Zorgen om Zuid- Holland i vis sport Een hao uit het land Slechtere huizen Hogere huren Meer werklozen Minder bossen En vaker ziek „We kunnen niet nog zuiniger aan doen" DE SPORT FRED VELTMAN ZATERDAG 9 JULI 1977 EXTRA PAGINA il 7 Het was niet de eerste keer, dat de provincie Zuid- Holland bij de rijksoverheid zijn beklag deed: Met haast de agressiviteit van een actiegroep zonden gedeputeerde staten van Zuid-Holland in juni aan kabinetsformateur Den Uyl de brief "Een vergeten Provincie.Zuid- Holland". De zoveelste klacht over het magere provinciale, zak geld", dat de rijksoverheid jaarlijks toeschuift. En zoals vaker bij slepende zaken, het zal deze keer niet de laatste zijn. Een zorgwekkende ontwikkeling, vinden de Zuidhollandse bestuur ders. Want de zo op het oog welva rende provincie dreigt binnen en kele jaren het grootste probleem gebied van Nederland te worden. Op allerlei terreinen loopt Zuid- Holland achterstanden op, zo zeg gen Gedeputeerde Staten, en de Zuid-Hollanders beginnen zich steeds minder thuis te voelen in hun provincie. Bij het opstellen van de brief aan de formateur heeft het provinciaal be stuur dankbaar gebruik gemaakt van een massa gegevens, die bijeen zijn gebracht door het bureau on derzoek en ruimtelijke ordening van het provinciaal opbouworgaan Zuid-Holland. Het opbouworgaan is een samenwerkingsverband tus sen overheid, particuler en kerke lijke instellingen, die zich bekom meren om het welzijn van de Zuid-Hollander. Door Paul Sneyder dateert van voor 1945, in de andere provincies is dat gemiddeld zeven procent lager. In Zuid-Holland staan - relatief gezien - de meeste huizen zonder eigen voordeur en zonder een aansluiting op gas, licht of water. Hogere huren De huren liggen, zoals gezegd, des ondanks hoger. Dat heeft er echter niet toe geleid, dat er meer "eigen huizen" in deze provincie zijn. In Zuid-Holland is 24 procent van de bewoners tevens eigenaar van zijn huis, in de overige provincies ligt dat op bijna veertig procent. De ministerie van CRM: "Regionale doorlichting van Nederland". Dit soort onderzoeken geven meestal alleen landelijke cijfers weer. Het bleek echter bij het CBS mogelijk de gegevens opnieuw door de com puter te halen en alles te laten op splitsen naar provincie. Meeste werklozen Zuid-Holland heeft als grootste en dichtstbevolkte provincie (een kwart van Nederland woont hier) de meeste werklozen. In mei van dit jaar waren 27.190 mannen en 8.320 vrouwen op zoek naar werk oftewel 35.517 werklozen. Dat betekent mond zes procent van de bevolking zonder werk". Zuid-Holland telt ook de meeste mensen, die van de bijstand moe ten leven. Dat wijst erop, dat veel Zuid-Hollanders in een ekonomisch-zwakke positie verke- Minder bos De Zuid-Hollander, die niet zo pret tig woont en mogelijk ook zonder werk zit, wil er misschien 'ns lekker op uittrekken. Maar ook hier is hij de mindere in vergelijking met de bewoners van de andere provin- Uit lange reeksen tabellen en statis tieken, waarin iets gezegd wordt over het leven van de Nederlander, 'blijkt elke keer dat de Zuid- Hollander het er een paar procent slechter afbrengt. Het zijn elke keer wel kleine verschillen maar juist die optelsom van al die kleine ver schillen maakt hW "probleem Zuid-Holland". Slechter wonen Om eens het belangrijkste bij de kop te pakken: het wonen. Drs. Vi vien van Geen van het provinciaal opbouworgaan: "De gemiddelde Zuid-Hollander woont slechter en duurder dan de rest van Nederland. Voor een slechter huis moet hij meer betalen". Een paar cijfers: slechts 44 procent van alle huizen in Zuid-Holland zijn eengezinswoningen, in de rest van Nederland ligt dit percentage op 75. Logischerwijs staan er dan in het westen dus ook meer huizen zonder tuin dan daarbuiten. Uiteraard zijn de steden Rotterdam en Den Haag van invloed op deze cijfers. In een stad staan nu een maal minder eengezinswoningen met tuin. Maar ook zonder deze twee steden scoort Zuid-Holland lager dan de rest van Nederland: 64 tegen de al jeerder genoemde 75 procent. De huizen, die er dan staan in Zuid-Holland, zijn ouder. De helft Zuid-Hollander is minder tevreden met zijn huis. Hij wil daarom ook eerder dan bewoners van andere provincies zijn boeltje oppakken en verhuizen. Dat geldt in sterke mate voor Rotterdam en Den Haag, maar ook voorde kleinere plaatsen. Zelfs in de dorpen met minder dan 10.000 inwoners is de verhuisgeneigdheid groter dan in vergelijkbare plaatsen elders in het land. De cijfers komen overigens uit on verdachte hoek. Het bureau onder zoek van het provinciaal opbou worgaan dankt al het cijfermate riaal aan ondermeer de volkstelling uit 1971, onderzoeken van het so ciaal en cultureel planbureau uit 1974 en 1976 en een rapport van het bijna vier procent van de beroeps bevolking, hetgeen altijd nog lager is dan over geheel Nederland ge- Maar ook hier een paar kantteke ningen: het aantal langdurig werk lozen neemt in Zuid-Holland ge staag toe, de werkgelegenheid in de scheepsbouw neemt snel af en de spreiding van rijksdiensten doel Zuid-Honand helemaal geen goed Drs. Vivien van Geen: "Cijfers zeg gen niet alles. Bij werkloosheid gaat het om concentraties. Iedereen weet, dat Helmond en Emmen mei enorm veel werklozen zitten. Maai in de Haagse Schilderswijk is hei aantal werklozen net zo groot. In de Schilderswijk zit evenals in Hel Om een keihard cijfer te een Zuid-Hollander beschikt in zijn provincie over gemiddeld vijftig vierkante meter bos en natuurlijk terrein. Zijn landgenoot in Drente over 1102 vierkante meter. Mis schien een wat grove vergelijking, want die Zuid-Hollander gaat ook naar de bossen in Drenthe. Hij moet er echter wel een eind voor reizen. Maar ook als alle recreatieterrei nen, parken, plantsoenen bij het bosareaal worden opgeteld komt de Zuid-Hollander er mager af. Per Zuid-Hollander staat dan 54 vier kante meter ter beschikking, voor een Noord-Hollander bijvoorbeeld 122 vierkante meter. Ook het aantal sportvelden en -banen, zwemba den, club-- en buurthuizen ligt in de provincie (per 1000 inwoners lager dan elders. Zelfs het aantal bibliot heken is onder de maat. Slechts voor 69 procent van alle gemeenten in Zuid-Holland is op een of andere wijze (bibliotheek of bibliobus) voor een bibliotheekvoorziening gezorgd: Het laagste percentage in vergelijking met alle- andere pro vincies. In Groningen heeft ieder dorp een eigen bibliotheek of komt er een bibliobus langs. Vaker ziek De Zuid-Hollander voelt zich door dit alles niet zo lekker. Hij is ook vaker ziek, gebruikt meer medi cijnen, maar beschikt over minder doktoren, tandartsen en wijkver- plegers, om zich te laten verzorgen. Voor de bejaarden in deze sterk ■k Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland vin den dat hun provincie in vergelijking met de rest van het land veel tekort komt.* In sommige opzichten lijkt het wel of Zuid- Holland er niet meer bijhoort, vinden ze het geen bijgaande foto symbolisch weergeeft. vergrijsde provincie is de situatie eerder slechter het aantal bedden in de bejaardenverzorging ligt ver gelijkenderwijs lager dan in elke andere provincie. ,In Zuid-Holland is per 8452 inwo ners een maatschappelijk werker aangesteld. In de meeste overige provincies ligt dit laatste getal mee stal rond de 6000 en een enkele keer bij de 7000, maar nergens anders wordt de 8000 bereikt. De Zuid-Hollander voelt zich ook eenzamer. Zelfs in gemeenten met 10.000 of 20.000 inwoners voelt een inwoner van deze provincie zich eerder in de steek gelaten dan el ders. In Zuid-Holland is men in het algemeen ook minder tevreden met de maatschappij, waarin hij leeft. De Zuid-Hollander is een sombere Nederlander. De uitloop uit de pro vincie is groot. Het bevolkingsaan tal van Zuid-Holland zou de afgelo pen jaren nog veel meer zijn gekel derd, als de leegloop niet wat was "gecompenseerd" door de vesti ging van buitenlanders en Surina- mers in deze provincie. "Het is na tuurlijk niet alleen kommer en kwel in Zuid-Holland. In de Rand stad is een internationaal klimaat, cultureel gezien heeft Zuid- Holland veel meer te bieden. Ner gens vind je zo'n verscheidenheid aan musea, toneelgroepen, opera gezelschappen. Maar slechts een kleine elite is hierin geïnteresseerd. De meeste mensen gaan in hun vrije tijd naar een sportveld of een zwembad. En als daar tekorten in zijn, komt dat hard aan", zegt Vi vien van Geen. "Zuid-Holland is ook niet te vol. Bij een goede inde ling van de ruimte is er best wel wat van te maken. Voor de stadsver nieuwing moeten de beste archi- tekten worden aangetrokken. In de verstedelijkingsnota wordt ge meld, dat in stedelijke gebieden met een grotere dichtheid moet worden gebouwd. Meer huizen per vierkante meter. Maar er wordt niets gezegd over de kwaliteit vari die huizen". Gedeputeerde Staten van Zuid- Holland hebben nog geen ant woord op hun brief gekregen van kabinetsformateur drs. J. M. den Uyl. Provinciale rekenmeester drs. H. J. Boone: Vooral op de schouders van PvdA-er drs. J. H. Boone, gede puteerde, belast met de zorg voor de financiën van de pro vincie Zuid-Holland, rust de taak de begroting voor 1978 enigszins redelijk te maken. Enigszins redelijk, want over een sluitende begroting denkt men bij de provincie Zuid- Holland al sinds jaren niet Bij het opstellen van een voor lopige begroting voor 1978 kwam het college van GS tot de slotsom, dat het tekort zo'n drie miljoen gulden zou gaan bedra gen. Gedeputeerde Boone heeft er nu, een maand later, een hard hoofd in, dat de schade tot dit bedrag kan worden beperkt. "Wij zijn er bij die voorlopige begroting van uit gegaan, dat de inflatie zo'n vijf procent zou be dragen. Als ik nu de cijfers zie van het centraal planbureau, maar ook de cijfers zie van het centraal planbureau, maar ook de cijfers waar Den Uyl vanuit- gaat, geloof ik dat het verstan dig is er rekening mee te hou den dat het tekort hoger uitvalt dan die drie miljoen gulden", meent gedeputeerde Boone. Een procent meer inflatie schat te de provinciale rekenmee sters op een stijging van de uit gaven met ongeveer 1,5 miljoen gulden. Juist in deze weken is het college van GS van Zuid- Ilolland in de slag om te zien hoe het otale budget over de verschillende posten te verde len. En te bezien of er in een bepaalde sector niet nog wat te bezuinigen valt. Drs. Boone denkt dat de mogelijkheden tot bezuiniging uitgeput zijn. "We hebben al zoveel geschrapt dat ik denk dat we nu aan het eind van ons latijn zijn". Geen bezuinigingen betekent: nog verder in 't rood. En het is maar de vraag of de minister van binnenlandse zaken, die de provinciale begrotingen goed keurt, daarmee akkoord gaat. Voor gedeputeerde Boone is er maar een oplossing: het rijk moet de provincie Zuid- Holland meer financiële midde len verschaffen. Fonds Provincies zijn voor hun in komsten vrijwel geheel afhan kelijk van de uitkering uit het provinciefonds. Middels een verdeelsleutel is in 1948 uit de losse hand gemaakt en is in de loop der jaren sterk achter haald. Er ligt nu een wetsont werp bij de Tweede Kamer, waarin wordt voorgesteld onze uitkering naar veertien procent te verhogen". De provincie is zo overtuigd van het feit, dat het Drs. H.J. Boone wetsontwerp door de Kamer wordt aangenomen, dat men bij het opstellen van de begroting voor 1978 al van die verhoogde uitkering uitgaat. "Maar met die veertien procent zijn we er nog lang niet. We stellen ons rede lijk óp als we zeggen dat 20 pro cent uit dit fonds aan de provin cie Zuid-Holland moet toeko men. Het gaat om het recht trekken van een scheefge groeide verhouding". Omgere kend per hoofd van de bevol king krijgt de provincie Zuid- Holland 25 gulden per inwoner, terwijl Zeeland bijvoorbeeld omgerekend per hoofd op bijna 110 gulden kan rekenen. "Bij het interprovinciaal overleg ontmoeten de randstad- provincies veel weerstand van de niet-randstadprovincies. Zij zeggen, dat wij niet zoveel geld nodig hebben omdat de steden veel geld krijgen, direct van het rijk. Dat is natuurlijk wel zo, maar wij pompen ook het no dige geld in de steden, bijvoor beeld in het kader van de mo numentenzorg. Maar wij zou den ook veel meer willen en moeten doen. Vaarwegen Een zware post op de provin ciale begroting is de zorg voor de vaarwegen. Voor dit jaar prijkte een bedrag van 16 mil joen gulden op de begroting voor het instandhouden van de talrijke vaarwegen door de pro vincie. Al jarenlang stuurt de provincie Zuid-Holland dikke brieven naar het ministerie van verkeer en waterstaat om aan die zijde wat gelcflos te krijgen voor deze kostbare provinciale taak. "Wat wij graag zouden wil len hebben is een doeluitkering van het rijk speciaal bestemd voor de vaarwegen. Friesland krijgt 5,7 miljoen per jaar voor zijn vaarwegen, Groningen 8,1 miljoen gulden. Zuid-Holland niets. Deze situatie is historisch zo gegroeid." De laatste brief over deze kwes tie dateert van januari 1977. Op 5 mei stuurde minister Wester terp een zeven regels lange brief terug, waarin hij overleg hier over aankondigde. De begroting voor 1978 moet echter deze maand in grote lijnen gereed zijn. Hoe dan ook. In de eerste plaats wil ik in deze visrubriek uw aandacht vragen voor de landelijke enquete, die op het ogenblik onder sportvis sers wordt gehouden, onder auspiciën van het ministerie van Landbouw en Visserij. Met de enquete willen de organisa toren een inzicht krijgen welke behoefte er binnen het henge laarslegioen bestaat aan lig plaatsen, trailerhellingen en dergelijke speciaal ten behoeve van sportvisboten. Duidelijk is dat het aantal recrea tievaartuigen, waaronder vele sportvisboten, de laatste jaren sterk is toegenomen. Dus ook de behoefte aan ligplaatsen. Om te weten hoe groot die be hoefte is wordt de komende tijd een vragenlijst gepubliceerd in een aantal van de grootste hen gelsportbladen in ons land. Bovendien zijn er enquêtefor mulieren verkrijgbaar bij meer dan 900 hengelsportwinkeliers in ons land. Behalve de (toekomstige) bezit ters van visboten worden ook die hengelaars benaderd die zich beperken tot het huren van een visboot. Gevraagd wordt onder meer waar men een vis boot zou willen huren en hoe veel men daarvoor maximaal De enige speciaalzaak voor aiuw HENGEL SPORTARTIKELEN Haarlemmerstraat 11, tel. 124020 wenst uit te geven. De formu lieren moeten worden opge stuurd aan de Directie van de Visserijen. Bezuidenhoutse- weg 73 in Den Haag. Een andere activiteit van die zelfde Directie van de Visseri jen waarop ik uw aandacht zou willen vestigen is de merkje sactie. Deze actie wordt geor ganiseerd om meer te weten te komen over het nut van fore luitzettingen in het Veerse Meer. Met dat doel werden dit voorjaar 500 regenboog- en 500 beekforellen in het Veerse Meer uitgezet die voorzien wa ren van speciale merkjes. Sportvissers die deze forellen vangen worden verzocht de merkjes op te sturen aan bo vengenoemd adres. Tot dusver is de medewerking van de sportvissers slechts van bescheiden omvang geweest. Het aantal terugontvangen merkjes was niet om over naar huis te schrijven. Mogelijk dat de wetenschap dat de inzender van elk merkje meedingt naar een hoofdprijs van 1000 gulden beschikbaar gesteld door de Delta Federatie verbètenng in deze situatie kan brengen, 't Is maar dat u het weet. Zoals u in deze krant onlangs heeft kunnen lezen heeft zich onlangs in een paar vijvers in Leiden-Noord een vissterfte voorgedaan waarvan vooral de aanwezige karpers het slach toffer zijn geworden. De plant soenendienst komt de eer toe alles in het werk te hebben ge steld om een massale sterfte te voorkomen door de vijvers plaatselijk uit te baggeren en zo veel mogelijk door te spoelen. Verder is de brandweer ver schillende malen in actie ge weest om met behulp van pompinstallatie en spuiten het zuurstofgehalte in het water op te voeren. Inmiddels is in een van de vijvers ook een fontein geplaatst waardoor verder on heil hopelijk wordt voorko- Naar aanleiding van deze vis sterfte heb ik nog even contact opgenomen met het hoog heemraadschap van Rijnland. Deze instantie is namelijk be last met het waterkwaliteitsbe heer en heeft in de vijvers ook watermonsters genomen. Vol gens een woordvoerder is er in de vijvers sprake geweest van "prop" zuurstofarm water. De enige remedie is om deze "prop" zo snel mogelijk door te spoelen. Overigens vertelde de man van Rijnland mij ook dat de laatste tijd in Leiden en directe omge ving nogal lage zuurstofgehal ten in het water worden aange troffen. Dat heeft plaatselijk al tot wat vissterfte geleid. Ge lukkig nog nergens op bijzon der grote schaal, maar het is toch wel een zaak om attent op te zijn. Temeer daar we van de week in deze krant hebben kunnen lezen, dat de bacterio logische verontreiniging van een flink aantal plassen een sterke vermindering heeft on dergaan. Als sportvisser kunnen we zelf ook een belangrijke bijdrage leveren aan het schoonhouden van ons viswater. Dat betekent: geen afval in het water gooien, maar in de vistas of -koffer stoppen en thuis in de vuilnis zak deponeren. Ter afsluiting wil ik uw aandacht nog vestigen op een tweetal visboekjes, dat onlangs is ver schenen. Het zijn boekjes die worden uitgegeven door Els evier en waarvan de bedoeling is dat ze samen met nog drie andere hengelboekjes die nog zullen worden uitgegeven de serie "Vistips" gaan vormen. Elk boekje bevat een tweehon derd tips over het vissen op een bepaalde vissoort, of op een bepaald water of met behulp van een speciaal vistuig. De eerste twee deeltjes zijn spe ciaal bestemd voor de karper en de snoekbaarsvissers. De karpertips zijn geschreven door Dick Langhenkel en Nico de Boer en de snoekbaarstips door Kees Ketting en Henk Peeters. Beide boekjes zijn rijk geïllustreerd met zowel zwart-wit als kleurenfoto's en met verduidelijkende tekenin getjes. Het interessante van het karperboekje is dat dieper wordt ingegaan op een aantal zaken die in de karpervisserij nog slechts in beperkte kring bekend zijn, zoals de karper- visserij in de winter en het vis sen op grote afstand. Dat laat ste bijvoorbeeld met "bevroren aardappels". In het boekje over snoekbaars- vissen komen vele facetten aan de orde zoals het gebruik van hengels, molen, lijnen, pennen en stuitjes. Aparte tips zijn ge wijd aan een minder bekende wijze van snoekbaarsvissen, namelijk die met behulp van de vliegehengel. Het aardige van het boekje is dat wanneer de schrijvers het op bepaalde pun ten - bijvoorbeeld de grootte van de aasvisjes - niet met el kaar eens zijn dat ook duidelijk laten blijken. De prijs van de boekjes 9,90 vind ik nogal aan de pittige ka t. Lage Rijndijk 36-40 Leiden, tel. 122293 HET AANGEWEZEN ADRES VOOR AL UW HENGELSPORT

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1977 | | pagina 17