens net zo verle gen was en dat het dus best een aardige conversatie in stilte zou kunnen wor den. Zij bleek bereid hem enkele van mijn vragen voor te leggen. En zij ver telde erbij dat Sir Alex er nu alweer over in zat hoe de interviews moesten worden afgewimpeld voor de nakende première van "Star wars" in Londen. De antwoorden bleken erop neer te ko men dat de "statements correct" waren en dat Guinness zich enkele vroegere dingen niet zo best meer herinnerde. Daar was de kous dan mee af. De inkeer van Sir Alec zal ook wel be werkstelligd hebben dat er in heel Londen geen biografie van hem voor handen is in de boekhandels, die er rijk gesorteerd zijn in allerhande levensbe schrijvingen van lieden, die heel wat minder hebben doorstaan dan deze zeer teruggetrokken Engelse En gelsman. Niet doen Al degenen, die sinds zijn geboorte met zijn opvoeding te maken hebben gehad rieden hem af acteur te worden. Daarom werd hij in het jaar van de grote crisis 1929 op 15-jarige leeftijd maar copywriter. Het zou interessant zijn te weten welke slagzinnen de man bedacht, die zich met een wit pak zo ingenieus tegen het grootkapitaal af zette. Het is hem nu ontschoten. Rond zijn twintigste kreeg hij niettemin een beurs, hield zich op een zolderka mertje in leven door alleen boterham men met jam te eten. Hfj klopte bijna dagelijks aan bij John Gielgud om een rol te mogen spelen maar een aanbod van zijn oudere broeder in de kunst om twintig pond te lenen sloeg hij gepi keerd af. De mooiste rol die Guinness ongetwij feld ooit speelde, heeft niemand kun nen zien. In de oorlog diende hij bij de Britse marine. Hij landde bij de invasie op het strand van Sicilië. Maar door een fout in de coördinatie was hij een half uur lang de enige Brit ter plaatse. Een hoge legerleider sprak hij later bestraf fend toe. "Dat zoiets in de Londense theaters wat punctualiteit betreft niet zou worden gepikt". Voor straf waarschijnlijk moest hij later hooi" overvaren naar de partisanen van Tito. Via de Adriatische Zee. Het lot was hem dus toen al genadig in het scheppen van de situaties, welke hij kon benaderen met de lakonieke un deracting, die hem later in zovele ko medies goed van pas is gekomen. Of het nu was als kapitein van de veer boot met een wufte vriendin op de ene oever en een degelijk huisvrouwtje op de andere of als een vernuftige hakker in een hele tak Britse aristocratie. Dan wel als de gekke woonbootschilder, die geen blanke muur onberoerd kon la ten. En niet te vergeten de linke profes sor, die met zijn gangsters door een oud dametje werd gevloerd. Dat betreft dan de komedies, waarmee hij een ferme hand had in een opval lend stuk glorie van de Britse film. Voeten Die luchtige rollen nam hij overigens niet luchthartig op. Er is van Guinness be kend dat hij wel eens een paar voetbal velden rondrende om het begrip "bui ten adem" realistisch te kunnen ver beelden. Om het bewegen van zijn fi guren precies te kunnen bestuderen, maakt hij er soms verre reizen. Om te zien hoe Japanners lopen bijvoor beeld. Met de nu overleden Jean Gabin heeft hij gemeen, dat een close-up van zijn voeten genoeg blijkt in zijn films om te weten met wie men te doen heeft. Dat ztin komische rollen zo sterk tot de verbeelding spraken en spreken is niet omdat zij alleen maar komisch zijn. Met de kennis van veel observatie bouwt hij die intuïtief op. De diepere achtergrond is onmiskenbaar. Guinness geeft zich altijd weer bloot als de slobberige rebel, die in een po ging tot lepe opstandigheid de ma chinerie van de dagelijkse banaliteit tracht te bevechten. In het dagelijks leven is hij daar ver moedelijk te bescheiden voor, maar in zijn tientallen maskerades en geïso leerd door film- of theaterlampen durft hij wel uit de anonimiteit naar voren te treden. Het kenmerk van non-conformisme, van altijd wat afwijkend te willen zijn van wat als normaal wordt beschouwd, is zeker ook terug te vinden in de serieuze rollen, die meer de overhand hebben gekregen. Van "Great expectations" tot "Doctor Zjivago" heeft hij in bijna geen David Lean-film ontbroken. Hoewel zijn filmwerk doorgaans meer gewaardeerd werd dan wat hij op het toneel deed, heeft het laatste sterk zijn voorkeur. Maar heel lange series be geert hij ook niet. Wie hem in een excellente rol aan het werk wil zien in "The old country" moet dan ook zeker niet te lang wach ten met naar het Queens Theatre te gaan. waar bijna dagelijks Neder landse toeschouwers te vinden zijn die zich aan zijn fantastische kunst tot weloverwogen detaillering komen In net spel van Bennett is hij een sterk ingeleefde ex-vertegenwoordiger van het Foreign Office die morsig op pan toffels wat zit te vitten op "het" ko ninkrijk. Met die grote verwondering op zijn gezicht, die de toeschouwer immer het de onrustige gedachte ver schaft dat er door Guinness een vreemd potje poker met hem wordt ge speeld. In het landelijke buitenhuisje spoelt de hele Britse cultuur over bewoners en bezoekers heen. Het eist dan ook wel iets van de toeschouwer om die aanval op een maatschappij vol stug beleden tradities in alle nuances te doorzien. Hoe een levensstijl wordt uitgebeend. Er lijkt niet zoveel te gebeuren om Hil lary heen, die enigszins uitgeblust on deruit zit tussen de stapels boeken en de muziek van Elgar. Hij schampert la- koniek, heel afentoe is hij plotseling op zijn qui-vive. Het is een heel merk waardig stuk eigenlijk, een thriller- comedy, die erom draait vanuit welke situatie de hoofdpersonen zich verde digen. Tot diep in het tweede en laatste bedrijf weet de auteur de lokatie en zelfs de tijd van handeling bekwaam te verdoezelen. Met het kennelijk oog merk dat de toeschouwer zich verper soonlijkt met Hilary, die dan niet vrij blijvend in Schotland blijkt te bivak keren, maar al vele jaren als verrader in Rusland vertoeft. Het door Clifford Williams efficient ge regisseerde spel ontleent zijn scherpe sophisticated humor aan het bezoek dat de verfrommelde tegendraadse BZ-man krijgt van een Brits paar. Na dat op voorspraak van C. M. Forester de vraag is gesteld of je niet beter je vaderland dan een vriend kan verra den, zegt de meest briljante Engelse ijzigheid door John Philips gespeelde tegenvoeter van Hilary dat hij na veer tien jaren best kan terugkeren. Langs zijn neus weg moedigt die dat aan met "ergens moet er in Engeland toch wel iemand zijn die van je houdt". Een prachtige bezetting over de gehele linie. Maar het is vooral een feest voor het oog en oor om te zien hoe Sir Alec Guinness middels zijn sceptische iro nie relativeert. Met een geheven vuist of een schouder soms alleen maar. Een slobberige rebel ver van huis, die in werkelijkheid zijn stek in Engeland niet graag verlaat.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1977 | | pagina 25