ZATERDAG 13 AUGUSTUS 1977
EXTRA
PAGINA 19
Op 29 november 1949 schreef een Ameri
kaan een brief aan een vriend. "Mijn beste
Bill", van de Central Intelligence Agency.
Hij verontschuldigde zich er voor dat het zo
lang had geduurd eer hij hem zijn gedach
ten liet weten over "het probleem datje de
laatste keer dat ik je zag ter sprgjce hebt
gebracht", maar hij zou nu "de middelen
neerschrijven die naar mijn mening het
meest doeltreffend zijn".
Hij beschreef eerst twee chemische
middelen die vrijwel geen sporen
nalieten. „Een daarvan,
natrium-fluoacetaat, vertoont,
indien het wordt toegediend in
voldoende hoeveelheden om de dood
te veroorzaken, geen karakteristieke
pathologische stoornissen en
evenmin wordt de hoeveelheid fluor
in het lichaam er in zo'n mate door
verhoogd dat het via kwantitatieve
methodes kan worden opgespoord.
De andere chemische substantie
waar ik aan denk is
tetra-ethyl-lood, dat, zoals je weet,
in zeer kleine hoeveelheden op de
huid kan worden aangebracht en
geen plaatselijke kwestsuren
veroorzaakt, en na een snelle dood
is geen duidelijk pathologisch bewijs
van het tetra-ethyl-lood aanwezig.
„Als iemand in een betrekkelijk
goed verzegeld klein vertrek met een
blok C02-ijs zou kunnen worden
gebracht, is het hoogstwaarschijnlijk
dat dit zijn dood tengevolge zou
hebben en dat het niet mogelijk zou
zijn dat de omstandigheden doorzien
zouden worden. Maar het is
hoogstwaarschijnlijk dat er een
periode van hyper-activiteit zou
ontstaan bij het zich voordoen van
een dergelijk sterfgeval.
„Een andere mogelijkheid zou het
blootstellen van de hele persoon aan
een Röntgenstraal zijn. Wanneer
het hele lichaam wordt bestraald is
een betrekkelijk kleine dosis straling
voldoende om gevolgen op te roepen
die binnen enkele weken tot de dood
zouden leiden, en het is
hoogstwaarschijnlijk dat sporadische
sterfgevallen van deze aard zouden
worden toegeschreven aan
verandering van de
bloedsamenstelling.
„Als het mogelijk zou zijn de figuur
bloot te stellen aan een koude
omgeving, zou hij doodvriezen als
zijn lichaamstemperatuur rond de 19
graden zakte, en in dergelijke
gevallen is geen anatomische
stoornis te onderkennen. „Er
bestaan nog twee andere technieken
die naar mijn mening genoemd
moeten worden daar ze geen
speciale uitrusting behoeven, behalve
een krachtige arm en de bereidheid
om zo'n karwei uit te voeren. Deze
methodes hóuden in het slachtoffer
of te smoren met een kussen of hem
te wurgen met een brede reep
textiel, zoals een badhanddoek.
„In dergelijke gevallen doet zich
geen duidelijke anatomische
verandering voor om de
doodsoorzaak aan te geven, hoewel
er huidbloedingen en duidelijke
inwendige verstoppingen kunnen
optreden die, tesamen met enkele
andere mogelijkheden, in de richting
van wurging kunnen wijzen".
Deze brief was een van de
duizenden pagina's materiaal die
vorige maand door de CIA zijn
vrijgegeven aan de Amerikaanse
schrijver John Marks. Met een
beroep op de wet op de vrije
nieuwsgaring had Marks in 1975 de
CIA gevraagd hem al het materiaal
ter beschikking te stellen over de
experimenten met
gedragsbeïnvloedende drugs dat de
CIA had laten lezen aan een
commissie die werd'voorgezeten door
de toenmalige vice-president Nelson
Rockefeller, een commissie die een
onderzoek instelde naar mogelijke
illegale activiteiten van de CIA in
de Verenigde Staten.
De CLA-man die de documenten
voor Marks bij elkaar zocht vond
zeven dozen met ter zake dienende
documenten die (gewóón omdat het
bestaan er van niet bekend was,
zegt de CIA) niet getoond waren
aan de Commissie-Rockefeller of de
Senaatscommissie voor
inlichtingenactiviteiten onder leiding
van senator Church die vorig jaar
rapport heeft uitgebracht.
De documenten tonen aan dat de
CIA in de jaren vijftig en zestig
grote bedragen en veel tijd heeft
besteed aan het „onderzoek van
chemische, biologische en
radiologische stoffen die kunnen
worden toegepast bij clandestiene
operaties ter beheersing van het
menselijk gedrag". (De woorden uit
een rapport uit 1963 over dit project
voor het hoofd van de CIA).
Admiraal Stansfield Turner, het
nieuwe hoofd van de CIA, heeft de
Senaat meegedeeld dat
de CIA in de loop der tijd bij zijn
onderzoek werd geholpen door 44
universiteiten, 15
onderzoekstichtingen en
farmaceutische firma's, 12
ziekenhuizen en klinieken en drie
strafinrichtingen.
Bij een gelegenheid gaf de CIA, via
een particuliere'stichting die hij
beheerde, 375.000 dollar voor de
bouw van een nieuw ziekenhuis. Als
tegenprestatie zou een zesde deel
van de vloeroppervlakte van de
nieuwe vleugel worden overgedragen
aan de CIA en drie
CIA-scheikundigen zouden er
experimenten uitvoeren met
patiënten van wie sommigen aan
ongeneeslijke kanker leden.
De CIA begon zijn onderzoek naar
hersen- en gedragsbeheersing in
1949 en.gebruikte de codenaam
Bluebird. De reden ligt voor de
hand. De Koude Oorlog heerste. De
Door
Mark Frankland
Het nieuwe hoofd van de in
lichtingendienst, Stansfield
Turner: "CIA werd bij zijn ille
gale activiteiten geholpen door
universiteiten en farmaceuti
sche firma 's"
Russen werden er van verdacht
krachtige drugs te gebruiken om
mensen te „hersenspoelen" - de
bekentenis van kardinaal
Mindszenty van Hongarije tijdens
zijn proces wegens verraad was er
een voorbeeld van. (In werkelijkheid
beseften CIA-wetenschappers in het
begin van de jaren zestig dat niet
drugs maar verhoormethodes tot
hersenspoeling 4eiden).
Maar toen, zoals admiraal Turner
vorige week toegaf, "veranderde het
project na verloop van tijd van
defensief in offensief'.
In de zomer van 1953 werd tijdens
een vergadering op het
hoofdkwartier van de CIA besproken
of enkele van de „nieuwe methodes,
2 scheikundige middelen en
2 technieken" die door het
project (dat inmiddels een nieuwe
codenaam, Artisjok, had gekregen)
niet zouden kunnen worden
beproefd op CIA-werknemers.
„Iedereen" was het er over eens dat
het een goed idee was en iemand
bracht een ander plan te berde.
„X" (de namen zijn doorgehaald in
de op Artisjok betrekking hebbende
documenten die Marks heeft
ontvangen) „besprak vervolgens de
situatie van een vroegere werknemer
van de CIA die chronisch alcoholist
was geworden en die, op dat
moment, in Dallas in Texas een
operatie onderging wegens een
mogelijke hersentumor.
Deze figuur had de CIA voor de
operatie opgebeld en gewaarschuwd
dat toen hem bepaalde soorten
verdovingsmiddelen (natrium
pentothal) waren gegeven bij een
vorige gelegenheid, hij honderduit
had gepraat De kwestie werd
opgelost door een vertegenwoordiger
van de SSD in de operatiezaal te
installeren en door het personeel
dat bij de operatie betrokken was
onder de Wet op Geheimhouding te
plaatsen. X vertelde dat de persoon
onder invloed van natrium
pentothal uitgebreid praatte en
interne problemen van de CIA
onthulde. Y voegde er aan toe dat
hij van de details van de zaak op de
hoogte was.
„X merkte toen op dat dit soort
voorvallen hem en anderen in het
operatiebedrijf ernstig zorgen baarde
en verklaarde dat hij hoopte dat de
inspanningen van Artisjok om een
methode te vinden waarbij wellicht
geheugenverlies zou optreden bij
degenen op belangrijke posten die
op de hoogte waren van
CIA-operaties succes zouden hebben.
Hij verklaarde dat een aantal
figuren bij de CIA de beschikking
moesten hebben over enorme
hoeveelheden informatie en dat het,
indien er een manier kon worden
gevonden om voor dit soort
informatie geheugenverlies op te
wekken - bijvoorbeeld nadat die
persoon de CIA had verlaten -, een
prestatie van belang zou zijn. X
verklaarde dat de behoefte aan
geheugenverlies in het bijzonder
drong bij het operatieve werk. X en
Y legden beiden uit dat ei-
voortdurend aan werd gewerkt om
beheerst geheugenverlies langs
verschillende wegen op te wekken".
Het is niet bekend of dit ooit is
gebeurd. Maar er is veel werk verzet
aan een hele reeks drugs
(waaronder pentothal natrium,
natrium amytal, benzedrine,
ethylalcohol, scolopamine, morfine,
methedrine, ether en mescaline) om
informatie los te krijgen uit
vijandelijke gevangenen en agenten.
Een rapport over deze zaak
concludeerde: „De fundamentele
kennis van de uitwerking van deze
drugs op psychologische functies
levert dan bepaalde welingelichte
hypothesen op van de „welke drug
Br
Het voormalige
hoofd van de
CIA, Richard Helms
obkKsP^ 4)'-
gaf opdracht alle
belastende dossiers
te vernietigen.
Uf&k. Ji§
voor welk doel"-aard, die vervolgens
kritisch dienen te worden beproefd
onder condities te velde, d.w.z. op
krijgsgevangenen indien mogelijk,
op gewone gevangenen indien
mogelijk, op veiligheidsbeambten,
etc., onder bedreigende
omstandigheden die de schaal van
burgerlijke ervaringen te boven
gaan".
Het beste bewijs hoe het programma
(dat nu MK-Ultra wordt genoemd)
is gegroeid, komt voor in een
rapport van de inspecteur-generaal
van de CIA uit 1963.
„Gedurende de tien jaar van het
programma zijn vele aanvullende
manieren voor de beheersing van
het menselijk gedrag ontwikkeld
door de TSD (Technische
Dienstafdeling) als geschikt voor
het onderzoek onder
verantwoordelijkheid van MK-Ultra,
waarbij bestraling, elektroshock,
verschillende gebieden van de
psychologie, psychiatrie, sociologie
en antropologie, grafologie,
afmattingssubstanties en
paramilitaire apparaten en
materialen.
„De TSD heeft als solide doctrine
dat het beproeven van materialen
volgens aanvaarde
wetenschappelijke procedures er niet
in slaagt het volledige patroon te
onthullen van reacties en
kenmerken die zich kunnen
vooTdoen bij operationele situaties.
De TSD heeft in 1955 een
programma ingesteld voor het
heimelijk beproeven van materialen
op van niets wetende Amerikaanse
burgers. Het huidige rapport
behandelt de basis en risico's met
betrekking tot deze activiteit en
beveelt de beëindiging van
dergelijke proefnemingen in de
Verenigde Staten aan.
„Het onderzoek naar en de
ontwikkeling van materialen die in
staat zijn veranderingen in het
gedrag of de psychologie van
mensen te veroorzaken worden nu
uitgevoerd binnen een hoogst
ingewikkelde en gestabiliseerde
structuur van MK-Ultra.
De speurtocht naar nieuwe
materialen, zoals bijvoorbeeld
psylocybine uit Mexicaanse
paddestoelen, of een zwam die
voorkomt op landbouwgewassen,
wordt uitgevoerd via vastgelegde
overeenkomsten met specialisten in
universiteiten, farmaceutische
firma's, ziekenhuizen,
strafinrichtingen en particuliere
onderzoekorganisaties die autoriteit
zijn op het betrokken
onderzoekterrein.
„De volgende fase van het
MK-Ultra programma omvat artsen,
toxicologen en andere specialisten
van psychiatrische inrichtingen,
klinieken voor drugbestrijding,
algemene ziekenhuizen en
gevangenissen, die worden voorzie:
van de produkten en bevindingen
van de fundamentele
onderzoekprojecten en voortgaan
met intensieve proeven op r
Het meest gedurfde, en potentieèl
meest waardevolle deel van
MK-Ultra was het systeem om
drugs te beproeven op van niets
wetende Amerikaanse burgers. In
1955 had de CIA met leden van het
Narcoticabureau (een volslagen
afzonderlijke organisatie)
afgesproken om twee „veilige huizen'
in New York en San Francisco in te
stellen.
De inspecteur-generaal beschreef de
operatie als volgt: „Het bedrag van
wordt jaarlijks beschikbaar
gesteld voor elk van de twee
projecten teneinde de kosten te
dekken van het cultiveren van
doelwitten en het onderhoud van
een veilig huis in beide gebieden ter
waarneming van de uitwerking van
substanties op geselecteerde
proefpersonen. Het bijzondere
voordeel van deze afspraken, met
ambtenaren van het
Narcoticabureau is dat
proefpersonen konden worden
gezocht en gecultiveerd binnen de
jurisdictie van de narcoticacontrole.
Enkele proefpersonen zijn
informanten geweest of leden van
verdachte misdadige elementen van
wie het Bureau via de proeven
resultaten van operationele waarde
heeft verkregen.
„Aan de andere kant is de
doelmatigheid van de substanties op
personen van alle maatschappelijke
niveaus, zowel hoog als laag, zowel
Amerikanen als buitenlanders, van
grote betekenis en de proeven zijn
uitgevoerd op een grote
verscheidenheid van individuen in
deze categoriën.
„Een belangrijke beperking van de
doelmatigheid van dergelijke
proeven is de onmogelijkheid van
wetenschappelijke observatie van
resultaten. De agenten van het
Bureau zijn geen gekwalificeerde
wetenschappelijke waarnemers. Hun
proefpersonen zijn zelden
beschikbaar na de eerste uren van
de proef. De proeven kunnen nuttig
zijn bij het vervolmaken van
overdrachtstechnieken en bij het
identificeren van aan de orde
komende eigenschappen van
aanvang, reactie, kenmerken en
neveneffect
„Maar in een aantal gevallen is de
proefpersoon uren of dagen ziek
geweest, waarbij tenminste een
geval van opname in een ziekenhuis,
en de agent kon slechts verder
werken door behoedzaam
informaties in te winnen na de
terugkeer tot het normale leven van
de proefpersoon. Mogelijke ziekte en-
economische achteruitgang vormen
inherente eventuele gevolgen van de
proeven".
Dit gedeelte van het programma
heeft de meeste bezorgdheid gewekt,
en dat met reden. Senator Kennedy,
die admiraal Turner
ondervroeg, wees er op dat deze
veilige huizen gedurende acht of
negen jaar in gebruik zijn geweest.
Er bestaat alle reden om aan te
nemen dat duizenden Amerikanen
die huizen kunnen hebben bezocht,
met wie weet welke schade voor hun
gezondheid. Kennedy, die een
bijzondere commissie voor de
gezondheid voorzit, vindt dat de
CIA de regering zou moeten helpen
bij het opsporen van deze
onfortuinlijke mensen om te zien of
ze hulp nodig hebben.
Het veilige huis in San Francisco
was versierd met prenten van
Franse can-can danseressen. In de
slaapkamer hingen drie posters van
Toulouse-Lautrec op zwartzijden
fond en voor de ramen hingen rode
gordijnen. Er waren ook
spiegels-met-tweerichtingverkeer. De
man die de leiding in het huis had
noemde de operatie
„Middernachtelijk Hoogtepunt"
(Midnight Climax). Maar het was
niet de smerigheid of regelrechte
immoraliteit die de hogere
functionarissen van de CIA
hinderde.
Het rapport uit 1963 var de
inspecteur-generaal legde er de
nadruk op dat het probleem met de
.drugsexperimenten in de huizen in
New York en San Francisco was dat
er geen „doeltreffende dekmantel"
voor ze bestond. De zaak kon heel
gemakkelijk misgaan.
„Een proefpersoon zou bij
gelegenheid in de toekomst de
oorzaak van zijn reactie op de juiste
wijze kunnen interpreteren en op
eigen houtje medische hulp zoeken
bij het identificeren van de preciese
aard van de substantie die hem is
toegediend en door wie deze is
toegediend.
„Een extreme reactie op een
proefsubstantie zou kunnen leiden
tot een verzoek van het Bureau
(d.w.z. het Narcoticabureau) om
medewerking van plaatselijke
autoriteiten tot het achterhouden
van informatie over de situatie. Dit
zou op zijn beurt de kring van
personen vergroten die op zijn
minst in het bezit zijn van
aanwijzingen omtrent de aard van
de activiteiten.
„Het afwegen van de voordelen van
dergelijke proeven tegen de risico's
van het in opspraak komen en van
de daaruit voortvloeiende schade
voor de CIA heeft de
inspecteur-generaal er toe gebracht
om beëindiging van deze fase van
het MK-Ultra programma voor te
stellen. Bestaande controles en
afwegingen op het werkniveau van
dergelijke proeven bieden de leiding
van de CIA niet voldoende
bescherming tegen de hierbij
optredende grote risico's."
Dit is een klassiek voorbeeld van
een clandestien bureau dat de
voordelen van een operatie afweegt
tegen de risico's. Het is waar dat er
rond die tijd enige oppositie in de
CIA bestond tegen het MK-Ultra
programma. Een ander rapport uit
hetzelfde jaar merkte op dat „de
gedachten die betrekking hebben op
het manipuleren van het menselijk
gedrag door vele mensen in en
buiten de CIA onsmakelijk en
onethisch gevonden worden."
(Hoewel, dient te worden gezegd.
niet door de vele r
wetenschappelijke wereld die
bereidwillig samenwerkten met de
CIA)
Geen enkel aspect van het
MK-Ultra programma was te
„onsmakelijk" of te belachelijk om de
betrokken leidende Cl A-figuren af
te schrikken. Ze hadden zelfs vier
projecten gefinancierd met
betrekking tot „aspecten van de
goochelkunst die nuttig kunnen zijn
voor heimelijke operaties:
bijvoorbeeld het op slinkse wijze
overdragen van op drugs betrekking
hebbende stoffen."
Dit, legde admiraal Turner
aan de senatoren uit,
betekende weinig meer dan hoe men
drugs kon laten vallen in iemands
glas.
Het is de moeite van het herhalen
waard: de drugexperimenten op van
niets wetende Amerikaanse burgers
werden beëindigd omdat ze te veel
„grote risico's" inhielden voor de
leiding van de CIA, en om geen
enkele andere reden.
Turner werd gevraagd of de
presidenten op de hoogte waren van
de experimenten, maar hij zei dat
er geen bewijzen waren dat het
Witte Huis erbij was betrokken.
Wat deze nieuwe documenten niet
onthullen is de mate waarin de CIA
deze drugs bij zijn operaties
toepaste. De operationele kant van
het programma was bekend als
MK-Delta en een rapport uit 1963
heeft het over niet nader
gespecificeerde „belangrijke
resultaten" in „operationele
ondernemingen."
Maar de documenten verwijzen ook
naar twijfels bij de clandestiene
diensten die de „vuile trucs" van het
bureau uitvoeren. Er bestond twijfel
of CIA-mensen de noodzakelijke
wetenschappelijke bekwaamheid
bezaten om drugs toe te dienen die
hoe dan ook vaak onbetrouwbaar in
hun uitwerking waren. Er bestond
ook de vrees dat men van drugs
afhankelijk zou worden inplaats
van, zoals het in een document
staat, „klassieke spionagetechnieken
te ver'olmaken".
Andere projecten van MK-Ultra
werden tijdens de jaren zestig
voortgezet. Maar in' 1973 werd de
hele zaak als potentieel zo pijnlijk
gezien dat Richard Helms, toen het
hoofd van de CIA, opdracht gaf om
alle dossiers van MK-Ultra te
vernietigen. De documenten die
Marks nu heeft bleven, volgens
admiraal Turner, bestaan omdat ze
per vergissing waren opgeborgen bij
financiële documenten.
Het verhaal over hoe de CIA
verslaafd raakte aan drugs is, met
andere woorden, slechts bekend
geworden door de fout van een
kantoorbediende van de CIA, de
ijver (en misschien het geweten?)
van een naar documenten zoekende
CIA-man en de volharding van
Marks.
De nieuwe commissie voor controle
op de inlichtingendiensten van het
congres had er niets mee van doen.
Er zijn genoeg sceptici die geloven
dat er een minder openhartige
CIA-baas dan admiraal Turner
schijnt te zijn die er nog steeds weinig
moeite mee zou hebben afles dat hij
wilde voor het congres verborgen te
houden.
Niettemin is er geen ander land
waar wetten zoals die op de vrije
nieuwsgaring en de houding van
instanties zowel in als buiten de
regering op het ogenblik zo krachtig
werken om spionnen zoveel mogelijk
op het rechte pad te houden. Het
moge nog niet voldoende zijn maar
geen enkel ander land kan zich op
iets dergelijks beroepen.