Tot hun nek toe in de dipsaus bellen de mensen de THD.. ZATERDAG-9 APRIL 1977 EXTRA PAGINA 17 Vorig jaar kwam in Zeeland een le gertje zenuwartsen in opstand tegen de oprichting van een tele fonische hulpdienst in die pro vincie. In een brief aan Gedepu teerde Staten sprak de Vereni ging van Zeeuwse Zelfstandige Zenuwartsen zich uit tegen sub sidiering. In dat geval zou het voor de initiatiefnemers onmoge lijk worden de plannen verder uit te werken. "Het vrijblijvende en anonieme telefoongesprek dat op deze ma nier plaafs heeftmag niet wor den gestimuleerd" en "dergelijke hulpdiensten bemoeilijken het werk van de professionele hulpin stellingen", stond destijds in die brief. Onrust en verslagenheid m het be stuur van de THD in oprichting Woede ook. De psychiaters had den er weinig van begrepen. 'Je kijkt naar buitende wereld in en je ziet de waanzin, waarin we met ons allen ver strikt zijn. We snijden ons brood met elektrische messen, zetten krullen in ons haar met krultangen en vreten met goede vrienden eindeloos veel 'after eight'We vreten ons vol met noten gedoopt in dipsaus. We consumeren en consume ren om te vergeten, dht steeds meer mensen verzuipen in welvaart. En tot hun nek toe in de dipsaus bellen mensen de telefonische hulpdienst". Nederland telt 25 telefonische hulpdiensten. Elke provincie, behalve Drente, heeft er één of meer. Instellingen, naar buitenlands voorbeeld opge zet, met het doel iedereen die daarom vraagt te helpen. Om eens poolshoogte te nemen bij een goed functionerende THD behoeven geen barre tochten door het land onder nomen te worden, want we hebben een uitstekend voor beeld naast de deur. Ons idee (wat zit er nou precies achter die keurige staatjes over het aantal bellers en hun pro bleem die jullie ons elk jaar sturen) wordt begrijpend ontvangen. Wel is er enig voorbehoud. De anonimiteit van zowel de "beller" als de vrijwilliger mag niet in het geding komen. Hun namen komen niet in de krant, ver slagen van gesprekken zijn niet openbaar. Na enig aan dringen wordt ingestemd met het meedraaien van een avonddienst. De hulpvraag door de telefoon horen we toch niet, hoogstens de reac tie van de vrijwilliger aan onze kant. Vijf jaar geleden werd de Stich ting THD in Leiden opge richt. Een initiatief binnen de universiteit. Eén van de men sen van het eerste uur was de psychiater prof. Speijer. Hij signaleerde een behoefte aan hulp bij met name de jongere studenten. Weg van huis, het vrije leven op een kamertje, op de drempel van volwas senheid. Hulp in een ongedwongen sfeer. Geen maatschappelijk werker op "kamerbezoek" of een spreekuur op vrijdag morgen tussen negen en tien. De telefoon was een uitste kend middel. In Engeland gebeurde dat al jaren en ook in bijvoorbeeld Den Haag en Rotterdam werkte het bevre digend. Vrijwilligers werden gevonden, een ihtroductie en een begeleiding door mede werkers van "klinische psy chologie" werd opgezet, voor een onderkomen en een tele foonaansluiting werd ge zorgd. De mogelijkheid tot dit soort hulp werd op gepaste wijze in de publiciteit ge bracht, met een verrassend resultaat: de telefoon rinkel de, maar wie er ook belde, het waren nauwelijks studenten. Nu, een lustrum verder, is daar nog weinig verandering inge komen. Een bestuurslid zegt: Opvallend is dat bejaarden, middelbare scholieren en studenten de minderheid vormen. Dat bejaarden weinig bellen valt nog te be redeneren. Er zijn er veel zonder telefoon, anderen kij ken toch wat vreemd tegen het apparaat aan en zullen het zeker niet voor dit doel ge bruiken. Bij scholieren en studenten zou dat anders moeten liggen. Een instituut als dat van de studentende canen vangt veel op, maar naar ons gevoel toch niet al les. Dat kan ook niet. Onder de vrijwilligers hebben we weer wel studenten". De storm ging liggen na een verzoek aan die club om zitting te nemen in het voorlopige bestuur. Een hamdige zet. In dit soort gevallen kun je "zwarte piet" maar beter in huis halen en het met hem op een akkoordje zien te gooien", dan hem op een afstand houden, zodat hij nog meer bij Sinterklaas gaat klagenen jij naar je centen kunt fluiten. Sinterklaas. Gedeputeerde Staten, koos inderdaad voor subsidië ring, het ministerie van CRM deed dat ook, zodat Zeeland in middels een eigen telefonische hulpdienst heeft. Toch is het aardig om hier nog eens bij de kritiek van toen stil te staan. Niet alleen omdat deze zich richtte tegen de grondvesten waarop de THD haar onderko men in het hulpverleningsveld De groei zat er bij de THD in Leiden goed in. Werd aan vankelijk nog niet met een 24-uurs dienst gedraaid, nu is nummer 125202 al weer en kele jaren dag en nacht be reikbaar. Tachtig vrijwilligers en een tweetal begeleidende parttime krachten maken dat mogelijk. "Wat heb je te bieden Een vrij williger heeft zichzelf te bie den. Het is belangrijk dat hij dat kan, zonder te vervallen in plattitudes. Therapeutje spelen is er bij ons niet bij". Evenals de bellers vormen de vrijwilligers een heterogene groep. "Selectie, eisen, dat is moei lijk", zegt een bestuurslid", we krijgen een telefoontje van iemand die zegt dat hij wel vrijwilliger wil worden. We stellen ons dan bewust gere serveerd op. Men moet niet de indruk krijgen dat we ieder een met open armen ontvan gen. We vertellen ze meestal direct in het kort wat er van ze verwacht wordt. Eens per twee weken een dienst, over dag 's avonds of 's nachts. Elke maand een groepsge sprek, verplichte trainingen, en de verwachting dat ze twee heeft gebouwd, maar vooral om dat ze wellicht representatief is voor in brede kring levende mis verstanden. Telefonische hulpdiensten, pasto rale luisterlijnen, de vrouwen telefoon de NVSH-lijn,Margriets vertrouwenstelefoon. Het zijn, dat staat zo langzamerhamd bui ten. discussie, niet meer weg te denken fenomenenwaar het gaa t om mensen die om een of andere iaar blijven. We noteren naam en adres en sturen ze een briefje. Ook weer met opzet wat nuchter geformuleerd. We vinden het leuk als je komt, maar realiseer je wel dat het inzet vraagt. Ook ver tellen we ze in die brief wat over de structuur van de stichting". Daarna is het voor de THD af wachten geblazen. Ervaring leert dat er doorgaans nog al wat tijd overheen gaat voor de brief wordt beantwoord. Een gedeelte laat niets meer van zich horen. Anderen reageren wel en worden uitgenodigd voor een gesprek met een be stuurslid en een ervaren vrij williger. Verloopt dat bevre digend, dan moet een dienst worden meegedraaid en moet het kaartsysteem, de informa tiebank, waarin de sociale kaart van Leiden is opgeno men, worden bekeken. De vrijwilliger wordt opgeno men in één van de groepen en wordt daar verder in zijn werk begeleidt. .De voorzitster van de over koepelende federatie voor THD's in Nederland vertelt: "Er zijn een aantal onge schreven regels. Nooit namen noemen van andere vrijwilli gers, nooit bij de bellers op reden in de knoei zitten. Alterna tieve hulpverlening wordt dat genoemd, omdat bij dit soort in itiatieven anders te werk wordt gegaan dan men gewend was. Juist bij dat woord alternatief (er is nauwelijks een term denkbaar met een zo beladen klank als deze) wringt de schoen. In het buiten land al lang niet meer, maar in Nederland duurt de geringschat- bezoek thuis, geen persoon lijke overtuigingen uitdra gen, ook al is dat vaak moei lijk te voorkomen. Zoveel mogelijk zelf doen en niet te snel doorverwijzen, want daar zijn de meeste bellers nu juist zo vaak op afgeknapt". Teder redelijk jgestructureerd mens kan vrijwilliger wor den. Ik geloof dat daar ook het misverstand ligt. Niemand kan het toch alleen. We heb ben allemaal wel eens hulp nodig. Als ik achter de tele foon zit en er belt iemand, zit ik toevallig aan de goede kant van de lijn. Heb ik wat meer geluk gehad dan degene die belt. Zo simpel ligt dat". 'Het is belangrijk dat je durft. En je kunt rustig ook eens zeggen dat je niet direct een oplossing weet. Gelukkig weet tegenwoordig niemand meer alles. En daar mag je best voor uitkomen Ik geloof dat de zelfverzekerde hou ding van veel professionele hulpverleners bij de meeste hulpvragers helemaal niet zo goed valt. Het is juist een normale, menselijke benader ing, die bij de relativering van een probleem een enorme rol speelt. En ik geloof dat we wat dat betreft bij de THD een tmg in sommige kringen van prö- fessionele hulpverleners, zóals in het genoemde concrete geval, nog voort. En dat is vreemd. Juist om dat een keihard gegeven is dat degenen die om hulp vragen niet tot de groep van critici kunnen worden gerekend, maar integen deel. een jaarlijks stijgende be langstelling aan de dag leggen en steeds meer van de diensten van de alternatieve hulp gebruik ma ken. heel eind zijn. We verwijzen steeds minder door naar an dere instellingen. Dat blijkt uit de verslagen en dat is een positief punt". Het ministerie van CRM en ook veel gemeenten zijn er de laatste jaren toe overgegaan een gedeelte van de kosten van telefonische hulpdien sten te subsidiëren. CRM stelt als uitgangspunt voor het ge ven van geld: niet meer dan twee THD's per telefoondis trict en een deskundige bege leiding van de vrijwilligers. Met name voor dat laatste is geld nodig. In Leiden wordt gewerkt met een maatschap pelijk werkster, in andere gemeenten met bijvoórbeeld een psycholoog Die eis van CRM brengt de THD's dichter bij elkaar, want de verschillen in werkwijze zijn hier en daar nog groot en stellen de feder atie, die zoals voof de hand ligt streeft naar een zekere uniformiteit, voor proble men. De voorzitster zegt: "De meeste THD's zijn uit kerken ont staan en dat maakt het toch wat moeilijker. Wij zeggen: Geen overtuiging uitdragen. Niet met de bijbel aankomen. Internationaal zijn er in het verleden op een congres In dat verband is het verhelderend om eens te kijken naar de voorlo pige resultaten van een onder zoek van een aantal leerlingen van een sociale academie, die de professionele hulp, geboden door de maatschappelijk werker, ver gelijken met die van de alterna tieven, zoals de "probleemrubrie ken" en telefoondiensten van da mesbladen. Dat onderzoek is nog niet afgerond, maar duidelijk is wel dat de drempel van "Mona", 'Lieve Lita' en consorte, aanzien lijk minder hoog is, dan die van het maatschappelijk werk. Lang niet altijd gaat het daar om levensgrote problemen. Lang niet altijd is een psychiater of een in gewikkelde therapie nodig om zicht op een oplossing te krijgen. Elke hulpverlener immers gaat instemmend knikken bij de vraag of het inderdaad juist is dat de soortgelijke principes aanv aard." "Ik ben bezig met het bezoeken van alle THD's in het land. Dan krijg je op een gegeven moment de werkwijze van ie dereen op een rijtje en kun je proberen rond de tafel te gaan zitten om te kijken of de ver schillende besturen wat dich ter bij elkaar te brengen zijn. Pastorale luisterlijnen en vrouwentelefoons zijn geen lid van de federatie, omdat die zich veel meer specifiek op een bepaald probleem rich ten. We stellen dat we voor al les en iedereen bereikbaar moeten zijn. Daar zijn we ook nog niet uit. Extreme vragen op het gebied van sexualiteit bijvoorbeeld. Hoe moetje die benaderen? En ketenbel lers?" Dat laatste begrip is een in krin gen van telefonische hulp diensten ingeburgerde term voor mensen die vaak bellen en die eigenlijk nauwelijks te helpen zijn. Soms drie keer in de week, maar ook wel een paar keer per dag, grijpt deze groep naar de telefoon. De ruimte voor "ketenbellers" wordt doorgaans als een groot nadeel van de THD ervaren. De stichting wil geen surro gaat voor een normaal contact problemen van veel mensen, voor de persoon in kwestie, na een eer ste gesprek met een buitenstaan der al als veel minder groot wor den ervaren dan voor zo'n eerste contact. De verscheidenheid in de aard van de hulpaanvragen.van simpel tot moeilijk, vraagt ook een ver scheidenheid in de mogelijkheden om hulp te bieden. De anonimiteit en de vrijblijvendheid in de posi tieve zin) die genoemde alterna tieve hulp garandeert werken duidelijk drempelverlagend, maar hebben tot nadeel dat het voor de doorsnee buitenstaander moeilijk is om greep te krijgen op de werkwijze van deze groep hulpverleners. Voor- en nadelen, waar de Telefonische Hulp Dien sten, onder de alternatieven ver reweg de grootste organisatie, dagelijks mee te maken hebben. worden. Mensen die minder makkelijk in contact met an deren komen vinden bij de THD immers 24 uur per dag een gewillig oor, maar helpen daar zich zelf op de lange duur niet mee. De vrijwilligers van de telefoni sche hulpdienst benaderen ij een probleem bewust an ders dan de professionele col lega's. Toch wordt er wel aan een zekere deskundigheids bevordering gedaan. Er wor den trainingsweekenden georganiseerd, met rollen spellen en andere ivingsoefe- ningen. Ook zijn er voorlich tingsavonden over bijvoor beeld de problematiek van verslaving. Om de vrijwilliger toch meer beeld te geven van de positie waarin degene die om hulp vraagt, verkeerd. Ook zijn er de internationale congressen, zoals anderhalf jaar geleden in Berlijn waar over een ander probleem van de hulp per telefoon werd ge sproken; de signaal functie. Vrijwilligers kunnen uit de gesprekken met bellers leem tes in de hulpverlening signa leren, of punten, waarop het systeem waarin we leven ter- kort schiet. En daarbij gaat het dan vooral om, zoals toen in Berlijn ook werd gezegd; "De moed te hebben de din gen te veranderen, die je kunt veranderen. De berusting die dingen te accepteren, die je niet kunt veranderen en de wijsheid te hebben om het verschil te onderkennen". De Telefonische Hulp Diensten Leiden is om die reden aange sloten bij de stedelijke werk groep Hulpverlening, een groep professionele helpers, die met het doel om tekorten en tevelen aan te pakken, sa men werken. "Ruim 20 jaar wonen mijn man en ik naast mijn schoonou ders. Mijn schoonvader is in die tijd gestorven en mijn schoonmoeder is inmiddels geestelijk en lichamelijk zo achteruit gegaan, dat zij ei genlijk voortdurend verzor ging nodig heeft. Die perma nente verzorging is automa tisch bij mij terecht gekomen, want ze duldt niemand an ders in huis en naar een be jaardentehuis wil ze voor geen prijs. Ik kan het zo lang zamerhand niet meer aan en wordt er zenuwpatiënt van. Ik heb ook nog de zorg voor mijn gezin en dat heeft er zoals het nu gaat, onder te lij den. V/at moet ik doen?" De formule van de telefonische Hulp Dienst heeft succes. Be schikbare cijfers zijn daar het bewijs van. Het verloop onder de vrijwilligers is veelal ongeregeld. De vakantie wordt nog al eens aangegre pen om een punt te zetten achter een periode van me dewerking. Een bestuurslid: "Zelf vind ik het belangrijkste van het werk, dat je gedwongen wordt om over allerlei zaken na te denken. Je leert te luis teren. Daar gaat het vaak om, want het zijn lang niet altijd problemen waar we mee te maken krijgen. Er zijn ook mensen die gewoon even rus tig willen praten. Soms doen ze dat vanuit een telefooncel". "De THD heeft zijn beperkin gen, daar zijn we ons heel goed van bewust. Het is niet zo, en dat wordt in Leiden door vrijwel iedereen goed beseft, dat wij tegen de pro fessionele instanties in wer ken. We werken samen. Naast elkaar. We zijn allemaal no dig". Door Ton van Brussel Foto: Dirk Ketting

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1977 | | pagina 17