ZATERDAG 28 MEI 1977 PAGINA 27 Door Hans van der Wereld Van Hemessen, van 1884 tot 1920 veldwachter in Wou brugge, voelde tijdens lange wandelingen door Wou brugge en Hoogmade dat deze dorpen een geschiedenis hadden. In deze dorpen had den geslachten na geslachten geleefd, gewerkt, geleden en gestreden en die geslachten spreken ook nu nog, nu ze ge storven zijn. Alleen, die sprake moest beluisterd wor den. Van Hemessen toog aan de stu die. Menige oorkonde, menig oud document, menig boek moest door hem opgespoord worden en bestudeerd. Tal van jaren heeft hij onderzocht en nog eens onderzocht. Vol moed toog hij daarna aan het werk om een boek over de Heerlijkheden Esselijker- woude (thans Woubrugge), Jacobswoude (een verdwe nen dorp in de Vierambachts- polder) en Hoogmade samen te stellen. Dat boek verscheen in 1904 on der de titel „Eene wandeling door Woubrugge en Hoog made" en was direkt bij ver schijning een groot succes. Van Hemessen, oudere inwo ners van Woubrugge kennen hem nog, maar voor velen rijst de vraag, wie was hij? In Amsterdam Otto Cornelis van Hemessen werd op 27 juli 1854 te Am sterdam geboren uit een ge lijknamige vader en diens tweede echtgenote Maria Theodora Post. Haar vader was concierge in het Konink lijk Paleis op de Dam. Van Hemessen's eigen vader, schrijnwerker van beroep, scheen het monopolie te heb ben van alle kleine verande ringen en het onderhoud van het meubilair in het paleis. Zo kwam het dat de kleine Otto daar op 7-jarige leeftijd ko ning Willem III ontmoette. De koning voelde zich aange trokken tot het ventje, streek hem over het hoofdzette hem op een stoel en zei: „Een flinke vent worden, hoor!" Tot het einde van zijn leven was dit Van Hemessen's aardigste jeugdherinnering. Hij heeft ook de raad van Willem III opgevolgd; hij ging in mili taire dienst en verliet die als wachtmeester bij de huzaren Na zijn diensttijd was hij brievenbesteller en agent van politie te Amsterdam. Naar Woubrugge Aangezien Van Hemessen's echtgenote een zwakke ge zondheid had, was het voor haar beter om buiten te gaan wonen. Van Hemessen solli citeerde daarom als veld wachter in Woubrugge, maar moest wel eerst op de kaart kijken waar het dorp lag, want hij had er nog nooit van gehoord. Tot zijn niet geringe verbazing werd de Amsterdamse poli tieman in het Zuidhollandse dorp gekozen uit een groot aantal sollicitanten. Met de boot van de scheepvaartlijn Amsterdam-Leiden („De Volharding") reisde het gezin Van Hemessen naar Wou brugge, waar Otto Cornelis ingaande 1 augustus 1884 zijn taak als gemeente veldwachter op zich nam. Destijds was de baan van veld wachter wel een van de neder igste die toen te verkrijgen waren. Meer huisknecht van de burgemeester dan politie ambtenaar! „Van Hemessen, haal mij eens voor vijf centen snuif bij Va- rossiau te Alphen aan den Rijn!" klonk wel eens zijn op dracht. Alphen lag op een uur afstand van Woubrugge en middelen van verkeer waren er toen nog niet. Er moest dus „even" heen en weer gelopen worden van Woubrugge naar Alphen Hoe nederig de functie van gemeente-veldwachter des tijds was leren we uit de tabel larische opgave van het politie-personeel van de ge meente Woubrugge over het dienstjaar 1896. De gemeente telde toen drie politie functionarissen, waarvan Van Hemessen de best be taalde was: f 425,- per jaar! Daarbij kwam nog een bedrag van zestig gulden als „kleed- inggeld" en f 7,50 gratificatie De andere twee politiefunctio narissen in de gemeente wa ren Jan Terhorst, die eigenlijk „onbezoldigd veldwachter" was met als hoofdberoep „dienaar bij nacht". Deze dubbelfunctie was goed voorf 156,-per jaarOok de Hoogmadese politieman en nachtwacht, Willem Hoog- enboom, hacf een "Salaris van f 156,- per jaar. Terhorst en Hoogenboom kregen als enige „toelage" een over jas WOUBRUGGE - Het landelijke dorp Woubrugge had vroeger een veldwachter die allesbehalve deed denken aan een boomlange kerel met een vervaarlijke sabel die achter stropers en kwajongens aanzat. Nee, de veldwachter van Woubrugge, Otto Cornelis van Hemessen, deed natuurlijk wel zijn plichten als het ging om de handhaving van de openbare orde, maar had daarnaast een enorme liefde voor alles wat met de historie van "zijn" dorp te maken had. De veldwachter-historicus verzamelde een flinke collectie "oudheden", welke zaken vele jaren na zijn dood de eerste bezittingen waren van het plaatselijke museum(pje) van Woubrugge, tegenwoordig gehuisvest op de bovenverdieping van de brandweergarage aan de Dokter Lothlaan. Trouw ambtenaar Met de grootste trouw heeft Van Hemessen zijn dienst als veldwachter in Woubrugge volbracht, ook in tijden, waarin hij tot het diepst van zijn ziel werd gegriefd en die hij alleen maar kon doorleven met de overtuiging dat de ge hele dorpsgemeenschap van Woubrugge met hem sym pathiseerde en vooraan staande personen zich voor hem op de bres stelden. In 1920 werd Van Hemessen als veldwachter gepensioneerd en kon hij zich ongestoord aan zijn lievelingsstudiën wijden. In dat jaar kreeg hij de titel van „ambtenaar belast met de zaken van het oud ar chief van de gemeente Wou brugge". Van Hemessen dacht aanvan kelijk dat zijn grootvader ba ron was geweest. Dit is bij het nasporen van zijn stamboom - welke overigens terug gaat tot het jaar 1500 - niet geble ken. Wel, dat zijn voorouders afkomstig uit een klein plaatsje in Duitsland, tot de „deftige stand" hebben be hoord. Zijn rechtstreekse voorvader Otto Diedenk van Hemessen was, toen hij in 1669 huwde, kapitein -luitenant in het re giment van Baar van Slange nburg. Zijn pas genoemde grootvader Otto Cornelis van Hemessen was „geneesheer" te Amsterdam. Bijbel Bijzonder groot was de liefde van Van Hemessen voor de geschiedenis en oudheid kunde. Hij wist deze liefde aan te kweken bij zijn mede- dorpsgenoten, die vóór zijn tijd - zoals in de gehele Rijn streek - voor de geschiedenis onverschillig waren. Er staat ergens geschreven: „Thans is elke Woubruggenaar een oudheidkundige in den dop" Misschien wat al te geflat teerd, maar een feit is, dat wanneer er in Woubrugge „iets ouds" werd gevonden of opgegraven, men zei: breng het maar naar de veldwach ter. Een kamer van zijn woning „Huys Ter Aar" aan de te genwoordige Comnekade was ingericht als werkkamer. Daar werden alle aanwinsten opgeslagen en gecatalogi seerd. Eén voorbeeld van zijn grote liefde voor historische zaken moge blijken uit het volgende voorval. Op de kansel van de Nederlands Hei-vormde kerk in Hoogmade ligt een Staten bijbel, een uitgave gedrukt in Latijnse letter en uitgegeven door Joh. Elzevier in 1663. De Woubrugse veldwaehter-hostorieus Otto Corlelis van Hemessen in zijn veldwachterstenueEen foto uit 1910. Deze bijbel werd in 1900 door Van Hemessen gekocht van twee lorrenboeren. Dat ge beurde op de weg bij Hoog made en Van Hemessen moest voor de bijbel drie gul den betalen. Bij een onderzoek bleek dat deze bijbel verkocht was dooi de toenmalige kosteres van de kerk. Ze had één gulden voor het kostbare boek ont vangen Van Hemessen was de handwagen, waarop de bijbel lag, reeds gepas seerd toen zijn aandacht blijkbaar getrokken moest worden, daar het historische document - zonder dat ie mand bij de wagen stond - met een doffe klap op de weg viel. De bijbel was in 1919 te zien op de Comrie-tentoonstelling in Woubrugge, welke door Van Hemessen was opgezet. Ds. Comrie heeft bij predikaties te Hoogmade meermalen van de Statenbijbel gebruik gé- maakt, o.a. op zondag 21 sep tember 1762 toen hij na het overlijden van de Hoogma dese predikant Gerhardus Ludovicus Koning een lij krede hield naar aanleiding van Psalm 89 49. Ds. K. Olivier, te Hoogmade van 1913 tot 1916, hoopte dat de in het bezit van Van Hemessen zijnde bijbel nog eens de plaats waar hij eigenlijk thuishoorde kon innemen. Ds. Hofstede, die van 1919 tot 1922 te Hoogmade stond, had die wens ook al geuit en tij dens de Comrie- tentoonstelling in Wou brugge deed Ds. Israels van Koudekerk, als consulent van Hoogmade, het verzoek aan Van Hemessen. Die schonk na afloop van de tentoonstel ling de oude bijbel op 26 juni 1919 weer aan de Nederlands Hervormde Gemeente van Hoogmade. Hier ligt de oude Statenbijbel nog steeds op de kansel. Schrijver Op 2 februari 1898 richtte de Woubrugse veldwachter de Oranjevereniging van Wou brugge op, die onder zijn lei ding bij de inhuldiging van Koningin Wilhelmina in dat zelfde jaar een imposant openluchtspel te zien gaf, voorstellende prins Maurits bij de verovering van Breda in 1590. Dit openluchtschouw spel trok de aandacht van het gemeentebestuur van Wou brugge en Van Hemessen werd dan ook onderscheiden met een fraaie gedenkpen ning vanwege het gemeente bestuur van zijn woonplaats. Zoals gezegd legde Van Hemes sen de voorlopige resultaten van zijn historisch onderzoek neer in het boekwerk „Eene wandeling door Woubrugge en Hoogmade." Was dit een zeer populaire beschrijving, op bijna 80-jarige leeftijd schreef hij een tweede en uit gebreider boek, „Jacobs woude en Woubrugge", hoofdzakelijk de kerkelijke historie van deze beide dor pen betreffend. Opmerkelijk is het uit dit boek te zien, hoe zeer zijn historisch inzicht toen was verdiept. In 1912 verscheen van zijahand een boekje over de Neder lands Hervormde kerk van Woubrugge, getiteld „De Ge reformeerde Kerck van Ess- elickerwoude." Een jaar later verheugde Van Hemessen zijn dorpsgenoten met een bezienswaardige op tocht, waarbij als hoogtepunt de onthulling van het monu ment ter herinnering aan het verdwenen dorp Jacobswou de, aan de Hereweg in de Vie- rambachtspolder. Hij organi seerde daarna nog een paar tentoonstellingen, waarvan de reeds genoemde Comrie- tentoonstelling in 1919 tot ver buiten Woubrugge de aan dacht trok. In 1925 was hij feitelijk de ziel van de Jan de Bakker herdenking, bij welke gele genheid een gedenksteen voor deze martelaar in de bui tenmuur van de kerk in Wou brugge werd aangebracht. Hele eer Na de verschijning van zijn eerste boek werd Van He messen in 1905 tot lid van de vereniging „Oud Leiden" be noemd. In 1921 werd hij dooi de Maatschappij der Neder landse Letterkunde onder haar ledental opgenomen en werd hij ook lid van het Histo risch Genootschap. Dat was toentertijd een hele eer, om daarvan lid te mogen worden. Op 31 december 1934, op 80- jarige leeftijd, erkende de re gering Van Hemessen's ver diensten door hem de ridder orde van Oranje Nassau toe te kennen, waarvan hij de teke ningen niet met weinig inge nomenheid aan iedereen liet zien. Niet alleen op het gebied van de plaatselijke geschiedenis, maar ook op velerlei maat schappelijk terrein in Wou brugge bewoog Van Hemes sen zich: de kerk, de school, de politiek, kortom, alles had zijn volle aandacht. Heftig van temperament als hij was waren botsingen weieens on vermijdelijk en die verschil len van weinig hebben er weer dan eens toe geleid dat hij persoonlijk tegenwerking ondervond. Zo kon het gebeuren dat door iiem felbegeerde documen ten hem werden onthouden. Het kerkelijk archief van de in 1895 tot openbaring gekomen Geref. Kerk werd even eens door hem verzameld en geordend en hoe graag had hij ook het zoveel „rijkere" ar chief van de Nederlands Her vormde Gemeente onder zijn beheer gehad. Maar dat werd hem geweigerd. Zelf zag Van Hemessen daarin een vorm van wantrouwen omdat hij behoorde tot een ander kerkgenootschap. Dat neemt echter niet weg, dat - toen eenmaal de kerkelijke tegenstellingen minder heftig waren geworden, de histori cus ruim genoeg van opvat tingen was om ook op buiten kerkelijk terrein te streven naar meer eenheid en meer samenwerking. Zijn vriende lijk woord en grote hulpvaar digheid heeft menig hart weer voor hem geopend en tot op hoge ouderdom mocht hij zich verheugen in de alge mene waardering en hoog achting van zijn dorp, dat hij zo lief had gekregen. Doofheid Van Hemessen was toen al enige tijd over zijn goede da gen heen. Een ongelukkige doofheid die was verergerd door het gebruik van hulp middelen, benam hem volle dig het gehoor en stelde hem als het ware buiten de maat schappij. Hij droeg zijn lot ge laten, in gelukkige gedachte nis aan het werk dat hem steeds zo lief was geweest en aan de velen die hem steeds vriendschappelijk hadden behandeld. Zijn kerk - Van Hemessen was gereformeerd - vond in hem een getrouwe volgeling. Nog steeds in al mijn doofheid be zocht hij de samenkomsten, zich tevreden stellend met het domineesbriefje, dat hem steeds werd uitgereikt en waardoor het hem mogelijk werd nog enigszins met de dienst mee te leven. Voor zijn gezin was Van He messen een model echtgenoot, een liefhebbend vader en een zorgzame zwa ger. Hij stierf in zijn woning „Huys Ter Aar" (kort voor de tweede wereldoorlog afge broken) welke hij in 1910 had aangekocht en hem steeds herinnerde aan de voorgan gers van het reveil te Wou brugge in de 18de eeuw, die daar aan de tegenwoordige Comriekade hadden ge woond. Een lang lijden bleef Van He messen gespaard. Na enige dagen van ziekte overleed hij op zondagmorgen 18 juli 1937 zeer onverwachts onder het gebruik van zijn ontbijt. Bij zijn begrafenis werd zijn stof felijk overschot door een grote schare van vrienden en kennissen gevolgd, waarvan vescheidene de dode aan de groeve herdachten. Naast alle hulde aan zijn ver diensten was echter de grond toon in alle toespraken dat hier een goed mens ten grave was gedaald. Niet vergeten Na zijn dood vergat de gemee nte Woubrugge Otto Cornelis van Hemessen niet. Zijn naam wordt levendig gehou den door de Van Hemessen- kade te Woubrugge en in 1953 werd de verzameling oudhe den, door hem bijeenge bracht, permanent geëxpo seerd in het gemeentemu seum. Op 11 april 1974 besloot de Cul turele Commissie het mu seum na de restauratie en heropening de naam „Mu seum Van Hemessen" te ge ven. Op 4 mei had de herope ning, in tegenwoordigheid van o.a. een zoon van Van Hemessen, de heer C. H. van Hemessen uit Alphen aan den Rijn, plaats door Woubrug- ge's eerste burger D. Brouwer de Koning. Tenslotte was in 1946 de ooste lijke kade van de wetering naar hem vernoemd en is het sindsdien Van Hemessenka- de. Zo is in Woubrugge nog steeds de naam van Otto Cornelis van Hemessen bekend en hebben we aan hem te dan ken dat er zoveel van de histo rie van de dorpen Hoogmade en Woubrugge heden ten dage nog steeds te zien is. *Op deze foto uit 1916 de hard stenen bank tegenover het munu- ment ter herinnering aan Jacobs woude in de Vierambachtspolder. Dit gedenkteken werd mede op initiatief van Van Hemessen opgericht. Hij staat hier links op de foto, met naast hem de historicus <G. van Zeg gelaar. Van Hemessen in de werkkamer in zijn woning "Huys Ter Aer" aan de tegenwoordige Com riekade in Woubrugge, tussen de iomvangrijke door hem bijeenge brachte historische collectie. Een foto van omstreeks 1935. Wfgjytafjig)® 6§ Voifil Inl®lAnl@§§®[nl

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1977 | | pagina 27