Levensgevaarlijke
spelletjes met een
dubbeltje op zijn kant
Sleutelen aan milieu voor oorlogvoering
ZATERDAG 39 AUGUSTS* !«7&
Met een ongebruikelijke (maar verheugende) eensgezind
heid hebben de delegaties bij de zich voortslepende ontwape
ningsconferentie in Genève gepleit voor eën internationale
overeenkomst om "meteorologische oorlogsmiddelen" onwettig
te verklaren, wat het begrip "onwettig" in een oorlog dan ook
moge voorstellen. De Tweede Wereldoorlog en wat daarna ge
beurde heeft weinig vertrouwen in dergelijke "reglementen"
gerechtvaardigd.
Ondanks de openlijk beleden "afschuw" van meteorologische
oorlogvoering gaan de experimenten in geheime militaire we
tenschappelijke centra op dit gebied echter onversaagd door.
Er zijn in rapporten ook wel een paar op science-fiction lij
kende bijzonderheden over die onderzoekingen gepubliceerd.
Een Canadees rapport over "wijziging van het milieu met
vijandige oogmerken" somt 19 technieken van deze aard op,
een Zweeds document van deze strekking tien. Een kleine se
lectie hieruit is verhelderend.
Theoretisch is het mogelijk, on
weersbuien en 'n overvloed van blik
seminslagen in het leven te roepen
«>m uitgebreide branden te stichten
en ook militaire communicatiesyste
men te verstoren, wat een tactisch
wapen zou kunnen zijn. Als strate
gische wapens worden opgesomd het
veroorzaken van aardbevingen,
grondverschuivingen en vloedgolven
voor de vernietiging van strategi
sche installaties en industrieën.
Het veroorzaken van mist, nevel,
hagelbuien van ongekende omvang
en wolkbreuken of exorbitante
sneeuwval kan op kritieke momen
ten van groot belang zijn om de
vijand te verlammen. Het ontketenen
van wervelstormen of het leiden
van natuurlijke verschijnselen van
deze aard ligt in hetzelfde vlak maar
kan ook strategisch effect "afwer
pen.
Meer in de sfeer van een „dooms-
day-wapen", het verhaasten dus
van de „dag des oordeels" ligt de
mogelijkheid om de ozon-laag in de
atmosfeer (tussen 15 en 35 km hoog
maar voornamelijk tussen 20 en 25
km) zodanig te verstoren, dat deze
zichzelf volgens natuurlijke procede's
verder afbreekt. Dat is het Kleine
duwtje tegen een dubbeltje op zijn
kant. Deze laag absorbeert de ultra
violette straling van de zon, 'n stra
ling die dodelijk is voor de men
sen en ook alle hogere dierlilke le
vensvormen. Dat wapen kan niet
plaatselijk worden gebruikt maar
heeft globaal effect. Het zou aus al
leen nut hebben voor een mrtij, die
zich in een oorlog verloren weet en
meent, dat de verdere wereld er dan
ook maar aan moet gaan. Zoiets
als Hitler deed toen hij het Duitse
volk opofferde toen de nazi-kliek
wist het onderspit te moeten delven.
Overigens zijn we al aardig bezig
met niet-militaire activiteiten, die
deze ozonlaag bedreigen, zoa's de su
personische vliegtuigen op zeer grote
hoogte en het overmatig gebruik van
spuitbussen, waardoor de ozonlaag
aangetast kah worden. Daar wordt
ai een gevaarlijk spelletje gespeeld
met een „dubbeltje-op-zijn kant".
Een soortgelijk „oordeels-w ipen" is
de kobaltbom. Men zou slecnts een
of twee waterstofbommen met een
kobalt-omhulsel in de atmosfeer te
l oeven laten ontploffen om aeze zo
te vergiftigen met verpoeierd radio
actief kobalt, dat als gevolg van de
globale luchtstromingen het gehele
a'erlijke en menselijke leven op aar
de vernietigd zou worden. E^n der
gelijk wapen ligt op de grens van
milieu-oorlogvoering en atomaire
wapens.
Het is natuurlijk helemaal de
vraag, of dergelijke milieustrijdmid
delen ook uit zuiver militair oogpunt
bezien waarde hebben. Veroorzaken
van branden door bliksem lijkt niet
veel doeltreffender dan het gebruik
van brandbommen of waterstofbom
men. Het is toch hoogstwaarschijn
lijk nodig, om ter plaatse de at
mosfeer te beïnvloeden en dus daar
heen raketten of vliegtuigen te zen
den. Welnu, als die de verdedigings-
itelsels kunnen doorbreken, kan een
raket met brandbommen of een wa
terstofbom dat ook. Vloedgolven kun
nen van grote afstand worden ver
oorzaakt, b.v. door onderzeese kern-
vapens. Maar voor regen, m.st, ha
gel, sneeuw en ook aardbevingen is
een „aanwezigheid" ter plaatse on
vermijdelijk.
Alles wat in Genève ter tafel is
gebracht als voorbeelden van oorlog-
oering met milieu-wapens lijkt wat
onwezenlijk, maar de ervaring heeft
geleerd, dat de militairen liteinde-
hjk alles kunnen gebruiken, wat de
wetenschap ontwikkelt, 'tls bijvoor
beeld heel goed denkbaar dat door
kunstmanen met krachtige stralings-
apparatuur op de gewenste plaats
en op het gewenste ogenblik om
standigheden in het leven worden ge-
ioepen ter bevordering van /erlang -
oe atmosferische storingen. Science
fiction? Nu misschien nog wel, maar
de grote man van de kernsplitsing
Rutherford heeft eens gezegd, dat
men niet moest denken over dit na
tuurkundig verschijnsel als oorlogs
wapen of energiebron. Het zou tot in
lengte van dagen alleen belangwek
kend zijn als laboratorium-experi
ment
Meer perspectief leveren experi
menten op langere termijn,die niet
tactische maar uitsluitend strategi
sche waarde zouden kunnen hebben.
Wanneer men er in slaagt (zonder
verdenking op zich te laden) om b.
v. 't klimaat in de Sowjet-Unie gelei
delijk zo te wijzigen, dat alle graan
oogsten mislukken, ontstaat aaar op
den duur een zo grote afhankelijk
heid voor de voedselvoorziening door
Amerika en Canada dat een hechte
samenwerking tussen deze wereld
machten verzekerd is. Maar dan
moet Amerika het wel in het geniep
doen, want anders slaat Rusland on
herroepelijk tijdig toe, om een der
gelijke situatie te voorkomen. Omge
keerd zijn er ook nog wel wat vuile
plannetjes te bedenken.
Maar bij dat alles blijft het een
feit, dat we nog te weinig van weer
en klimaat weten, om dergelijke
„spelletjes" te gaan spelen.
Overigens zijn het bepaald niet
alleen directe atmosferische experi
menten en activiteiten, die van gro
te invloed op het weer kunnen zijn.
Klimaatveranderingen en verande-
rigen van het aardoppervlak zijn
nauw met elkaar verbonden in een
tweerichtingverkeer van oorzaak en
gevolg.
Het is geheel niet zeker, dat weers
veranderingen er toe hebben geleid,
dat de eens dichtbeboste ei waar
schijnlijk waterrijke Sahara in een
nauwelijks begroeide dorre woestijn
is veranderd. Ook het omgekeerde
kan het geval zijn geweest. Een plot
selinge ontbossing door welke oor
zaak dan ook kan enorme Klimaat
veranderingen teweeg hebben ge
bracht, niet alleen in deze streek zelf
maar over vrijwel de gehele wereld.
Eertijds konden de bossen veel van
de zonnewarmte absorberen waar
door geheel andere massale vaste en
meterologisch zeer belangrijke
luchtstromen vooral op het noorde
lijk halfrond optraden dan thans
het geval is. Miljoenen jaren gele
den, toen de continenten nog veel
dichter bij elkaar lagen, moeten er
ook geheel andere weertypes heb
ben bestaan dan thans, alleen al als
gevolg van het vrijwel ontbreken
van de Atlantische Oceaan en de
Golfstroom daarin, die in sterke ma
te bepalend is voor het klimaat op
het noordelijk halfrond.
Dat betekent echter ook, dat men
selijke activiteiten op grote schaal
ten aanzien van het 'aangezicht' van
de aarde grote directe of indirecte in
vloeden kunnen uitoefenen op het
weer. Dergelijke activiteiten moeten
dan wel wat omvangrijker zijn dan
de inpoldering van de Zuiderzee, hoe
wel deze zeer waarschijnlijk ook al
van enige (geringe) invloed is ge
weest op het plaatselijke weer, b.v.
ten aanzien van de schommelingen
in de luchttemperatuur en ook de
regenval in de randgebieden.
Telkens weer worden veel grotere
objecten uit de ijskast gehaald, af
gestoft en in een modernere verpak
king den volke aangeboden.
Irrigatie en opnieuw in cultuur
brengen van de Sahara is een van
die plannen, dat wil zeggen net om
gekeerde proces van wat zich langs
natuurlijke weg in het prehistori
sche grijze verleden heeft voltrok
ken. Het is in vele opzichten een
aantrekkelijk project omdat de be
woonbare wereld erdoor zou worden
vergroot met een gebied van de om
vang van meer dan West-Europa.
Bovenal zou het een onvoorstelba
re vergroting betekenen van het
landbouwareaal van de wereld, die
met een toenemende bevolking steeds
krapper in voedingsmiddelen komt
te zitten.
Het is jammer, dat dergelijke plan
nen alleen op zeer lange termijn
kunnen worden uitegevoerd en effect
gaan afwerpen want anders zou
dit project nog een oplossing kunnen
bieden voor het huidige vraagstuk
van het Midden-Oosten, dat ook zeer
sterk het stempel draagt van de
bevolkingsdruk.
Maar een groot gevaar houdt het
opnieuw in cultuur brengen van de
Sahara wel in: men kan slechts gis
sen maar zelfs met de beste compu
ters nog niet berekenen, wat de ge
volgen voor het klimaat niet alleen
in deze streken maar voor het weer
in de gehele wereld zullen zijn.
Vrijwel zeker is een veel grotere re
genval, ook in het gebied van de
Middellandse Zee, die daardoor en
door grotere aanvoer van rivierwater
sterk ontzalt zou worden. De daaruit
weer voortvloeiende groter verdam
ping zou van het "zonnige zuiden"
een soortgelijke streek kunnen ma
ken als Noordwest-Europa, waar we
maar zelden van langdurige perio-
sen zomerzon kunnen genieten.
Maatschappelijk en economisch
betekent dit, dat honderden miljoe
nen mensen hun levensstijl, hun
woningen, hun steden, hun platte
land zouden moeten hervormen.
Een ander risico is, dat men het
niveau van de Middellandse Zee zou
moeten gaan beheersen om de kust
streken te behoeden voor overstro
mingen of juist het „leegdampen"
van de zee, waardoor kuststeden in
eens door een barre vlakte van de
zee gescheiden zouden worden. Men
Langs natuurlijke weg
kunnen vruchtbare, weelde
rig begroeide streken op aar
de veranderen in dorre, on
vruchtbare en onbeivoonba-
re gebieden. Helaas niet al
leen door natuurlijke oorza
ken. Op deze foto een eens
vruchtbaar land in de Ver
enigde Staten, dat door ont
bossing, verwaarlozing en
roofbouw verschraalde, waar
na de natuur het "dubbeltje
verder omgooide" en door
erosie een nieuwe woestijn
ontstond. De milieu-experi
menten met militaire oog
merken zouden de mens ook
wapens in handen kunnen
geven, om het klimaat zo te
veranderen dat landbouwge
bieden van de tegenstander
er op den duur zo uit zouden
gaan zien hetgeen econo-
misch-strategische gevolgen
van grote "waarde" zou heb
ben. Ontbladering stechnieken
zoals die in Vietnam zijn toe
gepast, en die een grensge
bied vormen tussen chemi
sche en milieu-strijdmiddelen
zouden eenzelfde effect kun
nen hebben.
Wetenschap en
technologie
door P. Bok
weet het niet, wat het gevolg zou
zijn, maar vrijwel zeker zou de Straat
van Gibraltar afgedamd moeten wor
den om beheersing van het water
peil mogelijk te maken. Venetië zou
er misschien dankbaar voor zijn om
dat dit het enige redmiddel voor deze
merkwaardige stad lijkt te zijn, maar
de rest van de Middellandse Zeelan
den zal er niet zo gelukkig mee blij
ken te zijn.
Dit zijn geen wilde fantasieën maar
projecten waarover lang door des
kundigen is gestudeerd, niet alleen
nu maar al tientallen jaren geleden.
Het is maar een enkel voor de
hand liggend voorbeeld van de wijze
waarop de mens vaak met goede be
doelingen onvoorstelbare en nog on
begrepen invloed kan uitoefenen op
het weer. Het voorbeeld geeft aan
leiding tot twee andere, die we iets
minder uitvoerig zullen bespreken.
In Rusland zijn grootscheepse wer
ken aan de gang om de loop van
grote rivieren te veranderen, in de
eerste plaats voor het scheppen van
betere verbindingen maar als neven
effect de mogelijkheid om uitgebrei
de steppe-gebieden in Oost-Rusland
en Siberië te irrigeren en in cultuur
te brengen. Men heeft er geen flauwe
notie van, wat deze werken en de
daaruit voortvloeiende landschappe
lijke veranderingen op den duur (na
tientallen of waarschijnlijk honder
den jaren) op het weer zullen hebben,
niet alleen ter plaatse maar wereld
wijd.
De economische noodzaak dwingt
nu eenmaal tot deze werken, maar
er zijn talloze wetenschappelijke on
derzoekers, die zich zorgen' maken
over de uiteindelijke gevolgen. Rus
land heeft zich (o.m. bij de bespre
kingen over de bewapeningswedloop
in Genève) een groot voorstander
getoond van het verbieden van kli
matologische experimenten en acti
viteiten als oorlogswapen.
Maar het is met dit
project toch begonnen ondanks de
duidelijke gevaren die er aan verbon
den zijn, en die toch even ingrij
pend voor de mensheid kunnen zijn
of ze nu uit vredelievende of mili
taire wenselijkheid voortvloeien.
Een toegezegd tweede voorbeeld, dat
wel direct te maken heeft met oor
logsvoering, zij het dan op verbe
tering van de eigen positie vrij lan
ge termijn, is het volgende.
Het is technisch zeer wel doenlijk,
om het ijs van het Zuidpool-conti
nent te laten smelten. Daarvoor moet
men „slechts" de ijskap van Antarc
tica bestrooien met roet of een an
dere warmteabsorberende stof. Het ijs
gaat dan onherroepelijk smelten als
gevolg waarvan het niveau van de
wereldzeeën naar schatting met ruim
zestig meter stijgt. Dit betekent, dat
in vrijwel de gehele werelö de kust
gebieden, waar de bevolkingsconcen
traties en zeer grote industrie- en
handelscentra te vinden zijn, over
stromen en verloren gaan. Dat geldt
voor West-Europa, voor Amerika,
voor Chinamaar niet voor Rus
land, op Leningrad en Moermansk
Eenzelfde project voor het Noord-
poolijs heeft veel minder effect. Daar
zit negentig procent van het ijs. al
IN zee, omdat het daar niet op een
vaste bodem ligt. Alleen Groenland
geeft dezelfde gevaarlijke mogelijk
heden als de Zuidpool, omdat zich
daar ontelbare miljarden kubieke
kilometers ijs op land bevinden,
waarvan het volume voor honderd
procent de wereldzeeën extra zou
belasten.
In het kort nog enkele andere ex
perimenten, die klimatologische ge
varen in zich bergen. Er is wel eens
gesproken over afdamming van de
Beringstraat tussen Siberië en A-
laska, wat grote vc.rdelen van beide
gebieden zou kunnen opleveren om
dat het koude water uit de Noorde
lijke IJszee de Pacific-kusten dan
niet meer kan bereiken. Maar dit
leidt onherroepelijk tot veranderin
gen in de zeestromingen in de Stille
Oceaan met nog onvoorzienbare ge
volgen voor vaste luchtstromen, tem
peraturen en regenval in continen-
taal-wijde gebieden. Ontginning van
de Australische woestijnen kan diep
ingrijpen in het weer op het gehele
zuidelijke halfrond. Kanalisering van
de Amazone en cultivering van de
oerwouden in Brazilië heeft onge
twijfeld gevolgen voor het weer in
Zuid-Amerika, maar bovendien nog
de mogelijkheid van een zeer ern
stig neven-effect. De bijzonder labiele
bodemgesteldheid in de Amerikaan
se kustgebieden kan bij ingrijpende
veranderingen in het aardoppervlak
leiden tot snelle en heftige ontla
dingen van de bestaande spannin
gen in de aardkorst in de vorm van
heftige vulkanische uitbarstingen.
Afgezien van het feit, dat de directe
slachtoffers daar natuurlijk niet zo
erg gelukkig mee zullen zijn, levert
dit een gevaar op voor het weer
over de gehele wereld. De uitbar
sting van de Krakatau in 1883 liet ja
ren lang een nevel van stofdeeltjes
in de atmosfeer achter, waardoor de
op aarde ontvangen zonnewarmte
sterk werd beïnvloed. Dit heeft meet
bare gevolgen gehad voor het weer.
Wanneer zo'n ramp zich in tien
voud zou voordoen, zijn de gevolgen
niet te overzien.
Het is in dit verhaal geenszins de
bedoeling geweest, rampen te voor
spellen en alle verdere plannen tot
cultivering en leefbaar houden en
maken van de aarde nu maar als
misdaden tegen het leven af te schil
deren, maar wel om er de nadruk op
te leggen dat vrijwel alle experi
menten, die tot ingrijpende veran
deringen kunnen leiden, zeer kritisch
moeten worden bezien zolang we er
nog geen helder begrip van hebben
hoe de weermachine werkt.
Het is twijfelachtig of we dit vol
ledige begrip in de eerste fyonderd
jaar zullen verwerven. En dan duurt
het nog heel, heel lang voordat we
ook een duidelijk, betrouwbaar in
zicht hebben in hetgeen we wèl mo
gen doen zonder fatale effecten op
te roepen.
Het dubbeltje moet nog een hele
tijd op zijn kant blijven staan, zon
der dat we er tegen mogen tikken.
Het aardse milieu verkeert in een labiel
evenwicht, van nature en niet door toe
doen van de mensen. Maar de mens heeft er
wel rekening mee te houden, dat dit even
wicht hetzelfde is als dat van een dubbeltje-
op-zijn-kant: wanneer men het evenwicht
slechts weinig verstoort, gaat het door natuur
lijke oorzaken (in geval van het dubbeltje
door de zwaartekracht) verder verloren tot
een geheel nieuw, stabiel evenwicht is ge
vonden, namelijk in een liggende toestand
waarvan de eigenschappen radicaal verschil
len van de oorspronkelijke.
Dat is een van de reden, waarom de mens
uitermate voorzichtig moet zijn met experi
menten die gericht zijn op globale of uitge
breid regionale veranderingen in weer en kli
maat.
Daarom is het wat zorgwekkend, wanneer
blijkt dat er gedacht wordt over de perspec
tieven, die experimenten met het weer zouden
kunnen opleveren voor militaire doeleinden.
Want helaas is het zo, dat de wenselijkheid
van militaire toepassing van allerhande acti
viteiten nu eenmaal alleen getoetst wordt aan
de militaire doelmatigheid en niet of nauwe
lijks aan de schade in andere opzichten.
Een beeld van de verwoestingdie de stormramp van
februari 1953 in het zuidwesten van ons land aanrichtte: over
stroomde gebieden van gigantische omvang waarin (zoals hier
op de voorgrond) reeksen huizen door het geweld van wind
en water verpulverd werden. Wanneer de mens er in zou
slagen, wervelstormen te veroorzaken of natuurlijke wervel
stormen naar uitgekozen gebieden te leiden, kan hij het als
strategisch wapen gebruiken.