Rock verrijkt
Randy Newman
Wisselende jazz
Kees en Wim moeten
meer hun best doen
Wat is muziek en
waar is de grens
Eigen toets
ontbreekt in
de "zesde"
van Philip
NET UIT
DEBUSSY:
WUIVEND
AZUREN
GORDIJN
"Licht en
steile weg'
Tangerine Dream:
GRAMMOFOONPLATEN
ALTIJD VOORDELIGER
DONDERDAG 3 NOVEMBER' 1977
PAGINA 13
Koot en Bie: „volwassen vent zó van z,n brommer
Philip Goodhand Tait
"Teaching an old dog new
tricks" (Chrysalis).
Mooi zitten, een pootje geven en
de krant halen was voor Philip
Goodhand Tait niet genoeg, zijn
Hond, toch ook niet de jongste
meer, moest nog rriaar eens
proberen om met een wereld-
nummer voor Piste, in aanmer
king te kómen. Jammer, het zit
er niet in, het beestje heeft te
lang aan dezelfde versleten
band gelopen, met Philip dan
als begeleider. Zelf niet de ori
gineelste, kan je van een qua
hersens minder bedeeld beestje
maar moeilijk hoogstandjes
verwachten. Het is hem dus niet
gelukt, Philip met de dubbele
achternaarq, om'van zijn zesde
elpee iets gehèel nieuws te
brouwen Go'eie muziek hoor,
dat wel, lekker lui achterover
liggend in je oude rookstoel met
een Havanna, een goed glas en
Philip kan je weinig mee^ ge
beuren. Maar op zich ontbreekt
er iqts. Iets persoonlijks, een ei
gen toets. Het is zo vlak alle
maal, zo gedegen. Een rustpun-
tje in deze turbulente tijd mag
dan nooit weg zijn, er bij gaan
zitten gapen vind ik ook nog zo
Wat. Voor de liefhebbers dus,
degene met de romantische ge
dachten.
Het: "Vroeger was alles toch be
ter", doet het goed bij deze mu
ziek. Voor de statistiek: de LP
werd geproduceerd door Muff
Winwood, het minder getalen
teerde broertje -van de be
faamde Steve en de drums wor
den bespeeld door Gerry Con
way die recentelijk .tot de
nieuwe groep (The Contenders)
van ex-Traffic-lid Jifti Capaldi
is toegetreden.
A. v. K.
Randy Newman: 'Little Cri
minals' (Warner Brothers)
Doorgewinterde Randy New-
man-fans hebben mogelijk
enige moeite met zijn laatste al
bum 'Little Criminals'. Immers:
de soberheid die Newmans pla
ten tot nu toe kenmerkte is een
beetje verdwenen. De aanwe-
zigheid van volbloed rock-
musici J.D. Souther, Glenn
Frev en Waddy Wachtel, hier en
daar zelfs een synthesizer geven
"Little Criminals", voor New
mans doen haast iets frivools..
Concessies, zullen sommigen
misschien zeggen, maar naar
mijn mening wint Randy
Newmans muziek er aan kracht
en zeggingskracht door en kan
best van een verrijking worden
gesproken. Nummers alsshort
People', 'Little Criminals' en
'Jolly Coppers' krijgen daar
door iets extra's maar blijven
toch zeer herkenbaar Newman.
De verveling die in mijn geval
bij vorige Newman-platen om
de hoek kwam kijken blijft nu
dan ook achterwege. Dat maakt
'Little Criminals' voor mij het
hoogtepunt in Newmans toch al
luisterrijke carrière, ondanks
het feit dat rijn niet te hoog
reikende zangkwaliteiten op
steviger nummers, als 'Little
Criminals' te kort schieten en
zijn stem iets krampachtigs
krijgt.
Simplisties Verbond - Heng
stenbal - (SV)
"Ja, dat simplisme, wat is dat nu
eigenlijk?" Koot, zo blijkt uit
Bie's terechtwijzing op de
derde simpelelpee van het
Simplistisch Verbond heeft de
brochure onder -die titel
nog steeds niet geschreven. Hij
wacht er nu al zo lang mee dat
de brochure zo langzamerhand
wel "Ja dat simplisme, wat was
dat nu eigenlijk?" mag gaan he
ten, want het Simplisties Ver
bond, de grote inspirator achter
het simplisme, loopt.een beetje
op z'n laatste benen. Geen tv-
uitzendingen dit seizoen, alleen
een optreden van Kees van
Kooten en Wim öe Bie (zoals de
directeuren van het Verbond
zich laten noemen als ze niet ip
functie zijn) in een drietal uit
zendingen van het Gat van Ne
derland. Een speelfilm is eigen
lijk het enige wat het SV nog op
stapel heeft staan. Deze derde
elpee van de verbondsmannen
mag dus wel als één van de
laatste wapenfeiten van het SV
worden beschouwd. En om het
maar direct te zeggen: een
weinig indrukwekkend wapen-
Tangerine Dream: „Encore"
(Virgin Records)
Wat is muziek en waar ligt de
grens? Dat vraag je je af bij het
lezen van de hulpmiddelen, die
Tangerine Dreams' Chris
Franke bijvoorbeeld liet aan
rukken om het nieuwe geestes-
kinde van de Duitse groep, "En-
corre", het licht te doen zien.
"Een aantal trillingen, die al dan
niet goed in het gehoor liggen",
zou een adequate vertaling van
het woord muziek kunnen zijn.
Of, in emotioneler opzicht: "Be
paalde klanken die iets teweeg
brengen, in positief en negatief
opzicht". Om nu niet te verzan
den in oeverloos gezwam of het
gekwaak van een stel paarlus-
tige eenden of het gebler van
een honger hebbende baby al
dan niet ook onder het hoofd
stuk muziek gerangschikt moe
ten worden beperken we ons
maar gemakshalve tot de men
selijke stem, de geijkte hulp
feit. Wie de twee vorige lang-
spelers van Koot en Bie kent
(vooral de laatste met de gefin
geerde actualiteitenrubriek
Simpla) zal "Hengstenbal" als
een teleurstelling ervaren.
"Mannen over vrouwen - daar
gaat het op deze plaat om", zó
meldt het tweetal in een bqge-
middele'n (instrumenten) en de
bedoeling van dëgenen die mu
ziek maken iets harmonieus tot
stand te brengen. Welnu, bin
nen die grenzen kan men Tan
gerine Dream niet opsluiten,
alleen van het laatste is.sprake,
al dunkt me dat dat nu net wel
de belangrijkste voorwaarde is.
Wantje kan zeggen watje wilt,
hetgeen wat Tangerine Dream
voortbrengt klinkt zeer even
wichtig en harmonieus, soms
bijna perfect. Vanwaar dan nog
die twijfels? Dat zit 'm in de
hoogst ongebruikelijke hulp
leidend schrijven bij de lang
speelplaat. In zeven sketches en
vijf liedjes wordt de hanige en
zelfingenomen man op de hak
genomen en dat gebeurt - he
laas - met wisselend succes. De
twee hoogtepunten van de plaat
zijn zonder twijfel "Mannen
hebben relaties" en "Mannen
stukken die de driemansforma
tie uit Berlijn aanwendt om tot
die zeer fraaie geluiden te ko
men. Want we mogen dan wel in
een tyd leven waarin de com
puter tot gemeengoed is ge
worden het is toch wel even
wennen om iemand de meest
gave klanken te zien oproepen
door het simpelweg insteken
van een stekker in een daartoe
bestemd gat. Lichtjes flikkeren
aan en uit, maar inplaats van de
complete handelsbalans rolt
daar Cherokee Lane uit, een
compositie van zo'n zestien mi
nuten, ongeveer de minimum
bellen". Wat met name Koot in
die twee nummers doet reikt
zeker aan het niveau van hun
tweede langspeelplaat en noodt
tot nog eens draaien. Daar te
genover staan "Mannen noe
men namen" en "Mannen
kijken terug", die allereerst veel
te lang duren en bovendien niet
de schok van herkenning geven
wat het werk van Koot en Bie zo
aardig maakt. Daar tussen in
hangen "De Klisjeemannetjes".
Twee in plat Haags en clichés
converserende heren, waar Van
Kooten en De Bie voor de
VAR A-radio hun carrière mee
begonnen en die op deze elpee
terugkeren om alle denkbare
varianten op copuleren op te le-
lengte waaraan Tangerine
Dream zich houdt. Nou ja, het
zal wel een kwestie van tijd zijn,
tenslotte zullen de eerste blok
fluiten ook wel met de nodige
scepsis ontvangen zijn.
Met popmuziek heeft het geluid
van de Moogs, Project Elec
tronic Sequencers of Eight
voice Polyphonic Synthesizers
overigens weinig of niets van
doen. Hoofdprogrammeur
Froese is zeer geporteerd van
jongens als Wagner, Debussy en
Stockhausen en „Encore"
neigt, meer nog dan vorige
Dream-produkten, naar het
klassieke, de enge, science-fic
tion apparaten ten spijt. Al zal
het toch ook voor de frequente
Bach-liefhebber wel even wen
nen zijn. Zo'n man krijgt toch
de schrik van zijn leven als je
hem vertelt, dat voor dit knappe
deeltje geen dozijn strijkers,
maar gewoon een schakeldoos
verantwoordelijk is
pelen. Vaak heel komisch (Van
Kooten: "Als ik op het moment
surpréme met mijn winterpeen
voor het open raam ga staan dan
spuit ik een volwassen vent zo
van zijn brommer") maar op de
keper beschouwd natuurlijk
weinig minder platvloers dan
de schuine moppen van Harry
Touw. Wat de liedjes betreft:
Hun persiflages op groepen als
George Baker Selection en
BZN zijn vaak zo nauwgezet dat
ze nauwelijks van echt te on
derscheiden zijn. Op de plaat
mis je dan de mimiek om ze
volledig te kunnen appreciëren.
Om nog even terug te komen op
hun bij de plaat geleverde
briefje: ze schrijven daarin dat
1. Mink DeVille "Mink De-
Vilie"
2. The Sparks "Introdu
cing ,M
3. Talking Heads "Talking
Heads"
4. Dead Boys "Young, loud
en Snotty"
5. The Motors "1"
6. Heart "Magazine"
7. Richie Havens "Mirage"
8. Phil Manzanera "Listen
Now"
9. Barclay James Harvest"
"Gone to Earth"
10. Ry Cooder "Show Time"
11. New Commander Cody
Band "Rock and Roll
Again"
12. Rick Nelson "Intakes"
13. Barry White "Sings for
Someone"
14. Frans Halsema "Voor
haar"
15. Corry "Gewoon zoals ik
ben"
16. Seth Gaaikema "One-
man-show": familie Wil
lekeur"
17. Rick van der Linden:
"Sweet and softly"
19. Lena Valaitis .denn so
ist Lena"
20. Lenny Williams "Choo
sing you"
Medewerkers:
Bart Jungman
Ad van Kaam
Bram van Leeuwen
Tom Maas
Han Mulder
Wim Wirtz
nieuw en oorspronkelijk mate
riaal op de plaat is opgenomen.
Niet helemaal waar want het
liedje "As the sand" en het ge
zever over de rondvraag waren
al eerder in SV-verband te zien.
Niet zo belangrijk natuurlijk,
maar Van Kooten en De Bic
versterken daarmee wel de in
druk aan "Hengstenbal" niet
zoveel aandacht te hebben be
steed als aan de vorige elpees.
En om met de leraar van
vroeger te eindigen: Kees en
Wim kunnen het wel, maar ze
doen hun best niet (wat niet
wegneemt dat het altijd nog een
stuk leuker is dan het gros der
cabaretplaten).
B.J.
Claude Qebussv: "Le Martyre
de Saint Sebastien" en "Prin-
temps", Het Orchestre de Pa
ris, o.l.v. Daniel Barenboim
(DGG).
Verstild en vol van een vra
gende melancholie, zo klinken
de symfonische fragmenten die
Claude Debussy in 1911 schreef
bij het stuk van die bizarre, on
berekenbare avonturier en to
neelschrijver d'Annunzio: "de
marteling van de heilige Sebas-
tiaan". Oorspronkelijk had de
compositie een oratoriumka
rakter, later maakte tijdgenoot
André Caplet; een symfoni
sche versie, waarbij trompetten
en strijkers de plaats innemen
van het vrouwenkoor dat er
oorspronkelijk in de partituur
stond; het effect van een azuren
gordijn, traag wuivend in de
wind, dat is wat ik onderga bij
deze muziek. Het is niet de
vroomheid die de muziek van
noordelijker mysteriespelen zo
dikwijls die klamme berusting
geeft; bij Debussy's verstild zijn
is er een veel aardser ondertoon.
Zo'n Passion (het derde frag
ment) is een erotische -pas de
deux van jeugdige volmaakt
heid en de onherroepelijke
dood.
Barenboim leidt het Orchestre
de Paris, waaraan hij nog niet zo
erg lang permanent verbonden
is, bezield en met frisheid. Het is
jonge muziek, deze symfoni
sche fragmenten, ofschoon De
bussy toen toch al de vijftig na
derde en de druk van een slor
dig bestaan steeds meer ging
voelen.
Op de keerzijde van de plaat
"Printemps": een geliefkoosde
titel bij Debussy, alleen of in
combinatie, maar hier gaat het
om de symfonische suite, die in
oervorm een jeugdwerk is, in de
huidige vorm stamt hetprodukt
van een bewerking uit 1913.
Debussy zegt zich geïnspireerd
te hebben gevoeld door dat ver
rukkelijke schilderij van Bot
ticelli, "de geboorte van
Venus", dat pastelkleurige
hooglied van de Italiaanse Re
naissance. Toch is het hier een
nogal stroeve Debussy, de
lichtvoetigheid van de
goudgelokte Venus zoekt men
tevergeefs. Het is de in toon
vervatte smart van jeugd en
schoonheid die niet blij
vend zijn. Wie Debussy louter
verbindt met het schilder zijn in
kleuren van toon en harmonie,
leert op deze plaat veel wat hij
niet vermoedde. Hier bindt zich
waarneming met het eigen
droef gemoed. Impressionisme
voor wie niet zonder dergelijke
kreten kan.
HM.
Wie nu mocht denken dat onder
al dat 'roek-geweld' (de musici
gaan zeer ingetogen te werk)
er op 'Little Criminals' geen
ruimte is voor Newmans be
faamde ballades moet nu vlug
worden gerustgesteld. Niets is
namelijk minder waar. 'I'll be
home' (ook al- en eigenlijk be
ter- te horen op zijn begin ze
ventig verschenen live-elpee),
'Texas girl at the funeral of her
father' en 'Old man on the farm'
behoren tot het beste wat de
Amerikaanse zanger/com
ponist op dit terrein heeft ge
maakt. Ook de liefhebber van.
Newmans teksten hoeft niet te
schromen. Little Criminals aan
te schaffen. Zowel zijn cynische
blik als zijn ontroerende kant
ontbreken met respectievelijk
'Short People' (you got to pick
them up to say hello) en 'Texas
girl at the funeral of her father'
niet.
Aparte vermelding verdient de
hoes. Zelden zal Randy New
man treffender zijn gefotog
rafeerd als op de foto die 'Little
Criminals siert. Bob Seide-
mann was er verantwoordelijk
B.J.
„Fabulous Poodles" (PYE)
Een nieuwe naam kan toege
voegd worden aan het rijtje van
"humoristische" popgroepen.
De Fabulous Poodles zijn kort
geleden nog te horen geweest in
een aantal kleinere zaaltje? in
den lande. Dankzij deze tour en
de promotie van deze Engelse
groep in Amigos de Musica
(VPRO-vrijdagnacht) is er een
kans dat hun eerste elpee de
verdiende aandacht krijgt.
Het is een soms wat melig genre
dat de laatste tijd steeds meer
naar voren komt: op lichtvoe
tige manier wordt gesold met
bekende riedeltjes uit smart
lappen en oude rocknummers.
Heel lang geleden schitterende
Sha Na Na al, van recenter da
tum zijn groepen als Alberto y
los Paranois, Gruppo, Sportivo
en ook de viermansgroep Fa
bulous Poodles. (Wat betreft de
mooie namen spant volgens mij
de Amsterdamse groep Chief
Whip the Golden Fictions de
kroon)
De Poodles geven zich niet he
lemaal over aan het overdreven
imiteren van oude stijlen maar
laten meer een eigen geluid ho- -
ren: een eigentijdse interpreta
tie van het verledèn. Hun eigen
geluid komt tot stand door het
melodieuze gebruik van in
strumenten die je in de oude
pop niet vond: viool en man
doline. Mooie eigen nummers
als Mr. Mike en Workshy laten
horen dat de Poodles het niet
alleen hoeven te hebben van
groteske overdrijving op het
podium.
T.M.
Conny Vandenbos: - „Licht en schaduw" (Basart Records)
In 1960 maakte Conny Vandenbos haar radiodebuut in het KKU-
programma Springplank. Bij die gelegenheid zei ze: "Ik weet dat ik
er nog lang niet ben en dat ik nog een bijzonder steile weg zal moeten
afleggen. Maar het officiële begin is er nu in elk geval en ik heb de
tiid."
Inmiddels zijn we zeventien jaar verder en heeft Conny Vandenbos
zich inderdaad ontwikkeld tot een zangeres van het luisterlied, die er
mag zijn.
Inmiddels wisselde Conny Vandenbos van platenmaatschappij.
Maar al die jaren bleef ze op gezette tijden de aandacht op zich
vestigen met opmerkelijke Nederlandse composities of sterke ver
talingen van nummers uit met name het Franss taalgebied. Wie kent
er niet titels als "Sja^ie van de hoek" "Roosje mijn roosje". Dezer
dagen verscheen er een nieuwe elpee onder de titel "Licht en
schaduw". Als we kijken naar wat er het afgelopen jaar op dit gebied
is verschenen, mag Conny's nieuwe plaat zeker een grote aanwinst
worden genoemd. De nummers zijn met zorg gekozen en voorzien
van uitstekende vertalingen en arrangementen. De meeste nummers
op de elpee hebben een melancholieke inslag en laten zich uitste
kend vertolken door het aparte timbre dat de zangstem van Conny
Vandenbos heeft.
Zo zijn er op dé plaat corrtposities te vinden van Bobby Goldsboro,
C. M. Schönberg, Georges Moustaki, Janis Ian, Michel Delpeche en
Michel Sardou. De arrangementen zijn van bekende Nederlandse
musici als Harry van Hooff, Bert Paige, Paul Natte en Dick Bakker,
Verder mogen niet onvermeld blijven de goede Nederlandse teksten
van onder meer Herman Pieter de Boer en Gerrit den Braber. Favo
riete nummers op de plaat zijn voor mij "Soms", een vertaling van
Schönbergs Redevenir petit en Jacqueline, een compositie van Janis
Ian. Algemene indruk: een zeer sterke plaat.
B.V.L.
ADVERTENTIE
Joe Newman, Zoot Sims, Ray
Draper, John Coltrane: "Mee
tings" (Roulette)
De ontmoeting tussen trom
pettist Joseph Dwight Newman
en tenorist Zoot Sims loopt op
de onderhavige plaat, die deel
uitmaakt van een dubbelalbum,
uit op een nogal zachtaardige
reünie. De thema's zijn van het
eenvoudige "West Coast" ge
halte: veelal blues-schematisch
van opzet en voorzien van een
simpele 4/4 maat. Joe Newman,
komt hier niet zo goed uit de
verf. Hij blijft op deze plaat een
typische big-band blazer, die
zich wat verloren voelt in de
grote ruimte van het combo-
werk. Zoot Sims, in zijn tijd (de
jaren vijftig) een opvallend
swingende saxofonist, roert
zich in het quintet daarentegen
voortreffelijk. Opmerkelijk is
de rol van bassist Oscar Pet-
tiford op deze, overigens matige
plaat. De man, die vanwege zijn
"double-play" in jazzland tot
een ware legende is uitgegroeid,
verleent aan de ritmesectie een
zeer stuwende kracht.
Zeldzame opnamen - op de an
dere plaat van het dubbelalbum
- zijn die van 's werelds beste
jazztenorist John Coltrane en
(bas) tuba-speler Ray Draper. In
de oude New Orleans Jazz (Bix
Beiderbecke, Louis Armstrong
e.a.) moest de tuba op een goed
moment plaats maken voor de
contra-bas. Enkele jaren gele
den, toen nostalgisch gestemde
lieden de New Orleans weer
naar de frontlijn haalden, werd
de tuba in ere hersteld. Maar al
veel eerder - om precies te zijn
in 1949 - haalde com
ponist/bandleider Gil Evans het
omvangrijke instrument uit het
stof om het een plaatsje te geven
in zijn big band.
Voor het combo-werk. zo blijkt
uit de opnamen van Coltrane en
Draper, is de bas-tuba evenwel
te zwaar. Het aantal octaven dat
ligt tussen dit instrument en de
tenorsax is onoverbrugbaar,
bovendien is de toon van de
tuba te droog en staat zij teveel
op zichzelf. Toch blijft het effect
wel grappig. John Coltrane is
op deze plaats overigens op
nieuw de weergaloze musicus
met zeldzaam knappe soli en de
mystieke toon. Bekende num
mers op de plaat: "Yesterday",
"Oleo" en "Angel eyes".
Art Blakey and the Jazzmes-
sengers, John Handy III Quar
tet: "Messages" (Roulette).
De oude opnamen van Art Bla-
key's Jazz Messengers - en
dan doel ik op de jaren vijftig -
ademen nog veelal de sfeer van
de harde bop-jazz. Vlakke,
"cool" gespeelde thema's,
scherp afgesneden soli en daar
achter de bijna tegen overdrij
ving aanleunende drumstu
wing van Blakey zelf. In latere
opnamen manifesteren de Mes
sengers zich met veel meer
souplesse en fantasie.
De opnamen van het dubbelal
bum "Message", die dateren
van 1957. horen thuis in
eerstgenoemde sector. Jammer
genoeg is de bezetting, met als
uitzondering tenorist Johnny
Griffin, niet sterk. Trompettist
Bill Hard man en pianist Sam
Dockery blijven duidelijk on
der de maat, ze zijn niet spran
kelend, blijven ronddolen in
strakke schema's en dat leidt,
bij de harde Blakey-klanken
van de jaren vijftig. onher
roepelijk tot saaie muziek. Een
lichtpuntje vormt de conga-
drummer Sabu Matinez, die
met name in de compositie
"Sakeena" prachtig inspeelt op
het nietsonziende drumgeweld
van Blakey.
De andere plaat in het dub
belalbum, die van het John
Handy III Quartet (1962), is
daarentegen van een voortref
felijk gehalte John Handy is
een Parker-altist, die zyn onna
volgbare techniek paart aan een
indrukwekkende muzikaliteit.
Hij is sterk beïnvloed door
Charlie Parker, maar hu is on
berekenbaarder. Handy
schakelt bijvoorbeeld met het
grootste gemak over van een
consequent gespeeld dim-
schema naar een solo-partij met
als basis een mineur-schema,
waarbu hij de leidraad van het
thema nadrukkelijk in tact laat.
Prima tegenspel krijgt de altist
van pianist Walter Bishop, die
met zun ietwat Horace Siiver-
achtige akkoorden voor een be
kwame ondersteuning zorgt.
Enkele composities op deze
plaat "From Bird" (sterk
geïnspireerd door het spel van
"The Bird" oftewel Charlie
Parker) "East of the sun (West
of the Moon)" en "Afternoon
outing een uitstekende drie
kwarts maat thema,
W W