„Nederlandse officieren hadden beslissende rol kunnen spelen" Zwevend naar de dood" Gemengde gevoelens „Het was zij of wij.." Waddinx- veense majoor onderzocht opnieuw de slag om Arnhem De destijds door de VARA uitgezonden Engelse tv-serie Col- ditz, een geromantiseerd verslag van de ontsnappingspogingen van krijgsgevangenen uit een zwaar bewaakt kasteel, is in Nederland altijd met gemengde gevoelens bekeken. Want kwamen in de serie de Nederlanders, die toch een vooraan staande rol speelden bij een aantal spectaculaire Colditz- ontsnappingen, er niet erg bekaaid af? Hun aandeel kwam in de serie nauwelijks ter sprake. Zo is tot nu toe ook nauwelijks aandacht besteed aan de rol die Nederlandse militairen, ook al waren het er maar veertien in totaal, hebben gespeeld in de Slag om Arnhem. Daar is ver andering in gekomen nu landmachtmajoor A. J. L. van Vliet (foto rechts) de slag heeft uitgediept juist op dit facet. Onder meer belicht hij de rol van Jacob Groenewoud, een onver schrokken officier, die de Tweede Wereldoorlog „mogelijk een andere wending had kunnen geven". Het boek telt 325 pagi na's en heeft ook nog eens 50 fotobladzijden, die de voor de geallieerden zo desastreus verlopen slag, treffend illustreren. „Het meest kritieke punt tijdens de tocht naar de rivier was een plek waar we de weg moesten oversteken, op nog geen vijftig meter van een Duitse mitrailleuropstelling. Bovendien bestreek dat wapen een open plek waar we overheen moesten. En er was geen tijd om eerst rustig die opstelling onschadelijk te maken omdat we moesten zorgen vóór een bepaald tijdstip bij de rivier te zijn. Daarna zou Engelse artillerie uit de Betuwe het terrein met vuur bestoken om onze oversteek te beveiligen. Wonder bo ven wonder ging alles echter goed". „Maar in de uiterwaarden, vlakbij de Rijn, stonden we plotseling oog in oog met een Duitse patrouille. Verrassing aan beide zij den. Het was zij of wij. Het werd zij want de Britten schoten hen onmiddellijk neer. Door het lawaai van het artillerievuur bleef deze schermutseling onopgemerkt voor de Duitsers elders". Toen waren we plotseling bij de rivier. Eindelijk kwamen de bootjes, een soort stormbootjes met peddels. De oversteek ging erg voorspoedig. Na die crossing kwamen we terecht in een boer derij waar allerlei mensen zaten die ons als een soort welkomst groet alsmaar op de rug klopten. Ik zie nu nog die grote boter ham met corned beef voor me en die kom heerlijke koffie, die we toen kregen". (Fragment uit: „Zwevend naar de dood") Door Herman van Amsterdam Gevangen genomen Engelse sol daten ondersteunen hun gewond geraakte kameraad. In de straat rolt een Duitse pantserwagen voorbij. Foto rechts: Een gesneuvelde Engelse commando. De eerste 2000 exemplaren van „Zwevend naar de dood" (begin sep tember komt het boek op de markt) kunnen slechts bij voorintekening worden besteld en kosten dan f 21,75 per stuk. Intekening is tot 1 augus tus mogelijk door storting bij de RABO bank Rheden op rekening nummer 35.52.05.823. WADDINXVEEN een geschied schrijver moet af en toe ook een beetje geluk hebben. De Wad- dinxveense landmachtmajoor A. L. J. van Vliet, auteur bij de Sec tie Krijgsgeschiedenis van de Ko ninklijke Landmacht in Den Haag en gespecialiseerd in Neder landse militaire aangelegenheden gedurende de Tweede Wereldoor log kan in ieder geval niet zeggen dat Vrouwe Fortuna hem niet re gelmatig heeft toegelachen toen hij het afgelopen jaar dag in dag uit bezig was met het verzamelen van gegevens voor zijn boek over de Slag om Arnhem. Om maar eens wat toevalstreffers te noe men; op het moment dat v. Vliet met veel pijn en moeite wat on samenhangende brokjes informa tie bijeen had weten tes ohrapen over hoe de inwoners van Anrhem de bloedige slag rond hun verkeers- brug hadden beleefd, werd hij op een avond opgebeld door iemand die hem een verhullend en gede tailleerd dagboek aanbood dat een Arnhemse bakkersvrouw tijdens de gevechten had bijgehouden. Groenewoud Zo deed Van Vliet (41) ook lange tijd vergeefse pogingen om wat meer aan de weet te komen over de Nederlandse militair Jacob Groenewoud, die als één van de in totaal veertien Nederlandse solda ten in Arnhem aan de zijde van de geallieerden heeft meegevoch ten. In bijna geen van de onge veer 700 publicaties die over de Slag om Arnhem zijn verschenen komt de naam Groenewoud voor, ondanks het feit dat deze een sleutelrol had kunnen spelen in deze voor de geallieerden zo triest verlopen slag, althans tot die con clusie is de Waddinxveense majoor gekomen. Maar alvorens in te gaan op „ont hullingen" een door Van Vliet aan gedragen „nieuw feitenmateriaal" nog even als geheugensteuntje in het kort de aanloop tot de slag. In juni 1944 landden de geallieer den legers bij verrassing op de stranden van Normandië om van daaruit zonder al teveel tegen stand via Noord-Frankrijk en België door te stoten richting Ne derland waar men voorlopig pas op de plaats moest maken voor de drie grote rivieren. Via de opera tie Market-Garden, geestes kind van een optimistisch ge stemde veldmaarschalk Mont gomery, zouden de geallieerde troepen met een geconcentreerde aanval van luchtlandingstroepen, grondstrijdkrachten en luchtmacht een verrassingsaanval uitvoeren op de bruggen over de Maas, Waal en Rijn. Was de operatie gelukt dan had den de geallieerde legers kunnen doorstoten naar de Noordduitse laagvlakte en het Roergebied (de smitse van nazi-Duitsland waar het zware oorlogstuig werd ver vaardigd) kunnen omsingelen en uitschakelen. En dan zou de rest van Duitsland ook wel snel val len, zo redenerde men. Maar ope ratie Market Garuen verliep maar ten dele volgens het draaiboek. Het lukte de oprukkende legers in derdaad om bij Grave over de Maas te komen en ook bij Nij megen kwam men over de Waal maar in Arnhem liep het mis. De brug over de Rijn bleek een te groot obstakel. De geallieerde le gers, 10.000 man sterk, werden daar In de pan gehakt. Zo'n 2000 soldaten sneuvelden, 6000 werden er gevangen genomen en de res terende 2000 trokken zich ijlings terug. O orspr o nkelijk Nu het boek. Het kreeg de naam „Zwevend naar de dood" en is het oorspronkelijk verhaal van de ad judant-onderofficier Theo Peelen, die als 20-jarige militair in sep tember 1944 de slag m de Arn hemse verkeersbnig van dichtbij meemaakte. Wat bij toen zag, hoorde en zich liet vertellen door andere militairen die bij de brug vochten vertrouwde hij een paar jaar geleden aan het papier toe met het doel de gegevens in boek vorm te laten verschijnen en met de opbrengst daarvan nabestaan den van geallieerde gesneuvelden in staat te stellen de graven van hun dierbaren in Nederland te bezoeken. Maar het manuscipt vond aanvankelijk geen genade in de ogen van diverse uitgevers vooral omdat de inhoud ervan van weinig historische en weten schappelijke waarde was. Peelen, toch vast van plan zijn ideaal te verwezenlijken, wendde zich toen tot de sectie Krijgsgeschiedenis van de Koninklijke Landmacht waar uiteindelijk majoor Van Vliet opdracht kreeg het manu script te bewerken en waar moge lijk aan te vullen met nieuw, nog niet eerder gepubliceerd feitenma teriaal. Doodgeschreve n Van Vliet: „Op het eerste gezicht lijkt de Slag om Arnhem een doodgeschreven onderwerp. Ik zag het aanvankelijk dan ook niet zo zitten, maar toen ik me wat meer in de materie verdiepte viel het me al snel op dat er ondaniks al die publikaties rond de slag, bar transportmiddelen, het opsporen van alle pro-Nazi's en Duitsers in een bepaald gebied en er voor te zorgen dat burgers tijdens de eerste fase van de strijd uit de j zouden blijven". Alleen Briinkgreve „Ik heb na kunnen gaan dat van deze vier alleen Bririkgreve een paar weken voor de operatie Mar ket Garden van start ging, in be zet gebied is gedropt. Dat was in Overijssel. Hij presteerde het om in korte tijd niet minder dan 3500 bewapende verzetslieden op de been te brengen. De andere drie Nederlanders was aanvankelijk zo'n zelfde rol toe bedacht maar gebleken is nu dat cob in een C-47 Dakota van En geland naar Arnhem gevlogen waar hij die dag per parachute neer kwam op een droppingsplaats tus sen Heelsum en Wolfheze. Vandaar trok hij met de brigadestaf rich ting Rijnbrug (tijdens die op mars werd met een groep Engelse soldaten een aanval uitgevoerd op een Duits hoodfkwartier waar bij Groenewoud een aantal belang rijke documenten buit maakte waaronder 'n vernietigingsplan voor de havens van Rotterdam en Am sterdam), waar ze door SS troe pen werden omsingeld. Een bijna hopeloze situatie omdat op geen en kele manier contact kon worden gelegd met de zich aan de andere kant van de brug bevindende hoofdmacht en dus geen hulp te weinig bekend was over de rol van de Nederlandse militairen. Onder meer daar heb ik me toen op geconcentreerd". Het is weinigen bekend dat een klein aantal Nederlandse officie ren vanuit Engeland is mee ge vlogen om hun steentje bij te dragen aan de operatie Market Garden. Uit mijn onderzoek is ge bleken dat hun aandeel in een e- ventueel slagen van deze slag erg groot had kunnen zijn". „Vooral vier van hen, Brinkgreve, Staal, Bestebreurtje en Groene woud hadden geschiedenis kunnen schrijven. Zij hadden in Engeland een opleiding gekregen tot Jed- burgh-officier geïnstrueerd en ge traind om in afzonderlijke gebie den achter de vijandelijke linies te worden gedropt om van daar uit het verzet te organiseren. Ze hadden bijvoorbeeld als opdracht contact te leggen met de verzets beweging, het bijeenbrengen van ze vreemd genoeg niet een paar weken vóór maar tijdens Market Garden, tegelijk met de lucht landingstroepen, vlakbij het slag veld werden gedropt. Het waarom is me niet duidelijk geworden. Ik vermoed dat de geallieerden er zo zeker van waren dat ze de drie bruggen zonder al te veel proble men zouden veroveren dat ze het niet nodig vonden om al van te voren het verzet op de Veluiwe, in de Betuwe en rond Nijmegen en Grave te organiseren. Men rede neerde waarschijnlijk dat de drie Jedburgh-officieren wel tijdens de gevechten gemakkelijk kans zouden zien in bezet gebied te ko men om dan alsnog snel en af doende het verzet te organiseren. Mi. is dat een kapitale misreke ning geweest". Jedburgh-officier Groenwoud, die Arnhem als „werkterrein" toegewe zen had gekregen, kwam niet ver. Samen met twee onbekend geble ven geallieerde soldaten werd Ja- verwachten was. Jacob Groene woud bood zich vrijwillig aan een poging te ondernemen het Duitse cordon te doorbreken. Het uiterst gevaarlijke en riskante karwei kostte Groenewoud het leven. Nog maar nauwelijks had hij zich van de ingesloten groep verwijderd of hij liep recht op een Duits mi trailleursnest in en werd door zeefd met kogels. Mislukking De slag om Arnhem werd voor de geallieerden een falikante misluk king, vooral ook omdat het aan valsplan was gebaseerd op een aan tal verkeerde berekeningen over de sterkte van de tegenstander. Had de Nederlandse ondergrondse de plank misgeslagen bij het doorge ven van inlichtingen over de troe pensterkte van de Duitsers? Van re Vliet: „Zeer zeker niet. Vast is ko men te staan dat de inlichtingen van de ondergrondse bijzonder nauwkeurig en uitgebreid zijn ge weest. Men was aan geallieerde zijde op de hoogte van de aan wezigheid van restanten van twee Duitse SS-panltserdivisies, noord en oost van Arnhem, geduchte tegen standers die al een zekere naam en faam hadden opgebouwd tij dens en na de invasie in Norman dië. Dit gegeven is niet op juiste waarde geschat bij de voorberei ding van de slag. De Duitse te genstand vlak na de landingen was dan ook ongekend hevig" ,Voor velen is het nog steeds een raadsel waarom de inlichtingen van de Nederlandse ondergrondse toen niet serieus zijn genomen. Ik vermoed dat de geallieerden na het mislukte „Engelandspiel" zijn gaan twijfelen aan de be trouwbaarheid van het Nederland se verzet. Wantrouwen Dat wantrouwen is de geallieerden erg duur komen te staan. Want later maakten ze wederom een be- rekeningsfout toen het er om ging de meest geschikte landingsplaats uit te zoeken voor de met solda ten (airbornes) geladen gliders (door vliegtuigen getrokken hou ten zweefvliegtuigen die boven vij andelijk gebied werden losge maakt). Men ging er van uit dat het gebied ten zuiden van de ver- kee'rsbrug bij Arnhem ongeschikt was en dat er bovendien vlakbij veel Duits luchtafweer stond opge steld. Achteraf bleek dat de wei landen in de buurt van de brug juist zeer geschikt waren voor landing van de gliders en dat de Duitse afweer gering was. Ook ma joor Van Vliet is er niet achter kunnen komen waarom de geal lieerden wel geloof hechten aan de aanwezigheid van Duitse lucht afweer en niet aan de aanwe zigheid van Duitse pantsertroepen. Waar hij wel achter is kunnen ko men, in Nederland zyn die feiten nauwelijks bekend, wat de rol van de Polen is geweest in de Slag om Arnhem. Van Vliet: „De mannen van de Eerste Onafhankelijke Poolse Parachutistenbrigade wa ren een grote steun in de operaties bij Arnhem. Dankzij him optre den gelukte het een deel van de Britse Airborne Divisie uit de han den van de veel te sterke Duitsers te blijven en op het nipprtje te ontsnappen naar het zuiden". „De tragedie van de Poolse para chutisten en tevens van het Pool se volk is dat de brigade die bij Driel vocht voor de bevrijding van Nederland in feite was bedoeld voor de bevrijding van Warschau. De brigade zou door de lucht vanuit Engeland vervoerd wo'rden naar Warschau wanneer daar de opstand tegen de Duitsers zou beginnen. Toen Warschau eenmaal in op stand kwam was de Poolse para chutistenbrigade juist onder Engels commando gesteld zodat de reis naar hun vaderland niet door ging. Zodoende hebben ze hun eigen lijke opdracht nooit kunnen uit- Flauwekul Was de aanval op de Rijnburg bij Arnhem inderdaad „een brug te ver", zoals de Amerikaanse auteur Cornells Ryan in zijn gelijkna mige boek „Een brug te ver" heeft gesuggereerd en op basis waarvan kortgeleden in Nederland een film is vervaardigd? Van Vliet gelooft van niet. Hij zegt: „Door het ver overen van die 3 bruggen zouden de geallieerden al met één poot op de uiteindelijke overwinning heb ben gestaan. Daarom had het ook geen zin om een aanval te plan nen op slechts twee van de drie bruggen. Het was alles of niets. Daarom is het ook flauwekul om te stellen dat de operatie Market Garden ten dele is gelukt. Voor mij is de gehele operatie mislukt". ge- En als de operatie wel Van Vliet: „Vermoedelijk was de oorlog dan in een veel vroeger sta dium beëindigd. Bovendien had West-Nederland dan ook geen hongerwinter hoeven mee te ma ken. De situatie in midden-Euro pa had er dan heel anders uit gezien dan nu het geval is na de conferentie in Yalta in februari 1945. Een verovering door de ge allieerde legers voor 1945 van Mid den-Europa, van West-Polen tot Joego-Slavië behoorde tot de mo gelijkheden. De landkaart van Eu ropa en de positie van veel volke ren in dat werelddeel zou totaal anders zijn

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1976 | | pagina 17