Anwar Sadat
avonturier
van
er houdt
TURKEN VREZEN
„GRIJZE WOLVEN
RUSSEN WISTEN HET AL
Gevaarlijke
gok van
Egyptische
president
door te
breken met
Rusland
rr
DONDERDAG 18 MAART 19TO
PAGINA 19
CAIRO Toen president Sadat van Egypte op 27 mei 1971 on
verwacht een verdrag van vriendschap en samenwerking met
de Russische president Podgorny tekende, leek het alsof Egypte
voorgoed binnen de invloedssfeer van de Sowjet-Dnie was ge-
raak.t Want dat bedrag behelsde twee punten, die de Brezj-
new-doctrine van beperkte soevereiniteit in feite tot Egypte
uitbreidden. Dat bleek uit twee artikelen.
DOOR
MICHAEL STEIN
de bereidverklaring van Egypte
om trouw te blijven aan het door
Nasser ingevoerde socialistische mo
del en de belofte van beide landen om
„elkaar te raadplegen in alle
belangrijke wereldproblemen
Het was duidelijk wat de Sowjet-lei-
ders daarmee voor ogen stond: zij
wilden voor eeuwig vastleggen dat
Egypte zich niet in anti-Sowjet-
vaarwater zou begeven. En ze wilden
die garantie zwart op wit, omdat ze
alle reden hadden wantrouwend te
zijn tegenover het Egypte onder
Anwar Sadat.
Reeds onder Nasser zeiden Egypti
sche regeringsfunctionarissen open
lijk tegenover westerse bezoekers dat
de Russische massale steun welis
waar op hoge prijs werd gesteld,
maar dat die steun Egypte nimmer
onder pseudo-koloniaal Russisch
beheer zou kunnen brengen.
Mooie ogen
Vandaar dat de duizenden Russische
technici, die meehielpen bij de bouw
van de Assoean-dam, volstrekt
gescheiden werden gehouden van de
Egyptische bevolking. Vandaar ook
dat de onderminister die was belast
metde bouw van de Assoean-dam,
mij in 1969 in alle openheid zei:
„Wij gebruiken de technische
vaardigheden van de Sowjet-advi-
seurs. Maar we weten (heel goed dat
ae Sowjet-Unie ons niet helpt om
onze mooie zwarte ogen. Zodra de
dam klaar is, gaan de Sow jet-advi
seurs direct naar huis." Precies
hetzeilfde kon men in legerkringen
horen over de militaire Sowjet-advi-
Op het ogenblik waarop Sadat het
vriendschapsverdrag sloot, bevond
hij zich in een buitengewoon
precaire positie. Nog geen vier
weken tevoren had de president, die
tot dat ogenblik door niemand in
Egypte serieus werd genomen, een
komplot opgerold van de machtige
vice-president Ali Sabry en zes
ministers, onder wie de zeer
invloedrijke minister van Oorlog,
Mohamed Fawzi.
Ali Sabry stond reeds onder Nasser
- als uiterst pro-Russisoh bekend,
reden waarom Nasser he mnu eens
gebruikte voor zijn betrekkingen
met de Sowjet-Unie en dan weer
afdankte, als hij te samenzweerderig
werd. Sabry en zijn medestanders
onder de harde Nasseristen verloren
echter het pleit begin mei 1971, toen
de zo onschuldig lijkende Sadat hen
in een klap uitschakelde.
Paniek
In paniek stuurde het Kremlin
Podgorny naar Kairo om de
onbetrouwbaar geachte Sadatweer
in het gareel te brengen. Hij kwam
met een concept van een vriend
schapsverdrag dat Sadat in feite
werd opgedrongen. De Russen
dachten dat zij Egypte nu in hun
zak hadden en beloofden in ruil
voor de Egyptische volgzaamheid als
derde belangrijke punt in het
verdrag dat zij Egypte voldoende
militaire hulp zouden geven „om de
gevolgen van de agressie te
liquideren", wat in öe Arabische
wereld betekent een eind te maken
aan Iraëls bezetting van alle in de
juni-oorlog van 1967 veroverde
gebieden.
Achteraf heeft Sadat verklaard dat
hij geen andere keus had dan het
verdrag te tekenen, omdat hij
militair en economisch met. handen
en voeten gebonden was aan de
Sowjet-Unie. Door toepassing van
het verdrag zou een eind worden
gemaakt aan de voor Egypte zo
ondraaglijke toestand van geen-oor-
log-en-geen-vrede met Israël.
Maar wat beide partijen gehoopt
hadden van het verdrag, kwam
allerminst uit. De Russen bleven een
diep wantrouwen koesteren tegen de
gelovige moslim Sadat, die bekend
stond om zijn anti-communisme en
die steeds meer en steeds modernere
wapens van de Sowjet-Unie eiste.
Weliswaar leverden de Russen een
onafzienbare stroom wapens, maar
de appetijt van de Egyptenaren
bleek onverzadigbaar. En Moskou
voelde er in laatste instantie niets
voor de Egyptenaren zo veel wapens
te leveren, dat er een oorlog in het
Midden-Oosten zou ontstaan, die de
ontspanningspolitiek met de VS in
gevaar zou kunnen brengen en
wellicht tot een wereldoorlog zou
kunnen leiden. In verscheidene
Sowjet-publikaties van die tijd
kwam Sadat zonder dat hij met
name werd genoemd als een
„avonturier" naar voren.
Sadat: onverwachte opzeg
ging van uitgeholde verdrag
met Rusland.
Allergisch
De Egyptenaren van hun kant
waren na tientallen jaren Brits
koloniaal bestuur allergisch gewor
den voor iedere buitenl^idse invloed
in hun land en zij verdachten de
niet erg tactvol optredende Russen
ervan in het voetspoor van
Engeland te willen treden. De
Sowjet-Unie had „militaire facilitei
ten" in Egypte gekregen dankzij het
verdrag maar verlichtte niet vol
doende Egypte's militaire noden. De
Russische militaire adviseurs behan
delden de Egyptische militairen als
stomme inboorlingen,zodat de
wrijvingen hand over hand toena
men. aangewakkerd door een in het
Westen getraind Egyptisch officie
renkorps. dat nog steeds nauwe
banden had met de Egyptische
middenklasse.
Reeds een Jaar na ondertekenine
van het vriendschapsverdrag waren
de betrekkingen tussen Egypte en de
Sowjet-Unie zo bekoeld, dat Sadat
de Russische militaire adviseurs
onverwachts het land uitzette,
omdat er een opstand in het leger
dreigde.
Moskou kon daar weinig tegen
doen: Egypte lag te ver weg en e:
waren veel te weinig medestanders
van de Sowjet-Unie in dat land. En
dus slikten de Sowjet-leiders hun
woede in. Ze probeerden zo goed
mogelijk met Egypte samen te
werken, in de hoop op betere tijden
en een wat betrouwebaarder vriend
voor hen als Egyptisch leider.
Maar het baattehun niet. Want
Sadat besloot zeer tegen de zin
van Moskou oorlog te gaan
voeren met Israël en werd slechts
van de militaire ondergang door de
Russen gered, nadat deze een
enorme wapenluchtbrug naar Egypte
hadden gestuurd en vervolgens met
direct militair ingrepen tegen Israël
hadden gedreigd, zodat er een eind
kwam aan de oktober-oorlog.
Anti-Sowjet
Direct na deze oorlog besloot Sadat
dat de tijd rijp was voor een
radicale koersverandering. Onder
het, motto dat Israel voor honderd
procent afhankelijk is van de VS
„van kanonnen tot een stuk brood"
wendde hij zich tot Amerika, in
de hoop dat een pro-Amerikaanse
politiek van zijn kant de Verenigde
Staten tot minder hulp aan Israël
zou bewegen. Hij werd in deze
politiek enthousiast bijgestaan door
Saoedi-Arabië, dat altijd al fel
anti-Sowjet was geweest.
Dankzij de oliecrisis, die op de
oktober-oorlog volgde, slaagde Sadat
zeer goed in zijn opzet. Amerika
heeft er alle belang bij om het
volkrijkste en potentieel machtigste
land in de Arabische wereld
Egypte en het olierijkste land in
de Arabisohe wereld Saoedi-Ara
bië ter wille te zijn.
De beslissing aie Sadat zondag heeft
genomen om nu definitief met de
Sowjet-Unie te breken is dan ook
het logisch vervolg van de politiek
die hij na de oktober-oorlog heeft
gevolgd. Sinds die tijd immers heeft
Sadat een steeds fellere propagan-
öa-campagne tegen de Sowjet-Unie
gevoerd, waarbij hij de Russen
beschuldigde van aJlle slechte dingen,
tot en met onvoldoende hulp tijdens
de oktober-oorlog. De Russen
reageerden, door op de herhaalde
verzoeken om wapenleveranties en
gunstige kredieten helemaal niet
meer in te gaan en via Syrië en de
PLO Sadat zwart) te maken.
Toch had niemand verwacht dat
Sadat het reeds lang uitgeholde
verdrag nu reeds zou opzeggen. Van
vriendschap en samenwerking is ail
lang geen sprake meer en de
opzegging van het verdrag is dus
slechts de onnodige bevestiging van
een bestaande toestand.
De Egyptische president moet dan
ook dringende redenen hebben
gehad om tot deze dramatische
aankondiging te komen.
De desastreuze economische situa
tie van Egypte, die nu officieel
wordt toegegeven. Om daaraan een
eind te maken heeft Egyipte
dringend behoefte aan grootscheepse
kapitaal-injekties van het Westen
en de conservatieve Arabische
oliestaten. Deze investeringen zijn
tot dusver uitgebleven, onder meer
omdat de kapitaal-investeerders nog
steeds bang zijn voor een herleving
van het Arabische socialisme, dat
sleohts langzaam door Sadat kon
worden gewurgd.
De militaire leveranties, die Sadat
van Amerika wil hebben Om
president Ford bij zijn strijd in het
Congres te helpen tegen de
Israël-lobby, moet Egypte de indruk
vestigen een anti-Russisch en keurig
land te zijn. Vandaar, dat Sadat in
zijn speech van zondag ook een
verdere politieke liberalisatie in
Egypte aankondigde, zodat Ford van
nu af aan kan verklaren dat Egypte
niet alleen anti-Sowjet is maar ook
nog bij na-democratisch.
De miljoenen ontevreden Egypte
naren, aie van maand tot maand
moeilijker van hun toch al zeer
karige inkomsten kunnen leven
hebben een zondebok gekregen.
Doodsvijand
Maar ondanks al deze dwingende
redenen heeft Sadat toch een
gevaarlijke gok gmaakt. Hij heeft
de Sowjet-Unie tot doodsvijand
gemaakt en kan alleen nog op
Amerika terugvallen. De versplinter
de Arabische wereld helpt hem op
zijn best halfhartig, zoals de
oliestaten, als ze hem niet al
verdoemt zoals Libië. Syrië, de PLO,
Jordanië, Algerije en Irak.
Maar de Russen wisten het al:
Anwar Sadat is een avonturier die
van poker houdt. Het pokerspel dat
hij nu speelt, zal niet alleen voor
zijn eigen politieke toekomst beslis
send zijn, maar voor de toekomst
van' het gehele Midden-Oosten.
Op herhaald verzoek van de aan
wezigen laat Osman, een naar
schatting 45-jarige Turk die al
die tijd aan het woord is geweest,
zijn broek zakken. Zijn hand
zwerft tastend over het witte, ha
rige vel boven zijn knieholte tot
dat hij de plek gevonden heeft:
een vuurrode streep, hoog in het
dijbeen. Daar is een paar weken
geleden het broodmes acht cen
timeter diep zijn lichaam binnen
gedrongen.
Door
Alexander Münninghoff
Het embleem van de .Grijze Wolven".
Op een zondagmorgen, toen hij in
de keuken bezig was thee te zetten,
stak een huisgenoot zonder waar
schuwing op hem in. Ruim twee
liter bloed heeft Osman verloren, hij
moest worden opgenomen in het
ziekenhuis. De dader, ook een Turk,
is ergens ondergedoken en wordt
door de politie gezocht. Hij is een
lid van de „Grijze Wolven".
We zijn in Duitsland, in net
Ruhrgebied. Waar het oog reikt zie
je walmende fabriekstorens, griezelig
grote gebouwen, draconische instal
laties met gigantische buizen en
kranen en ketels. Duitslands econo
mische positie krijgt hier gestalte,
het lijkt alsof de mensen in deze
streek niets anders doen dan
werken.
Het dag en nacht voortdurende
produktieproces wordt voor een
belangrijk deel op gang gehouden
door het half miljoen Turkse
gastarbeiders dat hier in de loop der
jaren op zoek naar welvaart is
neergestreken.
Daar komt nog eens een half
miljoen Turkse vrouwen en kinderen
bij, dde op Duitse bodem een
geïmproviseerd thuisfront vormen.
Een apart volk van een miljoen
mensen, opgeslokt door en tegelij
kertijd buitengesloten van de
We6tduitse consumptiemaatschappij.
Op sterk verkleinde schaal kent ook
Nederland (60.000 Turken) dezelfde
situatie, net als Frankrijk en
Zwitserland en de Scandinavische
landen. Het grootste legioen buiten
landse werknemers wordt in ons
land gevormd door de Marokkanen,
in Frankrijk zijn het vooral de
Tunesiërs.
Negatief
Maar wat de levensomstandigheden
in de westerse landen betreft maakt
het weinig verschil of Je wieg in,
Casablanca dan wel in Istanboel
heeft gestaan: de bewoners van de
gastlanden hebben in de loop der
jaren een eenvormige houding
tegenover de buitenlandse werkne
mers ontwikkeld, en die houding is,
ondanks het werk van vele
goedbedoelende organisaties en
stichtingen, in het algemeen nega
tief-tolerant.
„Hoe lang een Turk ook in het
buitenland woont, hij. blijft een
Turk", verzekeren de gastarbeiders,
die ik erover kom te spreken, me
om strijd. De hoge oplagecijfers van
Turkse kranten in de Bondsrepu
bliek bewijzen het: alleen wat er in
het vaderland gebeurt is belangrijk,
de Duitse politiek gaat praktisch
onopgemerkt voorbij, Duitsland,
Nederland en de andere gastlanden
zijn onbenoemde, gezichtsloze gebie
den waarvain alleen de rijkdom telt.
Eens per jaar trekken de Turkse
gastarbeiders terug naar hun ge
boortedorpen in Anatolië.
Controverse
Om te begrijpen waarom een
ogenschijnlijk simpele controverse
tussen links en rechts onder Turken
zo uit de hand loopt (en Osmans
geval is nog maar heel onschuldig)
is het goed enkele feiten uit de
recente Turkse politieke geschiedenis
naai* voren te halen. In de jaren
zestig was de huidige premier,
Demirel, ook al aan de macht. Zijn
gerechtigheidspartii (Adalet Partisi,
kortweg AP) had in 1965 in het
parlement 246 zetels, ruimschoots
meer dan de helft (totaal 450) ze
tels.
De AP, die als een conservatieve,
rechts-überale partij kan worden
omschreven, vergrootte haar meer
derheid zelfs tijdens de verkiezingen
van 1969; niet minder dan 256
afgevaardigden van Demirel's partij
verschenen op het politieke toneel.
De politiek van de Turkse regering
was pro-Amerikaans, wat gezien de
strategische positie van het land
buurland van Rusland, absolute
controle over de Dardanellen) van
het grootste gewicht was.
De ultra-rechtse MliP, toen reeds
onder leiding van de fanatieke
Alpaslan Turkesk, een ex-kolonel,
kreeg in 1969 drie zetels en hield
zich verder koest. De AP was
oppermachtig en had geen behoefte
aan samenwerking met andere
partijen.
Betogingen
Maar al spoedig veranderde het
politieke klimaat, vooral het straat
beeld werd na de verkiezingen van
1969 steeds onrustiger. Het Europese
revolutiejaar 1968 bleek schokgolven
te hebben geproduceerd die een goed
jaar later ook Anatolië bereikten.
Rond de jaarwisseling van 1969/1970
was ik voor langere tijd in
Istanboel, en ik herinner me goed
hoe er dagelijks massale betogingen
van linkse jongeren waren, meestal
voor vestigingen van buitenlandse
ondernemingen waarvan de ruiten
met sombere regelmaat sneuvelden.
De politie trad er hard tegen op,
maar dat leek het enthousiasme van
de betogers niet te temperen
Integendeel: zelfs eenvoudige bas
ketballwedstrijden tussen twee uni
versiteitsteams ontaardden in ver
hitte vechtpartijen op de tribunes.
De gloednieuwe opera aan het
Taksimplein in Istanboel ging in
vlammen op; ik ben er gaan kijken,
het leek of heel Turkije in brand
stond, zo geagiteerd schreeuwden de
mensen tegen elkaar in door de
kakofonie van politiefluitjes, die de
tientallen pelotons van de oproerpo
litie alle kanten uit dirigeerden om
lukraak, naar het leek, mensen op
te pakken en samenscholingen
uiteen te drijven.
Turkije was een chaos in die dagen,
een gevaarlijk land waar hoogst
sinistere zaken gebeurden zonder
dat de wereldpers er hoogte van
kreeg. Enkele dagen voor mijn
vertrek hoordei k het geval van een
jonge student die lid was (geweest,
moest ik toen al zeggen) van
Devgenc, de links-radicale studen
tenbeweging die vrij algemeen 'werd
gebrandmerkt als de belangrijkste
onruststokers. Hij was op een
ochtend op straat gevonden, onher
kenbaar verminkt.
Zijn vrienden wisten me te vertellen
dat het karwei twee volle dagen had
geduurd; verbitterd zworen ze
wraak. Wie de folteraars geweest
waren wisten ze niet precies, maar
wel kenden ze de (extreem rechtse)
hoek waar ze hen moesten vinden.
Een noodlottige vendetta was op
gang gekomen en duurt tot op de
dag van vandaag voort, met aan
beide zijden toenemende bewape
ning. Het is heel gewoon dat een
Turk anno 1976 een revolver op zak
draagt.
Straatterreur
Sinds een jaar is de straatterreur
toegenomen en heeft hij bovendien
bedenkelijke permanente trekken
gekregen. Na een hoop politiek
geharrewar, met tussendoor nog een
soort militaire junta-regering, werd
de zich met tussenpozen voortsle
pende regeringscrisis tenslotte in
april 1975 opgelost in de vorm van
een coalitie-regering Demirel, die
zijn tot 158 zetels geslonken
vertegenwoordiging in het parlement
moest aanvullen met enkele kleinere
partijen van rechts: de Nationale
heilsparty (Milli Selamet Partisi,
een groepering die de Islam als
verplichte staatsgodsdienst wil in
voeren en de vrouwen weer zoals
voorheen met sluiers en bedekte
enkels wil zien de Republikeinse
Vertrouwenspartij (Cumhuriyetci
Guven Partisi, rechts-liberaal) en
tenslotte de al genoemde MHP, met
drie zetels de kleinste regeringspart
ner maar in fanatisme en activiteit
de grootste. Haar leider: nog steeds
dezelfde Turkesj. door zijn volgelin
gen gemeenlijk als „Basjboe" („lei
der") aangeduid.
In Turkije gelden de normale
politieke spelregels niet: in het
parlementsgebouw krakeleert het
vernislaagje van parlementaire be
schaving als de geachte afgevaar
digden elkaar met inktpotten
bekogelen, en op straat is het recht
van de sterkste geldend. En de
sterkste is, zo verzekeren linkse
Turken, de MHP die immers
beschikt over een goed getrainde
zwaar bewapende organisatie naar
Hitleriaans model. Een Schutz
Staffel, die officieel is gerubriceerd
onder de naam „Idealistenvereniging"
(Ulcu Ocaklari) maar bij de man in
de straat bekend staat als het
genootschap der „Grijze Wolven".
Geruchten
Zoals zo vaak bij romantische
organisaties van politieke signatuur
wordt de Grijze Wolven waarschijn
lijk heel veel toegedicht dat kant
noch wal raakt. Geruchten gaan dat
zij in de zomermaanden in
afgelegen kampementen militaire
training krijgen waarbij de over
heid bereidwillig de wapens levert.
In het man tegen man-gevecht
zouden zij onovertroffen zijn, alsook
zeer bedreven in het plegen van
aanslagen op linkse activisten. Er
circuleert in progressieve kring een
lijst met meer dan vijftig namen,
allemaal van slachtoffers van
terreurdaden die de Grijze Wolven
in Turkije de afgelopen maanden op
hun geweten zouden hebben. In
sommige gevallen lijkt het bewijs
inderdaad aanwezigooggetuigen
vertellen dat ze gezien hebben hoe
zes Jongemannen, die het Grijze
Wolven-insigne op de borst hadden,
een autobus met studenten aanhiel
den. De inzittenden waren op weg
naar de METU (Middle East
Technical University), een als links
georiënteerd bekend staand instituut
in Ankara.
De chauffeur werd onder bedreiging
naar buiten gehaald. Vervolgens
spraken de overvallers de reizigere
krachtig toe: ..Voortaan willen wij
jullie niet meer op de METU zien,
dit is de laatste waarschuwing". Toen
enkele studenten daarop een discus
sie aangingen werd duidelijk hoe de
Grijze Wolven zich een gesprek
voorstellen: onmiddellijk werd het
vuur geopend, vier studenten
raakten zwaar gewond.
De politieke ontwikkelingen op
Turkse bodem waaien onstuitbaar
over naar de landgenoten in de
welvaartsstaten. Berichten over
moordaanslagen in Anatolië roepen
niet zelden weerwraak op in
Frankfurt of Keulen, waar immers
dezelfde partij-politieke tegenstellin
gen heer «en.
In de Westduitse politierapporten
vind je de motieven niet terug: het
gaat altijd om een vrouw of een
dronkenmansruzie. Nu blijkt, dat in
de meeste gevallen Turkse messen
trekkerij in de Bondsrepubliek een
politieke achtergrond heeft gehad
Het beschreven geval van Osman is
een Van de eersten, waarin een
betrokkene tegen niet-Turken durft
te bekennen hoe de vork in de steel
zit.
Tegengas
Durft, inderdaad: want de bewijzen
liggen er, dat de Grijze Wolven van
Turkesj hun arbeidsterrein nu ook
naar de Bondsrepubliek hebben
verlegd. Niet verwonderlijk: een
miljoen landgenoten, een aanzienlijk
siemmerspotentieel dat best eens
wat tegengas mag krijgen voor de
progressieve ideeën die in het
liberale Duitsland zijdelings toch
ook de Turken beïnvloeden.
Progressieve arbeidersorganisaties,
wier woordvoerers ik sprak hebben
al een aanzienlijke documentatie
over gevallen van mishandeling en
Intimidatie in Duitse steden:
arbeiders die een linkse Turkse
krant kopen aan een stationskiosk
worden in het openbaar afgeranseld,
bezoekers van 'inkse clubs krijgen
nachtelijk bezoek en zien hun
huisraad aan puin geslagen.
Een vraag is. of de MHP als
politieke partij het heeft aangedurfd
om in Duitsland officieel haar
bijkantoor te vestigen om vandaar
uit de acties van de GrUze Wolven
te coördineren. De Deutsche Ge-
werkschafts Bund (Duitse Vakcen
trale) zegt van wel en heeft enkele
bewijzen zoals in Stuttgart uitge
schreven lidmaatschapskaarten.
Maar En ver Altayle. een keurig in
het pak zittende rechtenstudent uit
Keulen die door Turkesj zelf is
aangesteld als MHP-vertegenwoordi
ger in Duitsland, ontkent deze
onwettige organisatie ten stelligste.
„Het enige pat er gebeurt is. dat
Turkse werknemers met MHP-sym
pathieën af en toe bij elkaar komen
en met elkaar praten", is zijn com
mentaar.
Dat hij in februari van dit Jaar op
een pan-Europese MHP-conferentie
in Rotterdam het woord voerde is
volgens hem niet ongewoon: „Ieder
Jaar hebben wij soortgelijke verga
deringen waarop afvaardigingen van
alle landen komen. Wij zijn in
wezen een culturele vereniging, ons
gaat de behaitiging van het
puur-Turks boven alles. Wij zijn
Turksisten. jazeker. Maar is dat
soms een schande? Wij zien voor
onze ogen ons land in de klauwen
van de communisten vallen, daar
proberen we ons tegen te verzetten;
is dat soms een misdaad?"
Dat de Grijze Wolven onvervalste
straatterreur uitoefenen ontkent
Altadyle heftig. „Dat zijn allemaal
provocaties van links, maar ik weet
wel dat het gebruik is om
tegenstanders van het communisme
als fascisten af te schilderen en van
alles de schuld te geven.
Wat zegt U?
Pur
onzin
Of wij van plan zijn ons in
Nederland te gaan vestigen omdat
we in Duitsland verboden zijn?
Onzin, pure onzin! Wij zijn in
Duitsland niet verboden, en zullen
ook nooit vehboden worden. Want
het is een goede zaak waar we voor
vechten, onthoudt u dat maar".