één van de weinige kanshebbers voor Montreal ,Wat met machines niet mag, mag met mensen kennelijk wel.." ZATERDAG 20 MAART 1976 PAGINA 13 hun conditie te schaven. Ze liggen conditioneel ver achter bij bij voorbeeld atleten, wielrenners en roeiers. En misschien hoef je voor een teamsport dan niet zo'n ge weldige conditie te hebben als voor sommige individuele sporten. de verschillen op de fietsergometer zijn wel erg groot. Voor topspor ters zijn waarden boven de 80 nor maal maar betaalde voétballers komen nauwelijks of niet boven de 60. Uit mijn metingen is ook geble ken dat betaalde voetballers nau welijks een betere conditie hebben dan amateur-voetballers. Daar komt nog bij dat de mees te trainers bitter weinig afweten van een verantwoorde, zinvolle conditie-training. Mensen als Mi- chels, Rijvers, Kohn, Coerver en Van der Hart, ze rommelen maar wat aan. Er bestaat bij hen ook een duidelijke onwil om in samenwer king met een fysioloog conditie trainingen op te zetten. Ze willen geen metingen. Kennelijk zijn ze bang voor aantasting van hun au toriteit als zou blijken dat hun training, conditioneel gezien, niet zoveel zoden aan de dijk zet. Ei genlijk is het onbegrijpelijk dat dergelijke trainers zomaar op zo veel dure spelers worden losgela ten. Die spelers vertegenwoordi gen toch kapitalen. In het be drijfsleven kijken ze wel uit om zo onverantwoord met dure machines om te gaan. Daar worden mensen die met die machines om moeten gaan eerst goed geïnstrueerd. Maar wat met machines niet mag, mag met mensen kennelijk wel". De fietsergometer-proef levert Jos Hermens waarden op van bo ven de 100 met totnutoe als "top" een waarde van 111. Waarden die hem sterken in zijn zelfvertrou wen. Jos: "Als ik enkele dagen voor een wedstrijd een goede score op de fietsergometer heb gehaald kan ik tijdens die wedstrijd niet meer kapot. Als ik dan moeilijk zit denk ik bij mezelf: "Het moet kunnen want Je zat goed met de fieitsergometertest. Die tests ma ken me mentaal erg sterk". Ook de zogenaamde spierbiopsie die Jan Vos bij hem heeft afgeno men heeft Hermens gesterkt in zijn zelfvertrouwen en de overtui ging dat hij zinvol traint. Die biopsie leverde een verhouding tussen de rode en witte spieren op van 90 tot 10 hetgeen duidt op een uitzonderlijke aanleg voor duur- werk. Jan Vos: "Als Je weet waar Je aanleg voor hebt kun Je verant woord bezig zijn. Maar in tal van sporten gebeuren bijzonder onver antwoorde dingen". Jos Hermans, trainend met Bert Paauw van AV Holland in het Wassenaarse Duinrell: Na- tuurijk loop je af en toe ook wei- eens stevig te balen, maar meest al is het alleen maar tof'. Door Bert Paauw NIJMEGEN Betaalde voet ballers zijn lui en hebben weinig voor hun sport over. Het is een uitlating die Jos Hermens in het verleden ooit eens heeft gedaan en die hem niet in dank is afgeno men. Immers, je moet in dit landje niet aan "afgod" voetbal komen. Het was niet zomaar een kreet van Hermens maar een uitlating gebaseerd op Jarenlange metingen en onderzoekingen van Jan Vos, een man die hem nu al ruim vijf Jaar wetenschappelijk begeleidt en adviseert. Vos, wetenschappelijk medewer ker aan de afdeling fysiologie van de medische faculteit van de Nij meegse universiteit, kan de bewe ring van Hermens met harde cij fers staven. Al vele jaren houdt hij zich bezig met het meten van de conditie van Ctop) sporters. Ook begeleidde hij, op uitnodiging, eni ge tijd de Finse schaatstop. Van de metingen is die met de fietser gometer vrij bekend. Vos: "Beroepsvoetballe'rs verdie nen kapitalen maar ze zijn niet bereid daar veel voor te doen. Ze voelen er weinig voor om hard aan Jos Hermens is drievoudig we reldrecordhouder: op de 10 Engel se mijl met 45 minuten 47.6 secon den; op de 20 kilometer met 57 mi nuten 31.6 seconden en op de uur loop met 20 kilometer 907.65 meter. Voorts is hij in het bezit van de Nederlandse records op de 2000 meter (5 min. 6.2 sec), de 3000 me ter <7 min. 44.4 sec.), de 2 Engelse mijl (8 min. 20.8 sec de 3 Engel se mijl (13 min. 1.8 sec de 5 ki lometer (13 min. 22.4 sec.) en de 10 kilometer (27 min. 46.6 sec.). Hij werd in 1972 naar de Olym pische Spelen in München uitge zonden maar besloot na de dra matische gebeurtenissen rond de Israëlische ploeg niet te starten. In 1974 werd hij tijdens de Euro pese kampioenschappen in Rome vierde op de 5 kilometer. Voorts heeft hij diverse Nederlandse titels op zijn naam gebracht en kwam vele malen in interland-wedstrij den uit. Dat laatste overigens dik wijls met tegenzin omdat hij het niet zo ziet "zitten" in interlands: "Je wordt alleen maar uit Je trai ningsritme gehaald en goede tij den kun Je toch niet maken want er wordt op plaats gelopen". Hermens, 26 jaar en 66 kg gend. is dit jaar e kanshebber voor Olympisch eremetaal in Montreal. Hij is uit geroepen tot sportman van het jaar 1975. Jos Hermens, die af en toe in Leiden en omgeving traint: "Als ik nu train loop ik in gedachten al in Montreal en roep ik bij mezelf "Kom op Shorter, kom op Forster, laat nou eens wat zien". NIJMEGEN/LEIDEN Wie is nou eigenlijk die Jos Hermens helemaal? Een arrogante baas met die uit spraak over luie voetballers en dat schijnbaar blasé ma niertje waarmee hij de sportprijs van 1975 in ontvangst nam? Een kretenslaker. die dichtsloeg toen hem om tv- uitleg van de luie voetballers-stelling werd gevraagd? Een sportman die zelf zijn tijd niet weet in te delen? Op zoek naar de man achter de atleet blijkt het zo ach teraf een typerende opmerking te zijn geweest. Nog voordat in Nijmegen sprake kon zijn van een dialoog, zei Jos Hermens op dia donderdag „Komt goed uit dat jullie te laat zijn. Ik ben ook maar net terug van trai nen". Later op die warrige dag uit het vrij bui tersbestaan van een topatleet, zou Hermens zichzelf treffend karakteriseren. On bewust, want hij wilde maar zelden het pantser voor de bui tenwereld afleggen, maar niettemin erg raak. Bij het maken van een nieuwe afspraak calculeerde hij het al in. „Kom mor gen om half twaalf. Maar kijk niet op als ik dan nog niet klaar ben. Ik kan mijn dagindeling zo ontzettend moeilijk plannen". De volgende dag bij zijn vriendin in Leiden, bleek hij inder daad niet helemaal gereed („Ik moet eerst douchen") als om te bewijzen hoe tegengesteld hij de dagelijkse gang van za ken en zijn sport benadert. De strakke tijdschema's waar langs de atleet zichzelf met ijzeren zelfdiscipline moet opja gen naar de altijd verlegbare grenzen van zijn mentale en fysieke kunnen, bestaan in het dagelijkse leven niet voor hem. Daarin verlegt hij enkel de schema's van zijn tijden. Noodgedwongen soms, als hij op weg naar Montreal het zo veelste interview moet afgeven, maar vaak ook uit vrije wil. De mens Hermens is een aan macro-biotisch voedsel („het vlees van tegenwoordig is puur vergif met al die kunstmatige hormonen") verslingerd vrijbuiter die aan niets of niemand gebonden wil zijn. Het is daarop dat diep in de middag het ongedwongen sfeertje van de eerste uren breekt. Na de op merking dat huiselijke plichten een nog langere uitloop van het gesprek onmogelijk maken, knapt er iets bij Hermens. De blik in zijn ogen spreekt op dat moment al duidelijke taal en later is er die ongrijpbare hindernis (zijn streven naar per fectie?), die onbewuste weerstand die het echte contact ver hindert. Hij neemt niemand iets kwalijk, maar is teleurge steld. Zoals zijn gesprekspartner teleurgesteld is dat er nog twee andere afspraken lopen. Met een bevriend fotograaf, die hem zowat door alle polders rond Nij megen sleept op weg naar dè prent, en met een Leids atleet met wie hij toch nog wil trainen. Het vermeen de onbegrip waarop Hermens stuit maakt van zijn trainingspak, dat hem op te verwaarlozen uitzonde ringen na steeds omhuld, een soort pantser waar het beeld van de man achter de atleet nog maar zelden uit te pellen is. De antwoorden worden geroutineerd - Hermens geeft zich niet echt meer. Zelfs de dan gehan teerde prikkeltactiek mislukt. De emo tie blijft weg, verbaal beweegt Her mens zich alleen nog aan de opper vlakte. Hy geeft die informatie die hij aan iedereen zou toeschuiven. Het beeld van de sportman (van het jaar, "maar dat doet me niks") dat daaruit oprijst is dat van de Her mens die al zo vaak is beschreven. Van de atleet die voetballers verwijt "geen barst" voor hun sport te doen. Die zelf voortdurend met zijn sport, zijn lijf, zijn mentaliteit bezig is. Die geobsedeerd wordt door de wil tot het uiterste te gaan. Met een hem ken merkende bezetenheid tot zelfbeves tiging die de schijnbare paradox tus sen het leveren van sportprestaties en zijn politieke overtuiging uitgumt. Door Paul de Tombe chen hadden, krijgen ze me ook niet. Ik ga me daar tijdens het dé filé een beetje voor Jan lui lopen in een oranje jasje. Dat mogen ze van mij rood maken, of zwart (de kleur van het anarchisme). In München heb ik daar heibel over gehad, maar toen moest ik nog tegen de officials opboksen. Tegenwoordig moeten ze me accepteren. Ik heb door mijn prestaties een soort machtspositie gekregen, al kan het best zijn dat ze me straks weer een trap geven. Zo zijn ze. Trouwens als ik gedaan had wat zij wilden, was ik nooit op dit niveau gekomen. Had ik nooit mijn eigen gang kunnen gaan, maar stond ik bij nutteloze interlands, sa men met trimmers die vijf keer per week in een weiland staan (de ko gelslingeraars)Ik vind dat Je moet kiezen Of je kiest voor re creatiesport, of Je kiest voor top sport. Ik heb voor topsport gekozen. Dat wilde ik al na München, maar de ontwikkeling daar heeft mijn carrière een paar Jaar tegengehou den. Niet dat ik er spijt van heb dat ik toen naar huis ben gegaan, magr de situatie van nu had ik eer der kunnen bereiken als ik daar de finale had gehaald. Dan had ik ook eerder zelf mijn begeleiding kun nen regelen. Als het aan de KNAU ligt doe Je eenmaal per Jaar een plas en maak Je tien kniebuigingen, waarmee de beigeleiding er dan weer opzit. Aan napraten of ontleden wordt niet gedaan. Niemand is naar me toege komen om te bespreken hoe het nou kwam dat ik in Rome zo afging op de 10.000 meter. En als straks weer het grootste gedeelte van de ploeg in Montreal faalt, komt het NOC al leen met scherpere limieten. Alsof het daaraan zou liggen..-" Mazzel Tegenwicht Om de 'echte' Hermens te leren kennen,* moet worden teruggegrepen naar de ochtenduren van die eerste ■dag. Het ongedwongen sfeertje in de wan orde van de flat waarnaar hij Juist is verhuisd. De voortdurende botsing od de strak conservatieve opvattin gen van de twee oude dames bij wie hij tot dan inwoonde is beëindigd. Hermens kan opgelucht ademhalen, links als hij is met een neiging naar het extreme. "Ik stem PVDA. maar alleen om tegenwicht te bieden aan de WD, want eigenlijk is het programma me te langzaam. Maar ik ben hele maal niet tegen prestaties, ik ben er alleen op tegen dat daarbij de accen ten zo verkeerd worden gelegd. Dat misbruik kan worden gemaak van anderen. Dat staat me tegen. Ik hou alleen van mensen die willen preste ren om zichzelf te bevestigen. Niet om boven anderen uit te steken, maar voor zichzelf. Daarom heb ik ook be wust die topsport-keuze gemaakt. Die levenswijze bevalt me. Anders stond ik in de klas, nu kan ik beperkt noen en laten wat ik wil. Lekker lo pen in het bos. terwijl een ander in de fabriek staat. Dan denk ik: wie ben ik dat ik dit mag doen. Een gran dioos gevoel. Mensen die er zelf niet mee bezig zijn, kun Je dat niet uitleg gen maar als je terugkomt en Je stapt onder de douche vandaan, voel je je een ander mens. Natuurlijk loop je af en toe weieens stevig te balen, maar meestal is het alleen tof. Ik kan me ook niet voorstellen dat ik een of ander dom baantje zou hebben Om vijf uur thuiskomen, neerplof fen, kastje kijken. Verschrikkelijk. Soms loop ik 's nachts om twaalf uur nog. om mijn trainingstijd vol te maken. Alleen als ik die uren niet haal en ïk me tegenover mezelf schul dig ga voelen, heb ik de neiging te kappen. Voorlopig wil ik nog een Jaar of tien zo doorgaan. Daarbij vind ik het redelijk dat ik mijn eigen leven kan bepalen". Dat die vrijheid in gebondenheid gesponsord wordt door Nieuwe Revu (10.000 gulden) en NSF (5000 'gul den) levert Hermens geen geestelij ke problemen op. Hoewel hij daarmee toch profijt trekt van de kapitalistische' maatschappij. Arbeid wordt nou een maal betaald is zijn conformerende stelling. "En ik ben van beroep atleet Maar ik maak er geen misbruik van. Teer niet op mijn naam, hoewel dat best zou kunnen. Wel ben ik zo lang zamerhand een commercieel artikel geworden, waar andere mensen aan verdienen. Daar heb ik het erg moei lijk mee. Ik zou er eigenlijk wat van moeten meepikken, maar dan bots ik inderdaad op mijn overtui ging. Maar wat moet ik? Over tien Jaar kan ik opdonderen, heb ik niks. Dus kan ik beter zelf uitzoeken waar aan ik wil verdienen als het zover komt. Niet om er rijk van te wor den - alles is voldoende als Je maar kimt leven - maar om dezelfde om standigheden als van de andere top- lopers te creeëren. Alleen dan kun je ze bijbenen. Dat heb ik trouwens wel bewezen. Mag ik dan mijn eigen leven leiden? Er lopen waarschijnlijk tientallen Nederlanders rond die hetzelfde zou den kunnen maar die hun talent niet kunnen of willen ontdekken. Mijn mentaliteit is mijn talent. Als ik niet vier, vijf uur per dag loop, kom ik er ook niet. En ik heb niet eens de tijd daarnaast nog te studeren. Men sen praten zo gemakkelijk dat Je er best wat bij kunt doen. Ze weten niet wat er allemaal bjikomt. Nooit va kantie. nooit 'n vrij weekend, steeds weer die vijf uur volmaken. De or ganisatoren die Je bellen, de inter views die Je dagindeling door de war schoppen. Naar Montreal toe wordt dat steeds erger, omdat ik een van de weinige Nederlandse kanshebbers op een medaille ben. De gekste bla den komen. En zeg maar eens dat het niet kan. In principe moet je ze allemaal over een kam scheren. Sta Je er één te woord, dan moet je dat met anderen ook doen. Nu het ten koste van mijn sport gaat, ga ik be perkingen stellen, want in wezen maakt die publiciteit me geen moer uit. Op dit moment hebben ze me no dig, straks laten ze me met evenveel gemak vallen. Of ze gebruiken me om de schijnheiligheid van de ama- teurregeds aan de kaak te stellen. Mij best, maar dat moeten ze dan bij allemaal doen. Niet alleen bij mij. Er wordt toch al speciaal op mij gelet. Als ze, zoals verwacht - weer een voorbeeld willen stellen, pakken ze toch altijd iemandvan een klein land". Beschermd Persoonlijk KNAU-lid Hermens die voor zo'n sanctie preventief wordt beschermd door de Atletiek Unie ("de sponsoring loopt via de KNAU) gruwt overigens van het instituut Olympische Spelen. Als sportman gaat hij er graag heen - "zolang er niet om het jaar een WK atletiek wordt georganiseerd, maar dat zullen de IOC-heren wel voorkomen, anders zijn ze him baantje kwijt" - als mens wordt het verblijf in Montreal voor hem een kwelling. "Door het nationalisme, het fana tisme. Met tien, vijftienduizend man in een dorp krijg je een ver vreemdingseffect. Iedereen is op eens van zijn eigen landje, staat vijandig tegenover de concur rent. Daar baal ik van. Tk kom al leen door die tijd heen als ik denk aan de mensen tegen wie ik wil lo pen, aan de grenzen die ik wil ver leggen. Daarom gaat het me. Niet om dat wereldrecord of die Olympi sche titel, die ik trouwens toch niet pak. Mijn seizoen is afgestemd op het verbeteren van tijden, niet al leen op Montreal Dat ik daarvoor daarheen moet, moet ik op de koop toe nemen. Dat zijn de consequen ties van mijn beroep. Ik moet con cessies doen aan het feit dat ik geen groepsmens ben. Al is dat vaak moeilijk met die officials die je dan opeens tot aan de startstreep toe willen begeleiden. Alleen om te la ten zien dat ze er zijn, dat ze wat te doen hebben, anders mogen ze de volgende keer misschien niet mee. Ze beseffen niet dat individue le sportmensen zich niet in het keurslijf van een groep laten dwin gen. Dat ze atleten geestelijk uit hun doen halen door de indruk te wekken dat ze op steun kunnen re kenen. Als het startschot is geval len kan niemand Je meer steun ge ven, moet Je het alleen doen. Men taal krijg je het een stuk moeilij ker als in de tijd daarvoor een an dere indruk is gewekt. Ik zou dan ook liever alleen gaan, zonder die nationalistische gevoelens" Pak 'In een pak, zoals ze dat in Mün- "Het is dat ik zelf maatregelen heb genomen, dat ik mazzel heb gehad dat ik Jan Vos ontmoette, anders zou ik het ook nog moeten doen met die Jaarlijkse keuring. Daarmee kom je er natuurlijk niet. Je moet goed we ten wat je doet, want je bent met je eigen lichaam bezig. Je pleegt ja ren roofbouw op je lichaam en Je geest en je moet over tfen jaar niet zeggen: dat had ik toen nooit zo moe ten doen. Dat moet Je nu weten. Trouwens, het geeft een brok zelf vertrouwen als je verantwoord bezig bent. Ook zonder dat Je iets slikt. Dat gebeurt bij het lange afstandlo pen niet zoveel en voor mij hoeft dat helemaal niet. Technische num mers als kogelstoten en discuswerpen mogen ze voor mij dan ook uit de atletiek laten. Dat heeft niets met sport te maken, dat zijn de wereld kampioenschappen anabolica eten. Als ik het over atletiek heb. bedoel ik ook alleen het lange afstand-lopen. Van de 400 meter tot de marathon. Het wordt hoog tijd dat die onderde len wat populairder worden. Meer waardering krijgen dan door geld ver ziekte sporten als voetbal en tennis. Daar zouden de mensen eens van moeten gaan balen. Daar wil ik aan werken en daarom was het toch goed dat ik sportman van het Jaar werd. Ik had alleen geen zin dm voor de zoveelste keer uit te leggen waarom ik vind dat voetballers er geen barst voor doen. want die prijs was al een bevestiging van de atletiek. En niet omdat Hermens zo goed is, maar om dat de atletiek zo goed is". Sorry voor de inleiding. Jo6.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1976 | | pagina 13