"Ik moet Ajax weer naar top brengen" "De Snor" speelt weer met plezier VOLENDAM: VOLGBOOT VAN DE MOLENAARS ledereen verlangt naar afwisseling DVQCs DONDERDAG 19 AUGUSTUS 1976 AMSTERDAM - Tomislav Ivic ontbloot een arm. Hij vergelijkt met de gebruinde arm van Dick Helling en zegt "Kijk 'ns, helemaal wit". Het bewys van een chronisch gebrek aan zon. "Dit is het vijfde jaar dat ik niet met vakantie ben ge weest. Geen tijd. Ook dit jaar niet. In Joegoslavië ein digde de competitie 11 juli, twee dagen later begon ik bij Ajax". Tomislav Ivic (43) lijkt op zijn land genoot Vujadin Boskov, vriend maar straks ook zijn tegenhanger in de Nederlandse competitie. Zijn doen en laten, zijn manier van pra ten en benaderen doen denken aan Boskov. Zijn eerste toenadering is uiterst beleefd, onderdanig bijna. Hij legt zijn hand op je schouder als hij iets dringends vertelt, hij kijkt je ook strak aan. Hij vertelt innemend, zelfverzekerd ook. Tomislav Ivic doet niet geheimzinnig als hem ge vraagd wordt met welke opdraent hij naar De Meer is gekomen. "Om Ajax kampioen te maken", ant woordt hij onomwonden. "Ik moet Ajax weer naar de top brengen. Dat wist ik toen ik hier kwam. Ik heb die opdracht aanvaard. Ik durf het aan. Bij Hajduk Split ben ik de laat ste jaren niet anders gewend ge weest. Waarom zou ik dan bij Ajax, dat vele mogelijkheden heeft, dat risico niet nemen? Ik ben gewend met internationals te werken, die meer dan alleen hun eigen club aan hun hoofd hebben. Zolang de spe lers gedisciplineerd blijven wer ken, mag dat geen problemen ople veren." Gedisciplineerd, een woord dat hij nog vele malen zal gebrui ken. Omdat de Nederlandse voet baller dat niet is? Ivic: "Tot nu toe heb ik nog geen moeilijkheden met de spelers ondervonden. Ze trainen gedisciplineerd, ze gedragen zich zoals ik gewend ben". Rapport "Ik heb met Rinus Miehels en Bobby Haarms gesproken over de spelers. Over hun mogelijkheden en zo. Ik heb rapporten over ze ge kregen. Maar het belangrijkste rapport heb ik nog niet. Dat van mezelf. Want mijn visie is toch an ders dan van ieder ander". De jongensachtige Joegoslaaf kent het Nederlandse voetbal. Als lid van het vijfmanschap dat Joegos lavië begeleidde tijdens de WK in München kreeg hij de poule met 'Nederland voor zijn verantwoor ding. "Ik heb het Nederlands elftal toen vaak gezien. En onlangs nog tijdens de EK in Zagreb. Wat me daar op- Door Piet Oeks viel was, dat de Ajacieden tot de betere spelers behoorden. Hoewel ik moet zeggen dat ook Wim Jansen en Willy van de Kerkhoff indruk op me hebben gemaakt." Terug naar Ajax, naar het gedeukte prestige van een club, die in de be ginjaren zeventig het Europa- Cup-voetbal dicteerde zoals het wilde. "Ik begrijp", vervolgt Ivic, "dat ik ervoor moet zorgen dat de successen onmiddellijk terugke ren. Het publiek eist dat van Ajax, dus van mij. Ik ben verantwoorde lijk." Ivic kent het publiek. In Split, waar de Adriatische Zee Joegoslavië van Italië scheidt, leiden enerverende wedstrijden vaak tot Zuideuropese taferelen, waarin de heethoofdige toeschouwers geen tussenweg kennen. Het is alles of niets. Met die mentaliteit heeft Ivic leren werken. Bezeten van voetbal als hij is, eist hij van de spelers slechts het uiter ste. Deze instelling maakte hem populair bij zijn spelers, die hem, ondanks de misgreep van Hajduk Split naar de landstitel, met spijt zagen vertrekken. Zelfs het pu bliek, dat louter een prolongatie van de titel verlangde, reageerde negatief op het vertrek van de po pulaire Ivic, die in totaal acht sei zoenen in Split toefde. "Dat vond ik lang genoeg", vervolgt hij. "Eigen lijk te lang. Zowel voor mij als voor de spelers. Op het laatst raak je tóch op elkaar uitgekeken. Een nieuwe trainer kan altijd iets nieuws bren gen. Ik zeg niet dat het altijd beter is, maar het is anders. Iedereen ver langt naar afwisseling." Vandaar zijn sprong over de gren zen, waarin hij overigens een na deel ziet "Ik ken de andere clubs niet. Maar ik zal ze snel leren. En voor de rest ben ik in dezelfde situa tie als bij Hajduk Split. Daar moest ik ook met nog een aantal clubs knokken om het kampioenschap". Hoe moeilijk dat streven naar een nieuwe landstitel voor Ajax zal worden, lijkt Ivic vooralsnog moei lijk te beseffen. Het gemis van echte vedetten zal Ajax straks op breken. "Dat is inderdaad een pro bleem", geeft Ivic toe. "Maar heb ben de andere clubs dan-grote na men aangetrokken?" Slechts die wetenschap lijkt Ivic te sterken in zijn streven naar het hoogste. "In de strijd om het landskampioenschap en de UEFA-Cup moeten we gaan meetellen. Er moeten resultaten komen. Ajax is nog altijd een top- ploeg in Europa. Onder die druk is het moeilijk werken, maar dat vind ik niet erg. Ik wil hard, lang en op elke minuut van de dag werken om te slagen. Op dezelfde manier zoals ik dat bij Hajduk Split deed, waar ik tegelijkertijd in de toekomst mikte. Ik begon in Split als jeugdtrainer, vijf jaar lang. Het merendeel van Hajduks selectie bestaat nu uit spe lers, die ik in mijn tijd heb opge leid". Tomislav Ivic, zijn gelijkenis met Vujadin Boskov wordt steeds sprekender. Hij moet do groeten hebben. HAARLEM - Abe van der Ban? Veruit de aardigste Ne derlandse betaalde voetballer. Een rasechte Zaankanter, die met de in de jaren zestig lande lijke bekendheid genietende. Piet Kruiver echter gemeen heeft, dat je hem niet bewust op de tenen moet gaan lopen trappen. Van Abe van der Ban dan ook niets dan goeds. Hooguit dat-ie je laat barsten wanneer hij meent dat de grenzen van het betamelijke zijn overschreden. Boos heb ben ze Abe nooit kunnen ma ken. Lachende ogen boven een snor die in het roerige voetbalwereldje qua afmetin gen slechts in de verte bena derd wordt door de knevel van Excelsior's Frans Struis. Van der Meent heeft Abe als trainer van FC Amsterdam zonder aanwijsbare redenen diverse keren naar het C-elftal willen verbannen. Maar onveranderlijk luidde Abe's antwoord dat hij waar schijnlijk op het appel zou ontbreken in verband meteen vrij hinderlijke buikloop, die hem meestal op zaterdag het voetballen onmogelijk maakt. Zo maakt Abe sinds kort deel uit van een new-look Haarlem, waaruit Metgod, Derksen, Hessling Kleton, Sadek en Fransz wegvielen en waarin de Engelsen Hutt en Rey nolds, De Vries, Wildbret. Do Winkel, Van Bergen, De Jong, Lugdunum's Frans Sjardyn en hijzelf de lege plekken op vullen. Hij: „Eindelijk weer plezier, want echt met Van de Meent ging het niet langer. Zelfs Stoop zag dat in op een gegeven moment; hij was zelfs zo aardig me niets in de weg te leggen ofschoon ik nog een contract had voor een jaar. Weet je, een man als Hughes ligt me als Zaankanter beter. Een vent met humor, aan de andere kant erg eerlijk. Niet zeuren elkaar gewoon in het gezicht zeggen waar het op staat. Ik word echt niet boos, wanneer een trainer me in alle redelijkheid iets verwijt. Niet dat achterbakse. Zoals Van de Meent met de spelers omspringt, kan ge woon niet. Ik weet nog dat ik een hele beste wedstrijd speelde tegen Ajax en dat Van de Meent me er zo nodig moest uithalen. Vragen, van de pers, zegt Van de Meent: „ik heb Abe willen sparen voor de Door Ger Stolk wedstrijd tegen NEC," Daar nam ik toen genoegen mee, want zoiets klinkt aanneme lijk. Een week later, toen Van de Meent me zei dat ik reserve was, dacht ik barst jij maar. Of het zo moest zijn, Viel Heinie Otto al na drie minuten uit. Volgens Van de Meent had ik daar geluk mee, ik zeg: als je dat geluk noemt". Als 28-jarige draagt Van de Ban zijn routine aan opdat Haarlem in navolging van Vo- lendam geen „Heenenweer" wordt. Hij: „Er is plezier, ieder staat voor zijn werk, ik weiger te geloven dat Haarlem er uit zou gaan. Moetje horen, als de sfeer goed is, is iedereen be reid wat extra's te doen. On zinnig om te stellen dat Haar lem volgend seizoen Europa Cup-voetbal speelt, maar dat is iets heel anders dan degra deren." ALKMAAR - De gelijkenis is te treffend. Oudere spelers die de eerste teke nen van slijtage beginnen te ver tonen worden doorgeschoven naar de „beschermde" club in de regio. In ruil daarvoor wordt de beste opleidingstrainer van de topclub naar die kleine zuster vereniging in de provincie ge stuurd, koestert daar de talenten en bepaalt wanneer die belofte volle jongeren rijp zijn voor het grote werk. De kleine club kan voortbestaan bij de gratie van de grote en staat zonder morren zijn talenten af aan „big brother". Zo simpel liggen de zaken in de Amerikaanse topsport, waar de sponsors bijna nooit uit liefde of hobby maar puur uit koele bere kening hun geld in de sport stop pen. Die bazen van de baseball-, ijshockey-, basketbal- en voetbal teams ontdekten al jaren geleden dat het aanleggen van kweekvij vers in de naaste omgeving aan zienlijk voordeliger is dan het aantrekken van vedetten van el ders. De enigen ter wereld die dit systeem hebben overgenomen zijn de Japanners, nu eenmaal per definitie alle goede trekjes van het Amerikaanse zakenleven naapend. Nu even de namen invullen. Ruud Suurendonk en Siem Wokke zijn door de aanstormende jeugd (en de spectaculaire aankopen in het buitenland) verdrongen uit de basiself van AZ'67 en zijn voor een lutte- bedrag aan buur Vo- lendam overgedaan (Ruud via een vrije transfer en Siem voor een zacht prijsje verhuurd). Joop Brand, de man die een faam heeft opgebouwd als talentenop- vanger (in Alkmaar kocht hi.i ech ter half jong Oranje.) werd doorde AZ-bazen persoonlijk bij Volen- dam aanbevolen en kreeg in Leo Steegman ook nog een niet al te goedkope assistent, al mag je dat laatste woord in de verhouding manager-trainer niet gebruiken. Klaas en Cees Molenaar, de eer zuchtige en daardoor vaak eigen zinnige en soms dictatoriale ei genaars van de Alkmaarse eredi visievereniging hebben hun Wastora-concern naar Ameri kaans model opgebouwd en doen daarnaast erg veel zaken met het Japanse wereldconcern Hitachi, dat ook al ruime ervaring heeft in sportinvesteringen. De gelijkenis is zo treffend dat de conclusie eenvoudig voor de hand ligt. Er promoveerden weliswaar nog geen talenten van Volendam naar Alkmaar, maar dat is niet zo ver wonderlijk. De Volendam visvij ver werd door Ajax en anderen geruime tijd overbevist, waar door nu een troebel modder- poeltje is achtergebleven, waarin de talenten niet meer komen bo vendrijven. Aan Brand en Steegman de niet eenvoudige taak het water in de vijver te zui veren. Wellicht heeft Wastora nog een zuiveringsinstallatie in voor raad. Ondanks die treffende gelijkenis met de constellatie van een Ame rikaanse topclub kunnen derge lijke grapjes zelfs een glimlach op het toch doorgaans niet stuurse gezicht van Klaas Molenaar brengen. De man die vijfjaar ge leden voorspelde dat AZ'67 in 1877 kampioen van Nederland zou worden en die deze voorspel ling nu-afzwakt tot de leuze ,,AZ zal aansluiting krijgen met het in ternationale voetbal" en die weet dat steeds meer mensen in de va derlandse voetbalwereld hopen dat AZ onderuit gaat ondanks de paniekaankopen, doet duidelijk geïrriteerd als Volendam ter sprake komt. Wat wij voor Volendam hebben ge daan is een broederdienst en meer niet. Er is op dit moment geen enkele vorm van samen werking". Nog steeds uit zijn humeur „Het Door Poter Dijkgraaf ging slecht met Volendam. Vorig jaar werd het dieptepunt bereikt, het bestuur kwam ons als buren en vrienden om advies vragen. Via onze voorzitter Arie Ligthart kwam er een gesprek. Hein Schilder, een van de bestuursle den van Volendam, had al het voornemen om wat geld in zijn club te steken, wij hebben gehol pen nog een paar bescheiden fi nanciers te vinden". Het stokpaardje van Klaas komt voor de dag: „Ik heb het Volendam-bcstuur mijn bekende keuzepakket van vier voorge legd: 1. Handhaving in de eerste^ divisie, 2. Een mogelijk kam pioenschap in de eerste divisie plus promotie, 3. Handhaving in de middenmoot van de eredivi sie, 4. De top van de eredivisie. Voor ieder punt kan je een be paald bedrag invullen. Met AZ zijn we nu in de vierde fase ge komen. Volendam mikt op die tweede mogelijkheid". De Mole naars blijven ten stelligste ont kennen dat zij Volendam hebben opgekocht of dat zij anderszins iets met de club van plan zijn. Voorzitter Ligthart van AZ: „Het is niet meer dan een broeder- dienst. De altijd al vriendschap pelijke betrekkingen met Volen dam zijn alleen nog beter gewor den". En Klaas Molenaar haakt in: „Ik ge loof er in dat het AZ zeker niet slechter zou gaan als het Volen dam beter gaat. Ik bedoel dat de clubs dan samen een stuk re clame voor het betaalde voetbal kunnen maken in die concurren- tiesfeer in het Noord-Holland bo ven het Noordzeekanaal. We spe- nooit -gelijk thuis". Dus toch. „Ja, als je het zo bekijkt, is het voor ons een zeer zijdelings belang. Maar we hebben op dit moment geen cent in Volendam gestoken. Nee ook niet via Brand". Ruud Suurendonk vertrok echter naar Volendam omdat hij het te druk krijgt bij Wastora waar hij chef is over een vrij omvangrijke afdeling. De spichtige karakter- speler die bij ^jax geschiedenis schreef door als invaller beslis singen te forceren, werd vanuit Monaco (een even kort als hevig avontuur) naar AZ gehaald als routinier. Al die jaren werd hij door Brand als voorbeeld gesteld voor de jongeren, het voorbeeld van de ideale prof, die leeft voor zijn sport. Precies zoals Fred André door de opeenvolgende trainers bij Telstar als standbeeld van onverzettelijkheid werd om schreven. „Volendam wil langzaam het voor beeld van AZ volgen en de Mole naars treden daarbij als adviseurs op", zegt Suurendonk opvallend openhartig. Dus toch. Want al leen maar adviseren tot aanko pen als je weet dat er geen stuiver in kas is lijkt zinloos" „Ik weet er eigenlijk het fijne ook niet van. Die Van der Linden die er nu bij is gekomen in het bestuur van Volendam (iemand uit de bouw uit Purmerend) stopt er geloof ik ook wat geld in. Maar weetje dat me dat eigenlijk niet zoveel kan schelen. De opzet bij Volendam is goed. Er zijn twee vakmensen aangesteld, er loopt altijd talent rond bij die vissers en wij komen er als rustgevers bij. Ja, ook om een beetje hardheid in de ploeg te brengen". Dat laatste is geen overbodige luxe Bij Volendam waren de techni sche tikkers altijd in de meerder heid boven de knoestige bonken, die je eerder aan de oever van het IJsselmeer zou verwachten. Maar vorig jaar durfde er bijna nie mand meer een sliding te nemen. En dat ging het bestuur een beetje te ver. Suurendonk, zon der ook maar een ogenblik metde ogen te knipperen: „Het is de be doeling dit jaar met Volendam te promoveren of te.jminste een pe riodekampioenschap te halen. Ik ben bang dat ik te oud ben om nog een keer in de eredivisie te rug te keren, maar ik vind het wel leuk om aan de start mee te wer ken. Ik hou van stunten. Daarom werk ik ook bij Wastora". Suu rendonk, de eerste Wastora- werknemer die bij Volendam is geïnfiltreerd? „Een eerste stapje naar een volledige controle door de Molenaars-broers over het be taalde voetbal in de kop van Noord-Holland? Voornaamste reden om de annexa tie een beetje stiekem uit te voe ren is ongetwijfeld de-onzekere reactie van het grote publiek. Ge zien de paniekaankopen op dit ogenblik (trainer Hans Kraaij en nieuwe manager Ruud Bonewit wisten er niets van dat Klaas Mo lenaar twee weken geleden op een woensdagochtend de lange Smeets van MW voor een (te) hoog bedrag overnam) zijn de Molenaars ergbang voor die reac ties. Om de Molenaar-supporters, waarvan een deel beweerde on der valse voorwendsels - dc komst van Bjekovic en Deijna - tot de aanschaf van een seizoen kaart te zijn overgehaald, tevre den te stellen. „Ik doe er niet moeilijk over", zegt Hans Kraaij, „van AZ en dus van mij wordt dit jaar verwacht dat de doorbraak van de top er komt. Het hoeft nog geen kampioen schap te zijn, maar wel een derde plaats, resulterend in aansluiting bij het internationale voetbal. En niets minder, want pas dan komt er geld terug van de enorme in vesteringen die hier in voetbal zijn gepleegd", voegt de trairuy, die na de aanloop van Brand de definitieve sprong moet maken, er grimmig aan toe. Zijn borste lige wenkbrauwen vallen plotse ling extra op onder de diepe rim pels op zijn voorhoofd. „Hij weet waar hij voor veel geld aan be gonnen is. Ik ben benieuwd of hij dit seizoen uitzingt", mompelt een Alkmaarse supporter achter me. In die sfeer wordt er op dit moment in Alkmaar gewerkt. Het is een keiharde zaak en er zullen dit jaar opnieuw jongens afval len, dié de ontwikkelingen niet kunnen volgen, die uit het elftal worden verdrongen door de bui tenlandse aankopen en die na een blessure niet meer de kans krij gen terug te komen. Kortom, die bij de firma Molenaar uit de boot vallen. Uit het zo langzamerhand zeewaardige jacht, dat AZ is. Mis schien is er voor die jongens nog een plaats in het volgbootje, dat vooralsnog wordt bemand door originele Volendamse vissers, aangevuld met twee routiniers. Dat volgbootje mag van de eige naars van het jacht best een extra buitenboordmotor krijgen. Maar het zal nimmer harder mogen va ren dan het jacht zelf. En dat is een gevaarlijke ontwikkeling. Want stel dat kapitein Brand en stuurman Steegman het scheepje inderdaad de eredivisie binnen loodsen. Dan loop je het risico van een combine in het kader van de gezamenlijke zakelijke belan gen. Dat risico is in de VS al uit gesloten. Daar kan een kleine club nooit op gelijke hoogte ko men met de grote broer. Er is weer een probleem bij voor de KNVB.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1976 | | pagina 15