Propaganda een nog jong werktuig in de grote politiek Nooit zal een propaganda- maker zeggen, dat j'Y o ■4 kwaadspreekt Propaganda is een vrij jong werk tuig in de politiek, zowel natio naal als internationaal. Beïnvloe ding van de eigen bevolking of die van een ander land, daar gaat het om. Als je bijvoorbeeld een ander volk met je propaganda demoraliseert zal dat ook invloed hebben op de leiders van dat volk. Nogmaals, daar gaat het om. Pas wanneer de massa's een ele ment van betekenis gaan worden wordt propaganda een ware in dustrie. Geen noodzaak Men kan tot ver in de negentiende eeuw nauwelijks over echte propaganda-activiteiten spreken. Er is dan nog nauwelijks nood zaak toe. In het Europees concert van grote mogendheden dat eeuwenlang het evenwicht in het oude werelddeel wenst te hand haven is politiek de besogne van de vorst en een toegenegen hof- kanselarij, later van een kleine bourgeois-élite. Het volk is onge letterd van geen gewicht, niet geïnteresseerd. Er is voor staat A nauwelijks urgentie om de be volking van staat B te beïnvloe den. Waarom zou men? Trouwens, behalve dat de burger lijke democratieën in het l»de eeuwse Europa maar heel schoorvoetend en gereserveerd hun basis verbreden, ontbreekt nog een element dat propaganda moet mogelijk maken: een hoog ontwikkeld samenstel van mas samedia. Boeken en kranten zijn nodig, maar dan moet de "doel groep" kunnen lezen, radio en televisie, maar dan moet die zelfde doelgroep tenminste be schikken over de middelen om deze nieuwe media aan te schaf fen. Thuisfront Pas in de Eerste Wereldoorlog stuit men op grootscheepse pogingen tot massale beïnvloeding. Dat geldt dan nog wel het thuisfront, de eigen markt. Pamfletten doen de soldaten in de loopgraven van Noord-Frankrijk kond van de barbaarsheden van de tegenpar tij. De communicatie technologie staat nog in haar kinderschoenen. Radio ligt in de wieg, dus de draagwijdte van de propaganda in de meest letter lijke zin is beperkt. De Tweede Wereldoorlog en de aanloop daartoe betekenen de eerste mondiale werkwinkel van de propaganda. De geperver teerde grootmeester heet Joseph Goebbëls. Ih het voortreffelijke Een rode, bolsjewistische ster, daarnaast het portret op de manier zoals anti-semieten joden tekenen. Daaronder in het Duits de tekst "dat bedreigt ons, wanneer we opge ven; daarom strijd tot aan de overwinning". Dit is een schoolvoorbeeld van propaganda. Nazipropa- ganda uit 1942. Kwaadspreken met een misdadig oog merk. Een ander affiche uit 1942. Ditmaal van Engelse makelij. Een prachtig stukje golvend Zuidengels landschap, de South Downs, een herder met zijn schapen. Niet de smog van Manchester of Leeds. "Uw Engeland, vecht ervoor", staat eronder. Ook dat is propaganda. Maar is het kwaad spreken? Is er een misdadig oogmerk? boek "Propaganda, thé art of per suasion: World War II" van An thony Rhodes staat een veelbete kenend citaat van Goebbels: "Niets is gemakkelijker dan het volk aan de teugel te leiden: ik hoef maar een verblindend campagne-affiche op te houden en ze springen er pardoes door heen". Definities De definities van het begrip propa ganda zijn legio. Een paar ele menten komen er echter steeds weer bij terug> er is een bron, meestal een staat, die het gedrag, het denken, opinies van anderen wil ver anderen; er worden symbolen door die bron, de communicator, in stelling gebracht; er is een zo intensief mogelijke inschakeling van de massa media; en er is die "doelgroep", waarom alles begonnen is. Die kan binnen de eigen landsgrenzen of invloedssfeer liggen, maar is in toenemende mate een kwestie van mon diale activiteit geworden. Ideologie De verhoudingen in de 19de eeuw zijn nauwelijks of niet ideolo gisch bepaald. De elites van tsa ristisch Rusland, Victoriaans En geland of habsburgs Oostenrijk-Hongarije mogen in zake territoriale invloedssferen van mening verschillen en di plomatiek intrigeren (gewapen derhand veel minder, de 19de eeuw is in dat opzicht bijzonder vreedzaam), op het stuk van, hoe de staat moét worden gerund, waar de plaats is van de verschil lende klassen in dit jeugdig kapi talisme, is er weinig verschil van mening. Ideologie is dus nog geen factor in de wereldpolitiek. Dat is die ideologie sinds de november-revolutie in Rusland, de nationaal-socialistische pe riode in Duitsland, het Japanse (niet-Europese) imperialisme wél. Propaganda is een permanent beïnvloedingsproces. Men geeft niet alle feiten, maar een selectie eruit, halve waarheden, kwart verklaringen. De inhoud van propaganda is nooit helemaal waar, maar evenmin helemaal onwaar. Het is een vals getuige nis. Een Canadese politicoloog heeft zich ooit afgevraagd of de ruim verspreide opstelling om propaganda geheel en al af te doen als leugens, misschien niet het gevolg is van die propaganda zelf. Ontdoen In zekere zin ontdoet Anthony Rhodes in zijn boek Goebbels van diens misdadige genialiteit bij zijn propaganda-activiteit. Wat hij voor binnenlands gebruik klaarstooft, blijkt in het buiten land heel wat minder goed ver teerbaar. Hij en ook Hitier den ken dat de anti-semitische en anti-bolsjewistische propaganda die het in het Derde Rijk zo voort reffelijk doen, een voortreffelijk exportartikel is. Hier slaan zij de plank mis, zowel voor als tijdens de oorlog. De ein deloze tirades tegen jodtn in Duitsland doen hun de sympa thie van vele Engelsen en Ameri kanen verspelen, die op zichzelf bepaald niet pro-joods zijn. Rho des ziet dat als een gevolg van de opvallende onwetendheid die de nazi's over het buitenland in het algemeen aan de dag leggen. Zo is Hitier er in de winter van 1940 heilig van overtuigd dat de anti- Churchill-propaganda de Britten er heel gauw van zal doordringen dat hun onverzettelijke premier de oorzaak van hun lijden en el lende is. Beperkte kennis Misschien heeft het falen van Goebbels in zijn buitenlandse bemoeienissen behalve met zijn bescheiden reislust ook ermee te maken dat in de jaren dertig de sociaal-psychologische kennis van dé massa nog beperkt is. Wie zijn het meest bevattelijk voor de beoogde propaganda, dat is nog altijd de hamvraag. Zo is men er langzamerhand achter dat men meer oogst wanneer men propa ganda zaait bij diegenen die toch al niet helemaal onvriendelijk staan tegenover de zaaier, dan wanneer men uitgesproken vijandigen tracht te bekeren. Zo is de Sovjet-Unie er zeker niet op uit om meer marxistisch- lenisten te kweken, maar wel om via vage symbolen als "vrede" of "algehele ontwapening" oprecht bevlogenen, niet-communisten, voor haar doeleinden te winnen. Ook is men er tegenwoordig ter dege van doordrongen dat jonge ren en soms apathische lieden gemakkelijker beïnvloedbaar zijn dan anderen. Overigens bij die apathie dan spoorslags de aantekening dat het ook een hele toer is om deze op zichzelf lege hulzen tot daadwerkelijke inte resse te krijgen. De Koude Oorlog en het ander halve decennium dat daarop volg mag de adoliscentieperiode van de propagandapraktijk wor den genoemd. Verfijning van de techniek, waarvoor Goebbels de fundamenten legde. Etiquetten Tot in het absurde wordt gewerkt met etiquetten. De propagandist pompt steeds opnieuw emotie in latente vooroordelen. Zo worden in de jaren vijftig communisten "de roden" en democratische re geringen worden "kapitalistische klieks". Er komt een aanhoudend leger mokerslagen vol generali saties. Westelijke propaganda spreekt over de eigen omgeving als "de vrije wereld", de commu nistische wereld met haai sovjet-dominantie plakt zich ont spannen het label "socialistische solidariteit" op. Het ziet ernaar uit dat de Sovjet- Unie op zichzelf meer is geslaagd in haar propagandistische oog merken dan de andere super macht, de Verenigde Staten. Maar één en ander laat zich moei lijk meten en wegen. Amerika heeft een technologisch zeer gea vanceerd apparaat onder de pa raplu van de United States In formation Agency. Tot de activi teiten behoren het beheren van meer dan honderd bibliotheken in het buitenland, het wereld wijde bereik van het radiostation The Voice of America, tèlevisie, studentenuitwisseling, het orga niseren van reizen door parle mentariërs of journalisten naar de V.S. en zo meer. Afwerend Het probleem van de Amerikaanse propaganda-strategen is wat men precies als imago zal verkopen. Vooral de Derde Wereld als doel groep is gereserveerd of door gaans afwerend. Er zijn voor beelden dat de V.S. zich met "democratie" en "vrij onderne mersschap" als begerenswaar dige thema's tot de Derde Wereld richt. De ontvangende partij blijkt dan te bestaan uit boeren zonder land, wier enige ervaring met "democratie" is, een corrupt regime met gesloten oligarchieën en met "vrij ondernemerschap" exploitatie en uitbuiting. De stevige nadruk op anti- communisme van de VS- propaganda heeft tot aan de Vietnamkater in het Westen wel enig effect gesorteerd. De Be- rlijnse Muur is als anti communistisch symbool tot in de diepte uitgebuit. Ook. het anti semitisme in Rusland, het schor ten aan individuele vrijheid, eco nomische moeilijkheden kunnen als plechtankers voor begrip in het geïndustrialiseerde Westen gelden. De Derde Wereld echter ligt daarvan niet wakker. Voor hen liggen de Sowjet-Unie en China ver weg. Argwaan Overigens krijgt ook de Sovjet propaganda in de Derde Wereld steeds meer te maken met arg waan en anti-gevoelens. Zelfs al heeft men zich steeds menen te moeten opwerpen als grote kam pioen van nationalisme, moder nisering en vredesstreven in die Derde Wereld. Daarbij is van groot belang dat de Derde Wereld er steeds meer van doordrongen raakt dat de dreiging van neo kolonialisme niet alleen uit het geïndustrialiseerde westen komt met zijn markteconomie, maar ook zeker uit de centraal geleide economieën van de socialistische landen in Oost-Europa. De aan spreekbare Derde Wereld is daarbij overigens heel nadrukke lijk een stadselite, die op haar beurt het proletariaat van de bi donvilles en de ongeletterde be zitloze boeren nauwelijks ruimte laat tot kennis en bewustwor ding. Gebod Is propaganda volledig te vatten onder het gebod: "Gij zult niet kwaad spreken?" Ongetwijfeld niet. De keiharde wijze waarop de Engelse, Ameri kaanse, Russische propaganda de misdadigheden van het nazi regime aan de kaak stellen is een goede zaak gebleken. De manier waarop propagandamethoden van de supermachten tegen an dermans vooroordelen gaat aan leunen, behoeft evenmin als schandalig te worden verworpen. Alleen, de praktijk leert dat er nau welijks sprake is van kritische bewustwording. De bijl is even bot als van de doorsnee- campagne voor chocoladerepen of wasmiddelen. Propaganda is in de praktijk politiek consump- tisme, waarbij de communicator als de eerste de beste rookwor stenfabrikant zijn eigen belangen wil veilig stellen. Uitgangspunt is in feite een enorme minachting voor de ontvangende partij. Pro bleem is dat wanneer men zelf niet in het gat springt, de andere partij het zal doen. Nederlaag Een gedachte van Rhodes in zijn boek over propaganda in de Tweede Wereldoorlog verdient een sten "Propaganda kan niet veel uitrichten tegen een vijand iavorotori d'Itölia I "Liberators" gla da oggi pensano per Tovvenire dei voslri figii.. aarop de bevrijders die fris en vol vertrouwen is. Pas wanneer de nederlaag zich gaat aftekenen, begint de propaganda te werken". Maar hoe zit het met propaganda voor de eigen markt? De Nazi's idealiseren een Arische superman en stellen de joden, de bankiers en de bolsjewisten aan sprakelijk voor de ellende in de wereld. Het gif werkt door tot de laatste wolken rook boven de plat gebombardeerde rijkskanselarij in Berlijn. En langer nog. Uit het proces tegen de oorlogs misdadiger Loyen in Roermond blijkt dat hij ook nu nog de groot ste moeite heeft om de joden als mensen te zien. De'Nazi's gelo ven dat de Duitsers een Herren volk zijn, zij beogen hun gezag binnen Europa en daarbuiten op te leggen, zij zeggen - propagan da! - echter dat zij geloven in een Europese cultuur (als zij zich tot de Fransen richten noemen zij in? het bijzonder de Franse cultuur, tegenover de Italianen de Ita liaanse cultuur en spreken dan niet, zoals ze binnenkamers doen over "dreclcige Italienische Schweine"). Zij willen heersen over Europa, maar zij doen het voorkomen, alsof zij slechts Eu ropa willen redden van het bols jewistisch gevaar. Zij zijn accu raat op het detail, maar opereren in een context van totale leuge nachtigheid. Dat is propaganda van het meest verwerpelijke, misdadige type. Geallieërden Maar de gealliëerden; die maken toch ook propaganda? Inderdaad. Met één verschil. De gealliëerden geloven dat hat na zisme een dreiging is voor de Westerse beschaving en de we reldvrede en beogen het volstrekt te vernietigen. En zij zeggen dat zelfde ook in hun propaganda, ongeacht tot wie of wat die is ge richt. Slordigheden van de geal liëerden, valse getuigenissen en zelfs chicanes kunnen derhalve geplaatst worden in een context van totale waarheid. Dat is pro paganda van een noodzakelijk en dus aanvaardbaar type. Nooit meer sinds de barre jaren tussen '39 en '45 heeft de zaak zo duidelijk en vanzelfsprekend ge legen. De V.S. hebben in hun propaganda in de koude- oorlogsperiode naar buiten voor namelijk gevariëerd op het thema "wat goed is.voor Amerika, is goed voor de wereld". Het gebrek aan werkelijke interesse voor de noden van de Derde Wereld, dat in zulk uitgangspunt doorklinkt, breekt de V.S. nog dagelijks op. De Sovjets schilderen jarenlang de rampspoed en uitbuiting van het laatkapitalisme voor een wes terse markt die zich consumptief het veelvoudige van het oostblok kan veroorloven en die terdege weet (maar dat kan contra- propaganda zijn!) dat de betaalde liefde in Leningrad in paren ny lons wordt uitgedrukt. Propagandamakers zullen ontken nen dat zij daarmee bezig zijn. Dus jokken ze er ook nog(bij en daar is het Opperwezen tegen. De illustraties bij dit artikel komen uit het boek "Propa ganda, the art of persuasion: World War II" van Anthony Rhodes (uitgegeven bij Angus Robertson, London, geïm porteerd door Meulenhoff- Bruna, Amsterdam, prijs f64.-)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1976 | | pagina 31