Amerika stapt over drempel "echte" bemande ruimtevaart Shuttle bij energiestation Op vliegtuig lijkende „shuttle" in '80 klaar Ruimteschip kan ppk „spion-maan' enteren ZATERDAG 2 OKTOBER 1976 EXTRA Een space-shuttle heeft in dit getekende toekomst beeld zojuist met een grijp arm een meegevoerde sa telliet in een baan om de aarde uitgezet. Tot op het laatste moment kunnen herstelwerkzaam heden aan de kunstmaan worden uitgevoerd, wan neer er een mankement zou zijn opgetreden. Duidelijk zichtbaar zijn de kleppen, die de zoldering vormen van de laadruimte van de shuttle, die tijdens deze manoeuvre werden open geklapt. Aan de voorzijde van het vliegtuigachtige ruimte schip de afgesloten cock pit, waarin drie getrainde astronauten de navigatie verzorgen. In de op deze tekening geopend? laad ruimte kan ook het in Eu ropa in ontwikkeling zijnde space-lab worden meegevoerd. Amerika is bezig, over de drempel van de "echte" bemande ruimtevaart te stappen. Vrijdag 17 september reed de eerste space-shuttle onder belangstelling van vele ruimtevaart- specialisten uit de constructiehal van Rockwell Internatio nal in Palmdale, Californië. Dit op een vliegtuig lijkende ruimtevaartuig verschilt in vrijwel alle opzichten van de bemande capsules die tot dusver werden gelanceerd. De grootste hinderpaal voor een nog snellere dan reeds getoonde ontwikkeling van de bemande ruimtevaart wordt gevormd door de exorbitante kosten. Die gelden niet alleen de indrukwek kende opleidingskosten van ruimtevaarders maar zeker ook de kosten van de gebruikte ruim tevaartuigen en de lancerings middelen. Slechts een overbodig geworden tweede trap van een Amerikaanse Satumus-raket en enkele Russische ruimtestations van het type Saljoet hebben meer dan èèns dienst gedaan voor een bemande ruimtevlucht. Die Satumus-trap was Skylab, een ruimtestation dat driemaal een bemanning tot verblijf diende en daarbij velerlei records boekte, ook in duur van het gebruik. Al les wat verder de ruimte in werd geschoten voor de bemande ruimtevaart ging verloren en was derhalve niet meer dan éénmaal gebruikt, afgezien verder van in strumenten die de Amerikaanse maanlanders op de maan achter lieten en die deels nog steeds waardevolle wetenschappelijke gegevens naar de aarde zenden. Belangrijkste verschillen: len bruikbaar en ook in staat we tenschapsbeoefenaren* met een slechts geringe technische en fy sieke voorbereiding vluchten te laten maken. Het verschil tussen shuttle en bij voorbeeld Mercury-, Gemini- en Apollo-capsules is zo groot als tussen indertijd de eerste redelijk betrouwbare zeeschepen en de uitgeholde boomstammen, waarmee de prehistorische mens zich voor het eerst door de bran ding waagde op de voor hém on metelijke uitgestrektheid van de wereldzeeën. Met de plechtigheid van 17 sep tember is de shuttle nog lang niet bedrijfsklaar. Er moet nog veel aan gesleuteld en afgeboiiwd worden voordat volgens pro gramma de eerste testvluchten in de atmosfeer eind van volgend jaar zullen plaats vinden en de eerste vlucht in een baan door de ruimte om de aarde in 1980. Het is de vraag, of Amerika met deze shuttle, die in grootte vergeleken kan worden met een DC-9 straal- passagiersvliegtuig, daarmee het eerste ruimtevaartuig voor be- geraakte tank, waarin zich vloei bare waterstof en vloeibare zuur stof bevonden, wordt dan afge worpen om ver buiten het start- gebied in zee te vallen. Dit is het enige deel van de gehele combi natie dat verloren gaat en voor elke start nieuw moet worden gebouwd. Met behulp van boord- raketten en navigatiebrandstof stuurt de shuttle zichzelf daarna 'naar de beoogde baan om de aarde op circa 185 km hoogte,'met een snelheid van circa 28.000 km per uur. Wanneer de shuttle-bemanning de opgedragen taken in de ruimte heeft uitgevoerd wordt de snel heid door middel van het werken van de boord-raket verminderd en wordt de shuttle door de stuurraketten iets van koers ge wijzigd, waardoor de baan lager wordt. In de bovenste lagen van de atmosfeer begint een glij vlucht met behulp van de delta vleugels. Daarbij wordt de snel heid verder afgeremd en vervult de onderkant van romp en vleu gels de taak van het hitteschild van de voorgaande generaties tussen de cockpit in de neus en de' raketinstallaties in de staart. Deze laadruimte heeft deurklap- pen, waardoor de gehele zolder ing geopend kan worden wan neer het toestel zich eenmaal in een baan om de aarde bevindt. In die laadruimte bevinden zich ook de vier "passagiers", die dan ge kleed moeten zijn in ruimtepak- ken met zuurstofvoorziening. Is de zoldering van de laadruimte gesloten, dan kunnen de passa giers in normale dagelijkse kle ding in -^en normale aardse at mosfeer werken. Tussen cockpit en laadruimte bevindt zich een luchtdichte want met een lucht- sluis, zodat er altijd verkeer over en weer tussen beide comparti menten mogelijk is. Deze opzet maakt van de shuttle een "echt" ruimteyaartuig dat ta ken kan uitvoeren waarover men vroeger alleen maar kon dromen. Station Het hoofd van de NASA, James C. Fletcher, verklaarde dezer dagen dat één van de mogelijkheden Met de shuttle kunnen kunstma nen naar de ruimte worden ge bracht en ter plaatse in de juiste baan worden gezet. Bovendien kunnen de apparaten van zo'n sa telliet tot op het laatste moment, na de kritieke lanceerfase waarin van alles kapot kan gaan, in de gewenste conditie worden ge bracht. Bovendien kunnen dank zij de constructie van de shuttle technici naar een eenmaal gelan ceerde kunstmaan worden ge bracht om deze te repareren, wanneer er een mankement op treedt. Dat werkt zeer kosten besparend. Dan is het ook denkbaar, dat met behulp van de shuttle reddings operaties in de ruimte worden uitgevoerd. De constructie van een enorm ruimtestation voor het opvangen van zonlicht en door stralen met behulp van ultrakorte golfstraling naar de aarde zou een belangrijke bijdrage kunnen vormen tot de energievoorzie ning van de miljarden op onze wereld. WETENSCHAP TECHNOLOGIE Op stal door P. Bok mande vluchten van dit type zal zijn. De Russen werken aan een soortgelijk project, de kosmoljot, maar zoals gebruikelijk zijn er geen nauwkeurige gegevens over de-stand van zaken inde verdere ontwikkeling van Russische pro jecten. De Russen zullen alles op alles zetten om het eerste exem plaar van de eerste generatie van "echte" bemande ruimteschepen te lanceren, maar hun jacht op primeurs in het verleden heeft toch naast vele successen genoeg tegenslagen opgeleverd om ze te behoeden voor een te riskant ontwikkelings-tempo. Er zijn voor zover bekend enlcele opmerkelijke verschillen tussen de Amerikaanse en Russische ontwerpen voor het ruimtevlieg tuig. De Russische Kosmoljot is ongeveer dertig meter langer dan de Amerikaanse shuttle en start bovendien in horizontale positie als een vliegtuig, terwijl de Ame rikanen nog altijd in verticale raket-positie starten. De landing van beide voertuigen vindt in ho rizontale positie plaats, als bij een vliegtuig. Amerika zet nu voor de bemande ruimtevaart de Titan-, Atlas- en Satuniusraketten op stal. Hun ontwikkeling en gebruik heeft honderden miljarden gekost, evenals die voor de Mercury-, Gemini- en Apollo-capsules en alle lanceer- en controlefacilitei ten, die daarbij hoorden. Men kan eindeloos discussiëren over de vraag of dergelijke uitgaven (ook bij de Russen) gerechtvaardigd waren, wanneer wij ze afwegen tegen zowel de resultaten als tegen de financiële noden die wij op aarde kennen, maar er is in dit artikel geen plaats om deze dis cussie nog eens op te rakelen. Feit is, dat vrijwel aÜes wat voor de bemande ruimtevaart naar -bui ten de atmosfeer werd gestoten onherroepelijk voor eenmalig gebruik was en daardoor verlo ren is gegaan. Dat gaat nu, wan neer in 1980 de shuttle in dienst komt, anders worden. Tegen die tijd zal de tweede shuttle al ge reed zijn om getest te worden. De bedoeling is er nog meer te bou wen, maar daarvoor zijn de fond sen nog niet beschikbaar gesteld. Brandstof De shuttle is een deltavleugelig vliegtuigvormig ruimtevaartuig, bij de start bevestigd op een enorme brandstoftank met ter weerszijden raketten. Deze com binatie start van een lanceerbasis in verticale positie als èèn enorme raket. Met een beman ning van drie koppen en maxi maal vier "passagiers" begint de vlucht door de twee raketten ter weerszijden van de brandstof tank ongeveer twee minuten op volle kracht te laten werken. Zij dragen vaste brandstof mee. Na die twee minuten worden de ra ketten afgestoten om aan een pa rachute te dalen ip zee ongeveer 235 km van de startplaats. Zij worden uit het water opgevist, geborgen en daarna gereed ge maakt voor gebruik bij een vol- s gende start. Inmiddels werkt de hoofdraket van de shuttle op brandstof uit de grote meegevoerde tank. Dit deel van de operatie duurt tot acht minuten na de start. De dan leeg- Een space-shuttle gekop peld aan een met behulp van dit soort ruimtesche pen in de ruimte geassem bleerd ruimtestation voor het opvangen van zonne- energie. De enorme, vele vierkante kilometers grote zonnepa nelen collecteren de zonne-energie om deze in de vorm van kortegolf stra ling naar de aarde te zen den. ruimtecapsules: opvangen en af voeren van de wrijvingshitte. tDe shuttle landt dan als een vlieg tuig op een sterk verlengde lan dingsbaan bij de startplaats, d.w.z. Cape Canaveral in Florida of Vandenberg Air Force Base in Californië. In noodgevallen kan ook op een ander groot vliegveld worden geland. Missie Na de vlucht is de shuttle waar schijnlijk binnen twee weken weer in orde gemaakt voor een volgende ruimte-missie. De shuttle is berekend op vluchten tussen de 7 en 30 dagen. Dank zij het feit dat de volledige vluchto- peraties door drie bemannings leden kunnen worden uitgevoerd en de versnellingstoename nooit hoger ligt dan 3 G kunnen ook slechts matig geoefende, normaal gezonde "amateur-astronauten" tot maximaal vier per- vlucht meegaan met de shuttle. Dat geeft wetenschapsbeoefenaren van allerlei disciplines gelegen heid, studies te doen in het unieke milieu van het kosmisch vacuum en bij een toestand van gewichtsloosheid. De shuttle kan maximaal 29.500kg aan nuttige Tadihg, aan instru menten etc. meenemen en met een lading van 14.500 kg nog vei lig landen. De,ze nuttige last kan meegenomen worden in de romp van de shuttle van de shuttle het bouwen van een permanent ruimtestation in houdt. Hoewel de NASA met een voor elk jaar apart vast te stellen budget werkt en het dus uiter mate moeilijk is om grootse kost bare projecten op stapel té zetten, ziet Fletcher de constructie van zo'n ruimtestation in een baan om de aarde als èèn van de be langrijkste van de komende de cennia Zo'n station kan onmoge lijk als èèn geheel worden gelan ceerd. Het is daarvoor te omvang rijk en te zwaar en bovendien moet het qua inrichting en outil lage steeds weer kunnen worden aangepast aan het werk waarvoor het bedoeld is: biologische re search, medisch onderzoek en technisch-industriële experi menten, problemen met betrek king tot energievoorziening van de aarde via de ruimte en ook zui ver wetenschappelijk astrono misch onderzoek stellen geheel verschillende eisen. Dat geldt ook voor verder onderzoek van de aarde en haar atmosfeer vanuit de ruimte, een van de belangrijk ste aspecten van de ruimtevaart tot het jaar 2000. Zo'n veelzijdig bruikbaar ruimtes tation kan alleen in de ruimte zelf worden geassembleerd. De on derdelen en materialen kunnen met de Shuttle worden aange voerd, in de beobgde baan om de aarde wordengeparkeerd en door astronauten worden sa mengevoegd. Geheimen Ongetwijfeld zijn er ook negatieve mogelijkheden, althans moge lijkheden die problemen kunnen oproepen. De shuttle kan dankzij een grote manoeuvreercapaciteit in de ruimte, vijandelijke spio- nnagesatellieten enteren en on klaar maken of hun technische geheimen napluizen. Dat geldt natuurlijk over en weer voor Oost en West, maar deze mogelijkhe den leggen er nog eens de nadruk op dat het de hoogste tijd wordt, een effectief "ruimterecht" te ontwikkelen en internationaal over zaken als deze verdragen af te sluiten. Dat zal nog een hele opgave zijn, wanneer we er aan denken, dat zelfs het internatio nale zeerecht op aarde al meer problemen oplevert dan we op dit moment kunnen oplossen. Kortom, de verwachtingen omtrent de space-shuttle zijn hoogges pannen. Niet alleen vanwege dit Amerikaanse project zelf, maar ook dankzij de bijdrage die de Europese ruimtevaartorganisatie ESA in verband met het shuttle project zal leveren. De ESA (European Space Agency) ontwikkelt thans het space-lab, een soort geprefabriceerd en soepel aanpasbaar ruimtelabora torium dat in de laadruimte van de shuttle past. Het is niet be doeld om vanuit de shuttle gelan ceerd te worden maar uitsluitenc om in de romp van de shuttle omhoog te worden gebracht en geleerden en technici in staat te stellen daar in het milieu van ge wichtsloosheid en desgewenst komisch vacuüm experimenten uit te voeren. Veel wetenschap pelijke experimenten behoeven dezelfde basis-apparatuur en op stelmogelijkheden voor instru menten. Het is overbodig en der halve veel te kostbaar om voor elk experiment apart deze instal laties in een ruimteschip in te bouwen. ESTEC Slaagt men er in, een soort "eenheids-laboratorium" te con strueren waarin experimenten van velerlei aard een goed onder komen vinden, dan worden de kosten van het ruimteonderzoek aanzienlijk en kardinaal ver laagd. Dat is de taak die Europa op zich heeft genomen als bij drage tot het shuttle-programma. In de ESA speelt ook Nederland een belangrijke rol, ondermeer door zijn gespecificeerde en hoog gekwalificeerde industrie maar ook dank zij de vestiging van de grootste van alle ESA-complexen in ons land, het Noordwijkse ES TEC, het centrum voor de Euro pese ruimte-technologie. De kosten van het shuttle programma zijn hoog, namelijk bijna twintig miljard gulden naar de huidige prijzen. Dit betreft echter alle ontwikkelingskosten en de constructie van de eerste tweë exemplaren. NASA is van plan vijf shuttles te bouwen, die elk een peer honderd vluchten kunnen maken. Na de aflevering van de eerste twee shuttles zal de constructie van de overige drie per stuk "slechts" eenënkwart miljard kosten. 50 Miljoen Hoewel de ontwikkelingskosten voor het programma zeer hoog zijn blijken de operationele kos ten relatief zeer laag. NASA schat, dat èèn vlucht met de shuttle ongeveer 50 miljoen gul den zal kosten, slechts een fractie van de kosten van de lancering van een zware kunstmaan in een aardbaan door een slechts één maal bruikbare Saturnus-5- maanraket. Ter vergelijking kan voorts dienen, dat de kosten van het Viking-Marsproject voor de onbemande ruimtevaart 2,5 mil jard gulden hebben bedragen en de kosten van de Apollo- ontwikkeling en de maanvluch- ten ongeveer negentig miljard gulden. Dat waren bovendien eenmalige projecten met alleen wetenschappelijke resultaten. De shuttle zal bovendien in staat zijn, de kosten van toekomstige ruimte-expedities aanzienlijk te. verlagen. Wanneer men vanuit een shuttlebaan om de aarde een bemande capsule of een onbe mande sonde lanceert, is men in de eerste plaats zeker van een juiste functionering van alle ap paratuur na de kritieke lanceer- fae vanaf de aarde en voorts van een aanvangssnelhei'd van onge veer 28.000 km per uur (de snel heid van de shuttle) zodat er be trekkelijk weinig extra nodig is om aan de aantrekkingskracht van de aarde te kunnen ontsnajv- pen. Saturnus De nadruk, die de NASA in de jaren zeventig legt op de ontwikkeling en bouw van de shuttle betekent niet dat de Amerikaanse ruimtevaart-activiteit alleen hierop is gericht. Pe NASA is v<in plan door te gaan met de lance ring van geavanceerde onbe mande ruimtesondes zoals de twee vikingen dieop Mars naar twee vikingen die op Mars naar leven zoeken. Zo zullen volgend en Saturnus worden gezonden om deze reuzeplaneten van het zonnestelsel aan een verder on derzoek te onderwerpen. De NASA heeft tot dusver 16 van de 19 voor dit jaar op het programma staandeonbemande satellieten gelanceerd. Slechts 2 ervan wer den uitsluitend door de NASA bekostigd, de andere voor andere landen of voor (15 in getal) com merciële organisaties zoals communicatiekunstmanen. Voor 1977 staan afhankelijk van de ontwikkeling 18 tot 23 satellieten op het programma. Maar het shuttle-programma blijft nummer èèn en opent de meeste perspectieven voor wetenschap en techniek. Er bestaan nog geen welomlijnde en aan tijdschema's gebonden plannen voor permanente neder zettingen of woonoorden in de ruimte om de aarde maar NASA directeur Fletcher verzekrde on langs het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden dat zo'n ruimte-kolonie op het ogenblik technisch al te verwezenlijken zou zijn en dat de kosten verge lijkbaar zouden zijn met die van het Apollo-maanproject. Zo'n ko lonie zou in stand gehouden kunnen worden door energie van de zon, zelfverzorgend kunnen zijn door speciale kweektechnie- ken en -materialen en de meeste van de behoeften aan mineralen kunnen verkrijgen van de maan waar dan permanente bases ge vestigd zouden moeten zijn. Ook voor dat laatste kan de shuttle een uitstekend instrument zijn. Dollars "Het probleem is niet van techni sche aard maar heeft alleen be trekking op dollars", aldus Flet cher. "En het gaat alleen om de initiële kosten, de aanloopinves- tenng. Weliswaar zijn ramingen- op zulk soort gebied altijd wat vaag en aanvechtbaar, maar ver wacht mag worden dat de ook fi nanciële opbrengst van derge lijke kolonies op den duur be langrijk hoger zal blijken te zijn dan de investingskosten". Al met al is er reden genoeg om te stellen, dat Amerika met de shuttle inderdaad over de drem pel van de "echte" ruimtevaart stapit.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1976 | | pagina 19