'Die dienst gaat
me wel aan
mijn hart ja'
QQUHQI
NA TWEE JAAR EINDE CRISIS SOCIALE DIENST?
Ook lot banket bij
LBF nu bezegeld
Ontslag is op juridische
gronden niet houdbaar'
Nieuwe GSD-directeur Boot:
OENSDAG 3 MAART 1976
LEIDEN Op 1 april, precies
twee jaar na het vertrek van de
vorige directeur Ten Napel, krijgt
GSD (Gemeentelijke Sociale
Dienst) een nieuwe leider. Met 34
van de 37 stemmen voor, koos de
Leidse gemeenteraad maandag de
enige, na drie sollicitatierondes
overgebleven kandidaat, de heer
C. N. Boot. Daarmee lijkt een einde
gekomen aan een periode, waarin
het klimaat op de GSD werd ver
troebeld door een bestuurs- en or
ganisatiecrisis.
Vanaf het moment dat Ten Na
pel een functie aanvaardde op het
ministerie van CRM (april '74)
werd de dienst-geleid door adjunct
directeur Kramer (64). De GSD
was toen in de ogen van velen al
niet meer dan een „uitbetalings-
bank", waar Je eenvoudig aan geld
kon komen, dit tot groot ongenoe
gen van het personeel, dat echter
door de grote onderbezetting niet
toe kwam aan zg. „immateriële"
hulpverlening. Er was sprake van
een situatie, waarin de portiers van
de dienst herhaaldelijk geconfron
teerd werden met agressie van
cliënten, die niet naar hun zin wer
den geholpen, de politie moest uit
rukken, er werden onder dwang te
hoge uitkeringen gedaan, hetgeen
in een zeer laat stadium resulteerde
in de beslissing van B en W om de
dienst tijdelijk te sluiten (april '75).
Kort daarop werd waarnemend-
directeur Kramer „om gezondheids
redenen" met verlof gestuurd, zijn
functie werd overgenomen door de
directeur van Reiniging, Havens en
Warenmarkten, F. van Overmeire.
Besloten werd de GSD, die te kam
pen had met grote huisvestingspro
blemen („het personeel zit hier zo
ongeveer bij elkaar op schoot", zei
Kramer eens), twee bijkantoren te
geven aan de Apollolaan en de He
rensingel en bovendien in de gele
genheid te stellen extra personeel
aan te trekken. Eind vorig Jaar was
de rust weer enigszins terugge
keerd, het ziekteverzuim onder het
personeel was teruggelopen, er werd
niet meer zonder meer uitgekeerd,
de dienst was weer op de goede
weg.
Intussen waren er twee sollicita
tieprocedures afgewikkeld, die nog
geen directeur hadden opgeleverd.
Chef-maatschappelfjk werk, Boot,
stelde zich daarop kandidaat; een
door het college uitgeschreven en
quête onder het personeel, waarin
56,8% en behalve 15% zonder me
ning, 26% voor hem bleek, was
reden om hem niet eerder, dan pas
na een bepaalde periode te benoe
men. Besloten werd na die periode
opnieuw te enquêteren. Die tweede
enquête is op verzoek van Boot
nooit gehouden („Ik wil geen twee
de keer door het riool", zei hy
tegen wethouder Oosterman) en na
de twijfel van Boot, die zich af
vroeg of hij zijn kandidatuur niet
moest intrekken werd hij als nog
benoemd. De staf stond achter
hem, de dienstcommissie verte- -
genwoordiging van het personeel)
kon niet meer doen dan de ver
wachting uit te spreken, dat het
personeel Boot zou „gedogen".
LEIDEN "Die opmerking over het riool is binnenskamers gevallen en ik heb het altijd jam
mer gevonden dat dat naar buiten is gekomen. Het is voor iedereen moeilijk geweest. Ik wilde
die tweede enquete niet. Er was een soort van emotionele beweging onder het personeel ge
weest, die wel begrijpelijk was hoor, maar die mijn persoon dusdanig raakte, dat ik dacht:
als het zo moet, wil ik niet. Ik ben niet zo ambitieus, ik was best tevreden met mijn baan als
chef, maar die dienst moest draaiende blijven, juist nu alles weer de goeie kant op ging."
Door
Ton van Brussel
Cor Boot lag maandagnacht pas om
vier uur in bed. Na het bekend
worden van zijn aanstelling als di
recteur rinkelde de telefoon her
haaldelijk en was er in zijn huis
in Leiderdorp, gevuld met vrien
den, een feeststemming. Wat ver
moeid en eigenlijk met de behoef
te om alles wat geweest is maar
te vergeten en door te werken aan
de wederopbouw van de GSD ver
telt hij zijn vertiaÉLl.
"Het personeel begon te twijfelen
aan de integriteit van -het college,
iets waar ik, na alle raad en daad
die wé sinds alle moeilijkheden
van ze hebben gekregen, nooit
meer aan heb getwijfeld. Samen
met Van Overmeire heb ik wel
zitten piekeren: waarom zo'n en
quête-uitslag? Kwam dat nou echt
alleen maar door mij. Er zullen
er zeker zijn die me een rotvent
vinden of die me niet geschikt
achten, maar ik geloof toch dat
het een heel scala van oorzaken
had. Je moet piet vergeten dat er
wel sprake was van personeels
uitbreiding en dat we ook wel be
zig waren met aantrekken van
personeel, maar ze waren er nog
niet en ei- heerste by veel mensen
toch zo'n stemming van: we moe
ten het nog zien. Begrijpelijk, na
alles wat er gepasseerd was.
Eer kennis zei tegen mij: met dat
riool, bedoel je daar je personeel
mee? Toen dacht ik: god, als dat
zo over gekomen is, dat wilde ik
helemaal niet. Ik bedoelde daar
mee de situatie. Het lag allemaal
zo gevoelig".
"Ik ben wel blij met de motie van
Anne van der Zande (raadslid
voor de PSP-red.) om de in
spraakprocedures bij benoemin
gen beter te regelen. Het hele
probleem is dat er wat dat aan
gaat geen harde afspraken zijn
gemaakt. Die twijfel van het per
soneel is daardoor niet zo onbe
grijpelijk".
"Ik heb mezelf toen ook wel afge
vraagd: kan ik hier wel mee door
gaan? De tests waren goed uitge
vallen, maar ik had toch mijn be
denkingen. De staf zei me dat ik
de boel verkeerd taxeerde, dat ik
in deze situatie misschien niet
hoefde te verwachten dat het per
soneel hoera ging roepen, maar
dat ze zich toch wel loyaal zou
den opstellen. Dat geloof ik ook
wel. Ze hebben verantwoordelijk
heidsgevoel genoeg om de dienst
verlening niet in gevaar te bren
gen".
"Motivatie, daar in spelen natuur
lijk zowel rationele als emotione
le factoren mee. Ik voelde me best
op imijn plaats als chef en ik
zou die baan hebben wiEen hou
den tot mijn pensioen. Van Over
meire had al gezegd dat hij per 1
april weg wilde en het was zeker
dat hij dat ook zou doen. Voor die
man heb ik een enorm respect,
zo'n werklust, zo'n vermogen tot
organiseren, daar kan Leiden hem
niet dankbaar genoeg voor zijn.
Maar hij wilde weer terug naar
de reiniging, voordat hij de con
tacten met zijn eigen dienst zou
verliezen. Hij zei me van de zo
mer al: Cor, ik moet terug naar
mijn bouten en moeren". Ik ge
loof dat een gevoel van solidari
teit met de dienst voor mij erg
belangrijk was. Die dienst gaat
me wel aan mijn hart, ja".
"Ik zou twee dingen graag willen.
Ten eerste dat de dienst voor de
buitenwereld wat doorzichti
ger wordt. Je voert regelingen en
wetten uit en wordt daarbij gecon
troleerd door de Instituut Bij
standsconsulenten. Veel welzijns
werkers weten, zo blijkt regelma
tig, niet wat de mogelijkheden en
onmogelijkheden van de GSD
zdjn. Op zo'n moment worden er
bij mensen verwachtingspatro
nen geschapen, waar we nooit aan
kunnen voldoen, maar als dat
blijkt, hebben wij het bij hen wel
gedaan".
"Daarnaast wil ik dat het personeel
meer op de hoogte raakt van wat
•er aan de top gebeurt. Ik zou
graag intern een blaadje uitgeven
waarin bijvoorbeeld ook versla
gen van stafbesprekingen zijn op
genomen. Ik moet dat allemaal
nog overleggen hoor, maar ik
weet heel goed hoe het as om be
neden te zitten en je af te vragen:
wat spoken ze daarboven alle
maal uit?"
"De betalingen hebben we nu goed
in de hand. We doen dat niet meer
per kas, het gebeurt per cheque
en we streven er naar alles recht
streeks via de giro te doen. We
hebben nu een kracht, die zich be
zighoudt met het collectief aan
vragen van de girorekeningen.
Je moet natuurlijk oppassen dat
cliënten verkeerd gebruik van hun
rekening gaan maken, want daar
kunnen we onmogelijk verantwoor
ding voor dragen. Dat hele auto
matiseringsproces geeft proble
men, maar die zijn er om opge
lost te worden. We proberen zo
veel mogelijk op tijd te storten".
"Er is een structuurgroep aan het
werk, die de organisatie van de
dienst bekijkt. Daar zitten raads
leden, en leden van staf, direc
tie en personeel in, onder voorzit
terschap van wethouder Ooster
man. Ik kan niet anders zeggen,
dan dat ze heel serieus en hard
bezig zijn. Het rapport verwacht
ik deze zomer".
"Inderdaad, twee jaar geleden heb
ben drie mensen van maatschap
pelijke zorg ook een rapport opge
steld.
Daar sprak sterke verontrusting
uit over het bijna alleen maar ge
ven van geldelijke steun. Dat werkt
zeei frustrerend. Nee, dat rapport is
niet onder de tafel gewerkt, al leek
het daarop. Het is zeker een zaak
die in de meningsvorming van de
structuurgroep van invloed is".
"Hulpverlening is natuurlijk al
tijd een moeilijke zaak. Toen ik hier
kwam werd het grootste gedeelte
van de uitkeringen gedaan in het
kader van het armenwetje, da* is
nu vervangen door de bijstand.
Vandaag hebben we te maken met
conjuncturele en structurele werke
loosheid en daar vloeien soms pro
blemen uit voort, die je met geld
niet volledig kunt oplossen. Imma
teriële hulpverlening is toch een eti-
sche zaak, die dient methodisch te
worden aangepakt. Je hebt een ge
sprek met een cliënt, Je maakt ver
slag, je bespreekt het met betrokke
nen, je stelt de diagnose, je werkt
samen met de cliënt aan het pro
bleem en je evalueert. Daarbij moet
je jezelf drie vragen stellen. Wan
neer mag ik, wanneer kan ik en
wanneer moet ik hulpverlenen".
„Ik ben er toch op tegen je in het
leven van mensen te mengen, als
daar niet de absolute noodzaak toe
bestaat. Maar als ik dit zeg, ben ik
me wel bewust, dat we daar nog niet
aan voldoen en dat dit niet meer is
dan myn opvatting en dat ik na-
De nieuwe directeur van de Ge
meentelijke Sociale Dienst, C. N.
Boot (50), werd in Katwijk gebo
ren en doorliep in Leiden de mid
delbare school. Hij verhuisde
naar Leiderdorp, kreeg een baan
als corrector bij Sijthof en ging -
in militaire dienst. Daarna was
hij enige tijd verbonden aan uit
geverij Succes en aan een verze
keringsmaatschappij. Totdat hij
in 1960 bij de sociale dienst kioam,
werkte hij zeven jaar bij het GAK
Gemeenschappelijk Administra
tie Kantoor) aan de uitvoering
van de werkelozenwet en haalde
ondertussen zijn diploma sociale
verzekeringen. Bij de GSD begon
hij direct in de buitendienststu
deerde enige tijd geschiedenis
aan de School voor Taal- en Let
terkunde en volgde de Sociale
Academie. Vanaf 1965 was hij
chef van de afdeling maatschap
pelijk werk.
tuurlijk ni»t, en ook de s*af niet, in
mijn eentje bepaal hoe we het aan
pakken. Ik wil duidelijk overleg met
mijn personeel over de koers van de
GSD".
"Het kan frustrerend zijn dat je
aan werkelijke oplossingen niet
toekomt. We hebben gekozen voor
een maatschappij, waaruit sociale
problemen onvermijdelijk voort
vloeien. De moderne maatschappelijk
werker ziet die problemen en hij
moet ze ook doorgeven, maar het
gaat in eerste instantie om de cliënt,
die moet geholpen worden".
"We zijn een organisatie in groei
en dan moet je Je structuur op tijd i
aanpassen, anders loopt de boel j
fout. Ik geef toe. dat dat in het ver- 1
leden te weinig is gedaan, maar
daar is geen persoon aansprakelijk
voo! te stellen. De hoeveelheid pro
blemen is natuurlijk zo groot, dat Je
eigenlijk nooit genoeg mensen hebt.
Maar ik geloof dat het er beter voor
ons uitziet. Het ziekteverzuim is ver
minderd. We zitten nog met vragen
als: hoe ver moet Je gaan met de-
centralisatie en moeten de bijkanto-
ren zelfstandig zijn, is Leiden daar
wel groot genoeg voor. Maar ik ge- i
loof dat de oude situatie nooit meer j
terug komt. Daar hebben we nu al-
lemaal een te goeie leerschool voor
gehad".
HAARLEMMERSTRAAT 181
Friese staart- en stoeltjes-
klokken, Zaanse- en
Schippertjesklokken.
Div. antieke stijlklokken,
moderne schoorsteen- en
wandklokken,
in ruime keuze en de
beste merken.
Horloger v. d. WATER
Altijd voordelig
Speciaal atelier voor het
repareren van antieke klokken.
ZOETERWOUDE De 56-
jarige P. M. Du Prie, direc
teur van het gelijknamige
Leidse aannemingsbedrijf is
gistermiddag om het leven
gekomen bij een ongeluk op
de provinciale weg bij Zoe-
terwoude.
Het slachtoffer reed rond
half vier in de richting
Stompwijk, toen hij door nog
onbekende oorzaak gedeelte
lijk met zijn Mercedes op de
andere rijbaan kwam en daar
een tegemoetkomend Dafje
raakte, ivaarna zijn wagen
uiteindelijk onder een
vrachtwagen schoot. Deze
werd bestuurd door een 26-
jarige O eg stg eestenaarDe
Daf kwam na een draai van
360 graden aan de andere zij
de van de weg op het fietspad
tot stilstand. De inzittenden,
twee dames, werden voor ob
servatie in het Academisch
Ziekenhuis opgenomen. De
heer Du Prie, die met hulp
van de brandweer uit het au-
toiorak kon worden gehaald,
was vermoedelijk op slag
dood.
Leidenaar (23)
bij ongeval
omgekomen
LEIDEN De 23-jarige Leide
naar W. F. A. van der Blom i^ van
nacht omstreeks een uur om het
leven gekomen bij een verkeerson
geluk in de gemeente Zoeterwoude.
Het ongeluk gebeurde op de Rijn
dijk ter hoogte van de afslag bij Hei-
neken. Vermoedelijk door te hoge
snelheid is dé Leidenaar van de
weg geraakt en tegen de leuning van
een brug gebotst. Vervolgens is de
auto over de kop geslagen en in do
berm van de sloot terecht geko
men. De Leidse brandweer heeft
de bestuurder uit het autowrak be
vrijd. Bij aankomst in het beade-
m.ngscentrum van het Academisch
Ziekenhuis in Leiden bleek hij al te
zijn overleden aan de verwondingen.
LEIDEN Nog geen jaar na de sluiting van de broodafde
ling van de Leidse Brood- en Banketfabriek LBF is nu ook het
lot van de banketafdeling bezegeld. Deze afdeling, die nog aan
ongeveer 16 mensen werk biedt, zal in de loop van de maand
mei worden opgeheven, en worden ondergebracht bij Kareis
Banketbakkerijen in Amsterdam (die evenals de LBF tot het
Meneba-concern behoort)
Zoals bekend viel vorig Jaar Juli
de broodafdeling van de LBF ten of
fer aan de landelijke sanering van
de. broodbakkerij, die werd uitge
voerd om de broodmarkit weer wat
gezonder te maken. De banketafde
ling in Leiden bleef toen voorlopig
gehandhaafd, evenals de huis-aan-
fhuis-bezorglng (via slijters en eigen
bezorgers). Nu is echter ook de ban
ketafdeling aan de beurt om te
verdwijnen uit het gebouw tussen de
Nieuwe Mare, Rijnsburgersingel en
Lammermarkt. De betrokken werk
nemers wordt de gelegenheid gebo
den om mee te gaan naar Amster
dam, waar ze bij Kareis een baan
kunnen krijgen. Als zij dat niet wil
len, dan kunnen ze een beroep doen
op de zg. "sociale paragraaf", 'die
dn het kader van de broodsanering
is opgesteld.
Het enige, dat nog van de LBF in
Leiden overblijft is de broodbezor
ging, die echter van het oude LBF-
gebeuw za'l verhuizen naar het leeg
staande voormalige bezorgcenfcrum
van De Gruyter aan de Gabriël Met-
zustraat «bij de vuilverbranding).
De verhuizing zal per 1 april plaats
vinden. Het aantal bezorgers (in to
taal bijna 25 bezorgers en slijters),
zal niet verder worden ingekrompen.
Wat er met het LBF-gebouw aan de
Lammermarkt gaat gebeuren is nog
niet duidelijk. Zoals bekend,
heeft de LBF de voormalige brood-
af deling, gelegen tussen de Rijnsbur
gersingel en het gebouw waarin nu
nog de banketafdeling en de bezor
ging zijn gevestigd, verkocht aan Ka
vel B.V., een projectontwikkelaar,
uit Wateringen. Deze onderneming
is op het ogenblik in een conflict ge
wikkeld met de gemeente over het
bouwplan, dat Kavel voor het ter
rein van de voormalige broodfabriek
heeft gemaakt, maar waar de ge
meente geen bouwvergunning voor
heeft verstrekt.
Advocaat van Daey Ouwens in bezwaarschrift:
LEIDEN 'Het in februari j.l.
door de Leidse raad genomen be
sluit om tot ontslag van de ge
schorste Groenoordhal-directeur
Daey Ouwens over te gaan is ten
enen male onvoldoende. Er zijn
geen feiten die een dergelijk be
sluit rechtvaardigen Dat schrijft
de advocaat mr. J. van Andel in
een bezwaarschrift tegen het be
sluit van de raad om Daey Ouwens
met ingang van een nader te be
palen datüm te ontslaan als di
recteur van de Groenoordhal.
De advocaat van Daey Ouwens zegt
uit publicaties in diverse dagbladen
de indruk te hebben gekregen dat
verschillende Leidse raadsleden het
voorgenomen ontslag willen doorzet
ten om gezichtsverlies te voorko
men. En dat terwijl men ook vindt
dat er geen duidelijke bewijzen zijn
voor het falen van Daey Ouwens.
"Mocht dit zo zijn", aldus mr. Van
Andel, "dan is een dergelijke stel-
lingname niet alleen te veroordelen,
maar ook te betreuren. Verder is>
het mij niet duidelijk, hoe zij een
dergelijke stellingname voor zichzelf
zouden kunnen rechtvaardigen". De
advocaat deelt de Leidse raadsleden
mee dat Daey Ouwens bereid is met
de gemeente te onderzoeken of men
het in deze slepende kwestie eens
kan worden over een eventuele ar
bitrage.
Het Leidse college van B en W
krijgt in het bezwaarschrift het ver
wijt buitengewoon onzorgvuldig om
te springen met de belangen" van
Daey Ouwens. "Ondanks de toezeg
ging van B en W en ondanks mijn
schriftelijke verzoek daartoe, heb ik
Daey Ouwens
niet de beschikking over de notulen
van de raadsvergadering, waarin
over het ontslag van Daey Ouwens
werd gepraat.
Daardoor wordt Daey Ouwens vol
gens advocaat Van Andel verstoken
van de mogelijkheid om te proberen
raadsleden, die voor het besluit heb
ben gestemd van gedachten te la
ten veranderen.
Verwijten
In het bezwaarschrift worden tal
van verwijten gericht aan het adres
van commissies die het functioneren
van Daey Ouwens hebben onderzocht
en het college van B en W. Zo wordt
de commissie Groenoordhal verwe
ten zich nauwelijks te hebben ver
diept in de vraag hoe Daey Ouwens
overkwam op de gebruikers van de
Groenoordhal. Verwezen wordt daar
bij naar een aantal zeer po
sitieve verklaringen. De klachten,
over Daey Ouwens waren volgens
mr. Van Andel afkomstig van in to
taal acht personen, van wie er meer
dere belang hadden bij het ver
trek van Daey Ouwens. Bovendien
6tamt het merendeel van deze klach
ten uit de periode voor de benoe
ming van Daey Óuwens tot direc
teur.
Memorandum
Tenslotte oefent mr. Van Andel fel-
le kritiek uit op de reactie die de
onderzoekcommissie gaf op een me-
morandum van Daey Ouwens. Een
aantal bezwaren tegen het rapport
van de commissie bleef onbesproken j
en onweerlegd. Andere bezwaren
worden onvoldoende of ontwijkend 1
beantwoord. Conclusie van de advo- J
caat van Daey Ouwens: "Een ont- 3
slag dat gefundeerd moet worden j
op grotendeels betwiste feiten lijkt j
mij Juridisch onhoudbaar".