Dr. Eli Cohen: "In godsnaam
ook Sobibor niet vergeten"
DR. COHEN
Beelden
uit een
zwart
verleden
EXTRA
Eli Aron Cohen werd op 16 juli
1909 in Groningen geboren. Hij
studeerde voor arts aan de
Rijksuniversiteit. ''Over hun
graf reik. ik mijn ouders de
hand. Zij hebben me door zich
veel te ontzeggen voor dokter la
ten studeren. En omdat ik arts
ben geworden heb ik mijn leven
Eli was vijf jaar huisarts in
Aduard, maar kreeg in '41 een
verbod van de Duitsers. Op 13
augustus '42 probeerde hij met
zijn vrouw te vluchten en be
landde in de gevangenis aan de
Amstelveenseweg in Amster
dam.
Daarna het concentratiekamp
Amersfoort en doorgaanskamp
Westerbork. Op 14 september '43
bleef hij alleen over, na aan
komst in Auschwitz. Hij was
Haftling-arts in Auschwitz tot
18 januari '45, de dhg waarop
de Dodenmars naar Mauthau
sen begon. Hij kwam in Ebensee,
waar hij op 6 mei '45 werd be
vrijd.
Huisarts Eli Cohen promo
veerde op 11 maart '52 op het
geruchtmakende proefschrift:
"Het Duitse concentratiekamp.
Een medische en psychologische
studie". Het post-
concentratiekamp-syndroom
was eindelijk onderkend. Hij
was betrokken bij de oprichting
van de Stichting '40-'45. Dr. Eli
Cohen heeft enige tijd geleden
zijn schoolartsen-praktijk op
gegeven en bemoeit zich nu uit
sluitend met de therapie van
slachtoffers van het syndroom.
Over twee jaar wil hij het boek
over Sobibor af hebben. "Omdat
de tijd dringt. We hebben niet zo
lang meer te leven".
en dat is een steek voor mijn vader.
Zo ging hij door. Tien SS'ers wer
den gedood en helaas ontdekten de
anderen een lijk, waardoor toch
nog een overhaaste vlucht ont
stond. Het ging om ongeveer 450
mensen, onder wie 80 vrouwen.
Honderd vijftig bleven achter in
Lager Drei: zieken, ongelovigen
ouderen. Driehonderd mensen
vluchten en kwamen in het mij
nenveld terecht, dat de moffen uit
angst voor de partizanen rondom
het kamp hadden gelegd. De helft
kwam om en van de 150, die de bos
sen befeikten zijn er dertig in leven
gebleven. Zeven van hen heb ik dus
gesproken in Amerika, een aantal
zoek ik nog op in Israël!" Eli Cohen
moet zijn verhaal onderbreken. Er
wacht een patiënt. De man, die van
zich af schrijft om zich te bevrijden
van een verleden, helpt slachtoffers
van het concentratiekampsyn
droom. ("Ik kan ze verstaan").
Hij geeft zijn "egodocument" naar
de huiskamer mee: De Afgrond, het
relaas van zijn tocht langs de helle-
Ik hoor hem vriendelijk iemand uit
laten en even later daagt het beeld
van Sobibor weer op.
Love-affair
"Selma Engel-Weinberg ontmoette
Chaim in het kamp. Het verleden
zit vol bizarre toevalligheden. De
SS-beulen ontboden in een van hun
niet te verklaren buien een joodse
vrouw en man uit de rijen. Ze moes
ten met elkaar dansen".
"Wie begrijpt dat: dansen in Sobi
bor voor de beulen".
Eli Cohen lacht, bijna gelukkig: "Er
ontstond een love-affaire, zoals
Selme het zelf noemt en Chaim was
een van de zeer weinigen, die een
vrouw aan de hand heeft genomen.
Ook op de vlucht, bewonderens
waardig Zë leven allebei, samen".
Ik vraag naar de Afgrond, een boek
waarin Eli Cohen, die bleef leven
omdat hij arts was, zichzelf niet
schoonwast?
"Ik probeer eerlijk te zijn en als er
iets van deze wereld terecht wil
komen, dan zullen we met z'n allen
Door
Thom Olink
kregen. Iedereen feliciteerde mij de
volgende dag, ik was een held. Een
van de Duitse vrouwen, zei later in
de sfeer van verbroedering die zij
wilde: "En toch zijn we kwaad op
"Ik dacht, wat nu?
„Weet u wat ze zei: We zijn een
beetje kwaad op u omdat u aanstoot
geeft".
Eli Cohen slaat in de palm van zijn
hand, maar glimlacht dan. "U laat
het nummer op u arm zo duidelijk
zien met die korte mouwen en met
DAT hebben wij in Duitsland nu
wel afgerekend". "Heregod, be
grijp jij de mensen".
We roken een sigaret en praten wat
over het verzet.
"Ik acht de mensen van het verzet,
maar weetje in een bezet land, met
wapens en uiteindelijk de ruimte
om weg te kruipen is het wat anders
op te staan tegen de rotzakken, dan
naakt, vernederd en ongewapend".
"Daarom is het zo geweldig wat die
mensen in Sobibor hebben gedaan.
In Auschwitz is er ook een opstand
geweest in oktober '44, toen de da
geraad al voelbaar was. Maar in
Treblinka, Belzec, nee. Wat moest
je? Wie nu naar Sobibor reist, zal
vriendelijke natuur tegenkomen,
alles werd in de oorlog gelijkge
maakt, gegevens waren er niet, van
de doden geen spoor. Alleen die
dertig, die kunnen vertellen, wat er
door mensen werd bedreven".
Springstof
"Waarom ik dat boek
schrijf?" Hij zet z'n bril af en
kijkt, door me heen, naar
iets dat oneindig ver weg
ligt.
Later zal dr. Eli Cohen nog
een paar keer zo kijken, to
meloos diep, alsof de
spreekkamer en het bezoek
er niet meer zijn.
Een foute gedachte.
Als de lange pauzes, waarin
hij soms z'n hoofd met beide
handen pakt, worden afge
sneden met een volgende
vraag, antwoordde hij on
middellijk.
"Het zou onbillijk, oneerlijk
zijn als Sobidor vergeten
werd. Het zou zo verdomd
onbillijk zijn als 300.000 jo
den vergeten zouden wor
den. Daarom schrijf ik dat
boek. Omdat er 34.000 Ne
derlandse joden zijn ver
moord. 34.131. Van Ausch
witz weten we genoeg, maar
van Sobidor
eerlijk moeten zijn. We zijn klein en
tot alles in staat. Laten we ons wat
meer bloot geven. Ik heb al gezegd,
ik was ook laf.
Ik moest in Auschwitz in een van de
barakken op een raam passen. De
SS'ers waren bang, dat er mensen
doorheen zouden springen. Wat ik
deed. Op het raam passen, zei ik en
toen bekeek hij me. Van top tot
teen. Ik probeerde maar èèn ding,
kenmerkend voor alle gedragingen
in het kamp: me zo grijs mogelijk
maken. Een verkeerde oogopslag,
trekken met het been, niet begrij
pen wat hij bedoelde, alles kon op
dat moment tot de dood'leiden. Hij
vertrok
"En laat niemand me vertellen, dat
het niet meer mogelijk is. Wat
denkt u, dat het antwoord is, als nu
een referendum komt in Nederland
over de vraag of de Surinamers
weer naar huis moeten worden ge
stuurd. Wat dacht u? Ze zullen
moeten gaan."
Zachtjes: Je zet zo heel geleidelijk
stapje^ terug".
Eli Cohen staat weer voor het raam.
Voor de zoveelste keer.
"Een tijd geleden waren mijn
vrouw en ik in New York. Iedereen
waarschuwde ons: pas op in de
nachtelijke uren, pas op voor over
vallen, pas op voor negers. Op een
nacht zaten we in de ondergrondse
en toen zag ik het weer. Mijn vrouw
had een dure ring met de steen naar
de palm gedraaid en ik droeg mijn
horloge ook gedraaid. Veiligheid
verbergen. We pasten ons weer aan,
een klein stapje terug temidden van
de wereld vol intimidatie. Ik ben
toen zo kwaad geworden op me
zelf'
Kampwachten
Eli Cohen schreef in '52 een proef
schrift over het concentratiekamp-
syndroom. Dat in sloeg als een
bom.
"Het gekke is dat het in Japan nog
steeds verkoopt".
Hetgeen hij signaleerde zou later
onder meer leiden tot het "Centrum
'40-'45".
Nu besteedt hij veel geld en tijd aan
het opsporen en praten met de
kleine groep, die ooit in Sobibor
"Het kost me wel moeite om in
Duitsland rond te reizen en te pra
ten met voormalige kampwachten.
Maar altijd denk ik weer, het moet.
De mensen moeten weten, wat daar
is gebeurd Wat hebben die mensen
gedacht en gevoeld binnen dat sys
teem, dat zo voortreffelijk functio
neerde".
"Toen mijn beste vriend in Wester-
bork op transport ging huilde ik. Ik
wist niet waarom. Een gevoel, meer
niet. Hij vroeg me wat er met hem
zou gebeuren. Of hij zou blijven le
ven. Natuurlijk heb ik hem toen ge
zegd. Aan de doden hebben ze
niets
Eli Cohen wordt stil.
En dan zachtjes: "Mijn zoon heb ik
naar Westerbork gehaald. Ik stond
immers op de Stammliste, wat kon
ons gebeuren Waarom zou ik mijn
zoon laten onderduiken?
In Auschwitz heb ik gezwaaid, toen
hij met z'n moeder naar de gaska
mers ging". "Duizenden mensen,
kaalgeschoren, naakt, beheerst
door tien of twintig machtigen.
God, wat kon je doen"'.
"Selma Engel zei me het nog eens;
we begrepen er niets van. Je hoorde
door de muren: we gaan een bad
nemen". "Hoe konden andere
mensen tot zo iets komen. Ik geloof,
nee ik geloof niet in God, ik weet,
dat dictatuur, autoriteit tot zulke
dingen kan uitgroeien. Maar in
Duitsland toch eerder. Het land van
Der Untertan. Nu nog begrijpen ze
er niets van, keren hun gelaat af van
de waarheid.
Nummer
"Ik heb eens een cruise gemaakt en
al snel ontdekte ik dat het schip vol
Duitsers zat. Eerst kreeg ik ruzie, ik
las een biografie over Hitier en dat
hoorde niet. Daarna heb ik een
Duitse letterlijk uit een stoel ge
gooid, die ik voor een Francaise en
kele minuten vrijhield. Maar ik
werd plotseling held, toen ik als
arts een Duitse Herr Doktor bij
stond, die een hartaanval had ge
Op het eind, ja toen weigerden wij
ook om in een van de stollen nabij
Ebensee te kruipen. Die mijn zat
vol springstof met èèn klap wilden
de nazi's ons verwijderen, oprui
men voor de naderende Amerika
nen. We gingen niet, maar toen was
het al makkelijker.
Toen Patton met zijn Derde Leger
kwam, oh God, de waanzinnige
vreugde. Ik liep rond over een bin
nenplaats, duizelig. Ik had uitgere
kend, dat ik midden mei zou ster
ven, dan was mijn brandstof op.
Dat wist ik als arts. Een week er
voor kwamen ze in hun jeeps. Het
eerste wat ik heb gepakt was een
schrijfmachine en vellen papier.
Die pakte ik in een zak en iedereen
verklaarde me voor gek. Maar ik
wilde alles opschrijven. Direct, de
mensen laten lezen wat er allemaal
was gebeurd. Mensen onder el
kaar".
Nog altijd heeft Eli Cohen zichzelf
niet vrijgeschreven.
En soms wordt het hem te veel.
"Na drie weken in de Verenigde
Staten met voortdurende gesprek
ken over Sobibor kon ik niet meer.
Ik zat vol en stroomde over".
En dan weer zo onverwachts la
chend, datje niet durft mee te doen:
"Een van de vrouwen riep bij onze
ontmoeting in Amerika naar vrien
den: "Daar komt de man die egn
standbeeld voor me gaat oprichtèn.
Hij komt helemaal uit Europa. De
vrienden begrepen er niets van".
En dan: Selma vertelde me, dat ze
met een vriendin in New York naar
de bioscoop was geweest: een film
over een concentratiekamp. Toen
ze naar buiten liepen, zei Selma:
Weet je, dat ik dat allemaal heb
meegemaakt. En de vriendin zei:
Maak mij wat wijs".
Eli Aron Cohen werd op 16 juli 1909
in Groningen geboren. Hij stu
deerde voor arts aan de Rijksuni
versiteit.
"Over hun graf reik ik mijn ouders
de hand. Zij hebben me door zich
veel te ontzeggen voor dokter laten
studeren. En omdat ik arts ben ge
worden heb ik mijn leven gered".
Eli was vijfjaar huisarts in Aduard
en kreeg in '41 een verbod van de
Duitsers. Op 13 augustus '42 pro
beerde hij met zijn vrouw te vluch-
teh en belandde in de gevangenis
aan de Amstelveenseweg in Am
sterdam.
Daarna het concentratiekamp
Amersfoort en doorgaanskamp
Westerbork. Op 14 september '43
bleef hij alleen over, na aankomst in
Auschwitz. Hij was Haftling-arts in
Auschwitz tot 18 januari '45, de dag
waarop de Dodenmars naar Maut
hausen begon. Via Melk kwam hij
in Ebensee, waar hij op 6 mei '45
werd bevrijd.
Huisarts Eli Cohen promoveerde
op 11 maart,'52 op het geruchtma
kende proefschrift: "Het Duitse
concentratiekamp. Een medische
en psychologische studie". Het
post-concentratiekamp-syndroom
was eindelijk onderkend.
Hij was betrokken bij de oprichting
van de "Stichting '40-'45". Dr. Eli
Cohen heeft enige tijd geleden zijn
schoolartsen-praktijk opgegeven
en bemoeit zich nu uitsluitend met
de therapie van slachtoffers van het
syndroom.
Over twee jaar wiï hij het boek over
Sobibor af hebben. "Omdat de tijd
dringt. We hebben niet zo Icing meer
te leven".
Eli Cohen staat op en begint in hoog
tempo door de kamer te lopen.
Nee, dat kan niet".
Hij schudt z'n hoofd vele malen.
"Dat zou een triomf zijn voor dat
systeem van de Duitsers. Oh, jon
gen, dat systeem, God, die geheim
zinnigheid. Zelfs die 300.000 doden
is een schatting: Naar de woorden
van een Poolse baanwachter, die de
wagonladingen mensen zo'n beetje
heeft bijgehouden".
Dokter Eli Cohen - Amersfoort -
Westerbork - Auschwitz - Mauthau
sen - Melk - Ebensee - gaat weer
zitten: „Daarom!"
"Omdat de enkele getuigen zullen
sterven, omdat ik doodga en omdat
er dan niemand meer is, die kan
yertellen en optekenen wat Sobi
bor was. Sobibor uit de reeks
Chelmno, Treblinka, Belzec. Uit
het Vernichtungslager Belzec zijn
twee mensen ontsnapt. Van de
600.000. Dat gaat het bevattings
vermogen toch te boven. Wie er niet
is geweest, weet niet wat mogelijk
is. Waartoe een dictatuur kan lei
den. Als ik een boek schrijf is het
ook om te waarschuwen tegen de
dictatuur, tegen de waanzin".
Gezag
Hij staat weer op en wijst naar bui
ten.
"Drie Nederlandse joden hebben
Sobibor overleefd, twee ken ik er,
twee vrouwen. Daar hoort Selma
Weinberg bij. Ik heb haar enkele
weken geleden opgezocht in Ame
rika en nog zeven families,joden uit
Sobibor; ze vormen èèn familie. Ik
heb gesproken met ze. Ik kan het,
ze accepteren me, omdat ik het
nummer van Auschwitz heb".
Z'n plotselinge lachje gaat mijn
verstand te boven.
''Ook in nummers heb je rangen en
standen. Ik heb wel eens iemand
ontmoet, die me gekscherend be
spotte met mijn nummer; veel te
hoogHij had zo veel langer in
Auschwitz gezeten".1
"En ik ga ook een boek schrijven
over Sobibor omdat ik hoop, dat de
waarheid eens naar boven zal ko
men. De volledige waarheid. De
mens is een egoïst, denkt eerst aan
zichzelf, maar het moet toch moge
lijk zijn een Duitser te vinden, die
open wil praten. Ik heb de namen
van de SS'ers en met een enkele
heb ik al gesproken. Ze zijn bang,
dat de waarheid zal leiden tot her
opening van hun zaak, dat ze het
gezag zullen verliezen, dat ze in ei
gen kring weer hebben opge
bouwd. Die mensen moeten toch
ook een geweten hebben".
En met stemverheffing: "Want het
waren geen pathologische typen,
maar gewone mensen, die tot alles
in staat waren. Ik heb de naam van
een verpleger uit Sobibor en ik
hoop dat uit de relatie arts-
verpleger de kans zal overkomen
tot een werkelijk gesprek.
Natuurlijk vinden mensen het
moeilijk te .geloven dat een joodse
dokter, die in Auschwitz en Maut
hausen heeft gezeten, wil praten
met de doders van het Derde Rijk.
Maar hoe kunnen we ooit achter de
waarheid komen. Als deze genera
tie is voorbijgegaan, is ook de mo
gelijkheid gestorven op te tekenen
wat zich in Sobibor heeft afge
speeld. De 30 mensen, die ooit uit
de hel van het Poolse kamp vlucht
ten en de bewakers zijn de laatsten.
Perfect
Eli Cohen staat weer op en begint
aan zijn vijf stappen op vijf stappen
neer door de kamer.
"Dertig mensen van 300.000. Een
handjevol Duitsers baas over een
onafzienbare hoeveelheid gevan
genen, dat kon alleen in een perfect
systeem. En omdat wij zo weinig in
de gaten hadden, aan onszelf dach
ten, aan ons leven".
Hij gaat voor het raam staan en
kijkt dan ongetwijfeld, zoals hij
eerder door mij heen heeft ge
staard. "We kwamen aan in Ausch
witz; mijn schoonmoeder, mijn
schoonvader, mijn vrouw en m'n-
kind. De mannen apart, de vrou
wen ergens anders".
VLUCHTEN
Het is een tijd stil in de spreekka-
"Toen mijn vrouw en m'n zoontje
van vier en mijn schoonmoeder
achter op een auto wegreden,
zwaaiden we naar elkaar. We waren
niet bang, of paniekerig. We wuif
den: tot straks.
God, wat een raffinement
"En wat heb ik gedaan, zo hard als
ik kon gelopen, toen er om Arzte
werd gevraagd. Een kans, ze heb
ben me nodig. Mijn gezin ver
moord, mijn schoonouders ver
moord en ik rende voor m'n leven.
Oppassen, dat ik niet opviel. Die
onmacht, die schuld niets te heb
ben gedaan, die komt zo vaak te
rug".
We roken sigaretten.
"Weet je in Amsterdam
"Het begon in Groningen, waar ik
ben geboren. Ik zou vluchten met
m'n gezin, op een houtbo'ot naar
Zweden. Wie gelooft dat nu, je
brengt toch geen hout naar Zwe
den? Nou, ik geloofde het. De taxi,
die ons oppikte nadat we hadden
betaald voor de vlucht, reed ons re
gelrecht naar de Gestapo.
In Amsterdam verhoorden ze me:
"Wilde u vluchten?"
"Nee, dat niet".
"En die SS'er achter het bureau
draaide toen een pistool op tafel
om; de loop naar mij gericht.
"Wilde u vluchten?"
"Ja, ik wilde vluchten".
Zo ging je door de knieën, alsmaar
denken: ik wil blijven leven. Ver
domme, wat moest je doen met je
blote handen".
En dan zegt hij, veel luiden "Maar
ze zijn er geweest, die het hebben
gedaan. Wat een krachten kunnen
mensen ontwikkelen. Die boven
het egoïsme zijn uitgestegen. De
joden, die de deur van een gaska
mer eruit braken. De opstand in
Sobibor".
We steken nog een sigaret op.
Normaal rookt Êli Cohen niet.
"Sobibor begon in mei '42. Hon
derdvijftig mensen (er gingen al
leen joden naar Sobibor, Red.)
werkten bij de gaskamers, een
commando, dat geregeld werd ver
nieuwd: getuigen werden doodge
schoten. Verzet was er niet. Joden
'waren nu eenmaal geen mensen
voor wapens, geen militairen, dat
paste niet bij elkaar".
En dan, wat triomfantelijk: "Nu is
er Israël, dat gaat anders".
Verzet
"Op 23 september '44 kwam er een
transport uit Minsk aan in Sobibor.
Met Sowjetrussische joden. Onder
hen was een luitenant van het Rode
Leger Sacha Peczordki. Hij bezat
militaire kennis en binnen'enkele
weken waren er plannen voor een
ontvluchting. De mensen hadden
haast, Sobibor zou worden opge
heven. De smid had bijlen en mes
sen gemaakt en de betrokkenen
spraken af dat de SS'ers èèn voor
èèn zouden worden gedood. Op die
manier wekten de gevangenen de
minste argwaan. Ik weet het van
Chaim Engel, die ik in Amerika heb
gesproken".
Eli Cohen raakt dan duidelijk op
gewonden. Hij slaat met een hand
in de open palm van de andere en
zegt "Chaim heeft het me verteld.
Ze riepen de SS'ers èèn voor èèn,
met een zogenaamde boodschap.
Chaim doodde een SS'er op de ad
ministratie. Met een mes. Hij riep:
Dat is een steek voor mijn moeder
Verbrandingsovens.
Westerbork; wachten op deportatie.
Als vee in de wagons.